Suriname is nog nooit zo afhankelijk geweest Geest van Franco waart nog steeds rond in Madrid Paramaribo doodmoe 31 25 jaar Juan Carlos zaterdag 18 november 2000 Suriname is op 25 november een kwart eeuw onafhanke lijk. Maar het verbreken van de navelstreng met Nederland heeft de kolonie weinig goeds gebracht. Op politiek en bestuurlijk niveau hebben de Surinamers er een be hoorlijk potje van gemaakt, de economie behoort tot de zwakste van Latijns-Amerika. De redelijk welvarende kolonie is na 25 jaar zelfstandigheid verworden tot een triest derde-wereldland, dat af hankelijker is van Nederland en andere donoren dan ooit tevoren. Maar ondanks alle ellende en ar moede staan niet alle Surinamers in de rij bij het Nederlands consu laat om hun land te ontvluchten. „We kunnen het best zelf, maar de saamhorigheid ontbreekt." Begin met Surinamers een gesprek over de toekomst van hun land en drie van de vier zullen zeggen dat het beter zou zijn als de bakra's, de Neder landers, het weer voor het zeggen zou den krijgen. Ze beseffen tegelijkertijd dat het een onmogelijke en onuitvoer bare optie is. Maar de eigen politici hebben gedurende 25 jaar onafhanke lijkheid ieder krediet verspeeld. Niet alleen in Paramaribo is het volk dood moe en gedesillusioneerd, ook in de districten ziet men het somber in. Drie zelfmoorden van jonge mannen in nauwelijks een week tijd - inNicke- rie kijkt niemand er nog echt van op. De sociale en economische situatie in het ooit florerende rijstdistrict in het westen van Suriname brengt menig bewoner tot uiterste wanhoop. De malaise na 25 jaar onafhankelijkheid treft de districten harder dan de hoofdstad Paramaribo. Tenminste, tot die conclusie komen de Nickeria- nen zelf. Ze houden van hun land, van hun district, maar zien geen uitweg meer. Voor jongeren lijkt de toekomst helemaal uitzichtloos. „De situatie is van dien aard dat de magen beginnen te knorren", zegt As- hok Kalloe. De lamlendigheid van de politiek heeft hij van dichtbij meege maakt, toen hij van 1991 tot 1996 lid was van de Nationale Assemblée, het Surinaamse parlement. En als het aan de Nickerianen had gelegen, was Kal loe na de verkiezingen van een half jaar geleden minister van landbouw, veeteelt en visserij geworden. Maar hij heeft de politiek de rug toe gekeerd omdat, zo zegt hij zelf, de be sluiteloosheid hem frustreerde. Als een van de grootste rijstboeren van het land voelt hij waar die chronische besluiteloosheid toe kan leiden. „In het parlement heeft men geen oog voor productie, terwijl dat juist een van de voorwaarden is voor ontwik keling. In al die 25 jaar is er niets ge daan voor de productiesector. De rijstsector is volledig verwaarloosd, de infrastructuur kapot." Zelf heeft Kalloe problemen met de bank, waardoor beslag is gelegd op zijn rijstfabriek en op driekwart van zijn ruim 2000 hectare metende land bouwgrond. De kleinere boeren zijn er nog slechter aan toe. Velen zijn in de afgelopen jaren failliet gegaan of ba lanceren op het randje van een bank roet. De economische crisis, het ge brek aan deviezen, de lage opbreng sten en de politieke onverschilligheid hebben de strop om hun nek gelegd. Export Maar weinig Nickerianen zijn opti mistisch over de toekomst. Ze zouden al te graag willen dat hun district weer de economische kracht krijgt van vroeger, toen Nickerie met recht de rijstschuur van Suriname werd ge noemd. En de export de staatskas de broodnodige deviezen opleverde. Maar vandaag de dag wordt slechts 2 5 procent van het beschikbare areaal ingezaaid, is de export naar een diep tepunt gezakt en kan de eigen bevol king nauwelijks worden gevoed van wat er niet wordt geëxporteerd. Bedrijven die voor 1975 door de Hol landers zijn opgezet, zijn op sterven na dood. De Surinaamse Machinale Landbouw (SML), een staatsbedrijf in het plaatsje Wageningen, is kapot gemaakt door wanbeleid, corruptie en politiek gekonkel. Het is slechts een kwestie van tijd voor het bedrijf, dat tot de j aren zeventig als een van de belangrij kste rij stonderzc ekscentra in de wereld te boek stond, de deuren zal sluiten en honderden gezinnen hun inkomsten verliezen. Vooral jonge vrouwen willen Nickerie en Suriname ontvluchten als ze de kans krijgen. Een even gewaagd als populair middel is te proberen een bakra aan de haak te slaan en daar mee naar Nederland te reizen. Liefde in ruil voor een paspoort. Wie als blan ke Nederlander op straat loopt, hoeft in Nickerie niet vreemd op te kijken als hij een of meerdere huwelijksaan zoeken krijgt. Ook de 18-jarige Gaishani Kisoen- singh wil weg. Maar niet ten koste van alles. De hindostaanse vwo-scholiere zóu het liefst na haar eindexamen vol gend jaar in Nederland informatie- Hoe het na 25 jaar onafhankelijkheid verder moet met Suriname, weet eigenlijk niemand. foto Wietze Landman/GPD technologie gaan studeren. „Je moet iemand hebben die garant staat en je moet kunnen aantonen dat je min stens 15.000 gulden en huisvesting hebt om een studievisum te krijgen. Waar moeten we dat geld vandaan ha len? Maar ik ga niet, zoals veel meis jes, met de eerste de beste Nederlan der om te trouwen. Ik kijk wel uit." Haar moeder maakt zich ernstig zor gen over de toekomst van Gaishani en de andere kinderen. „Welke toekomst kunnen we ze hier bieden? Ik heb wel familieleden in Nederland maar die hebben het zelf al moeilijk genoeg. Bovendien wil ik Gaishani daar niet brengen, want de kans is groot dat mijn zwager haar gaat lastigvallen. Dat is het trieste met Surinamers." Gaishani houdt de moed er echter in. „Ik zou enorm blij zijn als ik in Neder land kan gaan studeren. Of ik daarna terug kom, weet ik niet. Dat zal afhan gen van de situatie. Ik hoop dat er in Suriname veranderingen gaan plaatsvinden. Want nu kun je van een salaris niet rondkomen. Het zou pret tiger zijn als hier de studiemogelijk heden niet zo beperkt zouden zijn. Want nu trekken de meesten naar het buitenland om niet meer terug te ke ren. Met als gevolg dat er maar weinig deskundigen zijn die de vooruitgang tot stand kunnen brengen.' Hoe het nu verder moet met Surina me, weet eigenlijk niemand. Goede bedoelingen en plannen zijn er zat, maar bureaucratie, eigen belangen, ondeskundigheid en vooral geldge brek staan een goede uitvoering in de weg. Nu het met de relatie tussen Ne derland en Suriname weer de goede kant op gaat, keert ook het optimisme terug. En wordt ook pijnlijk duidelijk hoe afhankelijk Suriname nog altijd van de vroegere kolonisator is. Het land is na een kwart eeuw failliet en heeft zowel financiële als deskundige hulp vanuit het buitenland nodig om aan de opbouw te beginnen die sinds de onafhankelijkheid is uitgebleven. Met de bijna drie miljard gulden aan 'Verdragsmiddelen' die door Neder land sinds 1975 in Suriname is ge stopt, zijn nauwelijks zichtbare resul taten bereikt. Wellicht dat de reste rende 600 miljoen gulden aan schen kingen onder de ruim drie maanden geleden aangetreden regering van president Ronald Venetiaan, wel tot positieve effecten zullen leiden. „Suriname heeft er in 25 jaar tijd niet veel van gebakken", zegt Fred Kruis land gelaten. De jurist, die de laatste maanden vooral in de publiciteit is ge komen omdat hij als advocaat de na bestaanden van de decembermoorden van 1982 steunde in hun strijd om een onderzoek naar dit drama van de grond te krijgen, verwacht dat het land nog vele generaties nodig heeft om zijn plaatsje in de wereld te vin den. „Het is een proces dat zo veel an dere kolonies in de wereld ook door maken. Je kunt niet iemand zelfstan dig maken als hij nog niet heeft leren lopen. Dat heeft men zich bij de deko lonisatie niet gerealiseerd. Ik wil niet zeggen dat Suriname niet onafhanke lijk had moeten worden, maar we wa-* ren er destijds nog niet klaar voor." Referendum Het is een veel gehoorde verklaring waarom het mis is gegaan. Suriname, en met name de politiek, was nog niet rijp om op eigen benen te staan. „De sfeer was er in de jaren zeventig naar dat het bezitten van een kolonie een achterhaald idee was", recapituleert Harold Simons, gepensioneerd leer kracht. „Daar hebben met name de Creoolse nationalisten, zoals Henck Aaron, handig gebruik van gemaakt. Was er een referendum onder de be volking gehouden, dat had de onaf hankelijk veel langer op zich laten wachten. En dan hadden we meer aan het idee kunnen wennen." „Zelf ben ik niet tegen de onafhanke lijkheid geweest. Maar ik zag binnen een jaar dat het eigenlijk een foute be slissing was. Je kunt niet een stel mid delmatige politici, die altijd werden gedicteerd door Nederland en nauwe lijks kennis van zaken hadden, opeens loslaten om een land te besturen, dat vier maal zo groot als Nederland. Dat is een grote inschattingsfout van Ne derland geweest. „Achteraf is het natuurlijk gemakke lijk praten. We hebben het verkeerd gedaan. En we hebben in 1980 de macht van het leger onderschat, waardoor de ontwikkeling als gevolg van tien jaar dictatuur is gestagneerd. We kregen achteruitgang in plaats van voorspoed. Laten we hopen dat we na 25 jaar van falen hebben ge leerd van onze fouten. Zodat we over 25 jaar kunnen zeggen dat alles toch nog op zijn pootjes terecht is geko men." Voor Surinaamse jongeren zou daar mee een droom in vervulling gaan. „We houden van ons land en willen niets liever dan dat iedereen het goed heeft", zegt de 21-jarige Ganga Per- diepkoemar, een boerenzoon uit Nic kerie. Hij viert in de ochtenduren met een aantal vrienden een klein feestje in de populaire bar Chill Out in het plaatsje Nieuw-Nickerie. Het uit Ne derland geïmporteerde Heineken- bier heeft de tongen binnen het gezel schap goed losgemaakt. Rommeltje „We willen allemaal werken aan de toekomst van Suriname. Maar als je je diploma hebt gehaald en een baan vindt, verdien je nauwelijks genoeg om te eten. Laat staan om een huis te kunnen huren of kopen. De saamho righeid in het land ontbreekt. Mensen zijn niet gewend om samen te werken. Toen we onafhankelijk werden, had vrijwel iedereen het goed, dus was er geen reden om je om anderen te be kommeren. Maar de tijden zijn veran derd. We hebben er met zijn allen een rommeltje van gemaakt, dus moeten we ook met zijn allen de schouders er onder zetten om Suriname tot bloei te brengen. Met iets meer dan 400.000 mensen moet het toch niet zo moeilijk zijn om iedereen gelukkig te maken?" Armand Snijders foto Sergio Perez/Reuters Een spontaan feestje vie ren met hun koning, zoals wij dat op Koninginne dag doen, lukt de Spanjaar den nog maar steeds niet. Al tijd is er de schaduw van Franco die als een grauw sluier boven het Spaanse ko ningshuis hangt. Het zilve ren koningsfeest volgende week woensdag (22 novem ber) staat dan ook zwaar in het teken van de sterfdag twee dagen eerder van de dictator, die op zijn sterfbed Juan Carlos uitriep tot ko ning van Spanje. Sommige Spanjaarden worste len nog altijd met de vraag of de koning wel aan de goede kant staat. Niet zo verwonderlijk, want als tienjarig jongetje werd Juan Carlos de Bourbon door Franco naar Madrid gehaald om onder het toeziend oog van de dictator te worden opgeleid als zijn opvolger. Don Juan, de va der van de jonge prins, en zijn moeder bleven als ballingen in Lissabon achter. De 'generalisi ng' had in zijn grote wijsheid besloten dat alleen een koning met een gedegen franquistische opvoeding een waardig opvol ger kon zijn. Wanneer Juan Carlos op 22 no vember 1975, twee dagen na de dood van Franco tot koning wordt gekroond, wordt hij door net Spaanse volk dan ook met argusogen bekeken. Ze zien hem als de marionet van Fran co. In zijn eerste pogingen om het vertrouwen van het Spaanse volk te winnen reist de j onge ko ning stad en land af. Maar op de meeste plaatsen wordt hij met tomaten bekogeld, beschimpt en weggehoond. Pas wanneer het hem lukt om met al zijn ko ninklijk gezag de staatsgreep van Tejero in 1981 de kop in te drukken, begint het vertrouwen in de nieuwe vorst geleidelijk aan te groeien. Anno 2000 is Juan Carlos misschien wel de meest geliefde monarch ter we reld, maar de verwevenheid met het trauma van veertig jaar dic tatuur zit zo diep dat een 'Spaanse Koningsdag' nog ver verwijderd lijkt. Het zilveren jubileum zal zon der al te veel toeters en bellen worden gevierd. Een receptie en de opening van een overzichts tentoonstelling zijn de hoogte punten van het feest. Geen ballonnen, vlaggetjes, of volks dansen, die voor wat kleur en vrolijkheid zouden kunnen zor gen. Volgens berichten zou pre mier Aznar er bij de koning op aan hebben gedrongen de fees telijkheden tot een minimum te beperken, vanwege de politieke gevoeligheden rondom de Spaanse Kroon. Transicion De 'transicion', zoals in Spanje de overgang van de dictatuur naar democratie wordt ge noemd, is een proces dat nog al tijd niet is afgerond. Het is de pijnlijke verwerking van een verleden met een van de bloe digste burgeroorlogen uit de journalisten uit de hele wereld om de laatste dagen van de 'ge- neralisimo' te verslaan. De spaarzame berichten die door het 'Pardo' worden verstrekt zijn weinig geloofwaardig met als gevolg dat de wildste verha len in de kranten verschijnen. Op de ochtend van de dood van Franco wacht Juan Carlos in het paleis Zarzuela vol spanning op de dingen die gaan komen. In de biografie van José Luis de Vilal- longa zegt de koning dat dit het eenzaamste moment uit zijn le ven is geweest. „Je kunt straks net zo goed mensen verwachten met een kroon op een kussen, als de Guardia Civil met een arres tatiebevel", zegt hij tegen een 70-jarige generaal, de enige persoon die de prins op dat mo ment gezelschap houdt. Dank zij de laatste wilsbeschikking van Franco wordt Juan Carlos dan twee dagen later op 37 jari ge leeftijd toch koning van Spanje. De laatste monarch was zijn grootvader Alfonso XIII die in 1931 door de revolutionairen uit het land was verdreven. Die ge beurtenissen heeft vader Don Juan de jonge koning vaak ge noeg verteld. En ook heeft hij hem bijgebracht dat hij zich moest verzekeren van de steun van belangrijke mensen in het leger. Wanneer Juan Carlos met een rouwband om zijn arm aan het bed verschijnt waar Franco ligt opgebaard, is de spanning te snijden. Dankzij de steun van het leger gedogen de Franco aanhangers Juan Carlos uitein delijk als de opvolger van de Caudillo. De Spanjaarden reali seren zich heel goed dat deze onterende toestanden zich nog maar 2 5 j aar geleden hebben af gespeeld. Vaders zouden met deze verhalen indruk kunnen maken op hun kinderen, ware het niet dat de meesten liever niet praten over deze zwarte pe riode. De overgang van dicta tuur naar democratie heeft zich zonder bloedvergieten voltrok ken, maar dat kon alleen door een dikke streep te zetten onder het verleden. De angst voor een nieuwe burgeroorlog won het van de drang naar gerechtig heid. Maar die 'politiek van vergeten' betekent niet dat de Spanjaar den zich dat verleden niet meer herinneren. Oudere mensen be ginnen nog altijd zachter te pra ten wanneer de Guardia Civil voorbij komt. Naar aanleiding van 25 jaar democratie zijn af gelopen maanden tientallen boeken verschenen, maar de harde waarheid wordt meestal verteld door buitenlandse his torici, voor wie de Spaanse ge schiedenis nog altijd een bege renswaardige kluif is. Over een ding zijn de meeste Spanjaarden het eens. De de mocratie van hun land zou zich veel moeizamer hebben hersteld zonder koning Juan Carlos. Tij dens de grote crises die het land de voorbije kwart eeuw door maakte was een eenheidsfiguur als Juan Carlos meer dan nodig. Zijn gevleugelde uitspraak 'ko ning van alle Spanjaarden' heeft hij vooral in die moeilijke periodes waargemaakt. Henk van den Boom Koning Juan Carlos (rechts) en koningin Sofia. wereldgeschiedenis. Tijdens de veertig lange jaren van repressie verliezen 200.000 tegenstan ders van Franco het leven. Twee maanden voor de dood van de dictator worden nog, ondanks wereldwijde protesten, vijf te genstanders na een schijnproces gefusilleerd. De 82-jarige 'Caudillo' ligt dan al zo'n beetje op sterven. Een team van 24 specialisten weet de dictator nog veertig dagen in le- ven te houden. De waanzin be reikt een hoogtepunt wanneer ze besluiten hem te opereren. Omdat hij voor de buitenwereld slechts 'een griepje' heeft zou het opvallen als men hem naar het ziekenhuis zou brengen. Daarom wordt beneden in het paleis in het diepste geheim een operatiezaal ingericht. Artsen en verpleegsters smokkelen 's nachts medische apparatuur vanuit een ziekenhuis naar het paleis. Wanneer de brancard met de zieke Franco de bocht van het trappenhuis niet kan maken, rollen ze hem in een ta pijt en dragen hem zo naar de operatiezaal. Het einde van de dictator lijkt nabij als halver wege de operatie de stroom uit valt. Maar wonder boven won der overleeft hij de ingreep. Voor het paleis staan honderden Arm en rijk, een zwerver loopt halfnaakt langs een etalage in Paramaribo. foto Vincent Boon/GPD

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2000 | | pagina 51