Tussen buxusbollen
en borders op kleur
Scholeksters
zijn echte
cultuurvolgers
ÜÈ3
in de*M
goskant
weerwoord
Alle
vissen zijn
mooi
28
Kunstschouw
kris kras
door de
Westhoek
29
Een hele
sleep aan
werktuigen
30
IJzendijke
koestert
vesting
31
27
foto's Dirk-Jan Gjeltema
ouderwetse planten als zoethout,
meekrap en de apothekersroos.
„Het is een echte boerderijtuin",
legt De Feijter uit. „De afvoer van
de aardappels en uien gebeurt
tussen de borders door."
Zo'n dertig jaar geleden nam ze
samen met haar man de boerderij
van haar ouders aan de
Zaamslagsedijk over; inmiddels
wordt het bedrijf door een zoon
gerund. „Het is een heel oude
tuin"legt De Feijter uit. „Er staan
bomen, zoals een zeventig jaar
oude moerbeiboom, die nog door
mijn vader of zelfs mijn
grootvader geplant zijn."
Aan bezoekers hebben de noeste
tuinierders geen gebrek. „Ik heb
elke week wel een tuinclubje op
bezoek", zegt Quinten. „Die
mensen komen uit heel het land."
Ze vindt het vooral 'gezellig'. Een
kopje koffie, een rondleiding door
de tuin en even langs de schuur,
waar Quinten zelfgekweekte
plantjes verkoopt.
Ook De Feijter ontvangt geregeld
bezoek, zij het met wisselend
succes. „Je moet hier veel beter
kijken"legt ze uit. „Het is niet een
keurig aangelegde tuin. Sommige
mensen zijn dan ook zo weer weg.
Anderen lopen hier uren rond."
Met een oranje emmertje aan zijn
arm maakt Adriaanse het
vertrouwde rondje door de tuin.
Zijn vrouw raapt hier en daar een
paar blaadjes of een afgevallen
takje op. Een zelf van koperplaat
gemaakte libelle wiegt zachtjes
heen en weer boven de vijver.
„Wist je dat het winterkoninkje
aan het nestelen is?", vraagt
Adriaanse. Zijn vrouw lacht. „Wat
leuk." Het leven in en om de tuin
blijft verbazen. Adriaanse: „Als je
's zomers naar de vijver kijkt met
al die libelles en vogels. Dat is echt
prachtig. Dan geniet ik volop."
Vanaf het eerste weekeinde in juni zijn
op tal van plekken in de provincie open
tuinen te bezichtigen. De data zullen in
de rubriek Ondenoeg
in de bijlage Buitengebied worden
opgenomen.
Vanuit de tuin van Tilly Quinten heb je zicht op de kerktoren van Kloe- Buxusheggen en -bollen zijn een karakteristiek element in de tuin van Koosje en Jan Adriaanse in Middelburg,
tinge.
Keurig geknipte
buxusbollen, op kleur
gekozen borders of een
ouderwetse moestuin.
Tuinliefhebbers kunnen de
komende maanden in
Zeeland hun hart weer
ophalen tijdens diverse
open tuindagen. Van een
strak aangeplant landgoed
tot een bescheiden stadstuin
of een mooi in de bloemen
gezette oude boerderijer zit
voor elke smaak wat bij
Deze weken wordt er druk
geknipt, bewaterd, geharkt,
geveegd en opgeruimd,
want begin juni moeten de
tuinen helemaal klaar zijn
voor bezoek.
door Ingrid Huibers
Het door velen zo bejubelde
warme weer van de afgelopen
weken, werd door Koosje en Jan
Adriaanse uit Middelburg
bepaald niet met gejuich
ontvangen. „De tuin gaat veel te
hard he", zegt Adriaanse. „Je hebt
straks als de tuin open gaat niets
meer over", vult zijn vrouw aan.
Overtrekkende fronten worden
dan ook met gejuich begroet.
Een kakofonie van heggenscharen
- de meeste buren zijn ook
tuinfreaks - verstoort de stille
Generaal Eisenhowerlaan, waar
het echtpaar Adriaanse een grote
tuin bezit. Middenin de vijver
prijkt een treurberk op een
eilandje. Borders, buxushaagjes
en een romantisch prieeltje
omzomen het gras.
,In het verleden wilde ik de tuin in
kamers verdelen. Dat was toen
in", vertelt mevrouw Adriaanse.
„Maar daar heb ik mijn man nooit
zo warm voor kunnen krijgen. Die
hield meer van het opene."
Inmiddels is het echtpaar zo'n
achttien jaar druk met de tuin en
verandert de opzet niet meer. „Het
is goed zo", zegt mevrouw
Adriaanse. „Je houdt het bij, maar
echt veranderen hoeft niet meer."
Rustpunt
Dat geldt niet voor Tilly Quinten
uit Kloetinge. Ze blijft bezig in de
bescheiden tuin achter het oude
huis aan de Kerkring. Zo kreeg de
vijver een heel ander aanzien.
„Die lag eerst middenin de
border", vertelt ze. „Maar dat
vond ik te druk." Dus kreeg het
water een rand van oude
straatklinkers en werd de vijver
met een heggetje afgescheiden van
de rest van de tuin. „Een
rustpunt."
Ook stopt de speurtocht naar
nieuwe planten nooit. „Mijn man
en ik houden ervan om de wat
apartere kwekerijen te bezoeken",
vertelt Quinten die nooit met lege
handen thuiskomt. Voordat een
nieuwe aanwinst een plekje in de
tuin krijgt, wordt de plant
overigens eerst uitgebreid getest.
„Ik heb hier verderop in de straat
nog een lapje grond. Daar krijgen
nieuwe plantjes eerst een plekje",
vertelt ze. „Pas als zo'n plant het
daar goed doet, maak ik plaats in
de tuin."
De trots van de tuin is een prunus
tinticosa wiens wortels geheel
verdwijnen in vijf sierlijk
geknipte buxusbollen. „Ikha<
daar eerst bloemen staan, ma:
dat vond ik te druk worden",
vertelt Quinten. „Toen ben ik
buxus gaan planten. Vijf kleine
bolletjes. Die heb ik vervolgens
opgekweekt."
Van een heel andere orde is de tuin
van Nellie de Feijter uit Zaamslag.
Op het eerste gezicht geen
overdaad, bij nadere beschouwing
een schat aan details. Geen
beelden, vijvers of buxushaagjes -
'dat past hier niet' -, maar
In de tuin van Nellie de Feijter in Zaamslag is een oude drinkput beeldbepalend.
geval ging het om iets heel anders.
Een scholekster was met flinke
vaart tegen het prikkeldraad
gevlogen en vastgeraakt in de
scherpe punten. Door zijn vaart
was het dier nog enkele keren om
het raster heen geslagen zodat-ie
zich onmogelijk kon losrukken.
Ondanks luid misbaar van zijn
soortgenoten was het dier zonder
hulp reddeloos.
Het bleek nog geen sinecure om de
vogel uit zijn benarde positie te
bevrijden. Het prikkeldraad stond
onder stroom, dus zodra je de
vogel aanraakte kwam er
verbinding met de grond tot stand
en daarmee een stroomstoot die
ook de gewonde vogel trof.
Nadat de stroom werd afgezet was
het mogelijk om de vogel uit zijn
benarde positie te bevrijden, maar
dat lukte alleen door hem los te
knippen. Gelukkig kon de
uitgeputte vogel nog steeds
vliegen en binnen twee minuten
was het dier weer aangeland bij
zijn partner.
Het was puur toeval dat in ons
geval de scholekster door een
oplettende voorbijganger ontdekt
werd.
Het komt veel te vaak voor dat
vogels op een gruwelijke manier in
het prikkeldraad aan hun einde
komen.
Het is niet altijd mogelijk om dat
te voorkomen, maar een methode
die zowel voor de vogels als voor
het vee dat achter de rasters moet
blijven tamelijk goed werkt is het
bevestigen van witte plastic linten
aan het prikkeldraad, waardoor
het beter zichtbaar wordt.
Het is weliswaar geen fraai
gezicht, maar in vogelrijke
gebieden kan het erg veel onnodig
vogelleed helpen voorkomen.
door Chiel Jacobusse
Weidevogels zijn in het
algemeen geen tamme vogels
en je zult ze niet zo snel in de berm
aantreffen. Veel weidevogels
moeten het hebben van
regenwormen en soortgelijke
bodemdieren en die zijn verreweg
het beste te bemachtigen in een
vochtige omgeving. De
scholekster is de uitzondering die
de regel bevestigt. Niet alleen weet
die, als duinbewoner van origine,
uitstekend aan de kost te komen in
droge milieus; het is ook een soort
die zich weinig aantrekt van
menselijke activiteiten in zijn
omgeving. Zo zijn er tal van
broedgevallen bekend op platte
grinddaken midden in de stad.
En zo kon het gebeuren dat een
paartje scholeksters in onze buurt
hun domicilie koos vlak langs een
tweebaans autoweg, op ongeveer
drie meter uit de verharding. Het
gaat al een paar weken goed met
de vorderingen van het broeden,
maar je houdt je hart vast voor het
moment dat de kuikens uitkomen.
Als ze de weg opgaan is de kans
tamelijk groot dat ze platgereden
worden.
Scholeksters eten weliswaar net
als andere weidevogels ook
allerlei bodemdieren, maar ze
bemachtigen ook bovengronds
levende prooien. Een heel aparte
manier om aan de kost te komen
ontdekte een paartje scholeksters
op een met landbouwplastic
afgedekt gewas. Toen ze daar
volop liepen te pikken, leek het in
eerste instantie alsof ze alleen
maar agressief waren tegen het
vreemde materiaal in hun
omgeving. Bij nader inzien bleken
ze wel degelijk aan het foerageren.
Op het blinkende plastic komen
vooral in de nachtelijke uren
allerlei waterinsecten af, die het
plastic voor een wateroppervlakte
aanzien. Het gladde materiaal
soorten als kraaien en
zilvermeeuwen worden met veel
verbaal geweld tepie-tepie-tepie
verjaagd. Zonodig schieten
naburige paren even te hulp om de
indringer te verjagen. Het was een
paar weken geleden ergens in de
Illustratie Adri Karman
Zak van Zuid-Beveland dat een
stuk of vijf scholeksters met
enorm lawaai rondjes vlogen en
steeds op dezelfde plek dicht bij de
grond gingen vliegen. Je verwacht
dan een grondpredator als een
wezel of een bunzing, maar in dit
maakt soms dat ze nauwelijks op
kunnen stijgen en daarom
vormden ze voor de scholeksters
een makkelijke prooi.
Scholeksters kunnen zich
bijzonder goed verweren tegen
vijanden. Zelfs veel grotere
Warme en zachte
meiregen,
rijke aren en
bloemenzegen
Nieuwe weerwoorden zijn welkom
bij de redactie PZC, postbus 18.4380
AA, Vlissingen, fax 0118-470102, e-
mail redactie@pzc.nl.
Buitengebied, is een wekelijkse
bijlage over natuur en landschap,
land- en tuinbouw, streektaal en
streekcultuur, architectuur en
stedenbouw, recreatie en vrije tijd.
Vragen, opmerkingen en
suggesties zijn welkom bij de
redactie van de PZC, postbus 18,
4380 AA, Vlissingen, fax 0118-
470102, e-mail redactie@pzc.nl.