Chemie tussen de sterren PZC Papier wint van het beeldscherm Envisat kijkt op de centimeter Dolfijn verdooft prooi met geluid Jonge generatie is bang Onderzoek Siberische mammoet Australische voorouders Mineralen Zachte rijst postzegels woensdag 7 februari 2001 door Rob Vermeulen LEIDEN - Op de donkerste plekken aan de sterrenhemel is meer aan de hand dan we lang hebben gedacht. In ijle en koude gas- en stofwolken tussen de sterren vormen zich de wonder lijkste stoffen, die belangrijk zijn bij de geboorte van sterren en planeten, en uiteindelijk bij het ontstaan van leven. Hier, in de leegte, die geen leegte is, be oefent men de astrochemie: scheikunde op grote afstand. Het is maar heel even zoeken in de werkkamer van prof. dr. E wi ne F. van Dishoeck. Tussen tele scoop-opnamen van sterren, kleurige grafieken en posters van een Miró-tentoonstelling vinden we het al snel, tegen de zijkant van een kast geplakt: het Periodiek Systeem der Elemen ten. Voor middelbare scholieren een vertrouwd gegeven, dat complete overzicht van alle stoffen die de bouwstenen van onze wereld vormen. Op kamers van wetenschappers overal ter wereld is het een herkennings teken: hier werkt een chemicus. Iemand die zich bezighoudt met atomen en moleculen, met de wisselwerkingen van stoffen. En toch zijn we op de Leidse Sterrenwacht, behorend tot de Afdeling Sterrenkunde en Na tuurkunde van de Faculteit der Wiskunde en Natuurweten schappen van de Universiteit Leiden. Kraamkamers „Wij astrochemici beoefenen scheikunde tussen de sterren", verklaart prof. Van Dishoeck haar ongebruikelijke werkplek. ,We zien de ruimte als een uniek chemisch laboratorium, waar dingen gebeuren die hier op aar de onmogelijk zijn. Aan de an dere kant proberen we astrono mische vraagstukken, zoals die rond het ontstaan van sterren en planeten, te helpen oplossen door de chemische processen er van te bestuderen. Vooral op dat laatste gebied zijn we laatste ja ren een stuk wijzer geworden." Het chemisch laboratorium waarvan ze spreekt, ligt niet in de sterren maar ertussen. De plekken waar op het eerste ge zicht niets aan de hand is, de inktzwarte duisternis waar po ëtische nachtbrakers zo diep van onder de indruk kunnen ra ken, daar zijn de kraamkamers van nieuwe hemellichamen te vinden. „Sinds het begin van de twintigste eeuw is bekend dat er tussen de sterren geen absolute leegte is. Het is er weliswaar heel ijl en heel koud, maar er be staat wat we noemen interstel laire materie. Aanvankelijk na men we aan dat die gelijkelijk verdeeld was over de ruimte, zo ongeveer een atoom per kubieke centimeter. Nu weten we dat de dichtheid sterk uiteenloopt. Er zijn nevels, gebieden waar de dichtheid veel groter is, nog al tijd heel veel kleiner dan in een ster, maar wel zo groot dat de atomen in die interstellaire ma terie elkaar tegenkomen en met elkaar kunnen reageren. Op die plaatsen zijn de nieuw gevorm de moleculen bovendien enigs zins beschermd tegen de stra ling van nabijgelegen sterren, zodat ze niet zo snel weer uiteen zullen vallen." De materie tussen de sterren is op die plekken dan ook inge wikkelder van samenstelling dan elders. Gaat het op de mees te plaatsen bijna alleen om wa terstof (het lichtste en eenvou digste atoom uit het Periodiek Systeem), in de wolken en ne vels waar de astrochemici naar kijken zit een rijke voorraad an dere, zwaardere verbindingen. Het is daar een waar chemisch rariteitenkabinet, waar mole culen blijven rondhangen die onder aardse omstandigheden nooit zouden voortbestaan. Maar ook stoffen die we kermen hier op aarde, elementen die es sentieel zijn voor leven zoals zuurstof, koolstof, stikstof en verbindingen daarvan, die de bouwstenen van dat leven vor men. Prof. Van Dishoeck heeft een paar aansprekende voorbeel den van vertrouwde stoffen die zich in de ruimte-wolken kun nen vormen. „Alcohol bijvoor beeld komt heel veel voor. We hebben berekend dat er in de Saggitariuswolk genoeg zit om 10 2 8 f 1 essen sterke drank mee te kunnen maken. En die kun je ook 'on the rocks' krijgen, want we vinden ook ijs, In verschil lende smaken zelfs: waterijs, maar ook koolmonoxide en me thaan. Het gaat dan om heel dunne laagjes, die neerslaan op stofdeeltjes zoals die in de don kerste interstellaire wolken voorkomen. Die ijsjes zijn voor ons bijzonder interessant, want doordat de moleculen daarin min of meer vastzitten, kunnen ze weer reageren tot ingewik kelder samenstellingen." Het gemak waarmee ze spreekt over dit soort interstellaire ho- reca-activiteiten, doet de vraag rijzen hoe astrochemici eigen lijk wéten wat zich daar, op vele lichtjaren afstand, allemaal af speelt. Straling „We kunnen er inderdaad niet gaan kijken", zegt prof. Van Dishoeck met een glimlach, „maar we kunnen gelukkig erg veel opmaken uit de verschil lende soorten straling die we hier met telescopen opvangen. Zichtbaar licht, radiogolven en de laatste jaren ook infrarood, dank zij de Europese ISO-satel- liet die in 1995 werd gelanceerd. Door die straling te analyseren, kunnen we niet alleen zien met welke atomen we te maken heb ben, maar ook wat die atomen doen: of ze vrij rondvliegen of in een kristalstructuur gevangen zitten bijvoorbeeld." Om die waarnemingen in ver band te kunnen brengen met steeds ingewikkelder chemi sche processen, heeft de vak groep van prof. Van Dishoeck op de Leidse Sterrennwacht eén la boratorium waar de interstel laire omstandigheden zo goed mogelijk worden nagebootst. Met vacuümpompen en vloei bare helium (de buurman is het Kamerlingh Onneslaboratori- um, beroemd om historische doorbraken op het gebied van koude-techniek) maken de as trochemici hier de exotische ijs jes na, waarvan ze vervolgens het stralingsgedrag kunnen bestuderen. Door die waarne mingen te vergelijken met de ge gevens van telescopen en satel lieten, krijgen ze een goed beeld van wat zich ver weg afspeelt. De ontwikkeling in waarne mingstechnieken heeft het che misch inzicht van Prof. Van Dis hoeck en haar vakgenoten de laatste jaren enorm vergroot. Maar ook de volgende stappen in het geboorteproces van ster ren en planeten zijn vanaf de aarde beter zichtbaar gewor den. De zware en ingewikkelde moleculen die in de donkere wolken ontstaan, zijn immers nog lang geen hemellichamen. Het ontstaan daarvan begint op plekken waar de dichtheid nóg iets verder toeneemt. „Ergens in zo'n wolk zie je clan een soort klont ontstaan, een lo kale verdichting waarvan we de oorzaak nog niet kennen. Dooi de onderlinge zwaartekracht komen de deeltjes in zo'n klont steeds dichter bijeen, ze vallen als het ware naar elkaar toe en vormen zo een proto-ster, een gaswolk die steeds heter wordt Artistieke weergave van de 'protoplanetaire schijf' rond een jonge ster. In deze materie vormen zich planeten. De reeds gevormde planeet heeft een baan schoongeveegd in de schijf. illustratie G. Bryden/Lick Observatory Prof. Ewine van Dishoeck en begint te gloeien. Doordat er altijd sprake is van enige rota tie, vormt zich rond die jonge ster een platte schijf, van waar uit steeds meer materie in de ster valt. Maar niet alle materie uit deze 'accretieschijf' komt uiteindelijk in de ster terecht. Een deel blijkt weer te worden uitgestoten in de vorm van gas- uitstromen. Een ander deel blijft rond de ster draaien en klontert samen tot een aantal grotere stukkendie uiteindelijk planeten vormen." Kometen Dit proces, gecombineerd met het voorgaande verhaal over het ontstaan van ingewikkelde mo leculen in de interstellaire wol ken, lijkt op het eerste gezicht de mogelijkheid van het ontstaan van leven te verklaren. Er zit echter een addertje onder het gras: de jonge planeten zijn zo heet dat de moleculen dit nooit kunnen overleven. Om uit de ac cretieschijf op aarde terecht te zijn gekomen, moeten deze stof fen, waaruit 'wij' zijn ontstaan, dus een omweg hebben ge maakt. Kometen spelen daarin een be langrijke rol: dat zijn immers de meest primitieve objecten in ons zonnestelsel, die vanaf het be gin van het klonteringsproces hun eigen gang zijn gegaan en in de koude buitengebieden heb ben rondgevlogen. „Als ze langskomen, zoals de laatste jaren Hale-Bopp, Hya- kutake en Shoemaker-Levy, kunnen we ze goed bekijken. En dan blijkt dat de chemische sa menstelling van de komeet- staarten veel lijkt op die van de ijssoorten die we met de ISO-sa- telliet waarnemen", aldus prof. Van Dishoeck. TAMPA - De vriendelijk klikkende geluidjes van een dolfijn zijn een dodelijk wapen bij de jacht op vissen, aldus onderzoe kers van de universiteit in Florida. Die conclusie trekken zij uit beelden met geluid, waarop te zien en te horen is hoe een dolfijn een school haringen achterna zit en zijn slag slaat door het gehoor van de prooi te beschadigen. De dolfijn weet feil- loos voor welke toonhoogte zijn slachtoffer het meest gevoelig is. Dat verschilt per vissoort. Bij haringen gebruikt deroven- de dolfijn een vrij lage frequentie, bij ansjovis zijn hogere to nen nodig om ze te verlammen. In een experiment met ansjovis is aangetoond dat de piepge luiden van de dolfijn de ansjovissen danig in de war brengen. De gedesoriënteerde vissen zwemmen in rondjes en zijn een makkelijke, hapklare brok voor de rovende dolfijn. CLEVELAND - De huidige opgroeiende generatie is duide lijk angstiger dan die van de jaren vijftig. Dat wordt gecon cludeerd uit een grootscheeps onderzoek onder enkele tien duizenden Amerikaanse kinderen en bij studenten uit het middelbaar onderwijs in de Verenigde Staten. De sociaal psycholoog Jean Twenge van de Case Western Reserve Uni versity in Cleveland, Ohio, publiceerde het onderzoek. Als mogelijke oorzaken wijst hij vooral op de groeiende onze kerheid door het verlies of het ontbreken aan sociale en fami liale geborgenheid. Het vaak afwezig zijn van enige vorm van roots en van een eigen identiteit, geven vele jongeren het ge voel dat zij ontworteld zijn en nergens meer bij horen. Ook be zorgdheid om de gevaren die ons leefmilieu bedreigen blijken een niet onbelangrijke rol te spelen. MOSKOU - Het onderzoek naar de bevroren mammoet in Si berië gaat gewoon door. Berichten dat dit project op een grote teleurstelling is uitgelopen, kloppen niet. Dat zegt Dick Mol, de Nederlandse mammoetspecialist die nauw is betrokken bij het onderzoek naar het minstens lO.OOOjaarinde permafrost bewaard gebleven dier. Onlangs meldden nieuwsbronnen dat het enorme blok ijs, dat werd uitgekapt en vervoerd om onderzoek te vergemakkelij ken, slechts een teleurstellend kleine hoeveelheid weefsel, haar en botten blijkt te bevatten. Douanier/mammoetdes- kundige Mol is 'zeer verbaasd' over dit bericht. „Het gaat om een blok ijs van 2,5 meter hoog. Daarvan is pas een stuk van 25 j centimeter diepte ontdooid, en in die laag vonden we haren, I weefsels en vier wervels, waarvan er drie op de anatomisch juiste plaats lagen." MICHIGAN - De moderne mens is volgens twee nieuwe stu dies in meerdere delen van de aarde ontstaan. De gangbare I theorie is dat de mens rond 100.000 jaar geleden Afrika verliet om zich over de aarde te verspreiden. Volgens een studie van de Australian National University (ANU) heeft de moderne mens echter niet alleen Afrikaanse, maar ook Australische voorouders. Fossiele resten van onge veer 60.000 jaar oud bleken een DNA-profiel te hebben dat niets te maken heeft met Afrikaanse tegenvoeters. In een tweede studie vergeleek van Milford Wolpoff van de universiteit van Michigan fossiele schedels uit Tsjechië, Au stralië, Azië, Afrika en Israël. Hieruit bleek dat de schedel van de anatomisch moderne mens (homo sapiens) zowel kenmer- ken draagt van zijn Afrikaanse voorvaders als van zijn lokale voorvaders. Dit is het geval voor zowel de Europese schedels als voor de schedels uit de andere continenten. Beide studies concluderen dat de mensheid zich op verschil lende plaatsen op aarde tegelijkertijd ontwikkelde. In tegenstelling tot het Euro pa-zegelpakket van het afge lopen jaar belooft dat voor dit jaar bijzonder interessant te worden. Was vorig jaar door Posteurop in verband met de millenniumwisseling voor een gemeenschappelijk motief ge kozen (kinderen die rond een van sterren opgebouwde boom dansen, waardoor deze omni busuitgifte zoals viel te ver wachten een eenvormige zaak is geworden), voor dit jaar is het weer als vanouds een gemeen schappelijk thema: water, na tuurlijke rijkdom. Een thema, dat gezien de zegels die al zijn gepresenteerd, veel mooie beel den zal opleveren. Hoewel Posteurop er ieder jaar op aandringt de Europazegels zo rond 5 mei uit te geven zijn er toch altijd weer landen die dat verzoek om bepaalde redenen niet inwilligen. Het Kanaalei land Guernsey bij voorbeeld beet deze keer zelfs al op 1 fe bruari het spits af met een serie van vier zegels, waarvan twee Euopazegels. De serie, waarop dus water centraal staat, is te vens een vogelserie: 2lp, ijsvo gel (Alcedo atthis), 26p (Europa zomertaling (Anas querque- dula), 36p (Europa), kleine zil verreiger (Egretta garzetta) en 65p, kleine plevier (Charadrius dubius). Liechtenstein heeft zijn eerste van de vier emissiedagen van dit jaar voor 5 maart gepland. Een van de zegels die dan zal ver schijnen is de Europazegel in de waarde van 1,30 frank. Afge beeld wordt een bergbron in de Liechtensteinse Alpen. den geweest die, als het om een gemeenschappelijk motief ging, uit de pas liepen. Ook vorig jaar was dat weer het geval, zoals Bulgarije, Gibraltar en de Ser vische Republiek. Tevens wer den er een enkele keer zegels aan de Europazegel 2000 toege voegd. Hierbij een overzicht van alle uitgiften: Aland, 3,00 m/0,50 euro; Azo- ren, 100 esc/0,50 euro en velle tje; Albanië, 1301 en velletje met met 300 1-zegel; Andor ra/Frans, 3,00 fr./0,46 euro; An dorra/Spaans, 70 ptas; Arme nië, 40 en 500 d; Azerbeidzjan, 1000 en 3000 m; België, 21 fr.; Bosnië Herzogowina, 2m/l,02 euro; Bulgarije, 0,18 en 601, Ma riabeelden; Cyprus, 30'c; Dene marken, 9,75 kr.Duitsland, 110 pf./0,56 euro en 110 pf./0,56 eu ro zelfklevend in boekjes; Est land, 4,80 kr.; Faeröer, 8,00 kr.; Finland, 3,50 Fm. Frankrijk, 3,00 fr./0,46 euro; Georgië, 80 en 100 t; Gibraltar, 30,30, 42 en 54p, veel sterren maar geen enkele met 2000-mo- tief; Griekenland, 170 dr, ook in velletje (vierzijdig getand) en boekje (loodrecht getand); Groenland, 4,75 kr.; Groot-Brittannië (nam niet deel); Guernsey, 21, 26, 36 en 65p, vliegers, alleen 36p-zegel met 2000-motief; Hongarije, 34 ft., vrouwenhoofd: Europa als legpuzzel, en 54 ft.; Ierland, 32p en 2 x 30p, zelfklevend; Italië, 800 1./0.41 euro; Jersey, 26p, kaart van Europa en sterren lid staten, en 34p, Joegoslavië, 30 nd, Bethlehem ten tijde van Christus' Geboorte, en 30 nd, astronaut op de maan; Kroatië, 2,30 k, koningskind op vliegend paard, en 5,00 k. Letland, 60s, plus paar en velle tje; Liechtenstein, 1,10 fr.; Li touwen, 1,70 lit.; Luxemburg, 21 Luf.; Macedonië, 30 den, en in velletje; Madeira, 100 esc/0,50 euro en in velletje; Mal ta, 16 en 46 c, plus in velletjes; Man, 36p als deel van kerstemissie; Moldavië, 31.; Mo naco, 3,00 fr./0,46 euro en 3,00 fr./0,46 euro, kaart van Europa plus vlaggen van Posteurop- landen; Nederland (evenals voorgaande jaren niet deelge nomen); Noorwegen (idem); Oe kraïne, 3,00 g.; Oostenrijk, 7 s.; Polen, 1,55 zl.; Portugal, 100 esc./0,50 euro en in velletje; Roemenië, 10150 1.; Rusland, 7,00 r. Bijna altijd in de nu 45-jarige geschiedenis van de Europaze gels zijn er wel één of meer lan- San Marino, 800 1/0,41 euro; Servische Republiek, 1,50 m en 2,50 m, kinderen met sterren. Slowakije, 12 sk, plus velletje; Slovenië, 90 t, ook in velletje; Spanje, 70 pta; Tsjechische Re publiek, 9 kc, ook in velletje; Turkije, 300 000 1.; Turks Cy prus, 2x300 0001, een met 2000- motief en een met bloem met in het hart de kaart van Cyprus en de kaart van Europa. Vaticaanstad, 12001 met priori- tylabel; Wit-Rusland, 250 r, ook in velletje; IJsland, 50 kr en in boekje; Zweden, 7 kr; Zwitser land, 90 rappen, Hero Wit RIJSWIJK - Mineralen, edelste nen, sieraden, gesteenten, fos sielen, schelpen, beeldjes en fournituren in alle soorten en maten zijn te zien tijdens de Mi- neralenbeurs die op 17 en 18 fe bruari wordt gehouden in de Darling Market aan de Volmer- laan 12 in Rijswijk. Tijdens de beurs is extra ruimte gereserveerd voor micro- mounts. Micromounts zijn steentjes van maximaal 15 bij 15 millimeter. De kristallen hiervan zijn slechts onder de mi croscoop te zien. Voor kinderen wordt er een workshop slijpen en polijsten gehouden. De beurs is beide dagen van 10.00 tot 18.00 uur geopend. door Johan Lamoral DEN HAAG - Een tekst op pa pier is beter te begrijpen en wordt sneller opgenomen dan dezelfde tekst op het beeld scherm. Tot deze verrassende conclusie komen vorsers van de Ohio State University na een proefproject met enkele hon derden studenten. De studenten werd gevraagd twee artikelen uit het weekblad Time te lezen. De ene helft kreeg de originele artikelen in het tijd schrift voorgelegd en de andere helft moest de artikelen op het computerscherm lezen. De stu denten met de gedrukte tekst bleken de artikelen sneller te le zen en de inhoud beter te assimi leren en vonden de argumenta tie en de presentatie ook aantrekkelijker dan op het beeldscherm. De onderzoekers zijn van me ning dat het resultaat van deze test vragen oproept in verband met het stijgend gebruik van beeldschermteksten in onder wijs en opleiding aan scholen en universiteiten. In een evaluatie van het Ameri kaanse onderzoek, analyseert professor Manfred Schweres van het Institut für Arbeitswis- senschaft und Didaktik aan de universiteit van Hannover, de leesfunctie van het menselijk oog. Volgens hem reageert het waarnemingsmechanisme van het oog anders bij het kijken en lezen op beeldschermen dan bij gedrukte teksten. Het menselijk oog functioneert niet zoals een camera. Het registreert geen on middellijk totaalbeeld, maar tast een beeld in snelle bewegin gen (saccaden) sprongsgewijze af. Daarbij worden niet alle beeldfragmenten gelijkmatig geregistreerd, maar rust het oog langer en intensiever op opval lende fragmenten. Bij het lezen van gedrukte tek sten springt het oog met 5,7 tot 9,2 saccaden over het papier. Volgens de Hamburgse infor- maticadeskundige Uwe Buer- mann in het Duitse vaktijd schrift 'Computer-Fach wissen', is de activiteit van het oog bij het overlopen van een tekst op een monitor veel lager. Reeds in 1979 hebben Amerikaanse we tenschappers berekend dat bij het lezen van een tekst op het te levisiescherm, het oog slechts één saccade per seconde haalt. Het oog vindt bij de voortdu rend veranderende puntsgewij ze opbouw van een beeld schermtekst onvoldoende vaste en langdurige aanknopings punten. Daardoor vermindert 1 het actieve kijkgedrag en raken de niet voldoende gestimuleer- j de oogzenuwen vermoeid. De Amerikaanse deskundigen waarschuwen dan ook dat wie pleit voor een verregaande of to tale computerisering van het onderwijs in scholen en aan uni versiteiten, geen rekening houdt met het feit dat, in tegen stelling met het leerproces via gedrukte teksten, het exclusief gebruik van schermteksten de psychomotoriek nadelig beïn vloedt. Er wordt niet meer ge bladerd, niet meer onderlijnd of aangemerkt, niet meer verwe zen naar andere passages, en er wordt geen commentaar in de j marge meer geschreven. Bovendien ontbreekt bij beeld schermwerk de 'haptische' di- mensie van het leerproces, datis de dimensie die met de tastzin of I het gevoel te maken heeft. Het schrijven met cle hand op papier heeft een memoriserend effect, want de opbouw en de inhoud i van een woord wordt tij dens het neerschrijven beter in het ge heugen opgenomen. Te dikwijls, aldus de onderzoe kers, wordt de indruk gewekt dat een optimaal leervermogen I nauw verbonden is met een zo groot mogelijk aanbod van ge- 1 gevens en feitenmateriaal, j Denk aan de slogan 'Internet voor iedereen'. Zonder een in telligente verwerking en het zoeken naar een samenhang, stapelen feiten alleen zich vlug op tot een feitenafvalberg. NEW YORK - Het is onderzoe- kers gelukt om rijst te maken met een zachtere korrel. Het voordeel van de nieuwe soort is dat zij fijnere bloem en meel op- j levert die beter geschikt zijn voor verwerking tot hoogwaar- j dige bakproducten zoals crois sants of fijne cakes, Bovendien drukt de nieuwe rijstvariant de maalkosten, de korrels zijn be- i ter verteerbaar en hebben een hogere voedingswaarde. Voor dit resultaat stopten on- derzoekers van de Montana uni- versiteit in Bozeman twee ei- witten uit zachte tarwe in rijst. Deze eiwitten komen niet voor in harde tarwe, dat wordt ge- bruikt om brood te bakken. De verkregen transgene rijst heeft korrels die een fijner meel voortbrengen die van betere kwaliteit is dan van niet veran- I derde planten. GPD door Ben Apeldoorn DEN HAAG - Komende zomer wordt Europa's grootste en zwaarste satelliet gelanceerd: de Envisat. Met tien zeer ver nuftige instrumenten moeten gedurende vijf jaar alle mogelij ke aardse invloeden, groothe den en hoedanigheden te land, ter zee en in de lucht met onge kende precisie in kaart worden gebracht. De milieusatelliet werd begin deze maand gepre senteerd in Europa's grootste technologische ruimtevaart centrum, ESTEC in Noordwijk. Het gevaarte weegt 8,2 ton en heeft maximale afmetingen van 25 bij tien meter (met geheel uitgevouwen zonnepaneel en speciale radarantenne). De lan cering van de Envisat (Environ mental Satellite) staat voor eind juli op de agenda. De Europese ruimtevaartorganisatie ESA zet daarvoor haar krachtigste werkpaard in, de Ariane-5. De lanceerplaats is Kourou in Frans-Guyana. Op een gemiddelde hoogte van 800 kilometer zal de satelliet uitgekiende banen om de aarde draaien die hem periodiek bo ven elk plekje brengen. Alle ba nen kruisen elkaar ongeveer bo ven de polen. De banenserie, die elke 35 dagen doorlopen wordt (elke tocht om de aarde neemt 101 minuut in beslag), is geheel zonsynchroon. Dat wil zeggen dat de zon, bezien vanuit de En visat nooit helemaal door de aarde zal worden verduisterd. Het grote zonnepaneel, dat een stroomvermogen levert van on geveer zeven kiloWatt, zal het instrumentarium dus continu van de nodige energie kunnen voorzien. En dat is nodig want de Envisat zal onafgebroken, 24 uur per etmaal, in bedrijf zijn. Minstens vijf jaar lang, zo is thans de bedoeling. Aards milieu Enkele bij de ontwikkeling en bouw van de tien Envisat-in- strumenten betrokken project leiders legden in Noordwijk het doel van het instrumentarium uit. Zoals de naam aangeeft is de Envisat te beschouwen als een satelliet die allerlei aspecten van het aardse milieu zal meten en in kaart brengen. Daartoe be horen onder meer stromingen in de oceanen, luchtbewegingen in de dampkring, de karakteristie ke vormen, afmetingen en be wegingen van oceaangolven, topografie, begroeiing en sa menstelling van het aardopper vlak. Het belangrijkste, tevens groot ste instrument van de Envisat is de ASAR (Advanced Synthetic Aperture Radar). Dit instru ment, dat als het ware 'gevoed' wordt door een enorme antenne aan de buitenkant van het satel lietlichaam, stelt de onderzoe kers in staat de genoemde oppervlaktebijzonderheden driedimensionaal in kaart te brengen. De overige negen instrumenten zijn te beschouwen als belang rijke aanvullingen op de ASAR, maar ze hebben elk een eigen specialiteit. De Medium Resolu tion Imaging Spectrometer (MERIS) bijvoorbeeld concen treert zich meer op de biochemi sche en -fysische eigenschappen van oceaanwater en de wateren bij kustgebieden om de invloed van menselijke activiteiten na te gaan. Om al die precisiemetingen tot stand te brengen is het van ui termate groot belang dat de exacte positie van de satelliet ten opzichte van de aarde conti nu bekend is. Met DORIS (Doppler Orbitography and Ra- diopositioning Integrated by Satellite) moet dat geen pro bleem zijn: men garandeert een nauwkeurigheid 'beter dan drie centimeter'. Volgens de geleerden moet de Envisat veel meer inzicht ver schaffen in de al decennia lang brandende vraag of we met onze aarde nu op weg zijn naar een broeikasstadium of juist naar een volgende ijstijd. Of: dat er gewoon helemaal niets aan de hand is. Over enkele jaren, mis schien eerder, moet daar al meer over gezegd kunnen worden. Impressie van de Envisat boven de aarde. Rechts het grote zonnepaneel; onder de satelliet is de synthe seradar-antenne te zien. foto ESA

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2001 | | pagina 8