"^2.
Mijn Nederlandse paspoort
is overal het beste wapen
Altijd op de middenweg
Vadertje Drees
grootste idool
21
30/31
Toekomst oogt
rooskleurig
Aemen Salman (26)
Herman Pleij (hoogleraar)
de 24 uurs
denktNederland
De Nederlandse
verdwijn'
24%
10%
blijft bestaan
76%
90%
oliebol)
Sinterklaas)
43
22 1
61
15_
32
34
46
53
16
35
2
'54
6
20
80
zaterdag 27 november 1999
en directeur OSA Organisatie voor Strategisch
beidsmarktonderzoek), Dr. Henk Vinken (wetenschappelijk
dewerker bij Globus, Institute for Globalization and Sustainable
velopment van de Katholieke Universiteit Brabant) en drs.
belle Diepstraten (docente Sociologie en Geschiedenis aan de
Hogescholen Tilburg),
jrde Geassocieerde Persdiensten (GPD), bet
van regionale kranten waartoe ook deze
behoort, werkten Hans Leber, Eelco van der Linden, Dick van
(coördinatie), Reinoud Sijtsma (graphics) en de fotografen
Keeris en Phil Nijhuis mee.
liedik kijken en omzien in verwondering lijkt een leuke bezigheid
de eeuwwisseling. Maar het gros van de Nederlanders vindt
er over de eeuwwisseling 'teveel ophef wordt gemaakt'. Niet
poespas en vooral niet gepassioneerd zijn. Dat kenmerkt de
lerlander zo blijkt uit de enquête. En op de vraag wat men zou
meenemen 'van de goede dingen uit de twintigste eeuw'
een 41 jarige man: „Iets voor bij de koffie." Gewoner kan
Dick van der Peijl
Bovenal Europeaan
Bovenal Wereldburger
grote voorsprong staat hij boven
Willem Drees. Voor Nederlan-
's de sociaal-democratische premier
steeds het grote voorbeeld. Op enige
'ad volgen de beide Koninginnen die
van de twintigste eeuw voor een
t deel hebben bepaald: Koningin
en Koningin Juliana,
aidden-generatie (veertigers) noemt
"og Johan Cruyff en oud-premier
d Lubbers als voorbeelden. Maar
halen het toch niet bij de 'oude'
jongere generatie (onder dertig
opvallend genoeg geen idolen, zo
it uit het onderzoek. Zelfs popidolen
öinauwelijks op hun lijstje voor. Als
toch voorbeelden worden ge-
zijn dat wereldleiders die zich
ingezet voor de mensenrechten,
Luther King, Gandhi en
(tela,
Lveede Wereldoorlog vormt nog
cesuur, niet alleen in de tijd
het denken en het bewustzijn
Nederlanders. Voor de oudere ge-
Pfc zijn de eigen, persoonlijke erva-
flvaak bepalend. ,,De oorlog veran-
16 biijn leven", zegt een vrouw van
jaar. „De Tweede Wereldoorlog
vond plaats tussen mijn 18 de en mijn
23ste jaar", schrijft een andere oudere
vrouw. Of zoals een net gepensioneerde
manzegt: „Ikhéb de Joden weg zien voe-
i'en, waaronder schoolmaatjes en buren."
Ook voor jongeren is de oorlog een be
langrijke gebeurtenis, terwijl ze het „al
leen maar van horen zeggen hebben." De
jaren zestig, de val van de Berlijnse Muur
en de Watersnoodramp worden na de
Tweede Wereldoorlog als belangrijke
momenten uit de voorbije eeuw gezien.
Oorlog willen zowel oud als j ong in de ou
de eeuw achterlaten. Maar ook discrimi
natie, rassenhaat, onverdraagzaamheid,
politiek machtsmisbruik en politieke
ideologieën zien de Nederlanders liever
niet als bagage voor de reis naar de nieu
we eeuw. De veertigers onder d.e onder
vraagden willen vooral de dingen meene
men die hen 'persoonlijk dierbaar' zijn.
Daarnaast is er een grote aandacht voor
het 'persoonlijk welzijn'.
De jongste generatie droomt vooral van
een goede baan, kinderen krijgen en een
fijne relatie. De toekomst moet vooral ge
plaveid zijn met de prettige dingen van
het leven en er moet een goede balans tus
sen werk en privé zijn.
Belangrijke maatschappelijke ge
beurtenissen hebben nauwelijks
invloed op het persoonlijke leven.
Tussen de 20 procent (de aller oud
sten) en 56 procent (de allerjongsten)
geeft aan geen enkele maatschappe
lijk fenomeen te kunnen noemen dat
van invloed is geweest.
Zowel ouderen, als veertigers, vijfti
gers en j ongeren noemen geen enkele
ervaring uit hun jeugd als bepalend.
Emancipatiebewegingen, democra
tisering of culturele revoluties, ze lij
ken voor niets te zijn geweest.
De Tweede Wereldoorlog duikt wel
massaal op als belangrijk moment in
de geschiedenis. En ook is het, en dat
geldt voor alle generaties van jong
tot oud, een historische ontwikke
ling die wel bijgedragen heeft aan de
vorming van him leven. Jongeren
stellen zelfs, zonder dat ze de Tweede
Wereldoorlog hebben meegemaakt,
dat die sterk van invloed is geweest
voor hun politieke keuzes en voor
hun houding en opvattingen. Het
koesteren van vrijheid, de waak
zaamheid voor racisme en fascisme,
en voor het besef dat je onenigheid,
discriminatie en onverdraagzaam
heid moet bestrijden.
Voor het persoonlijk leven ziet het
merendeel van de Nederlanders (56
procent) de toekomst rooskleurig te
gemoet. Het combi neren van werk en
privé leven vormt bij vooral de jonge
Nederlanders het grootste dilemma
van de toekomst.
Nee, de uitkomsten van de
grote GPD/Millennium-En-
quête komen voor Herman Pleij,
hoogleraar Historische Neder
landse letterkunde aan de Uni
versiteit van Amsterdam, niet als
een verrassing. Interessant vindt
hij ze wel, onidat op meedogenlo
ze wijze wordt bevestigd hoe on
gemeen kneuterig, gewoon, ge
lijkgezind, knus, gezellig en - wèl
verassend - weinig kosmopoli
tisch - we met z'n allen zijn. „En
het wordt steeds erger", voor
spelt Pleij. „Het oranjegevoel,
het verenigingsleven, de majo
rettes - het floreert allemaal. De
identiteit - en dat is ook een van
de belangrijkere conclusies van
het rappox*t - wordt steeds dichter
bij huis gezocht."
Ondanks de faam van wex-eldrei-
zigex; 'bedwinger van de oceanen
en talenwonder, identificeert de
Nederlander zich vooral met zijn
dorp, stad of streek (44 procent)
en met Nederland (37 procent).
Europa (6) is nog verder weg dan
de wereld (12). Pleij grinnikt.
„Kosmopolitisch zijn we nooit
geweest, lokalistiseh altijd. Ze
horen bij elkaar, houden elkaar in
evenwicht. We kunnen pas inter
nationaal zijn als we die Hol
landse geboi'genheid in onze ei
gen omgeving hebben." Die ont
wikkeling is voor Pleij op bijna
max-xistische wijze te verklaren.
„Wat doe je als je in een moeras
delta woont waar met landbouw
weinig eer te behalen valt? Je
gaat erop uit, handel drijven, ge
woon heel pragmatisch proberen
je bezit te vergroten." Onze ne
derzettingsgeschiedenis bepaalt
het internationalisme, maar ook
veel van onze nationale eigen
schappen, gedragsregels en
deugden - 'ons overlevingspak
ket', zoals Pleij dat noemt.
„Koopmansgeest wil ook zeggen
dat je je bescheiden en inschikke
lijk opstelt, nooit extreem bent,
zoekt naar compromissen, altijd
die middenweg bewandelt. Je
moet nooit laten voelen dat je de
baas bent, ook al kan dat - denk
aan de 17e eeuw - op miraculeuze
wijze wel eens voorkomen."
Drees
Voor de Franse filosoof Diderot
waren we een volle van profi
teurs, schx-apers, opportunisten,
die Frans graan kochten en het
elders in Frankrijk voor meer
verkochten. Een volk zonder ide
alen of grote gedachten: liever
saai handelen dan heroïsch ster
ven op de bres. „Voor ons geen
scheipe leiders of helden", zegt
Pleij. De millennium-enquête
bevestigt het. „Drees is de man,
daarna de leegte. Het is illustra
tief dat velen helemaal niemand
kunnen opnoemen die voor hem
of haar deze eeuw een voorbeeld
geweest is of dienst heeft gedaan
als inspirator. Wat wil je tenslotte
als je credo is: doe maar gewoon,
dan doe je al gek genoeg." Ge
woon is het Nederlandse tover
woord en er is een strakke cultus
om heen gebouwd, vindt Pleij.
„Je wordt erop beoordeeld. Ar
tiesten of politici zijn pas accep
tabel als ze gewoon zijn, geen
verbeelding hebben - zijn net als
wij. Kok met zijn grijze gehakt -
baïlenpakken is de vlees gewor
den gewoonheid en paars
natuurlijke het ixltieme - in het
buitenland niet uit te leggen -
compromis. Gewoon wil zeggen
geen extreme prestaties, op elk
gebied. Alles is gericht op het
vormen van een enorme midden
moot, een groot gezellig en ook
hecht gezin van gelijken."
Voor Pleij vormt het gezin - en
dus niet de familie - de sleutel tot
begrip van wat Nederlanders Ne
derlanders maakt. „We reduce
ren alles en iedereen tot kleine te
overziene proporties, op maat
van de huiskamer. We houden al
leen van helden als ze in het gezin
passen. Dus is het vadertje - met
het accent op 'tje' - Drees." Die
liefde voor verkleinwoox-den is
volgens Pleij niet toevallig.
„Luister als we terug komen van
vakantie: we hebben in Frankrijk
alleen bergweggetjes genomen,
toen een hotelletje gevonden, op
een terrasje gezeten, een wijntje
gedronken etcetera. De wereld
wordt tot het eigen kleine for
maat teruggebracht opdat we ons
veilig - thuis - voelen."
Pleij maakt zich vrolijk over de
rare Hollandse kneuterigheid,
maar vindt dat hijzelf er even
zeer mee besmet is en ook dat met
de formule groot succes is ge
boekt. „Het buitenland en ieder
een mag zich verbazen over een
land zonder helden, zonder voor
mannen, waar niemand weet
wanneer onze vader des vader
lands Willem van Oranje werd
geboren of vermoord - we hebben
hier inmiddels wel een van de
meest geslaagde samenlevingen
van de wereld geproduceerd.
Zonder uitschieters, maar het
werkt en wel zo dat het buiten
land steeds jaloerser woi'dt."
Eelco van der Linden
Herman Pleij: „We
houden alleen van
helden als ze in het
gezin passen."
foto Rob Keeris
zorg voor iedereen. Die gelijk
heid, petje af. In sommige landen
kan je alleen studeren als je geld,
macht of status hebt. Hier niet.
Hetzelfde geldt voor het sociaal
stelsel. Typisch Nederlands: Wie
ziek is krijgt een dokter. Kom
daar in sommige landen maar
eens om."
Egoïstisch
„Ik vind wel dat het allemaal te
gemakkelijk gaat, de uitkerin
gen. Er worden te weinig eisen
aan mensen gesteld. De mensen
worden egoïstischer. Hébben,
hébben, daar gaat het om. Het
hangt natuurlijk af van de rege
ring die er dan zit, maar bij slecht
economisch tij zul je zien dat ver
worvenheden worden terugge
bracht."
„Mijn vader heeft hier sinds 1966
gewerkt maar is al ruim tien jaar
arbeidsongeschikt. Heeft altijd
zwaar werk moeten doen. Van die
WAO zouden we het thuis met
vier kinderen niet rooien, het is
maar goed dat mijn moeder
werkt."
„Ik heb goede verwachtingen van
de economie. Hoewei ik denk dat
de verzorgingsstaat minder zal
worden, denk ik dat het solidaire
principe wel overeind blijft in de
volgende eeuw. Natuurlijk zal
Nederland veranderen door de
komst van de allochtonen. De sa
menleving zal steeds meer multi
cultureel worden. De generatie
na mij zal het vooral merken,
denk ik."
„Ook ik vind dat de sterkste
schouders de zwaarste last moe
ten dragen. Ik ben dan misschien
een zogeheten allochtoon, maar
denk als alle andere Nederlan
ders. Waarom zouden de normen
en waarden van dit land door de
mxxlticulturele samenleving ver
anderen? Ik draag de solidariteit
toch ook op mijn omgeving en
kinderen over?"
„Het gevaar is dat de kloof tussen
rijk en arm groter wordt. Nu al
heb je hier discussies over de pri-
vé-kliniek, de privé-thuishulp en
het privé-verzorgingshuis. We
zullen er voor moeten zorgen dat
alles toegankelijk blijft voor ie
dereen."
Uitkerinkje
„Er worden te veel asielzoekers
binnengelaten in vergelijking tot
omringende landen. Nederland is
té tolerant. En wat hebben de
mensen als ze hier komen? Ze zit
ten de hele dag thuis met een uit
kerinkje omdat ze niet kunnen of
zelfs mogen werken. Ik ken zelf
een paar asielzoekers. Spreek
Arabisch met Irakezen. Die zou
den wel op hun knieën terug wil
len als er maar een andere leider
zat."
,Of er te veel economische vluch
telingen zijn, kan ik niet beoor
delen. Dus zeg ik daar niets over.
Daar zijn toch controles voor, om
dat te voorkomen? Dus ga ik er
van uit dat al die mensen een goe
de reden hebben om hier te zijn."
„Mensen die door hard werken
iets bereiken, bewonder ik. En
Che Guevara, de Cubaanse vrij
heidsstrijder, dat vind ik een ge
weldig persoon. Heb een biogra
fie over hem gelezen, over 's mans
strijd tegen het Zuid-Ameri
kaans fascisme, prachtig. Hij was
arts, had ook gewoon zijn zakken
kunnen vullen maar vocht voor
zijn idealen. Nee, Arafat is geen
held voor me, ik ben niet zo'n fa
natieke figuur. Ik zou voor het
Midden-Oosten willen dat in de
volgende eeuw Israëliërs en Pa-
lestijnen naast elkaar kunnen
wonen, zoals mijn ouders hier
Nederlandse bixren hebben.
Maar die droom is nog ver weg,
vrees ik."
Hans Leber
Aemen Salman:
„Wat ik mooi vind
aan dit land, is de
zorg voor iedereen."
foto Phil Nijhuis
Aemen Salman (26) kent twee
culturen, de Nedexiandse en de
Palestijnse, maar ziet 'de wereld'
als zijn woonplaats voor de toe
komst. „Afstanden bestaan niet
meer." Na de HEAO studeert hij
nu cultuur, organisatie en mana
gement aan de universiteit. „Ik
wilde nog niet gaan werken, dus
studeer ik door. Met werken er bij
is het zwaar, maar ik doe het voor
later. Ik wil in het buitenland
wei-ken. Omdat ik tweetalig ben,
Nedeiiands en Arabisch, zie ik
kansen. Mijn Nedexiandse pas
poort is mijn wapen. Het Neder
lands paspoort zorgt overal op de
wereld voor enthousiasme, ook
onder Israëlische soldaten als ik
daar in de buurt ben. Meestal
gaat het dan wel over de wallen of
de drugs."
„Laatst realiseerde ik me hoe snel
de dingen zijn gegaan, de jaren
tachtig en negentig. Hiphop-mu-
ziek is al weer uit, nu is het house.
Dat soort dingen. Verder denk ik
niet zo na bij het millennium. We
hebben een feest in de buux-t, een
houseparty waarbij iedereen is
uitgenodigd. Daar ga ik met
vrienden heen."
„Ik voel me vooral Nederlander,
ben hier gebox-en en getogen. Wat
ik mooi vind aan dit land, is de