liten Afspraken tussen duikers en vissers schijnen te werken Dierbare woestelingen W weerwoord Hangende mossels op Neeltje Jans 32 Tureluur wordt werkelijkheid 33 Recreërend langs kerken in de Zak 34 Gissen naar herkomst van Koudekerke 35 31 De afspraken die twee maanden geleden zijn gemaakt tussen fuikenvissers en sportduikers in de Deltawateren, lijken te werken. Sinds beide partijen in het provinciehuis in Middelburg hun geschil hebben bijgelegd, zijn geen onaangenaamheden voorgevallen. Slechts één visser heeft te maken gehad met beschadiging van zijn fuiken. Hij heeft één schade geval gemeld en een tweede aangifte in voorbereiding. door Ben Jansen *...-X >t» woensdag 14 juni 2000 Zorgt wel voorde kinderwiegen, want met Sint- Vitus komen de vliegen (dan begint het zomerweer; Sint-Vitus is 15 juni) Nieuwe weerwoorden zijn welkom bij de redactie PZC, postbus 18,4380 AA, Vlissingen, fax 0118-470102, e- mail redactie@pzc.nl. T\ /Tedio april kwamen de -LV-Lsportduikers en de beroepsvissers tot een vergelijk dat een eind moet maken aan de spanningen waarvan al sprake is sinds duiksport in de Zeeuwse wateren een hoge vlucht heeft genomen. Goede stekken om fuiken op te stellen, zijn vaak ook plekken waar duikers graag te water gaan. Dat leidde op veel plaatsen tot conflicten. Vissers koesterden hun rechten en weigerden rekening te houden met de grote aantallen duikers; duikers beschouwden de fuiken als hinderlijke obstakels, waarin ze - nog gestimuleerd door een mooi maar misschien misplaatst gevoel van dierenliefde af en toe hun mes zetten. Onder de dreiging dat de onenigheid tussen vissers en duikers aan het begin van dit seizoen volledig tut de hand zou lopen, kwam eindelijk een akkoord tot stand dat een basis kan vormen tot een vreedzaam samenleven aan de rand van de Deltawateren. Op 66 bij duikers geliefde plaatsen aan de Oosterschelde, de Grevelingen en het Veerse Meer worden geen hoge fuiken meer neergezet. De vissers ontvangen schadeloosstelling van de duikers. Die gaan tien tot vijftien gulden meer betalen voor de duikverordening die verplicht is voor een regelmatige onderwaterexcursie in Zeeland. De duikers mogen alleen van de 66 doorgangen gebruik maken; de rest van de oevers van Oosterschelde, Grevelingen en Veerse Meer is voor hen taboe. Broos De Vrede van Middelburg is vooralsnog een broze. De afspraken moeten nog worden uitgewerkt en formeel geregeld. Waar komen de 66 corridors nu precies te liggen, hoe breed worden ze en welke soorten vistuig zijn nog wel toegestaan? Een en ander moet nog precies op papier worden vastgelegd en in de vergunningen van de vissers en de duikers verwerkt. Ook moet nog met het Openbaar Ministerie worden overlegd over de consequenties voor het vervolgingsbeleid. Gedeputeerde Gert van Zwieten stelt het een tikkeltje opgelucht vast.Hoewel we nog een heleboel definitief te regelen hebben, lijkt iedereen zich aan de afspraken te houden en zich te gedragen in de geest van wat we met elkaar willen zien te bereiken. Er heerst een doodse stilte aan de oevers van de Deltawateren. Ik beschouw dat als een positief signaal." In het provinciehuis worden de coördinaten van de corridors bepaald. De gedeputeerde heeft besloten maar meteen een nieuwe duikverordening te laten schrijven, omdat aanvulling van de oude met de nieuwe bepalingen Sportduikers in de Oosterschelde. foto Willem Mieras tot broddelwerk zou leiden. Het is de bedoeling dat al dit huiswerk tegen het eind van dit jaar achter de rug is, zodat het nieuwe beleid aan het begin van het duikseizoen 2001 officieel van kracht zal zijn. Terughoudend Ook opzichter Henk van de Bos van de directie visserijen van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij in het Deltagebied heeft geconstateerd dat het akkoord van twee maanden geleden resultaat heeft. ,,Er wordt terughoudend gevist. Dat wil zeggen door de vissers met een vergunning voor een vast gebied. Die zorgen er voor dat nu al geen hoge fuiken meer komen te staan op de plekken waar de corridors zijn gedacht. Enkelen halen zelfs al hun vistuig weg vlak voor weekeinden waarin veel duikers naar Zeeland plegen te komen, zoals met Hemelvaartsdag en Pinksteren." Van de Bos heeft gezien dat alleen op de plaatsen waar toekomstige corridors door de zogenaamde vrije visgronden lopen, nog weinig vissers rekening houden met de veranderingen die op stapel staan. Dit is ook een categorie gebruikers van de Deltawateren die moeilijk aanspraakbaar is. Anders dan de beroepsvissers en de sportduikers zijn ze niet verenigd en er waren dan ook geen vertegenwoordigers namens de vrije vissers bij het overleg in Middelburg waarop de afspraken zijn gemaakt. De duikers lijken weloverwogen de confrontatie te vermijden. Dat valt uit af te leiden uit het aantal telefoontjes dat is binnengekomen bij Zevibel. Het bureau van deze Zeeuwse koepelorganisatie van vissersverenigingen gaat fungeren als meldpunt waar vissers schade aan hun netten kunnen melden en duikers hun naam kunnen achterlaten wanneer ze onverhoopt een keer in een net verstrikt zijn geraakt en zich met hun mes hebben moeten bevrijden.De gedachte achter het meldpunt is dat schadelijders en schadeveroorzakers met elkaar in contact kunnen worden gebracht. Zeekatten Secretaris Hans van Geesbergen van Zevibel heeft tot nu toe één melding binnengekregen. ,,Van een visser; niet van een duiker. Hij heeft één aangifte gedaan van vernieling van een fuik bij het Goese Sas en ik heb begrepen dat hij nog met een tweede komt. Het gaat waarschijnlijk om moedwillige beschadiging, zodat we niet op een telefoontje van de veroorzaker zullen hoeven te rekenen. Het is vermoedelijk iemand die zeekatten heeft willen bevrijden." De zeekat is een inktvissoort die door zijn koddige voorkomen en gedrag geliefd is bij sportduikers. Het gaat menig duiker dan ook aan het hart wanneer hij een zeekat in een fuik gevangen ziet. De verleiding is dan groot het dier uit de fuik te bevrijden. Zoveel dierenliefde is evenwel misplaatst. Van Geesbergen: „Zeekatten komen in de Oosterschelde om te paaien. Daarna sterven ze. De bevrijdingsactie is hooguit uitstel van een natuurlijk proces geweest.Voor vissers is de zeekat, ook al zwemt hij een zekere natuurlijke dood tegemoet, een steeds interessanter wordende bijvangst. Zeekat blijkt, mits goed bereid, heel smakelijk te zijn en de vraag ernaar neemt dan ook toe. Joachim Krieks en Steven Bracke door Kees Cijsouw Met hoeveel plezier we doorgaans de door de tuin verspreide struikrozen in bloei zien raken - het is niet meer dan een voorproefje van het genoegen dat we beleven, als de echte klimmers onder de rozen in actie komen; de ramblers. Het gebeurde ditmaal al vroeg in juni en ze zorgen voor het hoogtepunt van de zomerbloei. Hun uitbundige bloemenweelde krijgt een merkwaardig accent doordat ze gelijk valt met wat voor mij altijd de eerste tekenen van naderende herfst lijken: de twee krentenboompjes tooien zich na de bloei van april nu met besjes. Intussen beginnen die, door de zon gestoofd, rijp en blauw te worden. Dat is een bruikbaar signaal voor vogels, dat er etenswaar beschikbaar is. Vooral merels komen er sinds een paar dagen weer op af. Ze laten zich niet weerhouden door onze twee poezen, die onder de boompjes niet zelden met gespitste oortjes, maar tevergeefs alert zitten te wezen op eigen prooi. Van vooral de merels krijg je het idee, dat ze wéten dat ze in die wirwar van bladeren en takken toch niet te bespringen zijn. Terug naar de rozen. Twee van die woeste klimmers hebben we: in de zes meter hoge prunus van de buurman vóór kronkelt - met zijn welwillende toestemming - de Weddingday, achterin raken onze leipeer en onze schuur steeds minder zichtbaar onder de Bobbie James. Beide klimmers vallen in de categorie 'onbesuisde aankopen' en dateren van een jaar of acht, negen geleden. Langzame start Dat was in de tijd, dat we in zaken de tuin betreffende, begonnen voor we ons bezonnen. Want hoe gaat dat: er staat een boom, die je buiten de twee weken dat-ie bloeit, best kunt opfleuren met een zomerbloeier. En ook het kale pannendak van de schuur kun je met een rambler aardig bedekt krijgen. Als je dan een tamelijk miezerig struikje tegen die boom en die schuur hebt gezet, krijg je nauwelijks een vermoeden van de uitbarsting van levensvreugde die je net hebt geplant De eerste jaren vallen meestal ook tegen: ramblers zijn doorgaans Illustratie Adri Karman langzame starters. Maar het is of ze in het vierde of vijfde jaar zijn geacclimatiseerd en vinden dat er zijn een zomerse doordeweekse dag van achter Antwerpen naar de Oosterscheldedijk tussen Kattendijke en Wemeldinge gekomen voor een van de tientallen onderwatertochtjes die ze hier elk jaar ondernemen. Nee, ze zijn geen lid van het zeekattenbevrijdingsfront, maar ze kunnen zich voorstellen dat bij andere duikers soms de verleiding bestaat een in een fuik terecht gekomen zeekat de vrijheid te geven. Krieks: ,,'t Is zo'n grappig manneke, hè." Grappig of niet, smakelijk of niet, Krieks en Bracke laten de Oosterscheldefauna met rust, of exemplaren ervan nu in fuiken zitten of niet. Bracke: „Onze opvatting is dat we te gast zijn in de onderwaterwereld, waarin sommigen ook hun brood moeten zien te verdienen. Voor een duiker geldt gewoon: handjes thuis." gewérkt moet worden. Daarna zijn ze niet meer te houden en zetten ze alles wat ze onderweg tegenkomen, in hun schaduw. Zo kijk ik dus nu vanuit mijn werkkamer op de eerste verdieping recht op zeker duizend enkelvoudige bloemetjes van de Weddingday. Klein en wit zijn de meeste, en ze hebben een geel hartje. Maar je kunt, met een beetje telwerk, zien hoeveel er per dag bij zijn gekomen: de verse bloemetjes van de Weddingday zijn namelijk abrikoosgelig. Eén dag maar; voldoende om aan de weet te komen, dat er nu dagelijks zo'n honderd vijftig tot tweehonderd uitkomen. Geen maat Beperkt de Weddingday zich tot alle hoeken en kronkelingen van de prunus, achterin de tuin weet de Bobbie James helemaal geen maat te houden. Ze slingert zich intussen aan weerszijden op de schuurdaken van de buren, maar ik weet best waarom er van die kant nog geen protest is gekomen. Als de Bobbie James bloeit, is ze onweerstaanbaar. De trossen crème-witte bloemetjes met de boterbloemgele hartjes zijn wat groter dan bij de Weddingday, ze ruiken fruitig-fris. Ze werken, kortom, vertederend op vrijwel elke beschouwer. Allebei de ramblers bloeien maar één keer per jaar. Dat is een beperking, die je graag wegstreept tegen hun buitengewone gulheid in die drie weken. En natuurlijk: van 't najaar bieden ze allebei weer bottels: oranje ronde van de Weddingday, ovale rode van de Bobbie James. Buitengebied is een wekelijkse bijlage over natuur en landschap, land- en tuinbouw, streektaal en streekcultuur, architectuur en stedenbouw, recreatie en vrije tijd. Vragen, opmerkingen en suggesties zijn welkom bij de redactie van de PZC, postbus 18, 4380 AA, Vlissingen, fax 0118- 470102, e-mail redactie@pzc.nl. ae*<»tslnae,

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2000 | | pagina 31