,SD Waar gaan uw miljoenen na PZC 19$ Transferium in Goes Cultuur centrum in AKF-hal Fietspaden op Noord-Beveland Oesterputmuseum Yerseke Doorlaatmiddel Zandkreekdam Eindpunt Hoedekenskerke De overheid besteedt miljoenen, miljarden soms. Gemeenschapsgeld, veelal opgebracht door de belastingbetaler. Het gaat naar dure dingen die noodzakelijk en soms zelfs onzichtbaar zijn zoals rioleringen, of naar bestuurlijke prestige-objecten zoals gemeentehuizen of schouwburgen. De beslissingen daarover worden genomen door bestuurders, die eens in de vier jaar tijdens de verkiezingen een vorm van verantwoording afleggen. Zij steunen weer op hun ambtenarenkorps. Het is opvallend dat in Provinciale Staten en gemeenteraden soms oeverloos gediscussieerd wc over lantaarnpalen en verkeersdrempels die enke duizenden guldens kosten en beslissingen over miljoenen regelmatig met een enkele hamerslag v de voorzitter worden beklonken. Die democratise gekozen volksvertegenwoordigers horen de stem het volk te vertolken. Maar lang niet altijd is de bui even gelukkig met de keuzes van de politiek. Er is kritiek als de overheid in de ogen van de burgerij g over de balk smijt. Sterker nog; de overheid kan h als het daar om gaat maar zelden goed doen. Ook i 35 miljoen Een hectare of tien heb je wel nodig. Laten we zeggen aan de zuidkant van het Goese industrieterrein De Poel. Dat is al tien mil joen voor de grondaankoop. Daar kun je dan wel héél veel auto's kwijt maar dat is niet ge noeg. Een transferium staat of valt met de aanslui tingen met de plaatsen waar al die bestuur ders van al die auto's naartoe willen. Een bus dienst moet er dus komen. Eentje met om de vijf minuten een bus naar het centrum van Goes en in de zomer diensten naar de kust: naar Noord-Beveland en Walcheren. Dat gaat veel geld kosten want de ervaring leert dat er altijd geld bij moet als openbaar ver voer zeer regelmatig rijdt. Overigens leert een andere ervaring dat in tensieve, betrouwbare dienstregelingen ook volle bussen opleveren. Maar reken toch maar 20 miljoen. Dan is de exploitatie in ieder ge val een aantal jaren verzekerd. Verdienen kun je ook nog wat op zo'n transfe rium. Met reisbureaus en busmaatschappijen sluit je een overeenkomst voor parkeren en reizen. Wie een dag naar Parijs wil, een week eindje naar Brussel of een week met de bus naar Oostenrijk, zet zijn auto bij het transfe rium en stapt in de touringcar. Bij een transferium van dergelijke afmetin gen hoort ook een beetje horeca. Een nachte lijk kopje koffie voor de reiziger, thee na het boodschappen doen en wellicht wat voorzie ningen voor de transportsector vragen om een plaatsje. Doe er ook nog een souvenirwinkel- tje bij. een wisselkantoortje en een VW-post- je en er zijn meteen al wat meer mensen aan het werk. Als we even zo doorgaan, wordt het nog gezellig. Maar het transferium ligt zo dicht bij Goes omdat ze daar een parkeerprobleem hebben. Een voorziening buiten de stad met goed openbaar vervoer eist natuurlijk wel drasti sche maatregelen tegen parkeren in de bin nenstad: geen bonnen, geen wielklemmen maar meteen wegslepen, dat helpt. Bij De- pannage De Poel. op het transferium, kun je dan tegen betaling je auto weer ophalen. Als verkeersbewegingen zoveel toenemen, is de huidige afslag van de Rijksweg A58 onvol doende en veel te ingewikkeld. Er zou dus een nieuwe afslag moeten komen ten oosten van knooppunt De Poel. Daar rekenen we nog een paar miljoen voor. Voor 35 miljoen gulden moet je bij Goes veel vliegen in één klap kun nen slaan. 50 miljoen Het grootste gebouw van Zeeland staat in Goes. Het staat aan het water, in een zee van ruimte en het heeft alles in zich om Goes cultureel op de kaart te helpen zetten. De ap paraten- en ketelfabriek AKF, die het een paar jaar geleden leeg achterliet, bouwde in de jaren zestig zonder erg een industrieel mo nument. Twee samengevoegde Engelse han gars leverden een staalconstructie op om van te kwijlen. „En een ruimte waarvan de meeste steden alleen maar kunnen dromen", vindt een aantal Goesenaars, onder wie Eddy Beek man. Met een bom duiten zou je in de AKF-hal een geweldig cultureel centrum met een congres hal kunnen ontwikkelen. Als de middelste ruimte vrijgehouden wordt voor grensverleg gende culturele evenementen, beurzen en in- doorsport, blijft er aan de zijkanten voldoen de over voor restaurants, cafés, kleinere zalen die toch nog groot zijn, bioscoopzalen en ver gaderaccommodaties. Met klinkers en keien kan een enorm parkeerterrein ontstaan, waarbij ruim voldoende ruimte overblijft voor terrassen. In de haven, die vlak langs het terrein loopt, zou jachthavenontwikkeling moeten plaats vinden. Nu de industriële activiteiten van het terrein verdwenen zijn, kan jachthavenont wikkeling prima in een grote behoefte voor zien. Goes is populair als aanloophaven en een in culturele richting ontwikkeld AKF- terrein voegt heel veel toe aan wat Goes al heeft: een cultuurhistorisch decor met een ruime keus in eten en drinken. Bovendien heerst ook in Goes een tekort aan vaste lig plaatsen. Volgens Beekman kan op de geluidswal, ooit aangelegd om het geluid van klinknagels en staal uit de bewoonde wereld te houden, spe cifieke woningbouw worden gepleegd. „Als je vijftig tot zestig miljoen in je zak hebt, be taal je alles ermee. Vervolgens ga je verdie nen, want heel veel elementen in onze visie, leveren goed geld op." 2,5 miljoen Er kan geen begroting, meerjarenraming of toekomstvisie de gemeenteraad van Noord-Beveland passeren of iedereen praat over fietspaden. Beloofde fietsroutes, waar van de uitvoering maar niet dichterbij lijkt te komen, of droompaden. Verre toekomstmu ziek voor de avontuurlijke trapper. Onlangs kreeg wethouder J. M. Meulenberg (recreatie, toerisme, verkeer en vervoer) ex pliciet de opdracht van de raad haast te ma ken met een fietspad van mol naar tol, ofwel tussen Colijnsplaat en de Deltaweg. Uitvoe ring van dat verzoek blijft echter lastig. Een zak met geld zou zeker helpen. Vooral omdat het fietspad over landbouw grond gedacht is. Langs de watergang tussen de Delta- en Molenweg, om precies te zijn. En landbouwgrond is duur, zeker voor een geïn teresseerde gemeente. Er is misschien wel een miljoen voor nodig om de zaak voor elkaar te krijgen. Een route waar menig enthousiaste wielrij der alleen nog maar van kan watertanden, is een buitendijks pad. Neus in de wind, blik op het grijze water en maar trappen. Langs de inlagen tussen Wissenkerke en Colijnsplaat. Misschien wel het mooiste stukje Noord-Be veland. De inlagen zijn met veel kunst en vliegwerk gedeeltelijk wel te berijden. Mits het gras niet te hoog of te glibberig is. Fietsend in de richting van Wissenkerke houdt de pret bij de Oesterput echterop. Daar is het klunen geblazen. Tussen Wissenkerke en de Roompot verdwijnt het water uit beeld. Daar moet de fietser langs de camping en het vakantiepark. Op het laatste stukje tussen de Roompot en de Stormvloedkering wordt de fietser op zijn wenken bediend. Daar ligt een mooi pad. Rest alleen nog het stuk Oostzeedijk tussen Kats en Colijnsplaat. Daar verdwijnt de een zame trapper achter de dijk. Het zou natuur lijk prachtig zijn als ook dit dijklichaam van een pad zou worden voorzien. Meulenberg waagt zich aan een ruwe schat ting voor de aanleg van een volledig buiten dijks pad. Met anderhalf miljoen gulden, zo meent ze, moet je een heel eind kunnen ko men. 50 miljoen Zoals zo veel gemeenten in de regio heeft ook Reimerswaal haar zinnen gezet op een bezoekerscentrum voor het nieuwe Na tionaal Park de Oosterschelde. Met oesterput 14a menen de gemeentebestuurders een unie ke troef in handen te hebben. De bezoeker moet er, de zilte lucht opsnui vend, rondde historische put kunnen dwalen. Daar wordt hij niet alleen geïnformeerd over de Oosterschelde als natuurgebied, maar kan hij tevens in het schaal- en schelpdierenmu seum zijn licht opsteken. Daar staat de nog altijd florerende mossel- en oesterbranche centraal. Het museum is nu nog aan het Kerkplein in het centrum van het dorp gevestigd, maar wordt straks verplaatst naar één van de ge bouwtjes rondom de put. Daar krijgt ook de plaatselijke VW-vestiging een plekje. Gebouwd in de periode 1874-1883 is aan de put met de kleine bassins en de oude houten en bakstenen loodsjes in meer dan honderd jaar relatief weinig veranderd. Een prachtige locatie voor een bezoekerscentrum, menen de bestuurders. Zij hebben in het verleden al verschillende pogingen ondernomen om de historische put ten planologisch voor aantasting te behoe den. Zo werd in 1994 gepoogd de put voor de status van jong monument voor te dragen. De gemeenteraad, begaan met de schepdieren- sector die voor beperking van zijn bedrijfs voering vreesde, stemde echter tegen. Er is volgens J J. van Schaik, hoofd afdeling onderwijs en welzijn, veel geld nodig om het museumplan van de grond te tillen. Misschien zelfs wel vijftig miljoen. Allereerst moeten de bedrijfjes die nu nog in de oesterput werken worden verplaatst of uitgekocht en dat kan aardig in de papieren lopen. Vervolgens moeten de gebouwtjes rond de put grondig worden gerestaureerd. Verder zullen geschikte ruimtes moeten wor den gevonden en ingericht voor de vestiging van een bezoekerscentrum, het museum en de VW. Ook dat kost geld. Tegelijkertijd is het niet ondenkbaar dat er nog wat aan de infra structuur rondom de put gesleuteld moet worden. Het is per slot van rekening de be doeling dat de attractie straks een nieuwe stroom toeristen naar Yerseke lokt. Doorlaatmiddel Zandkreekdam: 35.000.000. foto Willem Mieras Nieuw stadskantoor-schouwburg Goes: 50.000.000. foto Willem Mieras Opknappen molens: 2.000.000. foto Willem Mieras Parkeergarage Goes: 50.000.000. foto Willem Mieras 35 miljoen 10 miljoen Het Veerse Meer is niet wat het zou kunnen zijn. De voormalige zoute vaarweg is leuk ingericht met eilandjes, mooie oevers en schilderachtige jachthavens. Maar sinds het met de afsluiting aan twee kanten (de Zand kreekdam en de Veerse Gatdam) zoeter is ge worden, kan het er ook wreed stinken. Het water is te voedselrijk, elk jaar tegen het ein de van de zomer groeit er zoveel zeesla in het water, dat zwemmen op sommige plaatsen onmogelijk is. Het spul gaat op den duur rot ten en stinken en dat maakt een verblijf op of langs het Veerse Meer er niet aangenamer op. Daar zou dus wat aan moeten gebeuren. Knappe koppen van Rijkswaterstaat hebben berekend dat dat 35 miljoen gulden kost. Daarvoor kan een doorlaatmiddel worden aangebracht in de Zandkreekdam. Een door laatmiddel is, zoals de naam al zegt, een mid del om water in en uit het Veerse Meer te laten stromen. Vers en schoon Oosterscheldewater kan het Veerse Meer zouter, en het waterpeil stabieler maken. Ook de fluctuaties in het waterpeil zorgen telkens weer voor stank aan de boorden van het Veerse Meer. Dat het doorlaatmiddel 35 miljoen gulden moet kosten komt doordat er een groot gat in de Zandkreekdam moet komen, dat naar be lieven open en dicht kan worden gezet. Com putertjes moeten het peil en het zoutgehalte in de gaten houden. Zo nu en dan de sluis in de Zandkreekdam openzetten helpt niet, omdat de capaciteit van de sluis te gering is. Er kan veel te weinig water door in- en uitstromen omdat voor het in- en uitlaten gebruik wordt gemaakt van eb en vloed. Water inlaten door het betrekkelijk kleine gaatje in de dam zou het milieu alleen maar verstoren. Met een bre de sluis kan het zoutgehalte op een constant, hoger peil worden gehouden. De plannen voor het doorlaatmiddel liggen bij Rijkswaterstaat en ze zijn helemaal door gerekend. De zekerheid dat het er ook werke lijk komt. hangt af van de politiek. Tien miljoen is meer dan genoeg om in Hoe dekenskerke de toverfee aan het werk te zetten. Een eindpuntvoorziening voor de Stoomtrein Goes-Borsele past in alle plannen die de gemeente Borsele koestert. Zo is er een masterplan voor de stoomtrein, waarin het voormalige bietenlijntje een recreatieve glansrol speelt. Ook streven landbouw, recre atie en natuurliefhebbers in Borsele naar rus tige recreatieve ontwikkeling van het waar devolle cultuurlandschap. In Hoedekenskerke, waar de rails ophouden, zou de eindpuntvoorziening moeten komen. Grootschalige plannen voor buitendij kse wo ningbouw, een plan waarmee een ondernemer dacht een goede boterham te kunnen verdie nen, zijn inmiddels afgeblazen: te veel, te hoog en te ambiteus. oordeelde de provincie. Inmiddels is kleinschaligheid het toverwoord als het om de eindpuntvoorziening gaat. Wat geld gaat kosten is het uitbaggeren van het haventje. Vroeger kwam daar de boot uit Ter- neuzen aan, inmiddels vervangen door een recreatief fietsveer. Volgens de Borselse wet houder A van Opdorp moeten alleen de voor waarden worden geschapen om uit te bouwen wat het haventje van Hoekekenskerke al heeft: een veer, bootjes en een cafeetje. „Die modderbak moet schoongebaggerd worden. Er moeten fatsoenlijke steigers komen, een installatie waar we gescheiden afval, olie en bilgewater kunnen innemen, toiletgroepen, douches en een mooie inrichting van de ka den, die bij Hoedekenskerke past." Volgens Van Opdorp ben je aan die kant van de dijk al met anderhalf, twee miljoen klaar. Aan de andere kant van de dijk zou de ge meente ervoor willen zorgen dat recreanten datgene kunnen wat ze onwillekeurig ook willen als ze het knusse, schuilende dorp ko men binnenrijden: op visite bij de mensen die er wonen. Gewoon binnen kunnerï kijken in die huizen en huisjes, een kopje koffie, een koek en misschien ook een nachtje blijven slapen op zolder. „We hebben daar een mooi idee voor liggen, eigenlijk al een echt plan. Er zou een muse umboerderij moeten komen, een mooie, ou derwetse Zeeuwse boerderij waar je lekker kimt eten en drinken van streekproducten, waar je varkens, koeien en kippen kunt zien en waar je ook nog een kamer kunt huren." Volgens Van Opdorp kost het een paar centen, maar het maakt Hoedekenskerke wel af.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1999 | | pagina 104