Ga jij nog maar even groeien kleintje
Vlaamse Kreek krijgt roofvissen
Nl
VISSERIJ
woensdag 17 mei 2000
vissers en de rest is volgens
Davidse makkelijk te zien. „Het is
maar een kleine groep die de
prijzen bij de wedstrijden pakt."
Met die wedstrijden valt overigens
een aardige som geld te verdienen.
Bij een wedstrijd op zee, krijgt de
winnaar zo'n 1500 gulden. Bij
viswedstrijden op binnenwateren
gaat het soms om tienduizenden
guldens en worden er volgens
Davidse zelfs auto's mee
gewonnen.
Vissen blijft een mannenwereld.
Davidse heeft nauwelijks
vrouwen onder zijn clientèle.
„Een paar. Waarvan er ook bij
zitten die enkel vissen omdat ze
anders hun vent nooit meer zien."
De meeste jongens die eenmaal
begonnen zijn met vissen, blijven
dat hun verdere leven döen.
Hooguit in de puberteit neemt de
belangstelling volgens Davidse
voor het vissen even af „Maar
als ze getrouwd zijn, gaan ze zo
weer vissen", aldus een in de
winkel aanwezige
vertegenwoordiger. „Vissen is
goed tegen de stress."
zijn alternatieven, Davidse
verkoopt tal van kunstazen.
Felgekleurde kunststofvisjes
moeten levende vissen doen
toehappen. „Ja daar trappen
vissen in", zegt Davidse.
„Eigenlijk zijn het best domme
beesten", vult Dave Davidse,
medewerker in de winkel, aan.
Ook veel jongeren bezoeken de
winkel van Davidse. Ze beginnen
met vissen in de sluizen. Met een
speciale haringdobber vangen ze
in deze tijd van het jaar haring.
„Het zijn niet echt Hollandse
Nieuwe, Deze harinkjes eet je niet
op. Die geeft je aan de poes."
Davidse vindt dat sportvissers
hun vangst niet mogen verkopen.
„Je ziet wel sportvissers, die met
bootjes gaan vissen en de vangst
aan wal verkopen. Die vangen
soms kilo's. Die verkopen ze alleen
om die dure boten te kunnen
betalen. "De Vlissinger vindt het
niks. „Het is een hobby. Ik heb ook
nooit beroepsvisser willen
worden. Dit is iets totaal anders.
Ik vind het spannend om af te
wachten wat er onder water
gebeurt."
„Over dit haakje kan ik wel één
uur praten." Davidse pakt het
dingetje erbij. „Het heeft een
extra verkleind oog waardoor de
lijn strakker komt te staan." En
het assortiment haken was al zo
veelzijdig. „Deze grote zijn voor
het offshore vissen. Daar kan je in
Canada mee op kabeljauw
vissen." Zelf is hij er nooit
geweest. Wel heeft Davidse in
Kenia op zeilvis en marlijn gevist.
Maar de twee dagen waren te kort
om deze Afrikaanse joekels te
vangen. „Dan heb je toch te weinig
"ervaring van het gebied."
In tegenstelling tot de
binnenwateren heb je voor vissen
op zee geen visakte nodig. „De zee
is van iedereen", zegt Davidse.
Soms leidt deze vrijheid tot
problemen. Bijvoorbeeld als de
sportvissers met hun bootjes en
hun sleepnetten de hengelaars aan
de kant dwarszitten. „Dan varen
ze net te dicht langs te kust." Met
de beroepsvisserij komen dit soort
conflicten volgens Davidse niet
voor.
Plekje
„De grootste irritatie is als er
iemand op je plekje staat." Naast
een goede uitrusting is het weten
van een goed stekkie volgens
Davidse een belangrijke factor
voor een succesvolle vangst. Zo
schijnt er voor het Nollestrand in
Vlissingen een tanker te liggen.
Het gevaarte zorgt voor een
andere stroming. Kleine visjes
raken daar in paniek, en worden
een prooi voor de grotere vissen,
die op hun beurt daar weer door de
hengelsporters worden gevangen.
Het onderscheid tussen de goede
door Arjan van Westen
De maandag is een top
verkoopdag voor de
Vlissingse winkel Hengelsport Jan
Peter. De sportvissers zijn door
hun aas heen, lijnen zijn kapot
gegaan en haken zijn zoek
geraakt. En de vissers komen
graag naar de winkel toe om te
vertellen over de binnengehaalde
successen van het weekend. „Wat
heb jij gevangen?"
Jan Peter Davidse, eigenaar van
Hengelsport Jan Peter, is onlangs
verhuisd naar een pand in de
Scheldestraat in Vlissingen. De
verhuizing was noodzakelijk. Het
gaat goed met zijn handel. Een
uurtje posten in zijn winkel
bewijst dat. Klanten komen om
Canadese springvormen, molens
voor de hengel worden er verkocht
en tussendoor geeft Davidse nog
een visvergunning af. Sportvissen
is nog steeds populair. Davidse:
„Er zijn ongeveer 1,5 miljoen
sportvissers in Nederland."
„Dag Dick," begroet Davidse een
klant. „We kennen hier iedereen
bij naam.Dick heeft het
afgelopen weekeind geep
gevangen. „Zijn niet te eten. Je
kimt ze hooguit als aas
gebruiken", weet Dick. Het is de
tijd om ze te vangen. In mei komen
de gepen uit Spanje en Portugal
om in de Nederlandse wateren te
paaien. Als ze dat nog niet
gedaan hebben dan hebben ze
honger", legt Davidse uit. En voor
de vissers is een uitgehongerd
beest een makkelijke prooi.
Mocht de geep niet als aas worden
gebruikt, dan gaan ze terug naar
zee. Ook eetbare vissen worden
regelmatig door de hengelaars
weer terug in het water gezet.
Davidse: „Als de vis niet groot
genoeg is, zeg ik: 'ga jij nog maar
even groeien kleintje." De goede
visser haalt de vis van het haakje
zonder dat het beest daar last van
heeft. „Maar zoals bij alles, heb je
er altijd een paar bij het die voor
de rest verpesten."
Davidse constateert grote
verschillen tussen de sportvissers.
„Je hebt er die een oude hengel in
de kast hebben staan en ineens
besluiten te gaan vissen." Het zijn
de gelegenheidsvissers. Een goede
vangst levert dat niet vaak op,
want ze hebben vaak te weinig
kennis van de hengelsport. „Die
jongen die net uit de winkel stapt,
wil alles weten, vraagt alles. Dat
moet je in je hebben, wil je een
goede sportvisser worden. De
kunst van het vissen van ouderen
afkijken."
Want het sportvissen is volgens
Davidse veelzijdig. Je moet weten
wanneer je welk soort aas
gebruikt. Canadese
springvormen, pieren of het vlees
van vis, er zijn vele
mogelijkheden. Levend aas is
sinds kort verboden. „Het is niet
verboden om wormen en pieren te
gebruiken", verbetert Davidse. Er
Jan Peter Davidse: „Als je een goede sportvisser wilt worden, moet je
vragen stellen, de kunst afkijken van ouderen." foto's Ruben Oreel
ZEEUWSE KREKEN
Naam:
Ligging:
Wateroppervlakte:
Bijzonderheden:
door Conny van Gremberghe
De Vlaamse kreek ligt op het
eind van de wereld. Ver in
Oost-Zeeuws-Vlaanderen, achter
de Zandberg, in de richting van De
Kauter (Nieuw-Namen).
Middenin het land waar dik een
eeuw geleden nog de witte wuuven
rondwaarden, vuurballen
explodeerden in de donkere nacht
en toevallige passanten voor de
rest van het leven opzadelden met
de angst voor het donker.
Vandaag de dag is het zelfs op de
glibberige oevers van de ondiepe
kreek in het Zeeuws-Vlaamse
polderland midden in de nacht
niet echt donker meer. De gloed
van de lampen in het Antwerpse
havengebied reiken tot aan de dijk
die de Vlaamse Kreek ruim twee
Vlaamse Kreek
in de Nieuw Kieldrechtpolder,
oostelijk van de buurtschap
Zandberg
in 1784, na inpoldering van
bovengenoemde polder.
zo'n zes hectare.
ondiepe kreek, onderdeel van een
natuurgebied van 35 hectare,
oevers gedeeltelijk toegankelijk
voor sportvissers en wandelaars.
eeuwen geleden scheidde van het
open zilte water.
Tot in de zeventiende eeuw
maakte de kreek onderdeel uit van
een uitgebreid buitendijks
krekenstelsel. Na de inpoldering
van de Nieuw-Kieldrechtpolder
kwam de Vlaamse Kreek
binnendijks te liggen. Het water
uit de kreek en omliggende
landerijen werd in eerste instantie
via de Hulster veste en het Groot-
Eiland afgevoerd naar de
Westerschelde. Aangezien de stad
Hulst haar afvalwater lange tijd
zonder zuivering in het
waterstelsel liet vloeien besloten
de polderbeheerders rond 1970 om
de stroomrichting van het water
om te keren. Ook werd vlakbij
Hulst een waterzuiveringsstation
gebouwd. Vandaar af ging het
water in het vervolg via de
Vlaamse Kreek, de Graauwse
kreek naar Paal, waar het de
Schelde in werd gestuwd.
Achteruit
Deze wijziging had tot gevolg dat
de waterkwaliteit van de Vlaamse
Kreek - door de instroom van niet
altijd even schoon water uit Hulst
en Ommelanden - stapsgewijs
achteruit ging. Waterplanten
groeiden dat het een lieve lust was
en onttrokken steeds meer
zuurstof aan het ooit zo visrijke
water. Daar kwam ook nog eens bij
dat de toch al ondiepe kreek,
nergens is de kreek dieper dan 1, 7
meter, sterk verzandde. In 1974
werd de kreek dan ook op verzoek
van de eigenaar -
Staatsbosbeheer- losgekoppeld
van het afwateringsstelsel.
Daarmee was de kreek overigens
niet gered. Met het voortschrijden
der jaren verslechterde de situatie
alleen maar.
In 1998 pas kwam het bestuur van
het toenmalig waterschap Het
Hulster Ambacht met een plan de
Vlaamse Kreek een nieuw leven te
schenken. De kreek zou worden
uitgebaggerd en doorgespoeld en
de vispopulatie zou worden
aangepast. In Brussel werd op
subsidies gevist en niet zonder
resultaat. Wij zijn inmiddels twee
jaarverder. Het
natuurherstelproject is in volle
gang. Medewerkers van het
bedrijf Schilder bv uit Ursem
slobberden de voorbije weken de
dikke sedimentenlaag van de
kreekbodem en deponeerden die
vervolgens in een depot waar het
een tijd kan inklinken.
Vijfentwintigduizend kubieke
meter smurrie ligt er opgeslagen.
Na de zomer worden er snoeken en
andere roofvissen in de kreek
uitgezet. Die moeten er voor
zorgen dat de bodemwoelende
vissen (brasem en karper) die in de
kreek de overhand hebben
gekregen in aantal rap achteruit
zullen gaan. Het waterschap
Zeeuws-Vlaanderen verwacht dat
het project na de zomer kan
worden afgerond. In totaal kostte
het weer gezond maken van de
Vlaamse Kreek zo'n half miljoen
gulden. De helft van die.kosten
worden voor rekening genomen
door de Europese Gemeenschap.
