V erpletterd door de werkelijkheid Nieuwe gedichten klinken vertrouwd Brieven maken beeld van Y oureenar vollediger Harry Mulisch en Hitiers zoontje Peter Ghyssaert Nauwkeurig, met verbeten hartstocht donderdag 8 februari 2001 n Siegfried, het pas in eën oplage van zeventigduizend exemplaren verschenen boek van Harry Mulisch, voelt een schrijver zich verpletterd door de werkelijkheid. "Ik ben verslagen. De verbeelding is niets", verzucht hij. Inmiddels wordt precies het omgekeerde bewezen. Want in deze roman ontspruit de realiteit aan de fantasie van een tweede schrijver. letterkundige kroniek Wat zou Harry Mulisch zijn zonder de Tweede Wereld oorlog? Zijn nu zo omvangrijke oeuvre zou verschrompelen tot een beperkt aantal titels. In Siegfried heeft hij de onuitput telijke bron weer eens aange sproken. En hij komt dichter bij het centrum dan ooit: bij Adolf Hitler zelf. De hoofdrol in de ro man is weggelegd voor Rudolf Herter, een met innemende iro nie getekend alter ego van Ne derlands succesvolste auteur, "een geboren Staatsprijswin naar" Hij is naar Wenen geko men voor een lezing en voor een paar vraaggesprekken. Tijdens een televisieopname komt Hit- Ier ter sprake. Daardoor raakt hij in een roes, de roes van de in spiratie. Hij heeft eigenlijk nog maar één wens: het mysterie van "de raadselachtigste mens aller tijden" oplossen. Herter veron derstelt dat zijn kunst hem daarbij zal kunnen helpen: "Misschien is fictie het net waarin hij gevangen kan wor den". Terwijl hij in Wenen zijn plichten vervult, begint hij dit net uit te zetten. Hij hoopt te ko men tot een "Endlösung der Hitlerf rage Hitler, Hitler, Hit ler: tijdens zijn korte trip blijft Oostenrijks verloren zoon door zijn gedachten malen. Het toe val helpt hem: na de lezing ko men twee oude mensen naar hem toe die iets van Hitier weten wat verder niemand weet. Hij spreekt af hen de volgende dag op te zoeken. Bij die gelegenheid krijgt hij een ongelooflijk relaas te horen. De man en de vrouw hebben de Führer en diens min nares Eva Braun goed gekend. Ze hebben op de 'Berghof ge werkt, Hitiers verblijf in de Al pen. Onthullend Ze vertellen allerlei bijzonder heden over hen. Pas echt ont hullend worden de herinnerin gen vanaf het moment dat het echtpaar met een speciale taak wordt belast. Eva Braun en Hit- Ier verwachten een kind, om po litieke redenen zou het niet op portuun zijn wanneer dit aan het licht kwam. De vraag is of meneer en mevrouw Falk als ou ders willen optreden. Zo ge beurt het ook. Siegfried, meest al Siggi genoemd, gaat door voor hun zoon. Inmiddels doen tante Effi en oom Wolf erg aar dig tegen het kind. Het relaas neemt een nog sensationelere wending. We krijgen een soort omgekeerde versie van het be kende bijbelverhaal over Abra ham en Isaak te lezen. Om Abra ham op de proef te stellen, droeg God hem op zijn zoon Isaak te offeren. Juist toen hij uit wilde halen, greep God in. Ook in Siegfried wordt de vader, dat wil zeggen de zogenaamde va der, gedwongen de zoon te do den. Maar Hitier, een soort anti- God volgens Mulisch, komt niet op zijn weerzinwekkende be sluit terug. Siggi moet en zal dood, mogelijk omdat men Hit- Ier wijsmaakt dat de jongen joods bloed heeft. Meneer en mevrouw Falk biechten dit alles aan de beroemde Nederlandse auteur op in de hoop dat er zo tenminste lets van Siegfried over zal blijven. Rudolf Herter bedankt hen met een boek waarin hij de opdracht schrijft: "Voor Ullrich Falk, Die in de tij den van het kwaad een onvoor stelbaar offer bracht aan de lief de". Daarmee is de Hitler-mytholo- gie in deze roman nog niet afge lopen. Behalve van een zoon wordt de Führer ook van een va der voorzien. Misschien werd zijn moeder bevrucht "door de Heilloze Ongeest", oppert Her ter. Hij orakelt ook: "De nacht die in Nietzsches geest viel, was de duisternis van de baarmoe der waarin Hitiers lichaam ge stalte aannam". Dit soort rim ram kennen we van Mulisch maar al te goed, uit een boek als De toekomst van gisteren bij voorbeeld. Maar dergelijk dwaas gefilosofeer wordt nu met een grijns gepresenteerd: de overspannen opmerkingen worden afgewisseld met ont nuchterende commentaren van Herters vriendin. Ze zegt onder meer: "Weet je wat ik geloof dat je bezig bent jezelf iets aan te doen." Deze voorspelling wordt be waarheid. Ze treft hem dood aan in de hotelsuite. "Plotseling voelt hij dat iets ontzettends hem bij de keel grijpt en hem meesleurt, de slaap in, door de slaap heen, verder dan de slaap...", heet het. Op de drem- foto Roland de Bruirr/GPD pel van leven naar dood worden aan Herter de laatste dagboe ken van Eva Braun geopen baard, met aantekeningen over de val van Berlijn in het voor jaar van 1945, over haar huwe lijk met Hitier, en natuurlijk over de zo jammerlijk gestorven Siggi. Zo'n droom kan niet ge mist worden in een boek van Herter en dus evenmin in een boek van Mulisch. De ene au teur laat de andere auteur zelfs opmerken: "Een roman of een verhaal is niets anders dan een bewust geconstrueerde droom. Schepper Droom en werkelijkheid wor den in dit boek met elkaar ge confronteerd, Herter gelooft dat zijn fantasie door de realiteit overtroffen wordt. Maar het gaat om een door zijn schepper bedachte realiteit. Een schep per die zich tegelijk als zijn evenbeeld laat herkennenWant een van de aardigste kanten van Siegfried - eerder een ontspan nen tussendoortje dan een werk om veel ophef over te maken - is dat je de roman kunt zien als een zelfportret. Ondanks of dankzij de omweg schrijft Mulisch boeiend over zijn persoon en over zijn werk. Die in dit spel van werkelijk heid en verbeelding nauw met elkaar blijken samen te hangen. Voor hem zijn ze even écht: "de wereld van mijn individuele er varingen en de wereld van de mythische verhalen Beide we relden hebben één middelpunt: de Tweede Wereldoorlog. De oorlog die voor hem altijd dicht bij is: "vlak om de hoek van de tijd..." De onverklaarbare oor log die hij steeds weer probeert te verklaren. De oorlog die zijn schrijversvuur al een halve eeuw voedt. Hans Warren Harry Mulisch: Siegfried. Een zwar te idylle - 216 pag./ gebonden/ 39,90 De Bezige Bij, Amsterdam. Peter Ghyssaert toont in zijn dichtbundel De zuigeling van Sint-Petersburg oog voor de schoonheid van de aftake ling. foto Klaas Koppe Siegfried, de nieuwe roman van Harry Mulisch, is eerder een ontspannen tussendoortje dan een werk om veel ophef overte maken. We spreken dezelfde taal, maar we hebben een ande re literatuur. Zo lijkt het of er veel meer mag in de Vlaamse poëzie dan in de Nederlandse. De meeste dichters uit Vlaande ren komen bij ons dan ook nogal exotisch over. Leonard Nolens bijvoorbeeld met zijn naar Ne derlands begrippen te grote ver toon van gevoel, Luuk Gruwez met al zijn weelde en Peter Ghyssaert met zijn hang naar virtuoze versiering. Ghyssaert (geb. 1966) schreef vanaf zijn eerste bundel, inmid dels tien jaar geleden versche nen, een soort rococopoëzie. Onnadrukkelijk en zwierig, muzikaal en mooi. Na zijn de buut Honingtuin werden nog gepubliceerd Cameo (1993), Sneeuwboekhouding (1995) en Jubileum (1997). Steeds met nieuwe gedichten, maar steeds ook met hetzelfde geluid. Iets dergelijks kan gezegd worden van de onlangs uitgekomen bundel De zuigeling van Sint- Petersburg. Formulering Er is weer veel aandacht voor het verval. Er wordt opnieuw grote zorg besteed aan de for mulering. Let eens op wat er bij hem op het woordje 'als' volgt: in vrijwel alle gevallen een ge zochte, maar vooral ook rake metafoor Iemand wiebelt verle gen met de billen "als zachte molenstenen." Het hoofd van oude mensen wordt vergeleken met "een eiland waar/ de rijpste appels aan gestutte takken/ staan; waar ingepakte dingen tussen/ touwen en verpakking liggen en insecten/ groezelig vergaderen rond afgesloten bakken. Ghyssaert heeft oog voor de schoonheid van de aftakeling, zo is in het aardige gedicht 'Ou de mannen in korte broeken' te zien. "De zon maakt", naar zijn zeggen, "van hun oude, monte re, blote benen/ iets bijzonders, als een pose/ op een plein vol licht". Nog fraaier zouden "hun gepolitoerde knieën/ of de glas wol op hun kuiten" ogen. De dichter is eveneens tot het om gekeerde in staat: tot het onder scheiden van de aftakeling in de schoonheid. Zijn Adonis lijkt in het gelijknamige gedicht in ont binding te verkeren. Hij wordt door vele haren en sprieten van aanbidders omgeven. Men gaat denken "dat hij was opgegeten door een grote vlieg/ met hon derden miljoenen pootjes, tril lend,/ en twee malachieten ogen." Vaak tekent de dichter een soort portretjes met woorden De werkelijkheid van onder meer een poedel en diens vrouwtje wordt stilgezet. Of wat al stil staat wordt nóg stiller gezet, zo als in hel titelgedicht dat han delt over het preparaat van een misvormde zuigeling. Veront rustende dromen laten zich daarbij steeds weer gelden Maar wiens dromen zijn het ei genlijk? Een bezwaar van deze poëzie is dat alles zo steriel en onpersoonlijk overkomt. Zelfs wanneer de ik-vorm wordt ge bruikt, is niet Ghyssaerts ik aan het woord maar bijvoorbeeld een maagd met nachtelijke fan tasieën: "Soms droom ik er ge zelschap bijeen hoofd als mijn hoofd in het mannelijke/zweeft voorbij, zweeft/ op een hals van melk;/ het vleit en het beveelt." Tussen al die kille verzen vallen warme gedichten als het hierbij afgedrukte 'Vader' aangenaam op. Ghyssaert wil gelukkig niet alleen versieren, maar ook be zweren. "Ik heb gelijk; de ande ren hebben ongelijk", beginthij een bewogen bewerking van Psalm 35. Maar hij durft niets te ondernemen om ook gelijk te krijgen: "Ik kan alleen maar wachten en, al wachtend/ I schrijven - zwak maar wel be gaafd, alleen/ in wilskracht j zwakbegaafd - en schrijvend/ hopen dat mijn lied de boei j wordt/ in een duistere, gemene I zee.Het is niet alleen vanwege I de taal dat zülke regels voorde I Nederlandse poëzielezer ver trouwd klinken. Hans Warren Peter Ghyssaert: De zuigeling van Sint-Petersburg 72 pag. f39,90 Querido, Amsterdam VADER De velden zijn vol rijm vanavond. Als ik nu verdwaal wil ik jou tegenkomen en je vragen naar de weg. Wat zou je klein en stil zijn, vol gebaren en onuitgesproken tekens. En je handen koud, nerveus en nauwelijks te bedwingen. Maar je stem, vader, je stem kan ik me niet herinneren terwijl je onvermurwbaar van me wegloopt en je witte haar zich oplost in de avond, als een stukgetrokken nest. Marguerite Yourcenar /Targuerite Yourcenar (1903-1987) geldt J-V-Lals een van de belangrijkste Franse au teurs van de vorige eeuw. Haar roem heeft ze vooral te danken aan twee boeken die als klassiekers de geschiedenis in zijn gegaan en ook in Nederland regelmatig worden herdrukt: 'Herinneringen van Hadrianus' en 'Het hermetisch zwart'. Over haar per soonlijke leven was lange tijd niet veel be kend, maar daar is nu een kleine verande ring in gekomen met de verschijning van Nauwkeurig, met verbeten hartstocht, een bundeling van brieven die ze schreef aan, zoals de ontertitel meldt, 'vrienden en enke le anderen'. Het is een bijzondere uitgave, omdat Yourcenar de gewoonte had haar correspondentie in de open haard te gooien. De woorden 'Zeer geachte Meester' vorm den in het voorjaar van 1955 de aanhef van een brief die Yourcenar aan de Duitse au teur Thomas Mann schreef. Hij had haar eerder dat jaar een lovende brief doen toe komen over onder meer 'Herinneringen van Hadrianus'. Deze reactie van Mann moet op haar een onvergetelijke indruk hebben ge maakt. Uit haar brief blijkt dat zij op haar beurt een enorme bewonderaar is van zijn werk. Ze antwoordt dan ook niet zonder trots: 'En ik was vooral ontroerd te merken dat dat van scherpzinnigheid en diep in zicht getuigende vermogen al dat mach tige dat ik gewoonlijk in uw boeken aantref, zich deze keer geheel richtte op een werk stuk dat uit mijn handen gekomen is.' Deze reactie uit 1955 is overigens de enige brief uit de bundel die aan Thomas Mann is gericht. Yourcenar schreef brieven en korte notities aan een flinke lijst letterkundigen, politici en staatslieden, maar die hebben over het algemeen slechts een formeel ka rakter. De vertrouwelijke geluiden bewaar de ze voor haar vrienden, die minder in de belangstelling stonden. Ze wilde met haar brieven niet proberen om meer in de aan dacht te staan; literaire roem liet haar vol komen onverschillig. Deze Nederlandse uitgave van de brieven van Yourcenar verscheen in de autobiogra fische reeks Privé-domein, waarin met na me dagboeken en brievenboeken zijn opge nomen. Voor Nauwkeurig, met verbeten hartstocht maakte samenstelster Jenny Tuin een keuze uit de brievenbundel Lettres a ses amis et quelques autres, in 1995 ver schenen bij de Franse uitgeverij Gallimard. De liefhebbers van de bekentenisliteratuur kunnen deze uitgave als zeer welkom erva ren, vooral omdat over het leven van de schrijfster weinig bekend was. Zo gaat haar onvoltooide autobiografische romancy- clyus niet verder dan haar jeugdjaren en sprak de schrijfster niet graag over zichzelf. In deze brieven ontstaat een vollediger por tret van haar. Ze geeft een beeld van de ont staansgeschiedenis van haar belangrijkste boeken en spreekt onverbloemd haar me ning uit over tal van onderwerpen, zoals het feminisme, dierenmishandeling, homosek sualiteit of de mode. Daarnaast doet ze maar al te vaak verslag van haar reiserva ringen. Haar latere levensgezellin Grace Frick was een trouwe archivaris die alle correspon dentie nauwkeurig kopieerde. Vooral door haar toedoen zijn de meeste brieven be waard gebleven. Nadat deze vriendin in 1979 was overleden, maakte Yourcenar niet langer kopieën van haar brieven en schreef ze bovendien minder. Haar correspondentie beperkte zich vanaf dat moment veelal tot haastig geschreven notities vanuit de lan den die ze met haar nieuwe geliefde Jerry Wilson bezocht. De brieven van voor de Tweede Wereldoor log van Yourcenar zijn zeldzaam. De jonge schrij f ster bekommerde zich er niet om haar correspondentie te bewaren voor het nage slacht. Ze vergat maar al te vaak haar kof fers, nadat ze gedwongen was die in een ho tel achter zich te laten. Dat resulteerde niet alleen in de verdwijning van verschillende brieven; ook de eerste aanzetten voor haar roman 'Herinneringen van Hadrianus' gin gen op die manier verloren. Daarnaast is het waarschijnlijk dat ze veel correspondentie heeft verbrand, met uitzondering van de i brieven die, volgens de testamentaire be schikking, pas vijftig jaar na haar dood weer mogen worden geopend. De brieven uit Nauwkeurig, met verbeten hartstocht zijn ontsnapt aan zowel de open haard alsde restricties van het testament. Het resultaat van deze bundel is een soms boeiend beeld van een belangrijk auteur Maar daarnaast staan veel brieven vol on-1 benulligheden; zo gaat ze vaak in op kleine gebeurtenissen en brengt ze maar al te vaak niet veelzeggende weetjes naar voren. De bundel is om die reden eigenlijk alleen inte- j ressant voor de geharde liefhebbers van haar literaire werk. De notities laten vooral de mens achter Yourcenar zien, de schrijfster die vooreen groot deel als een kluizenaar leefde. Michèle Sarne laat in het voorwoord weten: 'Het aantal persoonlijke ontmoetingen dat zij met haar innigste correspondentievriendin had en ook wenste te hebben, is ongetwij feld op de vingers van één hand te tellen.' Jacob Moerman Marguerite Yourcenar: Nauwkeurig, met verbe ten hartstocht - Uitgeverij De ArbeiderspM 49,50,

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2001 | | pagina 24