Overal waar ik ga, vind ik het tof Meer slangen dan in het paradijs Het Fenomeen Eddy Wally Natuurfotograaf op moeizame jacht reportage zaterdag 17 juni 2000 31 Giftige soorten zaal Paris-Las Vegas te Ertvelde, waar door zijn voormalige partner Dreke de Nolf in het ongeluk werd gestort? De glimlach glijdt voor heel even van zijn ge laat. Over dat soort kwesties spreekt hij niet gaarne; er wordt zovéél onwelrie kends over hem geschreven. Wat te den ken van het verhaal dat hij de bloemen die hij van diep ontroerde fans ten geschenke krijgt onmiddellijk doorverkoopt aan een plaatselijke bloemenhandelaar? „Alle maal flauwekul!" De verslaggever weet toch zelf hoe de wereld Ln elkaar steekt? „Al die journalisten moeten hun bladje vullen." Maar kom, genoeg daarover. De Charme-zanger heeft het liever over de zonzijde van het succes. Over zijn optre den ('plezant, plezant') in het circus van Sjanghai 'waar alle groten der aarde ston den; Aznavour, Mireille Matthieu'. Hij zong er zelfs twee van zijn liedjes (Cherie en De Marktkramei*) in het Chinees. Was nog een hele toer om dat Chinees een beet je onder de knie te krijgen. „Ik heb water en bloed gezweet. Je moet je indenken: veel artiesten hebben kans gehad naar school te gaan en goede studies te maken. Maar bij ons thuis moest er brood op de plank komen. Mijn moeder was weduwe met drie kinderen, begrijpt u?" Of laat hem vertellen over zij n destij ds zo succes volle trip naar ('daar stond voor Eddy Wally altijd een taxi klaar, een jacht, een autobus, een trein en een vliegtuig') Rus land. Over zijn collega's, die hem 'op de armen dragen': Lee Towers, André Hazes, The Blue Diamonds, Ben Cramer. Over zijn idool Elvis ('inderdaad, ze zeggen wel eens dat ik op hem lijk, zeker in mijn jonge jaren') Presley: „Ik was een afgod van hem." Nee, hij heeft The King helaas nim mer persoonlijk mogen ontmoeten, 'maar wél zijn costumier'. „Ik was de eerste Belg die bij de costumier van Elvis Presley is geweest. Ik had graag gehad, dat hij ook een kostuum voor mij had ontworpen, daar waren ook plannen voor. Maar dat is héél duur. Zo'n kostuum van Elvis kostte een half miljoen." Politiekers Een korte rondleiding door de woning volgt. Met een parmantig dribbel gaat The Star de verslaggever voor. De huiska mer ('het Eddy Wally-museum') biedt een verpletterende aanblik; kunstbloemen ('echt Chinese zijde'), bont beschilderd aardewerk, honderden porseleinen vaas jes en poppetjes - ruifnschoots voldoende om er een hele souvenirwinkel mee te vul len, schilderwerkjes gevat in vergulde lijsten. „Mooi hé?" Hij zet zich voor het raam en knikt. Inder daad, een jaar of wat geleden werd hem verzocht plaats te nemen op de verkie zingslijst van de Oost-Vlaamse Waardig Ouder Wórden-partij. Dat verzoek legde hij echter minzaam naast zich neer. Eddy Wally for minister-president? Hij zou, daarvan is hij overtuigd, veel kiezers heb ben getrokken. „Als u ziet, wanneer ik op de markt rondloop, komen alle mensen naar mij toe. Maar mijn moeder zei altijd: 'nooit politiek'. Ik heb niets tegen politie kers hoor, maar het is niks voor rriijIk zou té goed voor de mensen zijn." Zevenenzestig ('goed bewaard gebleven, hé?') jaar is hij inmiddels. Maar stoppen? „Nooit! Dat is kort, maar krachtig. Dit le ven is te mooi om er afscheid van te ne men." Bij het vertrek geeft The Voice of Europe de verslaggever een gehandtekeningd ex emplaar van zijn nieuwste single mee: Mambo hier, mambo daar, Als je mambo danst, Ja dan heb je 't voor mekaar, Heb je altijd sjans. Reken maar, zegt hijdat wordt weer ge nieten vanavond, in Sas van Gent. Willem van Dam Eddy Wally, wie kent hem niet? Hij rekent zichzelf tot de Groten van het Genre, werd ('mag ik het woord gebruiken?') wereldberoemd met meezingers als Chérie, Ik spring uit 'n vliegmachien, Dat doet de peper in mijn bloed en De 14 billekes. Vanavond treedt hij op in Sas van Gent, tijdens het jaarlijkse Schepentrekkersfeest. Ontmoeting met een Fenomeen: „Zóveel optredens, zó'n succes, onvoorstelbaar, 't is eindeloos." D'n Eddy? Bij Frituur De Katte ge- baart de mevrouw met de zware boodschappentas in de richting van een uit grijzige stenen opgetrokken bungalow met enorme siervazen voor de vensterrui ten. De echtgenote (verfbeklodderde trai ningsbroek, een Rode Duivels-petje ach terstevoren op de permanent geplaatst) van Het Fenomeen is doende het hekwerk dat de woning omzoomt van een fris kleurtje te voorzien. „Momentje alstu blieft, ik zal Eddy waarschuwen dat u er bent." De ontvangst ('een glaasje bij de koffie?') vindt plaats in het keukentje, alwaar De Ster regelrecht vanuit de douche is ver schenen in een bloedrode badjas; de blote voeten gestoken in een paar sleetse slip pers, de anders zo perfecte coiffure enigs zins in wanorde, waardoor zicht wordt geboden op een kalende kruin. „Excuseer meneer, het is laat geworden gisteravond, druk, druk, druk." Met optredens natuur lijk. En: veel vergaderingen, „Want er zit iets in petto." Misschien ('Ihope so') komt het er dan eindelijk van: een heuse Eddy Wally-film. Het zal, weet hij zeker, een pracht van een film worden, over 'een doodgewoon fabrieksjongetje, dat een in ternationale topstar werd'. Ze noemen hem The Voice of Europe, de Keizer van het Vlaamse lied, de Vlaamse Charme-zanger of Eddy Dubbeljoe. Heel vroeger al, toen hij met accordeon op zijn fietsje van dorp'naar dorp pedaleerde om in de plaatselijke staminees meedeiners als 'Vannacht als de bloemen dromen' te zingen, voorspelde hij reeds vol zelfver- trouwen: 'ooit zal Eddy Wally in Amerika optreden'. Bluf? Geen sprake van! Lees er zijn bio'tje maar op na: de voormalige textielarbei der (hij werkte ooit in een weverij in Sas van Gent) en ex-marktkoopman zou het inderdaad heel ver schoppen: tot in Ame rika, Rusland en zelfs China. Vorige week zondag nog, toen sprak hij te Tongeren met de Vlaamse minister-president De- wael. „Die zei tegen me: 'wat zij gij toch een fantastische man, ik heb zó'n respect voor jou'. Als een minister-president zo iets tegen je zegt, dat is niets niks, hé. Dui zend liedjes heb ik opgenomen, miljoenen platen en cd's verkocht. Jongens, wat wil je nog meer. Ik ben wel duizend keer geïn terviewd, ben wel duizend keer op de tele visie geweest. Welke Vlaamse zanger kan mij dat nazeggen? Zó veel optredens, zo'n succes, onvoorstelbaar, 't is eindeloos." U moet een gefortuneerd man zijn. „Ik voel me rijk omdat mijn gezondheid nog zo goed is." En uw bankrekening welgevuld? „Ach, ik lijd geen armoede." Moeilijk om bescheiden te blijven? The Voice of Europe strengelt de beringde vingers ineen en serveert een allerbemin nelijkste glimlach uit. „Ik heb van alles meegemaakt. Ik heb veel armoede ge kend. Ik heb alles getracht om - mag ik het woord gebruiken - wereldberoemd te worden. Dat is me gelukt. Maar zou ik me daarom afschermen van de mensen? Ik ben een eenvoudig man. Altijd geweest en altijd gebleven. "En plots doet hij door het keukentje een lied schallen: Zo tussen de mensen Daar voel ik me fijn. „Overal waar ik ga, vind ik het tof. Ik heb 24 shows in de maand. In feest- en circus tenten, in schouwburgen. Maar ik voel me niet te groot om in bejaardenhuizen of dorpshuizen op te treden, het is daar waar mijn grote succes ligt." 'Ik ben een fenomeen', sprak Eddy Dub beljoe enkele weken geleden op eenvoudi ge toon een verslaggever van De Genten aar toe. Hij gaat in glitterpakken en bontmantels ('de mensen verlangen dat van mij, ze willen Eddy Wally Pico Bello zien'), mag zich graag laten fotograferen bij fraaigelijnde limousines. Bewonderd en verguisd, dat is hij. Een praalhans, die Wally, zeggen kwaadsprekers, een op schepper en een poenschepper. „De men sen die dat beweren, hebben het allemaal mis. Ze kunnen nu eenmaal niet allemaal voor mij zijn. Daar leg ik mij geheel bij neer. Ik ben geen opschepper, ik ben een zanger die heel hard werkt. Ik heb fans van 2 tot 110 jaar. Ik zie alleen maar lieve mensen. Laatst heb ik in Brussel nog op getreden voor een 110-jarige - een me vrouwtje was dat, ze pakte mijn hand en zong die liedjes van vroeger allemaal mee. Daar kreeg ik kippenvel van. Fiasco En die akelige stukken die de voorbije maanden over hem in de gazetten ver schenen; over hoe hij schuld zou dragen aan het fiasco rondom zijn vroegere feest foto Peter Nicolai Van alle 27 Europese slangen- soorten zijn alleen de negen soorten adders echt giftig en daar van zijn zes soorten schaars tot zeldzaam. Vervolgens zijn er nog drie soorten semi-gifslangen die kleine giftandjes achterin de bek hebben, maar waarvan het gif on gevaarlijk is voor mensen. Twee van deze drie (de mutsslang uit Zuid-Spanje en de Katslang uit Griekenland en Dalmatië) zijn overigens te klein, te schaars en te verborgen levend om door vakan tiegangers te worden opgemerkt. De derde soort, de hagedisslang of montpellierslang kan meer dan twee meter lang worden en zal van zich af bijten bij bedreiging. Ook kan hij de nek enigszins afplatten, zoals een cobra dat doet En na tuurlijk kunnen ze hard sissen. Hoewel een beet best nog pijn kan doen, is de montpellierslang onge vaarlijk. Hij komt voor in heel Griekenland, Spanje en Portugal en verder langs de hele Middel- landse-Zeekust met uitzondering van Italië. Zo temperamentvol als de mont pellierslang is, zo kalm en rustig zijn de echte adders. Deze gifslan gen zijn in de regel gemakkelijk te herkennen aan een zwaar geteken de rug. Nu zijn er wel uitzonderin gen zoals egaal zwarte adders en sommige wijfjes en ondersoorten met een contrastarme tekening. Toch zijn ook deze slangen als ad ders te identificeren door hun ge drongen lichaamsbouw met een duidelijk van de hals gescheiden driehoekige kop. Het oog heeft, net als dat van een kat, een verticaal spleetvormige pupil. Dit is het meest harde ken merk van een gifslang, want alle andere Europese slangen hebben een ronde pupil. Maar om dat te kunnen zien moet je wat dichter bij het dier zijn. Dit is altijd wel moge lijk. Driekwart meter is voor alle slangen een absoluut veilige waar- neemafstand. Een adder in de aan val heeft slechts een bereik van hooguit enkele decimeters. De beet van een adder is overigens maar zelden dodelijk. Wordt men gebeten, dan hoeft er lang niet al tijd gif bij te zijn gebruikt. Over slangen wordt veel onzin be weerd. Ze zij n niet koudniet glibbe rig en ook niet giftig, althans de meeste niet. Dat slangen uit zichzelf mensen aanvallen is ook kul. Zodra ze het getril van voetstappen voelen of een mens zien, proberen ze zo snel mogelijk weg te ko men in een steenhoop, een stapelmuurtje of een knaagdierhol. Daarom moet je als natuurfotograaf in Frankrijk, Spanje of zelfs Griekenland nog lang zoeken en veel stenen keren om wat fraaie slangen plaatjes te kunnen schieten. Foto's waar op iedereen kan zien hoe elegant deze beestjes feitelijk zijn. Een pijl!... hele grote... Shit! hij is ervan door." Terwijl mijn reisgenoot en reptie lenkenner Arjan van der Lugt de ver weerde houten deur, van waaronder hij een enorme pijlslang ziet wegschieten weer neerlegt, zie ik op twintig meter van de auto, aan de voet van wat olijfbomen, het lange gras in de wegberm hevig be wegen. „Daar gaat-ie. Hij is nog niet weg." Ik ren naar de plek en zie aan de bewe gende vegetatie dat het reptiel zich weer in de richting van Arjan beweegt. Gezien het heftige schudden van struikjes, moet het een enorm exemplaar zijn. „Ik heb 'm", roept Arjan. „Bij zijn staart. De kop zit vast in een gat tussen de rotsenIk kan niet trekken, want dan beschadig ik hem." Blauw In de paar seconden die deze patstelling duurt, zie ik hoe prachtig leiblauw het achterlijf van deze slang gekleurd is. Precies het hemelse blauw van een vol wassen pijlslang (Coluber jugularis) die met een lengte van maximaal drie meter geldt als de grootste van Europa. Be hoedzaam wrik ik aan een grote steen bij de ingang van het gat, die los blijkt te zit ten. Wanneer ik de steen behoedzaam verwijder, komt eindelijk de kop van het bakbeest vrij. Hevig sissend en hoogst beledigd kijkt hij ons aan. Het is geen pijl-, maar een nogal blauw uitgevallen, zeer forse montpellierslang (Malpolon monspessulanus) Hoewel ongevaarlijk, is de montpellier slang er geen om zonder handschoenen aan te pakken. Eenmaal gevangen bijt hij fel van zich af. Terecht, als vluchten niet meer helpt. Ik breng hem tot rust door hem vrij te laten kruipen over het wegdek. Wild probeert hij weer de berm in te kronkelen, maar op het relatief gladde asfalt komt hij nauwelijks voor uit. Dat is trouwens een van de redenen waarom zoveel slangen op de weg wor den doodgereden. Hoewel ongevaarlijk, is deze ratelslang van ruim anderhalve meter volgens Arjan van der Lugt er geen om zonder handschoenen aan te pakken. foto GPD/Bart Siebelink Als het dier dan na enkele minuten moe wordt, laat het zich veel gemakkelijker benaderen en fotograferen. Het is erg handig om dat met z'n tweeën te doen. De een kan de slang in bedwang houden, de ander zich concentreren op de composi te wonen. Van de 27 Europese slangen- soorten zijn er liefst 17 binnen de Griekse landsgrenzen te vinden. Bedenk: in het paradijs zat er maar een. Maar zoals overal ter wereld ziet men ook hier in el ke slang de duivel. Enkel uit gebrek aan zo blijft hier over slangen de leugen rege ren. Jammer, want onder de Grieken valt hier en daar toch een latente, oprechte belangstelling voor reptielen en amfibie- en te bespeuren. Bijvoorbeeld bij Papa- vangelis, de Grieks-orthodoxe priester tie. Terwijl we bezig zijn, hobbelt een Griekse familie in een vuile pick-up langs. Van achter vettige raampjes kij ken ingeblikte gezichten met ogen vol vraagtekens. Wat moeten die toeristen nou met een slang? Die mep je toch dood? Eigenlijk verdienen de Grieken het niet om in het slangenrijkste land van Europa voorlichting. Want een boek met behoor lijke illustraties van Griekse slangen is hier nergens te vinden. Wel kom je na- tuurboekjes tegen die rechtstreeks uit het Engels zijn vertaald. Met plaatjes van wasbeertjes, ratelslangen en ander Amerikaans gedierte dat mijlenver af staat van de eigen mediterrane fauna. En van het stadje Kipi aan de voet van het Pindos gebergte. En anders wel bij de ober van het restaurantje in de stad Ioa- nina, waai' we toevallig in contact kwa men met de in het zwart gehulde bebaar de priester. Bij het zien van onze reptielenboekjes is hun belangstelling gewekt. In het gebro ken Engels vraagt de ober of hij de veld- gidsen even mag bekijken. Dat mag, want wie weet komen ze met tips over vindplaatsen van bijzondere soorten. Een vol uur zitten beide heren volledig geconcentreerd over de pagina's gebo gen. Geregeld wijzen ze op de plaatjes welke soorten ze op welke plekken heb ben gezien. Totdat de ober tot de orde wordt geroepen door zijn moeder die de tent runt. Enthousiast houdt hij haar de boekjes voor, maar na een paar minuten vindt ma het wel genoeg. „Slangen", do ceert ze, „moet je uit de buurt houden. In het amfitheater worden, voordat de voorstelling begint, de bovenste banken altij d ingesmeerd met gemalen knoflook. Dan komen er geen adders op liggen." Geslaagd Aan het einde van twëe weken Grieken land stellen we vast dat onze fotosafari behoorlijk geslaagd is. Van de 46 soorten reptielen en amfibieën die we hadden kunnen tegenkomen, hebben we er 41 ge vonden. Om precies te zijn gaat het om drie soorten salamanders, acht soorten kikkers en padden, vier schildpadden, vijftien soorten hagedissen en elf soorten slangen. Maar van hooguit de helft heb ben we redelijke foto's. Sommige soorten moeten over, en andere gaven ons niet eens de kans om een plaatje te maken. Al was het alleen maar, doordat we de aan wezigheid van een soort soms moesten vaststellen aan de hand van een door au tobanden verbrijzeld exemplaar, dat nog net op een paar karakteristieke schubjes of vlekjes kon worden gedeter mineerd. Uitgaande van het aantal platgereden slangen dat wij dagelijks aantroffen, ko men we tot de ruwe schatting dat er in heel Griekenland per dag meer dan dui zend moeten sneuvelen onder het rubber. Om nog maar te zwijgen van alle serpen ten die om zeep worden geholpen door de plaatselijke bevolking. Toch raken ze maar niet uitgeroeid. Wat een luxe! Bart Siebelink De fraaiste foto's van Bart Siebelink worden vanaf 7 juli tot en met 25 augustus tentoonge steld in expositieruimte De Turfkelder, Stad huisstraat 1 in Schoonhoven. Verder geven beide natuurfotografen lezingen. Informatie onder nummer: 0182 - 689526.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2000 | | pagina 31