Horizon van de Kaloot is allang niet meer ongerept 4# Tholen krijgt economische impulsen PZC Kapel Hoogelande een oase van rust Het eertijds ongerepte schor-, duin- en strandgebied van de Kaloot anno 2001. foto Dirk-Jan Gjeltema vlakbij de Kaloot op. Zijn ou derlijk huis stond op de zeedijk bij Borssele. Midden in een el dorado voor vogels. De Noord nol op een steenworp afstand. Als een van de eersten beschreef hij de paradijselijke Kaloot. In zijn natuurdagboek Ik ging naar de Noordnol (1936-1942) is het vastgelegd: slikken, schor ren, stranden en de Wester- schelde tot aan de horizonin al le seizoenen, met wolken vogels van allerlei pluimage, erboven, Daar is zijn liefde voor de na tuur geboren, daar leerde hij dat diezelfde natuur niet meet met menselijke maatstaven en be schikt over een groot aanpas singsvermogen. De Kaloot inspireerde hem. In de tijd dat Warren veel tekende en schreef voor natuurtijd- schriften stond het gebied met planten en dierpn model. Ook al komt de Kaloot niet nadrukke lijk voor in zijn gedichten, het bracht wel gedachten op gang. ,,Wat ik als jongen heel erg leuk vond was de stilte. Ik houd nog al van eenzaamheid. Ik probeer de er altijd een plekje te vinden dat niemand je zag. Dat lukte daar heel goed. Een hele horizon zonder menselijke activiteiten. Die ongerepte horizon is er niet meer." Geen wanklank Aanvankelijk besefte de jonge Warren niet dat hij bij een uniek en prachtig natuurgebied leef de. ,,Dat heb ik pas ervaren toen ik andere terreinen in ons land ermee kon vergelijken. Het was voor mij heel natuurlijk. Zeld zame vogels, planten, groeiende stranden, kleine duintjes, de fossiele schelpen met aardla gen. Het lag er als een schat. Ik vond het heel gewoon. De Ka loot was voor mij een heerlijk terrein, het hele jaar door die mooie natuur. Het was er zo prachtig. Geen wanklank, geen lelijk iets te zien. Ik kan het niet concreter zeggen: het was een paradijs. Nu is het een hel ge worden, letterlijk. Een aaneen schakeling van stinkende fa brieken. Er is niets van over, behalve dat hele, hele kleine stukje dat nu ook verpletterd moet worden." De eerste bedreigingen dienden zich na de Tweede Wereldoorlog aan door inpolderingen in het Zuid-Sloe. De nadelige invloe den op de Kaloot vielen mee, herinnert Warren zich. „Het was vrij natuurlijk, niet zo vernieti gend. Toen was er ook niet de vervuiling, dat verstikkende. De absolute neergang is toch ge komen door de industrialisatie. De lucht is er nooit meer zuiver. Hij heeft het eerder indringend beschreven. „Het hele estuari um van de Westerschelde is ge flankeerd door torenhoog oprij zende alummiumkleurige bouwsels en stinkende rook wolken. Een paradijs werd een hel. Zelfs met de meest nostalgi sche bril op zie je daar niets dan een vergiftigde realiteit waar geen herder met schapen meer in past of ademen kan." Machteloos De teloorgang van de Kaloot bracht Hans Warren niet op de barricaden, bekent hij met eni ge schoom. Het was ook een soort zelfbehoud. „Het heeft mij zo aangegrepen dat ik bewust besloten heb: ik trek me hiervan terug, ik doe het niet meer. Laat het maar gebeuren, ik kan het niet tegenhouden. Dat mislukt toch. Het klinkt slap, maar het is de waarheid. Ik wilde geen on tevreden mens worden, een brompot. Er is zoveel in het le ven waar ik wel van geniet. Ik voelde me wel bijzonder mach teloos." Hij komt nog wel eens in de omgeving van de Kaloot, vooral omdat programmama kers hem graag poseren waar zijnlevenbegon. „Danzieikiets wat ik niet meer ken. Alles is an ders. Warren heeft sympathie voor het streven van de mensen die het laatste restje Kaloot probe ren te redden. Hij is ook realis tisch. „Het behoud van een heel, heel klein reservaat - wat mis schien teveel een recreatiege biedje zal worden - daar krijg je niet de dwergsterns mee terug en de blauwe distel. Deson danks is het volgens hem de moeite waard wat er nog ligt te sparen. „Als ze het goed spelen dan kan het lukken. Als zelfs dat laatste nog verpletterd wordt - dat zou helemaal een schande zijn. Het is beter nog zo'n plekje te zien dan dat er helemaal niets meer is. Al is het een heel schrale troost." Rinus Antonisse tekening adri karman De kapel van Hoogelande is een duidelijk herkennings punt in het landschap tussen Middelburg en Biggekerke. Me de dankzij de kapel is Hooge lande nu bekender dan menig groter buurtschap. Een fiets tocht naar de kapel is voor velen een geliefde activiteit. In de loop der jaren heeft een groot aantal bezoekers de weg naar het his torische bouwwerk weten te vinden. De landelijke omgeving en de gotisch aandoende bouw stijl zorgen voor een serene sfeer. Hoogelande is een toe vluchtsoord geworden voor mensen die even tot zichzelf willen komen. De kleine kerk stamt uit de twaalfde eeuw. De bewoners van Hoogelande vroegen om streeks 1189 toestemming aan de Utrechtse bisschop voor de bouw van een eigen parochie kerk. Als argument voerden zij aan dat ze niet in staat waren de diensten in de Westmonsterkerk in Middelbui'g bij te wonen. Ru zies met buurtdorpen zouden de wegen richting Middelburg on veilig maken. Met een eigen kerk, kon geregeld kerkbezoek gegarandeerd worden. Bisschop Boudewijn II stemde in 1189 met het verzoek in. Bijzonder is dat zijn schriftelijke toestem ming bewaard is gebleven. Het is het oudste document dat in het Zeeuws Archief te vinden is. De kerk van Hoogelande ofwel Sint Maartenskerk, werd in de loop der eeuwen ernstig getrof fen door rampspoed. Vooral tij dens het beleg van Middelburg (1572-1574) had de kerk het zwaar te verduren. Er speelde zich op Walcheren een strijd af tussen Geuzen en Spaansgezin- den. Vrijwel geen kerk op het Walcherse platteland kwam er onbeschadigd vanaf. Van som mige kerken bleef niets over. De Sint Maartenskerk werd ver schillende keren geplunderd en raakte zwaar beschadigd. In vergelijking met andere kerken kwam ze er hiermee nog goed vanaf. Het aantal inwoners van Hoo gelande nam, net als in andere dorpen, daarna af. De weinige achterblijvers kregen te kam pen met jaarlijks terugkerende hoge waterstanden. In 1709 stond het water zo hoog dat boe ren hun woning alleen per schuit konden bereiken. De in woners van Hoogelande hadden dus wel iets anders aan hun hoofd dan het onderhoud van het kerkje. Reconstructie De familie Hoegen kocht in 1911 de restanten van de zoge noemde ambachtsheerlijke rechten. In 1946 ondernam de familie een poging om de ruïne te herstellen en het kerkhof te hei-beplanten. Dat bleek zo kort na de inundatie onmogelijk. In 1954 werd zonder succes een nieuwe poging ondernomen. In 1965 werd uiteindelijk met steun van Monumentenzorg op de overgebleven restanten van de kerk een koepel gebouwd. Die koepel vormt een recon structie van het koorgedeelte van de vijftiende-eeuwse kerk. De overheid subsidieerde de bouw op één voorwaarde: de ka pel moest een openbaar doel krijgen. En dat is gelukt. De kapel doet geen dienst meer als centrum van een bloeiend parochieleven. Ze wordt tegen woordig gebruikt voor uiteenlo pende culturele activiteiten. Er worden tentoonstellingen, le zingen en concerten in en rond de kapel gehouden. De exposi ties vinden meestal plaats in het consistoriegebouw naast de ka pel. In de kapel worden nog steeds huwelijken voltrokken en kinderen gedoopt. Mario Wisse Van het buitendijkse schorren-, duin- en strandgebied de Kaloot bij Borssele is weinig meer over. Het moest in de jaren zestig van de vorige eeuw wijken voor de industrialisatie van het Sloegebied. Veel discus sie is daar nooit over ge weest. De bijzondere rijk dom van het gebied was maar bij weinigen bekend. Natuurbescherming, laat staan natuurcompensatie speelden in die tijd nauwe lijks een rol. De Kaloot ver dween niet helemaal. Er ligt nog ongeveer vier kilometer strand. Dat is een fossielen vindplaats bij uitstek. Als de plannen voor aanleg van de Westerschelde Container- terminal doorgaan, gaan ook de laatste resten van de Ka loot verloren. De vereniging Redt de Kaloot verzet zich daartegen. Het enige ruime strand van Zuid- Beveland heeft behalve een be tekenis voor natuur en recreatie ook een aanzienlijke geologi sche en paleontologische waar de. Er zijn bijzondere fossiele schelpen, botten en haaientan- den uit een periode van 45 mil joen jaar geleden te ontdekken. De vereniging heeft het haven schap Zeeland Seaports andere oplossingen voor aanleg van de containerkade voorgelegd, die het mogelijk maken het strand te sparen. Ook de werkgroep Geologie van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der We tenschappen zet zich in voor be houd. Aanleg van een betonnen kade aan het unieke strand wordt een regelrechte misdaad tegen natuur en wetenschap ge noemd. Het is zeer de vraag of de plan nenmakers, de wegbereiders van de economische vooruit gang, daar van onder de indruk zijn. Fossielen spreken tot de verbeelding van maar een klei ne groep. Het verre verleden mag de toekomst niet in de weg staan. Jammer, maar helaas. Voor de mensen die onder de rook van de fabrieken willen re- creeëren kan wel een nieuw strandje worden opgespoten. Bovendien is er dankzij com penserende maatregelen zicht op nieuwe waardevolle natuur, bijvoorbeeld door het Ramme- kensschor binnendijks uit te breiden. Er komt dan weer een stukje Kaloot terug, zij het op een andere plaats. Een plekje om 'zolang het duurt een eeu wigheid gelukkig te zijn'. Dichter, schrijver en criticus Hans Warren (1921) groeide woensdaq 7 maart 2001 4t/ *4' De jeugd van SintrMaartensdijk bij de bussen op het Marktplein waarin de goe de oplossingen van de Sinterklaaspuzzel tijdens de winkelweek, november 1959, konden worden gedeponeerd. foto Archief PZC Kinderen vergapen zich aan de uitgestalde waren in de etalage van een winkel in Sint-Maartensdijk. Het Zuid Nederlands Automatenbedrijf produceerde jukeboxen en speelauto maten sinds 1934. De economie op Tholen had eind jaren vijftig dringend nieuwe impulsen nodig. Van de totale beroepsbevolking van 5500 personen waren er in 1958 ongeveer 250 werkloos. Het jaar daarop werd Sint-Maartensdijk aangewezen tot ontwikkelings kern. Dit betekende dat het Rijk voor middelen zou zorgen die de industrie konden stimuleren. Met de tentoonstelling Dit maakt Tholen en met een rap port van de Commissie Werkge legenheid werd al eerder gepro beerd het bedrijfsleven een injectie te geven. De expositie toonde wat het eiland te bieden had aan typische traditionele producten, zoals oesters, ge zuurde mosselen, verschillende soorten confectie, landbouw werktuigen, banket, koek en zelfs parfumeriën en cosmetica, maar ook jukeboxen en aipuse- mentskasten. Ook werd gewe zen op mogelijkheden voor uit breiding. Daarbij werd vooral gedacht aan het Kreekrakplan, gezien de beperkte reistijd van een half uur tot drie kwartier naar dat toekomstige Brabants- Zeeuwse industrialisatiege- bied, maar ook aan klein-fruit- cultuur. De winkels op Tholen waren eveneens toe aan modernisering en met voortvarendheid werd daaraan gewerkt. Ze werden ruimer, licht en met grote etala ges die openhartig uitstalden welke keur aan artikelen binnen verkrijgbaar was. Het gezellige klingelbelletje boven de win keldeur maakte plaats voor een pittig zoemend mechaniekje, dat de verkoper voortaan op de hoogte bracht van een nieuwe klant. De gemoedelijke waar schuwing 'Pas op het drempel tje' klonk niet meer, want der gelijke struikelblokken werden geslecht. Alleen al in de stad kwamen er in 1959 drie geheel nieuwe win kels bij, terwijl vier panden en totale verbouwing ondergin gen. Ook Sint Maartensdijk werd verrijkt met enkele nieuwe winkels, terwijl zes panden werden gemoderniseerd. Hans Tabbers

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2001 | | pagina 28