Londen is smeltkroes bij uitstek
PZC
Familieleden vermiste Serviërs
in Kosovo bundelen krachten
J
Armeniërs staan
stil bij vergeten
volkerenmoord
Moegabe
feiten en meningen
Veel Chinezen en Indiërs doen het beter dan Britten
20 april 1950
donderdag 20 april 2000
Is de multiculturele sa-
menleving, die vooral in
de grote steden ontstaat,
uitgelopen op een drama?
Of leven autochtonen en
nieuwkomers tamelijk
vreedzaam met elkaar sa
men? Het zijn vragen in
een Nederlands debat.
Maar op welke wijze ont
wikkelt de multiculturele
samenleving zich bij de
buren? De PZC staat in
een korte serie stil bij de
positie van allochtonen in
het buitenland. Vandaag
deel 1: Groot-Brittannië.
door Harm Harkema
In vrijwel alle toeristengidsjes
wordt Louden geroemd als
een kosmopolitische, vibreren
de, multiculturele smeltkroes.
Londen staat - met New York -
te boek als meest internationale
stad ter wereld.
Er worden hier meer dan 300 ta
len gesproken, 33 nationalitei
ten zijn vertegenwoordigd met
meer dan 10.000 mensen, en
daarnaast nog eens twaalf met
meer dan 5000. Een wijk als
Brixton staat bekend als Caraï-
bisch, in Tower Hamlets wonen
veel Bengalen, en in Neasden
staat de grootste hindoetempel
buiten India. In geen enkele
wijk overigens maakt een be
paalde groep meer dan de helft
van de bevolking uit.
Waar je in Londen ook bent,
overal word je met het interna
tionale karakter van de stad ge
confronteerd. Neem het keurige
East-Finchley. Het postkantoor
wordt met vaardige hand gedre
ven door een Indiaas echtpaar.
De groenteboer is Tony Conti
nental. Hij is een van de onge
veer 50.000 Grieks-Cyprioten
in Londen, heeft een zoon van 23
die plat-Londens spreekt en een
grote fan is van zowel AEK
Athene als Arsenal. Het assorti
ment van Tony is internationaal
en dat geld ook voor zijn klan
tenkring.
Brood komt bij Chorak van
daan, een sjieke bakkerij die
wordt gedreven door een Iraniër
die verschillende Oost-Europe-
se winkelmeisjes in dienst heeft.
De bedrijfsleider van de lokale
vestiging van pizza-keten Ask is
Leider William Hague en zijn Conservatieve Partij zijn kortgeleden wegens stigmatiserend taalgebruik over buitenlanders op de vingers
getikt door de Verenigde Naties. foto Fiana Hanson/EPA
een Kosovaar die bij voorkeur
landgenoten werft. Vrijwel het
complete personeelsbestand
bestaat uit Kosovaarse vluchte
lingen. Geen zielepoten, maar
snelle, zelfbewuste en profes
sionele twintigers.
In Engeland mogen asielzoe
kers een half jaar na aankomst
aan het werk. Een hunner,
Agim. is nu zeven jaar in Lon
den en heeft inmiddels een per
manente verbhjfs vergunning.
In zijn vrije tijd studeert hij En
gels en toeristisch management.
Toen laatst mijn computer het
begaf, stuurde de reparateur
een Zuid-Afrikaanse whizz-kid
langs die een floppy een skijffie
noemde. Hij is een van de hon
derdduizenden jongeren in
Londen onder de 27 jaar die hier
twee jaar mogen werken, omdat
ze uit een land van het Britse
Gemenebest komen. De oppas is
een Hongaarse, de zolder is ver
bouwd door een Jamaïcaanse
aannemer die was aanbevolen
door de Iraanse kastelein van de
Charleston-pub om de hoek, en
de buren zijn Canadezen, Pakis-
tanen, joden en Japanners.
In East-Finchley en aanpalende
wijken wonen relatief veel jood
se mensen en dus is er ook koos
jere middenstand. Het toppunt
van kruisbestuiving zijn de
koosjere winkels die worden ge
dreven door Indiërs. En er is
Kaifeng, een koosjer Chinees
restaurant.
Beeld
Dit beeld moet ook premier To
ny Blair voor ogen hebben
gehad, toen hij een half jaar ge
leden zei: ,,De grootste, maar
miskende kracht van Londen is
haar vruchtbare mix van natio
naliteiten en culturen, haar cre
ativiteit en haar cosmopoliti-
sche aard."
Er kan natuurlijk ook een veel
minder rooskleurig verhaal
worden verteld. De gemiddelde
Londense taxichauffeur is daar
goed in: ,,Er zijn natuurlijk ook
wel goeie Paki's, maar over het
algemeen En natuurlijk
zijn alle asielzoekers profiteurs
en gelukszoekers. In dat laatste
worden zij bevestigd door de
populaire tabloids die alle asiel
zoekers in een kwaad daglicht
stellen.
Ook de Conservatieve Partij
doet daar niet moeilijk over. Die
rept bij voorkeur van bedrei
gende stromen nep-asielzoe-
kers' en is voor dat stigmatise
rende taalgebruik kortgeleden
nog op de vingers getikt door de
Verenigde Naties. Een_ slechte
naamheeft ook de Londense po
litie. Een onderzoekscommissie
oordeelde vorig jaar dat de poli
tie 'institutioneel racistisch' is.
De politietop ontkende het niet,
en beloofde beterschap.
Maar niet alleen de politie
maakt zich schuldig aan racis
me. Zo zijn de afgelopen maan
den een aantal blanke mannen
die een zwarte partner hebben,
door racisten bedreigd en bij
Oxford is een jeugdige Pakis
taan door blanke jongens over
goten met benzine onder het
motto dat hij een stinkende Paki
was.
Niet slechter
Is Groot-Brittannië dan een
land van vreemdelingenhaters?
Wie de twee jaar oude, als stan
daardwerk beschouwde studie
'Ethnische minderheden in
Groot-Britannië' doorneemt,
komt tot de concusie dat dat wel
meevalt.
De Britse - en dus ook de Lon
dense - samenleving lijkt al
thans geen slechter figuur- te
slaan dan het gemiddelde West-
Europese land, en komt in een
aantal opzichten (taaivoordeel?
zelfs beter uit de bus.
Niet goed gaat het in zijn alge
meenheid met de (islamitische)
Pakistani en Bengalen. Ze wo
nen in de slechtste buurten, zijn
het slechtst opgeleid, spreken
het slechtst Engels en kampen
dus ook met hoge werkloosheid.
Een stuk beter/minder slecht
gaat het met de Indiërs en de
(zwarte) West-Indiërs. Zij halen
in menig opzicht hun achter
stand op blanken snel in, al
baart met name het ontbreken
van de vader in menig Caraï-
bisch gezin zorgen.
Huwelijken
Ronduit uitstekend gaat het met
de Chinezen en de Afrikaanse
Indiërs (uit onder ineer Oegan
da). Deze bevolkingsgroepen
doen het gemiddeld zelf beter
dan blanke Engelsen. Hoopge
vend is ook dat raciale vooroor
delen blijken af te nemen (onder
ouderen zijn die het grootst), dat
het aantal gemengde huwelijk
heden toeneemt, en dat minder
heden (ook Pakistaanse jonge
ren) in toenemende mate de weg
naar de universiteit weten te
vinden. GPD
door Clemens Ingwersen
Armeniërs in de hele wereld
herdenken maandag de vol
kerenmoord op de Armeniërs in
het Ottomaanse Rijk. Op die
dag, 24 april, is het 85 jaar gele
den dat in Constantinopel (te
genwoordig Istanboel) honder
den Armeense intellectuelen
werden gearresteerd en korte
tijd later vermoord.
Het was het begin van een geor
ganiseerde campagne tegen de
twee miljoen Armeniërs in het
Ottomaanse Rijk, die volgens
schattingen tussen eenderde en
driekwart van hen het leven
kostte. Armeniërs spreken van
anderhalf miljoen doden. De
piek van de gruwelen lag tussen
april 1915 en het einde van dat
jaar.
Aan de dood van de Armeniërs
in het Ottomaanse Rijk ging
buitensporig veel leed vooraf.
Vooral het lot van vrouwen, kin
deren en ouderen was drama
tisch. Veel mannen waren eerder
afgevoerd en ondanks martelin
gen relatief snel gedood. Pe ove
rige familieleden werden gede
porteerd.
Zij moesten zonder voldoende
voedsel of drinkwater naar de
woestijn lopen in het noordoos
ten van het huidige Syrië. Op
deze dodenmarsen werden ze
mishandeld, verkracht en kin
deren werden ontvoerd en/of
misbruikt.
Velen bereikten de kampen in
Syrië niet, maar werden onder
weg door hun 'escorte' of daar
toe door de overheid aange
spoorde bendes afgeslacht. Veel
overlevenden bezweken uitein
delijk in de kampen.
Hitier
Hitier wist goed wat er met de
Armeniërs was gebeurd. In sep
tember 19 3 9 zei hijkort voor hij
zijn vernietigingsdrang op Eu
ropa losliet: „Wie vandaag, her
innert zich nu nog de uitroeiing
van de Armeniërs?" Hij bepleit
te daarmee meedogenloos op
treden tegen burgers en ging er
vanuit dat volkerenmoord mo
gelijk was zonder dat er daarna
over gezeurd zou worden.
De vervolging van Armeniërs en
andere religieuze of etnische
minderheden was schering en
inslag in het Ottomaanse Rijk.
De massaslachtingen van Ar
meniërs van 1894 tot 1896 be
zorgden de toenmalige heerser
Abdülhamid II in Europa al de
bijnaam de Rode Sultan. Dat
waren uitbarstingen van vaker
voorkomend geweld in het uit
gestrekte rijk. De echte volke
renmoord volgde pas twintig
jaar later onder invloed van, of
zoals de Armeniërs stellen, met
als excuus de Eerste Wereldoor
log.
De Ottomaanse autoriteiten
schilderden de Armeniërs af als
opstandelingen, een soort vijfde
kolonne van de Russen die uit
geschakeld moest worden toen
het land in gevecht raakte met
onder meer Rusland.
De Armeniërs waren zeker geen
enthousiaste verdedigers van
het Ottomaanse rijk, omdat ze
onderdrukt werden. Maar er
was geen sprake van een grote
opstand. Hoewel de Ottomaan
se diplomaten in Constan
tinopel dat tegenover hun bui
tenlandse collega's als gammele
rechtvaardiging aanvoerden
voor hun terreur tegen de Arme
niërs.
Bondgenoten
Duitsland en Oostenrijk-Hon-
garije, de bondgenoten van
Constantinopel in de Eerste We
reldoorlog, wilden de slachtin
gen eerst stil houden. Dat was
door de schaal van de deporta
ties en massamoorden moeilijk.
De geallieerden veroordeelden
in mei al de massamoorden.
Constantinopel ontkende het
niet eens, maar antwoordde dat
de geallieerden achter een op
stand in Armenië zaten.
In juli 1915 moest ook de Duitse
ambassadeur in Constan
tinopel, Graaf Hans von Wan-
genheim, aan Berlijn berichten,
dat er 'geen enkele twijfel meer
mogelij k was dat de Porte Otto
maanse regering) probeerde het
Armeense ras in het rijk te ver
nietigen'.
De graaf was goed op de hoogte.
In juni telegrafeerde hij Berlijn
al dat minister van Binnenland
se Zaken, Mehmed Talaat, hem
had opgebiecht dat de 'massa-
deportaties niet enkel uit mili
taire overwegingen' plaatshad
den.
Talaat was een van de hoofdver
antwoordelijken voor de geno
cide. Hij had Von Wangenheim
in februari 1915 aangekondigd
dat deze oorlog hèt moment was
om de Armeense kwestie defini
tief op te lossen. ANP
De vrouwen van de familie Kostic hebben sinds hun vrijlating niets meer van hun mannen gehoord.
foto Mikica Petrovic/AP
door Jovana Gec
Twee jaar lang heeft Petra Kostic ge
probeerd te achterhalen wat er is ge
beurd met de vijftien mannen uit haar fa
milie die op een zomeravond zijn
meegenomen door Albanese strijders in
Kosovo.
Het huis van de familie in het zuidweste
lijke dorp Ratimlje werd in juli 1998 aan
gevallen door leden van het Kosovo Be
vrijdingsleger (UCK). De familie Kostic,
een van de twaalf families uit het dorp,
werd gevangen genomen en naar een an
der dorp gebracht. De vrouwen zijn vrij
gelaten, maar van de mannen is nooit
meer iets gehoord.,Ik wil het alleen maar
weten", zegt Petra Kostic. „Het is onmo
gelijk dat niemand weet wat er met ze is
gebeurd."
Nadat het Servische leger zich vorig jaar
uit Kosovo had teruggetrokken, vluchtte
de familie Kostic naar Belgrado. Petra
zegt alles te hebben geprobeerd: contact
leggen met internationale functionaris
sen in Kosovo, met non-gouvernementele
organisaties, met hulporganisaties, met
etnisch-Albanese buren. Het was alle
maal tevergeefs. En zij is niet de enige.
Andrija Tomanovic, een bekende chirurg
in het ziekenhuis van Pristina en mede
werker van het Rode Kruis, verdween af
gelopen juni. Hij zou vanuit het zieken
huis zijn meegenomen door twee mannen.
Zijn vrouw, Verica, weet niet of hij nog
leeft.
Dragoljub Djukanovic en zijn zoon Jovica
werden in juli uit hun flat in Prizren ge
haald. Rada Djukanovic zegt dat Albane
zen, die beweerden dat ze van de politie
waren, beloofden dat haar man en zoon
binnen een half uur weer terug zouden
zijn. Maar ze zijn nooit teruggekeerd.
Hetzelfde geldt voor zo'n twintig Serviërs
uit Istok in het westen van Kosovoen. vele
anderen.
„Voor ons zijn al deze mensen nog in le
ven, totdat bewezen is dat ze dood zijn",
zegt Ranko Djinovic, voorzitter van de
onlangs opgerichte Vereniging van Fami
lies van in Kosovo Ontvoerde Personen.
De vereniging heeft contacten gelegd met
internationale en non-gouvernementele
organisaties in de hoop de waarheid te
kunnen ontrafelen.
„We kloppen op de deur bij iedereen die
kan helpen", vertelt Djinovic, waarna hij
wijst op een stapel formulieren met foto's,
die door familieleden van vermisten zijn
ingevuld. „En we hebben geloofwaardige
getuigenverslagen verzameld.
Informatie
Sinds de strijd tussen het UCK en de Ser
vische troepen begon in 1998 zijn duizen
den mensen van verschillende etnische
achtergronden verdwenen. Volgens het
Internationale Comité van het Rode Kruis
(ICRC) is over het lot van 3.000 vermisten
nog steeds niets bekend. De vereniging
van Djinovic heeft informatie over 1.200
Serviërs en andere niet-Albanezen die
sinds februari 1998 vermist worden.
Volgens Djinovic is 75 procent van de ver
misten in juni vorig jaar verdwenen, toen
de Servische troepen zich onder druk van
de NAVO-bombardementen uit Kosovo
terugtrokken en de honderdduizenden et
nisch-Albanese vluchtelingen begonnen
terug te keren. De Serviërs kregen te ma
ken met wraakaanvallen van de etnische
Albanezen voor de gewelddadige onder
drukking door de Joegoslavische regering
in 1998-1999.
Volgens Djinovic worden sommige ver
misten vastgehouden in geheime gevan
genkampen. De Verenigde Naties en de
NAVO ontkennen dat zulke kampen be
staan, maar het hoofd van het Helsinki
Comité voor de Mensenrechten in de Ser
vische moslimregio Sandzak zegt dat zijn
medewerkers de kampen hebben bezocht.
De vermisten worden op zeker vijf grote
locaties vastgehouden, zegt Sefko Al-
merovic. Hij wil de namen van die plaat
sen echter niet noemen.
De familieleden van de vermisten blijven
ondertussen wachten en raken, steeds
meer verbitterd. „Mijn man wilde Pristi
na niet verlaten omdat hij een schoon ge
weten had", zegt Verica Tomanovic over
de vermiste chirurg. „Hij hielp altijd ie
dereen, zowel Serviërs als Albanezen. Hij
heeft zelfs het leven gered van een U£K-
soldaat, en nu wil niemand vertellen wat
er met hem is gebeurd."
Milanka Petrovic, wier vader en broer vo
rig jaar in Prizren werden ontvoerd, zegt
ook dat zij in Kosovo bleven omdat ze nie
mand iets hadden gedaan. „De goede
mensen moeten altijd boeten", zegt ze.
„Degenen die de misdaden pleegden, lo
pen nu ergens vrij rond." AP
Even was er deze week een sprankje hoop op no^
malisering van de situatie in Zimbabwe. Presi.
dent Moegabe sloeg tegenover blanke boeren,
die worden geïntimideerd door zijn aanhangers, een
verzoenende toon aan. Maar een dag later sloeg hej
staatshoofd alle hoop op een einde aan het steeds verdéj
escalerende conf lict over landhervorming de grond if
Blanke boeren zijn staatsvijanden, zei de president. J
Moegabe lijkt de chaos in zijn land steeds verdertevoe'.
den. Volgens sommige lezingen zou de president met hél
op touw zetten van landbezettingen op het platteland
steun willen vergaren voor de parlementsverkiezingen;
die volgende maand gehouden moeten worden.
Toch kan Moegabes landpolitiek niet echt bedoeld zijn
als stemmentrekker. Bij het referendum in februari
trachtte de president kiezers over de streep te trekketi
door ze verregaande herverdeling van landbouwgrond
te beloven. Ze moesten dan alleen ook vergroting van dé
macht van de president slikken. Daar tuinden zenietin,
Ook nu lijken de méeste Zimbabweanen de landpoli
tiek van de president af te wijzen. Moegabe heeft dan
ook niet zo'n beste reputatie als het gaat om het houden
van beloftes. In 1980 begon hij met een omvangrijk pro
gramma van landhervorming, dat 162.000 families een
akker moest opleveren. De bedoeling was dat Groot-
Brittannië als ex-koloniale macht de fondsen zou leve
ren voor de aankoop van benodigde gronden.
Het programma faalde op alle fronten. De geldkraan I»
ging dicht, onder meer omdat diverse mooie
1 grond bij Moegabe-getrouwen belandden. De Zimbab-
weaanse boeren die wél een akker kregen, zijn tot op de
dag van vandaag aan hun lot overgelaten. Geld om te
investeren in hun bezit konden ze nergens krijgen, bef
loofde voorzieningen kwamen er niet.
Dit geheel overziend kan Moegabe niet werkelijk sert
eus denken dat de onteigening a la minute zijn partij
ZANU-PF veel stemmen zal opleveren. De Zimbab-
weanen hebben andere, directere zorgen. Een kwartw
van hen is seropositief. De werkloosheid giert de pan
uit, de inflatie idem. De economie krimpt.
Het is waarschijnlijker dat Moegabe op een ander spoot
zit. Verliefd op de macht als hij is, kan hij niet wennen
aan het vooruitzicht van een Moegabeloos Zimbabwe
De enige manier waarop hij in het zadel kan blijven, ii
het vestigen van een dictatuur. Het parlement is in aft
wachting van verkiezingen naar huis gestuurd, maar
wanneer die stembusgang plaatsheeft, kan nog steeds
niemand vertellen. Een andere macht uit het staatsbel'
stel, de rechterlijke, wordt door de regering genegeerd.
Het enige wat Moegabe nog nodig heeft, is een aanlei
ding om formeel de noodtoestand uit te roepen,
grotere uitbarsting van geweld zou hem aardig in de
kaart spelen. Misschien is het daarom dat de honderden
'veteranen', die momenteel naar het zuidwesten vanhei
land reizen om daar verder aan landhervorming te wer|
ken, kalasjnikov-geweren in plaats van schoffels bij
zich hebben.
Streekziekenhuis
De kerken op Zuid- en Noord-
Beveland werken aan de op
richting van een christelijk
streekziekenhuis. De ont-
werp-statuten zijn inmiddels
aan de kerkeraden toegezon
den. De kerken zullen zestig
procent van de kosten betalen,
de aangesloten gemeenten
veeitig procent.
Aardappels te duur
De regering vindt dat de aard
appelhandelaren te hoge prij
zen vragen, terwijl de telers-
prijzen al geruime tijd dalen.
Als de prijzen niet worden ver
laagd, zal de regering zelf ver
kooppunten instellen.
Euthanasie
De medische raad van toezicht
in de Amerikaanse staat New.;
Hampshire heeft de arts San
ders zijn licentie afgenomen.'
Sanders had uit medelijden
een kankerpatiënte een injec-*
tie toegediend. Overigens was*
de patiënte kort daarvoor al
overleden.
Plattegrond
Mensen die de weg zoeken in.'
Vlissingen, kunnen nu een be-:'
roep doen op een nieuw ver-1
schenen stadsplattegrond.1';
Zelfs geboren en getogen Vlis-
singers raken de laatste tijd
nog wel eens het spoor bijster
in de tientallen nieuw ge
bouwde straten.
Uitgever:
J. C. Boersema
Hoofdredactie:
A. L. Oosthoek
D Bosscher (adjunct)
A. L. Kroon (adjunct)
Centrale redactie:
Oostsouburgseweg 10
Postbus 18
4380 AA Vlissingen
Tel. (0118) 484000
Redactiefax: (0118) 470102
Vlissingen:
Postbus 18
4380 AA Vlissingen
Tel. (0118) 484000
Fax. (0118)472404
Goes: Voorstad 22
Postbus 31
4460 AA Goes
Tel (0113)273000
Fax. (0113)273010
Terneuzen: Axelsestraat 16
Postbus 51
4530 AB Terneuzen
Tel. (0115) 686000
Fax. (0115) 686009
Hulst: 's Gravenhofplein 4
4561 AJ Hulst
Tel. (0114)373839
Fax. (0114)373840
Zierikzee: Grachtweg 23a
Postbus 80
4300 AB Zierikzee
Tel. (0111) 454647
Fax (0111)454659
Opening kantoren:
Maandag t/m vrijdag
van 8,00 tot 17.00 uur
Zierikzee en Hulst:
8.30-17.00 uur
Zaterdags in Vlissingen
van 8.00 tot 10.30 uur
Auteursrechten voorbehouden
Uitgeverij Provinciale Zeeuwse Courant BV Wegener NV
Internet (http://www.pzc.nl):
Postbus 18
4380 AA Vlissingen
redactie redactie@pzc.nl
exploitatie: internet@pzc.nl
Bezorgklachten:
0800-0231231 of maandag
t/m vrijdag: op de kantoren
gedurende de openingstijden;
zaterdags tot 14 00 uur:
op de kantoren door de klacht in te
spreken op de band of de
verwijzing op te volgen.
Overlijdensadvertenties:
tijdens kantooruren en
uitsluitend maandag-
t/m vrijdagavond van 20.30
tot 22 00 uur en zondagavond
van 20.00 tot 22.00 uur:
Tel. (0118) 484000.
Fax(0118)470100.
Abonnementsprijzen
bij automatische incasso:
(tussen haakjes prijs met acceptgiro)
per maand: 36,70 (n.v.t
per kwartaal 100,00 101,65)
per jaar- ƒ380,00 (ƒ381.65)
Voor toezending per post geldt
een toeslag
Beëindiging van abonnementen
uitsluitend schriftelijk, 1 maand voor
het einde van de betaalperiode
Losse nummers:
maandag t/m vrijdag: 1,85 per stuk
zaterdag: 2,75 per stuk
Alle bedragen zijn inclusief 6% BTW
Bankrelaties
ABNAMRO 47.70.65.597
Postbank 35.93.00
Advertenties
Alle advertentieopdrachten worden I
uitgevoerd onder toepassing van
de algemene voorwaarden van
Uitgeverij PZC BV alsmede de
regelen voor het advertentiewezen. i,
Tarieven kunnen tijdens kantooruren i,
worden opgevraagd
bij de advertentieorderafdeling.
Tel: 0118-484321