Carmen Sylva behoudt vleugje beau monde Witloof is voor Belgen niet zo maar een groente Koninklijk strandhuis in Domburgse duinen zaterdag 24 februari 2001 Historisch Domburg wordt op gekrikt. Dank zij een bijdra ge uit het kanjersubsidiefonds kan het Badpaviljoen in oude glo rie worden hersteld. In de luwte van dit bouwwerk staat een ander in de versukkeling geraakt karak teristiek stukje Domburg in de steigers: de villa Carmen Sylva ondergaat een fikse opknapbeurt. Daarmee willen de Wassenaarse eigenaren Helb een bijdrage léve ren tot behoud van een pand dat dateert uit de tijd toen de beau monde in Domburg kwam pootje baden. Het gaat hier om een huis met een verhaal. De naam van het pand herinnert aan de tijd toen de eerste ko ningin van Roemenië Elisabeth er in de zomer vertoefde en daar inspiratie vond voor dichterlijke ontboezemin gen. Daarvoor moeten we wel terug naar 1889. Het pand was aanvanke lijk eigendom van de Keulse eau de cologne-koning Aldenbrück van Brühl. Hij verkocht de woning aan de kleurrijke Duitse fabrikant Erbsch- loe. Die nodigde Elisabeth uit voor een langdurig zomerverblijf. Na haar vertrek veranderde hij de naam Villa Maria die het pand sierde in die van Villa Carmen Sylva. Onder dat La tijnse pseudoniem voor 'Lied van het Woud' was de dichtende koningin be kend geraakt. Levensverhaal Journalist Cees Maas heeft op zijn website De Vrije Domburger een com plete productie aan Carmen Sylva ge wijd. Daarin is het levensverhaal te rug te vinden van de koningin die als meisjesnaam Von Wied had en in 1843 werd geboren in het kleine Duitse vor stendom van haar vader aan de Rijn. Elisabeth was een wervelwind van een vrouw. Die karaktertrek dreef haar letterlijk in de armen van haar toekomstige man. Het verhaal gaat dat zij eens bij het afdalen van een trap uitgleed en daarop soepel en ga lant werd opgevangen door een jonge luitenant die net de trap besteeg. Die man was de Duitse prins Carol van Hohenzollern, die zou uitgroeien tot koning Carol I van Roemenië, waar door Elisabeth koningin van Roeme nië werd. de villa kon verblijven. „Hij was hele maal verrukt van haar", weet mevrouw Helb uit overlevering. „Daarom heeft hij het huis destijds omgedoopt. De koningin heeft daar ook zitten schrijven. Of ze er ook heeft gelogeerd weten we niet." De familie Helb heeft een aantal wer ken van Carmen Sylva in bezit. Aller lei boekjes. Die zijn niet om te lezen, moet de eigenares eerlijk zeggen. „Een beetje ouderwets en sentimen teel. Echt iets van die tijd." In de wo ning zijn nog meubelstukken uit de tijd van toen bewaard gebleven. In de oorlog hebben de Duitsers erin geze ten. Toen is er een heleboel gestolen en kapot gegaan. In de tijd dat Walche ren onder water stond hebben er ook nog Westkapellaars in gezeten, wel acht tot tien verschillende gezinnen. Er zijn nog foto's die aangeven dat de veranda dienst deed als stal voor de koeien en de varkens. Het pand bleef niet bespaard voor het oorlogsgeweld: Vanaf de badpavil joenkant naar de zijmuur kijkend valt aan het verschil van de kleuren tegel tjes te zien waar eerst grote gaten in het huis hebben gezeten. Achterstallig onderhoud en ouder dom hebben geleid tot een ingrijpende restauratie van het rijksmonument, een karwei waarmee de Middelburgse bouwgroep Peters dit voorjaar nog zoet is. Mevrouw Helb vindt het juist daarom zo'n mooi pand omdat het een strak gebouw is 'zonder eindeloze tie relantijnen'. „Dat is voor die tijd heel bijzonder. Het lijkt wel of het een Italiaanse in vloed heeft", meent de eigenares. Het is niet precies bekend wie de architect is Het vermoeden bestaat dat het Van Nieukerken was, aan wiens brein ook het Badpaviljoen is ontsproten. Het pand is als strandhuis gebouwd. Er zit geen verwarming in. Dat is door de ja ren heen ook zo gebleven. De materia len zijn nooit afgestemd op een te ver warmen huis. Zo ontbreekt er een spouwmuur. Villa Carmen heeft twaalf kamers. Carmen Sylva publiceerde ongeveer 50 boeken. Daar waren 20 dichtbun dels bij. Cees Maas verhaalt op zijn website dat de meningen over de kwa liteiten van Carmen Sylva als dichte res en schrijfster nogal uiteenlopen. Critici schreven dat haar faam voor namelijk gestoeld was op het feit dat ze koningin was. Toch hebben verza melaars er een boel geld voor over om oude uitgaven van de in 1914 overle den dichtende koningin in eigendom te verwerven. Veel van haar originele werkmanuscripten gingen verloren toen in 1989 een brand woedde in de bibliotheek van Boekarest. De familie Helb behoort tot de be zwaarden tegen de restauratie en aan palende nieuwbouw bij de buren van het Badpaviljoen. Dat er zoiets volu mineus gebouwd wordt in de zeewe ringzone, mevrouw Helb kan er niet goed over uit. Maar hangende de pro cedure wil zij op dit moment het on derwerp even laten rusten. Jacques Cats Villa Carmen Sylva in Domburg wordt momenteel opgeknapt. fotografie Ruben Oreel Haar turbulente leven maakte met enige regelmaat een periode van ont- haasting noodzakelijk. Het was zo'n rustbrengend tijdperkje dat Elisabeth in 1889 naar de Zeeuwse kust bracht, waar het in die tijd een komen en gaan was van hoogmogenden die op de praktijk van de beroemde knijp- en wrijfdokter Mezger en de heilzame werking van het zilte zeebad afkwa men. „De villa is al bijna een eeuw in onze familie", meldt mevrouw M. Helb- Kollf. „Daar is nu de vierde generatie bij betrokken. Daarom doen wij ook ons best om het pand te handhaven." De toenmalige Duitse zakenman Erg- schloe zorgde ervoor dat Elisabeth in Het hoge woord moet er maar uit: ik houd niet van witlof. Uit mijn jeugd herinner ik me de bittere, slap pe, stukgekookte stronken die verstopt zaten onder een witte saus. Alle pogingen om er met kaas en ham iets eetbaars van te maken, kon den wat mij betreft achterwege blijven. Nooit heb ik uit vrije wil gekookte witlof op tafel ge zet, en niemand heeft daar ooit een probleem van gemaakt. Totdat we in België gingen wo nen. In België is witlof, pardon witloof, niet zo maar een groente: het is een ritueel. En uitge rekend de streek waar wij wonen, ten oosten van Brussel, is voor de witloof wat Toscane is voor de Italiaanse wijn. Een onbeduidend dorp als Kortenberg ontleent zijn status en zijn zelfrespect aan de groente die de asperge naar de kroon steekt. Hier zijn de wortels nog liefdevol ingekuild in donkere schuren met een golfplaten dak. Hier worden de melkwitte stronkjes met de hand gerooid; in donkerpaars papier vinden ze vervolgens hun weg naar ge specialiseerde handelaren. Het is aan het foei lelijke Kortenberg niet af te zien, maar dit is waarlijk de Europese hoofdstad van de wit loof, het Mekka van de witlooftelers, het zin derende hart van de 'witte driehoek'. Hier komt, met andere woorden, het beste loof van de wereld vandaan. De vriendelijke boer die in ons eigen dorp op de markt zijn producten verkoopt, blijkt in de winter opeens uitsluitend in witloof te hande len. Hij heeft vier verschillende kwaliteiten voor zich uitgestald, gevleid in donker papier en afzonderlijk geprijsd. Van mijn afkeer van witloof begrijpt hij niets. Zie ik dan niet hoe mooi dit is? En daar zou ik niet van eten? Echt helemaal nooit? Restaurant 'Hollywood Witloof' heet het trendy restau rant in Antwerpen waar we toevallig terecht komen. Op de speciale witloofkaart staat wit loofsoep, witloofpaté en drie verschillende witloofsalades. 'Witloofspecialiteiten' meldt het bord bij een onopvallend restaurant langs de kant van de weg. Alweer witloofsoep, maar ook witloofcake, gevulde witloof, witloof loempia's en 'witloof op oosterse wijze'. De witloof is hier onmogelij k te ontlopenDe wit loof neemt in ieder Belgisch kookboek een prominente plaats in. Maar waarom ei genlijk? De overlevering wil dat een Brusselse tuinman In het midden van de negentiende eeuw per ongeluk ontdekte dat er op cichoreiwortels in het donker iets moois groeit. De groente was in 1887 voor de eerste keer in Brussel te koop en heet dus terecht 'Brussels lof. Maar wij Nederlanders doen het met ons 'pondje witlof, groenteboer' absoluut ver keerd. 'Witlof' bestaat niet, volgens de Brus selse ambtenaren die er zich vanzelfsprekend mee hebben bemoeid. De officiëleEuropese benaming is witloof, endives witloof (op z'n Frans) of chicorée witloof. Cichorei? Was dat in de Tweede Wereldoorlog geen koffiesurrogaat? Alweer een ontdekking. Inderdaad, het ouderwetse 'schepje Buisman in de koffie' is naaste familie, want Buisman is gemaakt met gemalen cichoreiwortel. De wit loofwortel, zeg maar. Het moest er natuurlijk toch een keer van ko men. De vriendelijke boer op de markt dringt iedere dinsdagmorgen aan: „Ge gaat 'm toch ooit wel proberen?" Dus eten we morgen in het specialiteitenres taurant dat pronkt met witloofloempia's. Stiekem heb ik een recept voor witloofcake uit de krant gescheurd. Er is alleen een klein probleem: Ik houd niet van witlof. Hetty van Rooij

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2001 | | pagina 29