Worstelen met mest
PZC
op stap in de natuur
Zwarte
Polder is
oerland
Energiezuinig
kantoor aan
de Laagewei
28
Het Zwin zit
vol vogels
29
Leurders
op het erf
30
Zorg voor
alle bomen
31
27
buitengebied
■**f .<-7
■4T 1
4'
woensdag 19 januari 2000
Mestinjecteerder aan het werk in de omgeving van Zuiddorpe.
Duurzame mestbewerking heeft de toekomst. Tot die
conclusie kwamen de samenstellers van een eind vo
rig jaar verschenen onderzoek. Door mest te vergisten
kunnen koolstof en stikstof uit dierlijke mest beter wor
den benut en zelfs kunstmest vervangen. Daardoor kan
mestbewerking een bijdrage leveren aan energiebespa
ring, een vermindering van het mineralenoverschot, pro
ductie van duurzame energie uit biomassa en een reduc
tie van broeikasgassen.
door Jeroen Vlieqenberg
In Oostburg bouwt Kunst
EcoService een grote
mestverwerkingsfabriek die in de
nabije toekomst de mest kan
vergisten. Voor de fabriek kocht
Kunst vorig jaar meer dan 80.000
vierkante meter grond aan ten
zuiden van Terneuzen. Over de
precieze plannen van het
Oostburgse bedrijf is nog niet veel
te zeggen. Wel is het bekend dat
natte mest met behulp van
vergistingsinstallaties wordt
verwerkt tot droge korrelmest.
Die wil de onderneming afzetten
in de Benelux, Duitsland en
Frankrijk.
Verbranding is een andere vorm
van duurzame mestbewerking. De
kolencentrale in Borsele
experimenteert al enige tijd met
het verbranden van biomassa.
Dierlijke mest zou daar een
onderdeel van kunnen zijn. Voor
het blijvend verbranden van
biomassa zijn vergunningen
aangevraagd, maar die procedure
loopt nog. Daarnaast doet EPZ
mee aan het zogenoemde DEP-
project (Duurzame
Energieproductie
Pluimveehouderij), een joint
venture van EPZ en de
pluimveesector. Het plan is om in
Moerdijk in 2002 een DEP-
centrale te bouwen, waar
kippenmest kan worden
verbrand. Er zouruim 300.000 ton
pluimveemest kunnen worden
verbrand, afkomstig van zo'n 650
geïnteresseerde
pluimveebedrijven in Limburg,
Brabant en Zeeland. Een Milieu
Effect Rapportage (MER) is
inmiddels ingediend.
Mineralenprobleem
A A J. van Korven is specialist
milieu bij deZLTO. „InNederland
hebben we een
mineralenprobleem omdat er in de
landbouw meer gebruik van
mineralen wordt gemaakt dan
strikt noodzakelijk is. De overheid
moet ervoor zorgen om het
milieukundig verlies te
minimaliseren. Daarvoor is de
Minas-regeling opgesteld. Dit
mineralenaangiftesysteem gaat
voor akkerbouwers in 2001 in. Dat
betekent dat ze niet te veel mest
moeten aanvoeren om heffingen te
voorkomen."
Het gebruik van dierlijke mest,
zeker hier in Zeeland met die
zware klei, leidt tot zware
mineralenverliezen, met name
organische stoffen en fosfaten.
Van Korven:,De mest wordt in het
najaar uitgereden omdat in het
voorjaar de klei nat is en er kans op
structuurbederf bestaat. Stikstof
wordt uitgespoeld en verdwijnt in
sloten. Men gaat in Zeeland naar
een alternatief zoeken. De
overheid wil sturing, omdat men
zich aan de EU-nitraatriehtlijn
2003 moet houden."
Maar de EU is (nog steeds)
ontevreden over de
voortvarendheid van de
Nederlandse mestplannen.
Gisteren (dinsdag) werd bekend
dat Nederland voor het Europese
Hof van Justitie wordt gesleept
omdat het mestbeleid niet voldoet
aan de milieunormen van de
Europese Unie. De EU-
nitraatrichtlijn schrijft voor dat
vanaf 1 januari 1999 maximaal
210 kilo nitraat (stikstof) per
hectare mag worden uitgereden.
Met ruim 300 kilo zitten de
Nederlandse akkerbouwers daar
rüm boven. Vanaf 2003 mag nog
rraar 170 kilo nitraat worden
uitgereden. Gezien de
aanscherping van de regels is het
2eker niet onwaarschijnlijk dat
ons land in 2003 opnieuw voor de
rechter moet verschijnen.
Contract
Dat betekent dat landbouwers die
dieren houden straks een contract
moeten afsluiten met
inestverwerkers of met iemand die
grond heeft en ervoor kan zorgen
dat de mest daar terechtkomt. En
dat is volgens Van Korven het
punt: een landbouwer wil best een
contract afsluiten, maar hij wil
niet in de knoei met de Minas
komen. „Want dan moet hij straks
allerlei heffingen betalen.
Daarom hebben we als ZLTO
gezegd: laten we massaal zorgen
dat iedereen ervaring opdoet met
de Minas, door middel van ons
Minas Meester-project. Met name
in de veehouderij gaat het erom op
hoeveel grond we straks mest
kwijt kunnen en in hoeverre mest
kan worden geëxporteerd. Welke
rol speelt de Minas straks in
2001?"
Da: is de reden voor het eerder
genoemde onderzoek, dat werd
uitgevoerd in opdracht van de
Rabobank en de Nederlandse
Organisatie voor Energie en
Milieu (Novem). „De hoeveelheid
mineralen die we hebben is zo
gigantisch dat het jammer is dat
we er niets nuttigs mee doen. We
kunnen de mineralen optimaler
benutten. Een belangrijke
conclusie uit dat rapport is dat je
met nieuwe mestbewerkings- en
verwerkingstechnieken een heel
stuk kunstmest verdringt,
waarmee je veel energie bespaart
en tegelijkertijd duurzame
energie krijgt door bijvoorbeeld
mestvergisting.
Wat dat betreft kleven er volgens
Van Korven nadelen aan het DEP-
verhaal van de EPZ. „Want met
het drogen en verbranden van
kippenmest krijg je weliswaar wel
wat duurzame energie terug, maar
je bent je mineralen kwijt. Die heb
je namelijk verband."
Overschot
„Een akkerbouwer wil wat
dierlijke mest betreft twee dingen:
organische stof en fosfaat. De
kunst is dus om mest aan te
wenden zonder stikstof
bijvoorbeeld in korrelvorm." Er
wordt volgens van Korven altijd
gesproken over het
mestoverschot. Maar: „Stel dat je
dierlijke mest maximaal zou
gebruiken, dan is er geen
overschot in ons land. Maar er is te
veel kunstmest."
In de provincie Zeeland komt
langzamerhand het besef dat
duurzame mestbewerking de
toekomst heeft. De bedoeling is
om met provincie en de ZMF
een aantal bedrijven die in
Zeeland voorop lopen te
stimuleren, om te zorgen dat meer
landbouwers bewerkte mest gaan
gebruiken.
„Wil je dat voor elkaar krijgen,
dan kost het je minstens drie tot
vijf jaar, omdat je te maken krijgt
met allerlei Milieu Effect
Rapportages, vergunningen,
bestemmingsplannen en ga zo
maar door. Ik heb wel vertrouwen,
maar Brinkhorst zet een enorme
druk op de ketel. België en
Nederland kampen met een
gigantisch probleem. Daar
hebben we al jaren geleden voor
gewaarschuwd en we waren er
toen ook van overtuigd dat er
oplossingen waren om het
mineralenoverschot aan te
pakken. We hebben wat dat
betreft pech met Brinkhorst
omdat hij één van de opstellers
van de EU-richtlijn is. Hij zal er
alles aan doen om die richtlijn na
te streven. Maar voor de landbouw
dringt de tijd."
Aan de West-Zeeuws-Vlaamse
kust is duidelijk te zien dat het
achter de smalle duinenrij gelegen
land in de loop der eeuwen door de
mens is gecultiveerd. Alles straalt
tot in detail de bemoeienis van de
mens uit. Uitzondering vormt
daarop de smalle duinzone.
Althans zo lijkt het. Aan de
zeezijde is getuige de vele
paalhoofden en aanplantingen
met helm en rijshout gewerkt om
de natuurlijk gevormde zeewering
zo veel mogelijk te behoeden voor
afslag en daarmee op den duur
teloorgang. Ook hier maakt de
mens gebruik van en exploiteert
hij in zekere zin de natuur. En,
gezien de vele campings en
bewaakte strapden, met succes. In
de zomermaanden stromen de
toeristen de badstranden op.
Nu echter op een stralende
winterdag ter hoogte van
Nieuwvliet-bad, is het stil. Een
laagstaand winterzonnetje
beschijnt de voor ons liggende
Verdronken Zwarte Polder.
Verdronken, want hier heeft de
natuurlijke zeewering het niet
kunnen houden. De duinenrij is
doorgebroken en eb en vloed
hebben er vrij spelEen slufter die
tot enkele honderden meters
achter de duinenrij doordringt
heeft in de loop van de tijd het
aanzien uit de oertijd herkregen.
Aangeslibd materiaal vond hier
een dood punt, bezonk, en planten
vonden er hun groeiplaats.
Nu vinden we er een gebied
waarbij we ons voor kunnen
stellen hoe het Zeeuwse landschap
er voor de bemoeienis van de mens
uit moet hebben gezien. Een
houten plankier leidt ons het
schorrengebied in. Geulen
meanderen tussen de hogere delen
waarop schapen hun voedsel
vinden. Op vochtige ondiepten en
plassen fourageren bergeenden,
wulpen en rotganzen. Overigens is
het er op dit moment vrij rustig. De
zon kruipt achter een licht
wolkendek. Roze en gele sluiers
geven de lucht wat kleur. Een
typische winterdag waarop het
jjbbnjoor d
Als 'tin
Louwmaand
mistig is,
wordt de
Lentemaand
heel fris
Nieuwe weerwoorden zijn welkom
bij de redactie PZC. postbus 18.4380
AA, Vlissingen, fax 0118-470102m e-
mail redactie@pzc.nl
foto Charles Strijd
lijkt alsof de hele dag de zon
ondergaat terwijl het toch op het
midden van de dag is.
Het schorrengebied achter ons
latend betreden we het
duingebied. En plots staan we in
een ander landschap. Een
zanderig pad van een meter breed
slingert nu met verassende
bochten, beklimmingen en
afdalingen tussen het struweel
van bramen, duindoorn en vlier.
Hier vallen de kleine dingen op, de
bouwstenen die mede het
landschap vormen. Door de wind
geschoren struiken getuigen van
hun strijd om het bestaan.
Begroeid met korstmossen in
allerlei kleurschakeringen tonen
ze hun winterse pracht. Vooral op
vlieren zien we de schitterende
kleurencombinaties van deze
pioniers. De braamstruiken zijn
nog gedeeltelijk groen en
ondoodringbaar is het struweel,
mede door de aanwezigheid van
de vele duindoorns. Naast de vele
korstmossen vinden we ook hier
de zwammen; judasoren en
fluweelpootjes voegen hun kleur
en vormenpracht toe.
Op het eind van een dode vliertak
heeft een sperwermannetje zijn
uitkijkpost. Niet veel groter dan
een merel is hij maar met "zijn
verrassende en onstuimige aanval
overmeestert hij prooien die
groter zijn dan hijzelf. Hout- en
holenduiven zijn niet zelden zijn
slachtoffer. Het voorjaar is nog ver
weg maar toch beloven de
duindoorns met ontelbare
wachtende knoppen
uitbundigheid. De ontdekking
van een spinselnest van de
bastaardsatijnvlinder zegt ons dat
het nog even afwachten is. We zijn
de drempel van de donkere dagen
gepasseerd. Tijd om uit te zien
naar het komende voorjaar dat
zich nu al aankondigt.
Buitengebied is een wekelijkse
bijlage over natuur en landschap,
land- en tuinbouw, streektaal en
streekcultuur, architectuur en
stedenbouw, recreatie en vrije tijd.
Vragen, opmerkingen en
suggesties zijn welkom bij de
redactie van de PZC, postbus 18,
4380 AA, Vlissingen, fax 0118-
470102, e-mail redactie@pzc.nl.
CADZAND
RETRANCHEMENT
Tekst en illustratie Adri Karman