Toet als een
echte jongen
Inhaalslag Nederlandse musea op internet
Kleren van
een farao
|V7f» kunst
rlA* cultuur
/WVSA
13
ls 8-jarig jongetje droeg Toetanchamon een
luipaardvel van fijn geweven linnen, met zilveren
klauwen, gouden sterren en een op zijn schouder
geborduurde valk. Op zijn hoofd had hij een blauwe kroon
met slangen en op zijn buik de kop van een luipaard, uit hout
gesneden, ingelegd met half-edelstenen en beschilderd met
goudstof, zijn koninklijke naam aangebracht in een ovale
ring. Het zorgvuldig nagemaakte kroningsgewaad van de
farao is, samen met 35 andere replica's, vanaf 1 juli in Leiden
te zien op de tentoonstelling 'De kleren van Toetanchamon'.
Iedereen kent Toetanchamon
sinds de Britse archeoloog
Howard Carter in 1922 de
graftombe van de farao opende
in de Vallei der Koningen. Een
wereldschokkende vondst. Alle
aandacht ging uit naar het
gouden dodenmasker en de vele
kunstschatten van de jonge
koning en hogepriester van
Egypte die omstreeks 1323 voor
Christus op 19-jarige leeftijd
stierf. Het goud en zilver is nog
steeds te zien in het Egyptisch
Museum in Caïro, maar de
linnen lendendoeken (zijn
onderbroeken), de rijkelijk
versierde tunieken, gemaakt
van het fijnste gobelin, de met
edelstenen en met bladgoud
versierde hoofdtooien, zijn
pruiken, mantels, sokken en
sandalen: Toetanchamons hele
garderobe verdween in dozen en
kisten achter slot en grendel.
„Niet de koning is beroemd,
maar de inhoud van zijn graf.
We weten alles van zijn gouden
masker, maar wie zijn ouders
waren, hoe hij leefde, welke
invulling hij gaf aan zijn
koninklijke taak, hoe hij stierf:
daarover weten we nagenoeg
niets", aldus textielarcheologe
dr. Gillian Vogelsang-
Eastwood, verbonden aan de
Leidse universiteit. „Ik wil van
Toet een echte jongen maken.
Hij was een mens en geen
masker."
De textielspecialiste zocht
antwoord op heel andere vragen
zoals: welke 'vrijetijdskleding'
3400 jaar zijn tol geëist.
Sommige stukken bestaan over
15 jaar niet meer. Er moet echt
snel iets gebeuren."
Vogelsang, directeur van het in
Leiden gevestigde Textiel
Onderzoekscentrum, kreeg
voor haar pionierswerk
subsidie van de Nederlandse
Organisatie voor
Wetenschappelijk Onderzoek
(NWO) maar geld voor
restauratie van de kleren van de
farao is er niet. Met de reizende
tentoonstelling van door
Zweedse en Nederlandse
textielspecialisten zorgvuldig
nagemaakte replica's, wil
Vogelsang de koninklijke
garderobe behouden voor de
vergetelheid. In Zweden trok de
tentoonstelling tienduizenden
bezoekers. De kleren van de
farao zijn volgend jaar ook in de
Verenigde Staten en China te
zien. „Ik wil een miljoen gulden
bijeenbrengen voor een
textiellaboratorium in Caïro
waar de kleren van
Toetanchamon gerestaureerd
en geconserveerd kunnen
worden. We hopen op een
sponsor. Wat is nou mooiere
reclame voor een bedrijf dan te
kunnen zeggen: 'Wij hebben de
kleren van Toet gered'?!
Op de expositie in Leiden wordt
de rijkdom van de koninklijke
garderobe belicht tegen de
historische en sociale
achtergrond van het oude
Egypte. De legendarische kind
farao komt voor de toeschouwer
droeg de farao als hij zich
verpoosde met zijn vrouw,
Ankhesenamun? Welke
handschoenen trok hij aan als
hij ging rijden met zijn
strijdkar? Hoe zag hij eruit bij
belangrijke religieuze en
militaire ceremonies? Welke
sandalen combineerde hij met
zijn opmerkelijke eendjes
tuniek? Waarom had de farao
145 lendendoeken, de
toenmalige Egyptische
onderbroek, in zijn graf?
„Kleren vertellen veel over
iemand."
Vertrouwen
Vogelsang wist het vertrouwen
te krijgen van de Egyptische
autoriteiten en mocht in 1994
onder toeziend oog van
veiligheidsbeambten als eerste
onderzoeker de kleren van de
farao zien, de oudste bewaard
gebleven koninklijke garderobe
ter wereld. Het was alsof het
graf opnieuw voor haar
openging. Ze betrad de
hermetisch afgesloten
magazijnen van het museum in
Caïro, opende dozen en
onderzocht de kleren, soms niet
meer dan fragmentjes stof of
losse kralen, door Carter
verpakt in dozen en oude
kranten. „Er moeten honderden
kledingstukken liggen,
niemand weet precies hoeveel.
Het was een spannende maar
ook frustrerende speurtocht. De
garderobe van de farao is in
slechte staat vanwege de slechte
condities in het museum, zoals
zonlicht en luchtvervuiling.
Ook vocht in de tombe heeft na
tot leven. Het jongetje dat op 8-
jarige leeftijd farao werd, had
schoenmaat 37 en was 1 meter
67 lang toen hij als 19-jarige
stierf. Toetanchamon had een
opvallend figuur met een
wespentaille en nogal brede
heupen, waarschijnijkhet
resultaat van een ziekte die het
skelet aantastte. Zijn garderobe
is gemaakt van linnen.
„Iedereen droeg linnen in het
oude Egypte. Maar het
koningslinnen is met 100
draden per centimeter veel
verfijnder."
Omdat de farao de beschikking
had over slaven, waren zijn
tunieken, hoewel simpel van
snit, vaak prachtig versierd en
opvallend kleurig. Vogelsang:
„Daarmee kon hij zich
onderscheiden van het gewone
volk. Hij droeg veel donkerrood,
diepblauw en bordeaux.
Gecombineerd met wit een lust
voor het oog." Veel stof is
geweven, maar ook
gobelinwerk is in de tombe
aangetroffen. Dit gobelin is zo
fijn, dat Vogelsang deze
techniek niet kon reproduceren.
„Je zou, met 95 draden per
centimeter die we geteld hebben
in de 'valktuniek', een
kledingstuk van drie meter lang
en één meter breed, vele jaren
bezig zijn. Ondoenlijk. We
hebben ervoor gekozen de
replica's te bedrukken."
De Egyptenaren gebruikten
naaitechnieken zoals de
ketting-, rijg- en steelsteek. Ze
hielden van appliqué-werk en
naaiden vaak versieringen op de
koninklijke kleding zoals
De jonge farao in zijn 'valtuniek' met hiërogliefen bij de hals en aan de onderkant.
Toetanchamon in zijn luipaardvel dat hij droeg toen hij op 8-jarige leeftijd de troon van Egypte besteeg.
gouden schijfjes, rozetten,
steentjes, kralen, franje en
vlechtwerk. Op Toets kleding
zien we veel symboliek in de
vorm van de zonnegoden Horus
en Ra, scarabeeën, sfinxen,
griffioenen en gieren.
Cartouches, ovale ringen
rondom hiërogliefen, gaven de
status van de koning aan. Het
veel gebruikte symbool van de
valk (de god Horus) benadrukte
dat Toetanchamon de
machtigste persoon was in
Egypte, andere zoals de cobra
moesten hem beschermen. Als
hogepriester en tijdens zijn
kroning droeg hij een
luipaardvel: als kind een
nagemaakte en als volwassene
een echte.
De kledingstukken van de farao
waren eenvoudig van ontwerp,
maar de ingewikkelde patronen
leverden Vogelsang en haar
collega's problemen op. „Op een
rondgeweven kraag met
geometrische figuren hebben
onze weefsters flink zitten
zweten. En op sommige
tunieken zitten wel 2000 kralen
die we er stuk voor stuk hebben
op genaaid." Toet droeg zijn
kleren in meerdere lagen over
elkaar, geplooid met een sjerp of
ceintuur. Als de farao
ceremoniële verplichtingen had
waarbij hij moest zitten, droeg
hij een tuniek met alleen kralen
aan de voorkant. Was zijn
tuniek aan beide zijden
versierd, dan liep of reed
Toetanchamon in een stoet. De
koning trok bij officiële
gelegenheden alles uit de kast:
een schortstuk van goud en
juwelen en een aan zijn riem
vastgemaakte en beweegbare
gouden stierenstaart, hét
koninklijke merkteken.
Vogelsang: „Je kon de farao
hóren als hij eraan kwam: zijn
gewaad ruiste en tinkelde. En
stel je de beweging van het
linnen met al dat goud en
kralenwerk eens voor. Als de
zon erop scheen, was zijn outfit
oogverblindend. Je kon de farao
niet alleen zien, maar ook horen
en ruiken. Textuur, kleur, maar
ook beweging, geluid en geur
maakten deel uit van de
koninklijke garderobe."
Vogelsangs favoriete gewaad is
de 'eendjestuniek' met lopende
eendjes aan de onderkant en
vliegende eendjes aan de
bovenkant. „Egyptenaren aten
graag eend en vonden het een
leuke decoratie." Ook
opmerkelijk is Toets
strijdwagen-jack, een stuk stof
van 4,60 meter dat strak om het
bovenlichaam werd gewikkeld
en bescherming aan zijn nieren
bood tijdens het paardrijden."
Toet had vele paren teenslippers
en sandalen in zijn graf en
enkele Syrische tunieken,
geschenken van naburige
vorsten. En hij had sokken, wat
vreemd is, daar de Egyptenaren
niet eens een woord hadden
voor dit kledingstuk.
De reconstructie van de kleding
was niet eenvoudig. „Met
behulp van speciale lampen,
textielanalyses, en schriftelijke
bronnen hebben we de patronen
en kleuren stukje bij beetje
kunnen achterhalen. Aan de
hand van zeer gedetailleerde
computertekeningen zijn de
kleren nagemaakt De
specialisten van de School voor
Zweedse Handweefkunst in
Boras hebben heel goed werk
afgeleverd. Toetanchamon
komt tot leven in de vitrines."
„Mensen vragen ons wel eens
waarom we de echte kleren van
de farao niet laten zien. Het
antwoord is simpel: dat kan niet
omdat ze tot stof zouden
vergaan. Maar we hebben ons
uiterste best gedaan de kleren
zo goed mogelijk te laten lijken.
Zo kreeg ik van iemand een echt
luipaardvel cadeau om Toets
kroningsgewaad van te maken,
maar dat bleek bij nadere
inspectie een cheetah te zijn. Ik
wil niet de dood van een
luipaard op mijn geweten
hebben, dus hangt er nu een
nep-luipaardvel in de vitrine.
En aangezien Toet als kind ook
een nagemaakt vel droeg, heb ik
daar geen enkele moeite mee.
Caroline van Overbeeke
Exposit ie: De kleren van Toetancha
mon -1 juli t/m 21 aug. in de Pieters
kerk in Leiden (Kloksteeg 16), dage
lijks van 13.00-16.30 uur. Zaterdag
en zondag vanaf 11.00 uur.
Het Rijksmuseum presenteert zich sinds
een paar jaar onder het motto onze 'Na
tionale Schatkamer'. Met de rijkste collec
tie Nederlandse meesters uit de Gouden
Eeuw in huis valt daar natuurlijk niets op af
te dingen. In navolging van gerenommeerde
buitenlandse musea hoort die faam in het
huidige tijdbestek ook te worden waarge
maakt met een prestigieuze eigen internet
site. Wie een paar uurtjes surft op www.mu-
seumserver.nl, een site met 288 adressen van
Nederlandse musea, ontdekt dat ook andere
instellingen de afgelopen jaren op dit ter
rein een enorme inhaalslag maakten. Maar
er zitten ook musea tussen die zich inmid
dels zouden moeten schamen over hun site.
Met 6000 pagina's tekst, 1250 gedetailleerd
beschreven topstukken, 4000 illustraties,
een virtuele rondwandeling en de mogelijk
heid een bezoek aan de bibliotheek en muse
umwinkel te brengen, slaat het Rijksmuse
um de concurrentie sinds half december op
alle fronten. De relatief late entree van het
museum op het internet wordt verklaard
door dit overweldigende aanbod. Het muse
um wilde het in één klap goed doen en geen
vliegende start maken met een site die daar
na als een pudding in elkaar zou zakken
door gebrek aan toevoer. Dat lot trof het
Stedelijk Museum in Amsterdam na het
vertrek van Jacqueline Hagman. Wie op 'ex
posities' klikt treft er op dit moment alleen
de summiere mededeling 'hoogtepunten uit
de collectie'. Op de actuele agenda beperkt
de informatie over de tentoonstelling van de
befaamde Oostenrijkse kunstenaar Arnulf
Rainer zich tot de vermelding dat er 'schil
derijen, prenten en tekeningen' te zien zijn,
voorwaar geen stimulans snel een kijkje te
gaan nemen. En onder het 'kopje' bulletin
worden alleen een paar stokoude artikelen
gepresenteerd.
De Stichting De Museumserver is bij de sa
menstelling van de adreslijst niet kieskeu
rig, zodat ook het Ajax Museum een plaats
kreeg. Dat blijkt zo'n hoogst actuele, crea
tieve parel in het aanbod dat het Stedelijk
Museum er veel van zou kunnen leren. Op de
eerste pagina ontrolt zich verbluffend snel
een foto van een speler met rugnummer 13
die juichend naar trainer Jan Wouters rent
na zijn goal in een eindelijk weer eens ge
wonnen wedstrijd tegen Willem Even
kwijt wie nummer 13 is? De site geeft snel
antwoord: Richard Knopper, geboren in
Rijswijk op 16 juni 1977.
Feestprogramma
Ook Het Afrika Centrum in het Limburgse
Cadier en Keer verdient een pluim. Op de si
te staan een paar enthousiasmerende foto's
van 'originele Afrikaanse spullen', voor
kinderen wordt een feestprogramma voor
verjaardagen aangekondigd en voor oude
ren de mogelijkheid in 'Mondiaal Mooi' sie
raden naar Afrikaans voorbeeld te maken.
Aan het slot wordt de 'Bijzondere Tentoon
stelling van 100 Afrikaanse Kerststallen'
aangeprezen en de aanwezigheid ('uiter
aard') van koffie, fris en versnaperingen.
Het Heempark Sjloens Heim in de schaduw
van het pittoreske kasteel Schaloen in Oud-
Valkenburg presenteert zich zelfs uitzon
derlijk voorbeeldig met een site van maar
liefst twintig pagina's vol gedetailleerde in
formatie over de schone natuur en haar
scherpe foto's van een das, een buizerd, een
groep slapende vosjes en kamsalamanders.
Bezig met de planning van een bezoek aan
het Ouwehands Dierenpark in Rhenen, het
Nationaal Asperge- en Champignonmuse
um in het Limburgse Horst, het Nieuw Land
Poldermuseum in Lelystad of het Museum
voor Valse Kunst in Vleddder? Ook voor de
ze instellingen biedt de 'Museumserver' min
of meer uitgebreide, maar in elk geval altijd
zoveel feitelijke informatie dat de surfer
vooraf geen telefoontje meer hoeft te plegen
naar de plaatselijke VW-kantoren. De
adressen, overzichtelijk gerangschikt per
provincie, brengen de surfer bovendien in
contact met een groot aantal musea dat hij
vast nog niet kende. Ooit gehoord van het
Nederlands Drogisterij Museum in het
Utrechtse Maarssen, dat in een monumen-
tenpand enkele duizenden artikelen uit
vroeger eeuwen presenteert? Waaronder als
symbool van de branche, de grootste gaper
ter wereld? Wie nieuwsgierig is kan thuis al
vast acht mooie foto's van dergelijke gapers
downloaden.
Zoeken
Dat 'downloaden' vergt vdak wel het nodige
geduld. Maar wie wil niet graag meemaken
hoe de site van het Centraal Museum in
Utrecht tenslotte 'De voerman' van Mat-
thijs Maris uit 1859 op het scherm tovert? Of
een blik op een paar zalen in het vernieuwde
museum werpen? De grotere Nederlandse
'kunstmusea' zijn voor het grootste deel ook
allemaal op deze site present, al is het bij
voorbeeld nog vergeefs zoeken naar het
Drents Museum in Assen. Als excuus kan
gelden dat door gebrek aan gespecialiseerde
expertise en middelen de verhouding van
musea tot internet het stadium van de
vriendschap nog steeds niet is ontgroeid.
Maar hoeveel mogelijkheden er voor een
bloeiende liefde liggen, toont nu al de
prachtige 'volwassen' site van grote broer
Rijksmuseum. Wie op zoek is naar site
adressen van gerenommeerde buitenlandse
musea als het Louvre en de Hermitage kan
ook op de 'Museumserver' terecht Boven
dien presenteert de stichting op de site ook
een museumkrant, een discussiepagina en is
een plek gereserveerd waar surfers een ei
gen kunstpagina, virtuele tentoonstelling of
museum aan kunnen toevoegen.
Frangoise Ledeboer
vrijdag 23 juni 2000