Je kom van kakkebède in pissebède Dorp in bezit van stadsraad mw Domburg Agenda woensdag 25 oktober 2000 Naam: Ligging: Ontstaan: Inwonertal: Monumenten: Bijzonderheden: Domburg in het noordwesten van Walcheren, tussen Westkapelle en Oostkapelle aan het begin van de jaartelling was de plek waar nu Domburg ligt, al bewoond. De naam Dumburch werd genoemd in 1223 maar stamt vermoedelijk uit de periode rond 890. de kerk uit ongeveer 1290, de korenmolen Weltevreden uit 1817. Domburgis de oudste badplaats van Zeeland. Vanaf 1647 kwamen op het Domburgse strand Romeinsx de grond die gewijd waren aan de godin Nehalennia. :rblijfselen boven Een badplaats van internationale allure. Dat was Dom burg was begin twintigste eeuw. Met name dokter Jo- han Georg Mezger heeft hieraan bijgedragen. Deze voor zijn tijd baanbrekende wetenschappelijk masseur ver plaatste rond 1885 zijn praktijk van Amsterdam naar Domburg. Daar liethij in 1886 in de duinen Villa Irma bou wen. De dokter 'met de gouden duimen' zette Domburg als badplaats op de kaart. Hij bracht mensen van aanzien en van koninklijke komaf zoals de Roemeense koningin-dichteres Carmen Sylva naar het kustplaatsje om ze onder zijn behandeling te stel len. Ook verwierf Domburg, net als Saint Tropez destijds, naam door de bijzondere lichtinval. Voor kunstenaars een bron van inspiratie. Beroemde schilders als Toorop, Mond riaan en de schilderes Jacoba van Heemskerck verbleven hier omstreeks 1900. Het vakantie en kuuroord voor de crème, de la crème is ja ren later verdwenen. In de jaren zeventig gaat het met Domburg zelfs bergafwaarts. De ooit prachtige paviljoens en hotels bleven verweerd over of werden door brand ge teisterd. Domburg had een nieuw impuls nodig. Dat resul teerde vijftien jaar later in het vakantiepark Hof Domburg en zwemparadijs De Parel -op de luchtfoto linksonder te zien. Dit complex moest Domburg opnieuw als kuuroord op de kaart zetten. Hoewel de gemeente Domburg bijna aan dit plan ten onder ging, bloeide het toerisme op. Vorig jaar telde de kustplaats 776.000 toeristische overnachtin gen, en dat op een dorp met nog geen 1500 inwoners. Stad Ondanks het kleine aantal inwoners, was er een tijd waarin Domburg zichzelf 'stad' mocht noemen. Floris IV, graaf van Holland en Dirk van Voorne, burggraaf van Zeeland verleenden in 1223 stadsrechten aan de inwoners van het toenmalige Dumburch. Maar in het Soeverein Besluit van 1814 werden alle stadsrechten in Nederland geschrapt. Er werd opnieuw bekeken welke plaatsen in aanmerking kwamen voor het predikaat stad. Domburg viel buiten de boot. Desondanks maken inwoners soms nog graag aan spraak op de tijd van vóór de grondwet. De bewonersraad bijvoorbeeld, heet nog steeds Stadsraad Domburg. Stad of niet, Domburg bleek in de Middeleeuwen te klein voor twee parochiekerken. De ene stond in Oost-Domburg en werd genoemd 'Domburg binnen de burcht' (Domburg infra castellum). De andere kerk heette 'Domburg buiten de burcht' in West-Domburg. Deze stond waarschijnlijk in de dertiende eeuw op de plaats waar nu de Nederlands her vormde kerk staat. De kerk van Oost-Domburg werd hon derd jaar later verlaten omdat één kerk voldoende was. Door de gemeentelijke herindeling van 1966 werden Oost kapelle en het noordelijk gedeelte van de voormalige ge meente Aagtekerke ingelijfd bij de nieuwe gemeente Dom burg. Een situatie waarmee vooral de inwoners van Oost kapelle niet blij waren. Maar drie jaar geleden moesten ook de Domburgers het ontgelden. Samen met twaalf andere kernen ging Domburg op in de nieuwe gemeente Veere. Het moderne gemeentehuis van Veere is in Domburg gebouwd. Miriam van den Broek „Wil je nog koffie?" „Ja, je kan d'r beter van pisse as van een kosje broad." foto Janne Wolterbeek rik, 't is nog mè een aek dï a je gat an 'angt. Als er iets waardevols kapot gaat en iemand zegt dat het zon de is, volgt deze reactie. „Wat zonde, weetjïe ivè wat of zonde is? Beuter an je gat smaere en droog bróód ete', da's zonde. Frank den Hollander bezorgde ook een lijstje met dergelijke re acties, die hij optekende uit de mond van 'oma Bregt'. Wil je nog koffie? Ja, je kan d'r beter van pisse as van een kosje broad. Na 'wat?' volgt, ivat is wolle (en in béde ka je rolle, en op straete ligge paerdedrollen). Mevrouw Phernambuque uit Wolphaarts- dijk, die een verzameling aan legde, gaf er een variatie op. Wal? Steek je vienger in je gat, dan eij'n draaistoel. Iemand zegt 'zo' en dan volgt: en zo is gin zju. Ei je goed 'egete? Dan ka je mergen vodden (of lapjes) poe- pe. Bij'uut 'eslaepe? Dan ka je béde verkópe. Pardon. Niks te pardonnere, uutkieke möje leê- re. Er worden ook allerlei korte rijmpjes herinnerd en wie weet ook nog gebruikt. Bij ons thuis, werd het volgende rijmpje nog al eens gebezigd: „Ik zegge mè zó, een mens is nie van stro Dat werd dan meestal gevolgd door en is ok nie 'eschape om alleêne te slaepen. Na het 'iesje biesje bamen, katje voor de ramen, amen', kwam ook nog 'iesje biesje bamen, vouw je 'n andjes samen, doej'n oogjes dicht, amen.Mevrouw Diermanse uit Oost-Souburg kent het zo: 'iesje biesje bamen, doej'n andjes sa men, doej'n oogjes toe, drinken melkje van de koe, amen'. 'Amen', zei de koster, en scheet z'n broek vol moster'. Er is ook nog een uitgebreidere versie: 'Amen', zei de koster, en scheet in de kerk, foei zei d'n doomnie, is dat nou een werkJa, zei de koster, dat ben ik gewoon, geef maar een doekje dan veeg ik het schoon.Geen dialect, mè spe- lerië is een bulslag waerd. Ta melijk bekend is het versje dat 't Kerkje van Ellesdiek: zondag 29 oktober 14.30 uur, eerste oecumenische bijeenkomst in Zeeuws dialect, voorbereid door de Werkgroep Levensbeschouwing met als voorganger Hans Meijer uit Kapelle, aanvang 14.30 uur. Na de bijeen komst tijd voor ontmoeting en koffie. Zaterdag 11 november 20.00 uur, Zeeuwse Vertel- en to- neêlaevend met Bertus Limonard, Toon Martens, Anja Kop- mels en toneelgroep Ad Hoe o.l.v. Jopie Minnaard. Presenta tie: Engel Reinhoudt. Al enige tijd vragen we via deze rubriek naar Zeeuwse uitdrukkingen. De stroom in zendingen blijkt nog lang niet opgedroogd en de ruimte is be perkt. Het is dus onmogelijk om iedere inzender van een gezegde recht te doen. We zullen deze keer een groot aantal uitdruk kingen in koehels vluchte be handelen. In koehels vluchte betekent in sneltreinvaart of letterlijk in de vlucht van een kogel. Peter de Lijster uit Breskens hoorde het van zijn overgroot moeder en schrijft erbij dat hij vanwege de uitspraak (koehels) vermoedt dat de oorsprong van de uitdrukking ligt bij de Salz- burgers, die begin 1700 naar het Land van Cadzand kwamen. Duitse invloeden dus, terwijl de vorige keer sprake was van En gelse invloed (Onnesje kom ons te baete). Discussies over wat nou echt Zeeuws is, kun je dan ook beter maar niet voeren. De heer Allaart merkt ook op dat veel wat we voor typisch Zeeuws houden, dat niet is. Veel is terug te vinden in de dikke van Dale. Maar wat daar niet te vinden is, is 'k bin nog in d'ae- vende geweest, oftewel ik ben nog in de buurt geweest. Eigenaardig Van verschillende kanten kwam de uitdrukking emmetje rik m'n poepertje nie, gezegd tegen of over iemand die gauw aange brand is. Mevrouw Jumelet uit Yerseke bezorgde een hele lijst met bekende en onbekende uit drukkingen. Een griengel deur- vrete, wordt gezegd van iemand die veel ellende moet doorstaan. Je mö je 'n eigen nie uutlcleê voe a je ni béde git, met het oog op je leeftijd je geld of goed niet al te vroeg uitdelen. Je kom van kak kebède in pissebède, van de re gen in de drupJe ivor nooit deur een eerlijke waegen overree, mè aoltied deur een strontlcarre, je wordt niet belazerd door ie mand die eerlijk is, maar altijd door iemand die zelf ook niet zuiver is. Een eigenaardig gezegde en ook nog redelijk algemeen bekend is dièje van Ebscheuten wee, daar heb je hem weer. Wie zou van Ebscheuten nou toch zijn ge weest? Schiet vier, blaes assie, betekent dat iets snel moet gaan. En als vervolg op 't is mè een praotje van de köje uit het vorige artikel, schrijft de heer Van Sluis uit Nieuwerkerk: te gen joe 'ezeid en op de köje 'ezwege. Dat betekent dat je ie mand iets vertelt, wat niet ver der verteld mag worden. Poepuul A je nie deur een poepuid uut'e- broed bin, dan ben je niet ach terlijk. En dezelfde betekenis heeft ik komme nie van een oef- je. Waarschijnlijk is er over elke menselijke eigenschap wel een uitspraak te vinden. Ben je een dwaszak, een dwars persoon, dan kan er gezegd worden: die is zó dwars, aj'n bie de Kiekuut overboord gooit, dan drieft 'n van ebbe nog ni Bergen op Zoom. De heer Van Sluis kent hem als volgt: die is zó kopbos- tig, di ka je nie mie steke of snie Mevrouw Timmerman uit Vlis- singen wees op het gezegde over een luiwammes; die is te lui dat 'n 't gos zie waaie. En de heer of mevrouw Meijers uit Veere kent er één over een verwaand per soon: die is zó gröós as een katte die een derm sleept. Van een goedig iemand: die za 't kwaed nie in de aerepels (petoaten) bri- enge. Mevrouw De Wolf-Mol schrijft dat van iemand die niet al te knap is, gezegd wordt: die ei ze ker achteran gestae as ze de mooie uut gedeeld En wie over iets erg verbaasd is of om andere reden wat vreemd uit de ogen kijkt, kiekt as een uul op een zie ke koeie. Wie alles verkwist, lapt aolles deur de billen. Ie mand die niet gemakkelijk zit, zit as een puut op een stoppel. Al eerder merkte ik op dat veel uitdrukkingen standaardreac ties zijn op bepaalde vragen of opmerkingen. Een kind die klaagt over piene in z'n rik, krijgt te horen: „Jie ei nog gin ook ingestuurd werd door me vrouw Diermanse: Moeder, moeder, d'n beer is los, oart dat beest is brulle, sniedt 'n z'n oaren poöten of, dan kunne me lekker smulle. Mevrouw De Groote uit Terneu- zen zorgt voor een Vlaams ge dichtje, gehoord van iemand die uit het Vl&amse Middelburg af komstig was. De puit zat in een wije plas wa ter Kom t'r uit, zei de kraai Ge zol me pikken, zei de puit Ik nie pikken, zei 't de kraai De puit kwam 't er uit Pik, zei de kraai 'k èn 't gepeinsd, zei de puit. Stuk Uit Zeeuws-Vlaanderen komt het gedichtje dat ik hoorde van mevrouw Van Poecke uit Koe wacht. Een stuk in vest ofmouwe Geeft een lief aan een knappe vrouwe Maor één stuk staat de man zeer laag Als hij een stuk heeft in zijn kraag.. We sluiten in het Walchers af en wel mee een uutdruksel dat a ei genlijk meêr een grapje is en in gestuurd werd door mevrouw De Wolf-Mol. Of het alom be kend is in Biggekerke en om streken weet ik niet, ik had het nooit gehoord. Het heet De drie waereldivonders: 'n Knien pist en drienkt nie 'n Oen drienkt en pist nie En een ezel scheit driekantige keutels Deur een vierkant gat. Meer reacties welkom. Toet de volgende keer, wan een ure is gin kakstoel. Engel Reinhoudt luchtfoto Aero Lin Photo

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2000 | | pagina 35