Afvalrace in discoland Zelfs uit gras is een nieuwe drug te destilleren Nederland loopt niet meer warm voor grote danspaleizen reportage 33 Minder discotheken zaterdag 25 september 1999 Vrijdagnacht in de Utrechtse binnenstad. Uit de volle cafés aan het Neude klinkt muziek. Een lange rij mensen wacht voor de ingang van danscafé De Beurs. Vijftig meter verderop is het stil bij Club Seven. Bijna akelig en onwezenlijk stil. Tot voor kort was de Utrechtse Potterstraat een bedevaartsoord voor stappers. De hel verlichte gevel van Seven en de rijen taxi's aan de overkant zorgden voor een opwindend uitgaanssfeertje. Hier gebeurde iets. Nu staat Club Seven leeg en zijn de lichten uit. Sinds een aantal maan den is de club alleen nog op zaterdag open En na vanavond is het - ironisch genoeg na precies zeven maanden - definitief ge daan met Seven. Na Cartouch, Fellini, PLF en Scala legt opnieuw een gerenom meerde Utrechtse discotheek het loodje. De uitbaters van Seven zijn niet de enige die moeite hebben gehad hun club draai ende te houden. Ook Tropicana en Intenz in Den Haag, MacMarty's in Haaksber gen, Experience in Enschede, De Danssa lon en Tangier in Rotterdam, Moustache in Winterswijk, en It in Amsterdam heb ben het laatste jaar hun deuren moeten sluiten. Voor sommige clubs was de slui ting definitief, andere discotheken zijn na geluidsisolerende of overlastbeperkende maatregelen weer open. Feit blijft dat de discotheken het moeilijk hebben in Nederland. Volgens cijfers van het landelijke Bedrijfschap Horeca is het aantal discotheken de laatste vier jaar met tien procent afgenomen. Waren er in 1995 nog 453 discotheken in Nederland, in 1999 zijn er nog maar 406. Nederland loopt niet meer warm voor grote danspaleizen. Volgens Jan Willem Bloemen van het Bedrijfschap Horeca zijn daar verschillende oorzaken voor aan te wijzen. „Allereerst is er sprake van ontjeugding van de bevolking, waardoor de doelgroep in omvang afneemt. Daar naast is het uitgaansgedrag veranderd; mensen gaan niet drie keer maar hooguit één keer per week uit. En mensen gaan steeds later dansen, terwijl de sluitings tijden niet verruimd zijn. Daardoor zijn mensen minder lang binnen, verteren ze minder en heeft de discotheekeigenaar te ruglopende omzetten.' Flauw Dat de discotheken de problemen te wij ten hebben aan hun sodom- en gomorra- achtige imago, is volgens Ans Groeneweg van Koninklijke Horeca Nederland niet waar. „Het is heel flauw om nu te wijzen op de drugsinvallen in de Mazzo en de It in Amsterdam", zegt ze. „Dat zijn inciden ten. Er zijn genoeg grote discotheken waar het drugsgebruik te verwaarlozen is en waar wekelijks duizenden jongeren uit hun dak gaan. De behoefte om te dansen neemt echt niet af door dat soort inciden ten." Onderzoek van het Bedrijfschap Horeca toont haar gelijk. Er zijn nog steeds veel jongeren die in het weekend willen dan sen. Opvallend is echter dat steeds meer danslustigen de discotheek inruilen voor het wat intiemere danscafé. Het is de les die de twee Club Seven-eigenaren Joris Dekker en Theo Burger hebben getrok ken. In tegenstelling tot Seven hebben Dekker en Burger wél succes met hun danscafés De Beurs en Get Down. Weke lijks staan er rijen voor Get Down, terwijl het in Seven zo nu en dan akelig leeg was. Daarom hebben ze besloten om Get Down over te hevelen naar het pand van Seven, waar vooral clubhouse werd gedraaid. Burger: „Voor house hoef je niet meer naar een club. Je hoort het overal. Op de radio en in het danscafé. Ook in onze eigen cafés, Get Down en De Beurs. En daarmee zijn we onze eigen concurrent geweest." Broos Schnetz, voorzitter van de Utrecht se afdeling van Horeca Nederland, vindt het jammer dat er weer een discotheek verdwijnt, maar ook hij begrijpt het be sluit van Dekker en Burger. „Het is een tendens in Utrecht dat de mensen meer behoefte hebben aan kleinere, intiemere dansgelegenheden. Het is dan ook maar afwachten of dat concept het gaat doen in Het discotheekbezoek daalt. De grote danspaleizen hebben het moeilijk het hoofd boven water te houden. de grotere ruimte van het huidige Seven- pand." Paul Westra, eigenaar van de Utrechtse danscafés Broers en Havana, weet als geen ander dat gezelligheidscafés beter lopen dan discotheken. In Den Haag is Westra vorige maand begonnen met dis cotheek Mono. „Dat loopt nog niet erg goed. Het probleem is dat de housemuziek zich enorm heeft opgesplitst in verschil- De Amsterdamse discotheek Mazzo. foto Phil Nijhuis Een vorig jaarverricht onderzoek vanhetBedrijfschap Horeca wijst uit dat het aantal discotheken met tien procent is afgenomen, maar dat nachtbrakers nog steeds hun weg weten te vinden naar de dancings. Na de bar (37 procent) en de buurtkroeg (26 procent) wordt de dancing het meest bezocht door de stappers. Daarmee is de discotheek populairder dan de bioscoop en het grand café. Van alle Nederlanders gaat 24 procent wel eens naar de disco, waarbij de groep onder 35 jaar veruit in de meerderheid is. Discotheekgangers zijn bovendien fanatiekere stappers (gemiddeld 26 keer per jaar) en steviger con sumenten (op een avond wordt gemiddeld 52,80 besteed aan drank) dan kroeg tijgers, zo blijkt uit het onderzoek. lende stromingen en subcultuurtjes. Het luistert heel nauw om je gewenste doel groep op te sporen en binnen te halen. Daar is uitgekiende PR voor nodig. Wan neer je flyers van je zaak in de verkeerde cafés belanden ben je al beschadigd. Met danscafés ligt dat makkelijker. De doel groep is groot, redelijk voorspelbaar en daarom eenvoudig te bedienen. Het gaat erom herkenbare gezelligheid te creëren. Die behoefte zal altijd wel blijven." Omdat het volume van de dansmuziek in de kleinschalige danscafés lager is dan in discotheken, hebben ze het relatief ge makkelijker. Net als veel poppodia heb ben de discotheken veel problemen on- dei*vonden van de wettelijk verscherpte milieu-, veiligheids- en geluidshinder- voorschriften. Bloemen: „Veel discothe ken hebben enorm moeten investeren om aan de nieuwe wettelijke eisen te voldoen. En daartegenover staat geen directe ver hoging van de omzet, dus dat heeft wat slachtoffers geëist." John van Roden, eigenaar van de wél suc cesvolle discotheek Rodenburg in het Be- tuwse Beesd, heeft enkele jaren geleden enorm geïnvesteerd om zijn club aan de eisen van deze tijd te laten voldoen. Het is niet zonder resultaat. Wekelijks heeft hij honderden danslustige jongeren uit de wijde omtrek over de vloer. Sommigen worden per bus aangevoerd uit onder meer Utrecht, Vianen, Houten en Nieu- wegein. Van Roden onderkent de problemen in veel Nederlandse discotheken. Hoewel zijn discotheek, een hypermoderne, Ibi- za-achtige club met een gigantische gla zen koepel, behoorlijk goed loopt, moet hij er niet aan denken om in Utrecht een discotheek te runnen. „De concurrentie is in Utrecht gewoon moordend", zegt hij. „Als je je op studenten richt, ondervind je concurrentie van de veel goedkopere stu dentenclubs. Als je je op het grote house- publiek richt, heb je concurrentie van die grote feesten in de Jaarbeurs waar ze voor 40.000 piek aan artiesten en dj's op het po dium zetten. Daar kun je als discotheek moeilijk tegenop boksen." Een live-act als T-Spoon kost al snel 10.000 gulden, terwijl deze bij jongeren heel populaire act overal te zien is op de grote megafesti- vals of gratis buitenfestivals. Gevolg is dat vrijwel niets in de housewereld nog exclusief is. Onderschat Ondanks alle zwartkijkerij, zijn er nog steeds mensen die vinden dat er in een stad als Utrecht plaats is voor een grote discotheek. Ton Poppes bij voorbeeld. Sa men met zijn broer Dick leidde hij vijfen twintig jaar Cartouch aan de Mariaplaats voordat de zaak vijf jaar geleden aan Henk Westbroek werd verkocht. Nu wil len ze een megadiscotheek voor 2500 be zoekers op het nieuwe Jaarbeursplein in Utrecht. De jongens van de Seven hebben de zaak een beetje onderschat, vindt Ton Poppes. „Een club is meer dan een leuke ruimte en een dj die wat plaatjes draait. Wanneer je van te voren roept dat je wilt afrekenen met het slechte imago van voorganger Scala en mikt op een trendy publiek, ga je al de fout in. Trendy publiek ontdekt een trendy tent liever zelf en gaat niet blinde lings af op kreten." Ook Mike Platenkamp, verantwoordelijk voor de succesvolle danceavonden in de Winkel van Sinkel in Utrecht, is het daar mee eens: „Je moet een nieuwe club niet introduceren door heel hard te roepen dat het een nieuwe Escape of Roxy wordt. Voor veel potentiële bezoekers hoeft het dan al niet meer. Als discotheekeigenaar moet je een vaste klantenkring opbou wen. Dat luistert nauw. Een te onpersoon lijke sfeer kan wat dat betreft de nekslag zijn. Je moet je als bezoeker thuis voelen, deel van het geheel. De uitstraling is van doorslaggevend belang. Het is bij voor beeld de waag of je je als bezoeker wel kom en veilig voelt met een entree met tien uitsmijters ervoor." Volgens Ans Groeneweg van Horeca Ne derland hebben discotheekeigenaren het moeilijker dan andere horecabazen om dat de ontwikkelingen zo enorm snel gaan. „Als ondernemer moet je heel snel foto Phil Nijhuis en alert moet zijn in het oppikken van nieuwe trends. Zo hebben veel discothe ken succes met dansavonden voor dertig plussers. Daarnaast zie je discotheken succes hebben met het herindelen van hun ruimte. Het publiek is minder eenvormig dan ooit. Als ondernemer moet je daar op inspringen door verschillende hoekjes te creëren die inspelen op bepaalde behoef tes: een dansgedeelte, een praathoek, een rusthoek en een cocktailbar met elk een eigen sfeer, eigen muziek en eigen aankle ding." Trend John van Roden denkt dat dat niet genoeg is om drie maal per week een volle bak te trekken. Het is in zijn ogen een landelijke tendens dat mensen niet langer vaker dan één keer per week gaan dansen. Het Be- drijfsschap Horeca onderschrijft dat. Het verklaart ook waarom steeds meer dan cings niet meer dan één vastezelf georga niseerde dansavond programmeren. Bloemen: „Discotheken moeten echt op zoek naar alternatieve financieringsmo gelijkheden. De afname van het aantal discotheken is bijna evenredig aan de stij ging van het aantal partycentra. Mede daarom zijn veel discotheken zich op die markt gaan richten, door hun clubs enke le malen per week open te stellen voor feesten en andere verhuuractiviteiten." In Midden-Nederland lijkt die strategie inmiddels gemeengoed. Zo verleent de Winkel van Sinkel onderdak aan de Am sterdamse dancefeestorganisatie Risk en stelt Rodenburg zijn zaal geregeld ter be schikking aan externe organisaties; scho len, Chinezen en binnenkort ook doven. „Eigenlijk zijn wij eind jaren zeventig in Cartouch een weg ingeslagen die nu de trend is geworden voor het leiden van een grote discotheek", zegt Ton Poppes. „Je moet je als discotheek-eigenaar opstellen als een facilitair bedrijf en met mensen in zee gaan die weer weten hoe je een bepaal de sfeer creëert in je zaak." Mark Roos en Nils de Kruijff Ooit zal de overheid inzien dat het ondoenlijk is drugs te bestrijden. De mensen zullen in de toekomst gewoon liun favoriete roesmiddel in de keuken bereiden, net zoals ze nu een eitje bakken. Als je dat wilt bestrijden, dan moet de politie het recht krijgen alle keukenkastjes te controleren, en dat is het natuurlijk niet waard." Aan het woord is de Amerikaanse 'drugsprofessor' Kaplan, die begin jaren '80 tachtig aan de Erasmus Univer siteit in Rotterdam doceerde. Zijn voor spelling van twintig jaar geleden lijkt nu uit te komen: nog nooit waren er in Neder land zo veel verschillende soorten drugs te koop. De overheid kan het niet meer bijbenen. Als we nachten willen door feesten, als we langer en intenser van seks willen genieten, als we een avondje hallu cinerend willen doorbrengen, als we ons rustiger willen voelen en als we helder willen denken: overal is wel een middeltje voor, en de meeste zijn nog legaal ook. Ze zijn voornamelijk te koop in de zoge noemde smartshops, maar in de hoofd stad is er een trend dat ook souvenir- en tabakswinkels de legale drugs gaan ver kopen - speciaal voor de toeristen. De toename van het aantal soorten drugs komt voor een groot deel door de globali sering. Elk volk kende wel een of twee soorten drugs; zo drinken wij al vele eeu wen bier. Onze handelsgeest zorgde er voor dat inmiddels de hele wereld bier drinkt. Maar andere drugs - vaak plant aardige - bleven eeuwenlang voor het gro te publiek verborgen. Die tijd is nu voor bij. Inmiddels weten we bijvoorbeeld dat een bepaalde paddestoel uit Hawaï een sterk hallucinerende werking heeft, en dus wordt die nu in de kassen in het West- land verbouwd. Zeker met de komst van Internet worden op druk bezochte sites vanuit alle hoeken en gaten op deze aardkloot 'recepten' voor drugs uitgewisseld. De geheimen van de Afrikaanse medicijnman tot en met die van de oude Chinese genezers worden zo blootgelegd. En daarnaast worden labo ranten steeds handiger en ook fanatieker in het ontdekken van vooral hallucine rende stoffen in planten. Het mooiste voorbeeld is de ontdekking dat een grassoort - bekend als kanarie- of rietgras - het sterk hallucinerende DMT bevat. Volgens de ontdekker, Jim DeKor- ne, is het mogelijk in de keuken met be hulp van alcohol, azijn, aanstekervloei stof en ammoniak de DMT uit het gras te distilleren. Drugs in overvloed dus, en waarschijnlijk kun je er nergens zo veel kopen als in Ne derland. Smartshops waar hallucineren de paddestoelen en tal van kruiden met allerlei uitwerkingen worden verkocht, zijn in de rest van de wereld (nog) een on bekend begrip. Den Haag kent twee smartshops, Rotter dam drie en Amsterdam enkele tientallen. Een van de mooiste is De Lachende Paus in Rotterdam. Alles is van stemmig don ker hout; de inrichting is een mengeling van een ouderwetse apotheek en een oos terse tempel met een heuse plafondschil dering. Er hangt een zoete geur van wie rook. Afrodisiac Wijzend naar allerlei potjes en flesjes legt bedrijf sleider E rwin D aniëls uit wat al die capsules en drankjes met een mens kun nen doen. „We verkopen tal van soorten roesmiddelen. Alles op kruidenbasis. We hebben zogeheten 'party drugs', die een euforisch gevoel geven. Als er ergens in de buurt een groot feest is, verkopen we er veel van. Daarnaast verkopen we kuur tjes die je geheugen aanscherpen en ook middelen waarmee je kunt afvallen of juist aankomen. Dan is er nog Afrodisiac, voor een beter seksleven. Je raakt je er door bewuster van je eigen lichaam, je erectie duurt langer en de intensiteit van het orgasme is heviger. En dan zijn er de middelen die meer energie geven, vooral populair op gabberfeesten, maar ook sportlieden kopen deze pilletjes en poe dertjes. Die zijn niet verboden, maar staan wel op de diverse dopinglijsten." En natuurlijk zijn er de paddestoelen met een hallucinerend effect. De gemiddelde Smartshop verkoopt zo'n 75 tot honderd producten. Daar zitten allerlei hele nor male spulletjes bijdie je ook bij de drogist ook kunt kopen, maar nu heel verleidelijk zijn verpakt in kleine geheimzinnige pot jes. Vaak is het niet meer dan een gewone vitaminen. De energie gevende drankjes zoals Red Bull, die gewoon bij de benzine pompen worden verkocht, zijn door de Smartshops geïntroduceerd. Maar er zijn ook capsules waarvan de in houd wel een hele duidelijke roes geeft, spulletjes die niet geschikt zijn om bij de benzinepomp te verkopen. 'Divine' staat er op het labeltje van het modieuze potje, datf 19,95 kost. „Het effect lijkt een beetje op dat van che mische XTC, maar dit spul is gemaakt op kruidenbasis", zegt Daniëls. De inhoud blijkt een mengsel te zijn van kava kava, valeriaan, hop en passiebloem. 'Kava ka va wordt al eeuwen gebruikt in heilige ri tuelen. Divine brengt dat naar de nieuwe wereld en geeft je een gevoel van euforie, ontspanning en extase', staat op de bij sluiter. Juist omdat er allerlei nieuwe plantaardi ge en ook chemische middelen op de Een kwekerij voor cannabis in Oosterhout. Gebruikers van kleine hoeveelheden worden niet vervolgd. markt verschijnen, probeert de overheid de zwaarste en eventueel schadelijke drugs tegen te gaan. Zo zijn de bekende volop in Nederland groeiende kaalkopjes en ook doornappel, bilzekruid en bella donna in de Opiumwet opgenomen. „Als ze die kaalkopjes t'egengaan, dan moeten ze de hele Veluwe asfalteren, want daar groeien ze gewoon", zegt een kenner. Wedloop En niet alleen de natuur levert tal van nieuwe drugs, de jongens en meisjes in de laboratoria doen ook aardig hun best. Er is zelfs een soort wedloop aan de gang, want de laboranten zijn constant op zoek naar nieuwe chemische drugs, zoals XTC of LSD dat ook zijn. Als er iets wordt ge vonden, wordt het eerst een tij dj e door een incrowd legaal gebruikt. Voor de overheid is het niet meer bij te sloffen. Twee j aar geleden werd een nieuw landelijk narcoticateam opgericht, de Unit Synthetische Drugs, speciaal om al die nieuwe, modieuze roesmiddelen tegen te gaan. Dat team wil door een andere aanpak af van de wedloop tussen de labo ranten en de overheid. AlsTiet aan politie en justitie ligt, zou een nieuw middel voortaan niet meer in de Opiumwet hoeven te worden opgenomen om toch strafbaar te zijn. Er is een oud ar tikel in het Wetboek van Strafrecht, dat zegt dat het verboden is producten op de markt te brengen die schadelijk zijn zonder dat de consument dat weet. Bin nenkort staat onder meer een bekende pillendraaier terecht, die MTA-tabletten produceerde - een stof die niet in de Opiumwet was opgenomen. Indien de man wordt veroordeeld, verwachten poli tie en justitie dat nieuwe drugs eenvoudi ger kunnen worden aangepakt. Maar of dat in de praktijk van alledag echt kan, is de vraag. Zolang 'de Veluwe niet is geasfalteerd' blijft er een onophou delijke bron bestaan, die moeilijk - of he lemaal niet - te bestrijden is. foto Dusan Vranic Dirk Mellema

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1999 | | pagina 33