Nederlander geen echte Ijzervreter Roerbakken aan tafe i raakt in PZC Zelf naaien is fun Yliegkast voorloper huidige koelkast i Mini wokken verdringt gourmetten tafel en trend 41 Branche werkt aan nieuw imago zaterdag 18 september 1999 Er was een tijd waarin we nog geen koelkast in onze keukens hadden. De slager had een ijskast, de visboer en ook de betere restaurants. Grote brui ne kasten, met staven ijs, die om de zoveel tijd naar binnen gesjouwd werden door mannen met een jutezak over de schou der. Grote herenhuizen hadden een kelder, waar voedsel koel bewaard kon worden, ook wat er overbleef van de maaltijd. Wie niet zo riant woonde had een vliegenkast, een houten kastj e met een deur van horren- gaas, dat tegen een buitenmuur in de schaduw en liefst ook in de wind hing. Daarin bewaarde men voedsel dat koel moest blijven. Ook de 'kliekjes', In die dagen bleven er soms aanzien lijke resten over aan vlees, vis, aardappelen, groenten. Daar moest later iets mee gedaan worden, er waren nog, wat met respect genoemd werd 'zuinige huisvrouwen'. Zo was er dan ook geregeld een 'kliekjesdag'. Om daar iets van te maken kwamen er in die dagen, al een eeuwigheid geleden, boeken met recepten voor die kliekjes. Het belangrijkste wat op dit ge bied is geschreven was waar schijnlijk In en om de vliegen kast van Martine Wittrop Ko ning, lerares koken en voe dingsleer aan de Nieuwe Huis houdschool in Amsterdam, in de eerste helft van onze eeuw de grote culinaire autoriteit. De eerste druk verscheen in 1906, gevolgd door de tweede in 1913. Het idee voor dit boek, zo erkent ze ruiterlijk, was over genomen van het Duits boek Speiseresten van ene Clara Roth. Resten Tegen de zeshonderd recepten voor van alles wat je met 'res ten' uit de vliegenkast kunt ma ken, zijn in dit boek verzameld. Recepten voor brood, rijst, aardappelen, groenten, vis en vlees. Heel verstandig waar schuwt ze dat je er 's zomers be ter kunt zorgen dat er geen vleesresten zijn, en dat je niet moet denken dat je met scherpe specerijen die de smaak ver doezelen, bederf tegengaat eventueel kun je vlees zo snel mogelijk in azijn zetten. Bij de recepten voegt Martine ook een kostenberekening. Zo komt ze voor kreef tensoep voor vier personen op een bedrag van 16,5 cent. Maar daarvoor gebruikt ze dan wel 'afval': sel derij, wortel en uitje fruiten in 50 gram boter (het duurste: 9 cent), met 40 gram tarwemeel. Hierbij een liter visbouillon (overgebleven kookwater, mag ook van graat en kop worden getrokken), de fijngestampte schaal van een kreeft en krui derij als tijm. laurier, peterselie en een stukje Spaanse peper. Een half uur koken en zeven. Wat citroensap toevoegen. Ver der is het een goed, klassiek re cept, maar je moet er wel eerst een kreeft voor hebben. Er was wel een en ander te vin den in de vliegenkasten van toen. Zo is er ook een gerecht van overgebleven zuurkool, witte bonen en aardappelen. Daarvoor is wel 500 gram zuur- koolnodig. Deze wordt met 1 li ter witte bonen en 1 liter aard appelen in wat ook overgeble ven jus of bouillon verwarmd dan met een flinke klont boter erdoor in een vuuurvast scho teltje met wat paneermeel erop in de oven gezet. Desverkie- zend, staat erbijkunnen er wat overgebleven saucijsjes op worden gelegd. Totale kosten 27 cent. Rijst Het woord nasi goreng komt niet voor in het boek, maar wel een soortgelijk gerecht: ge kookte rijst met uien en vlees- resten en kerrie gebakken. Maar dan 'verhollandst' dooi er wat (overgebleven) jus aan toe te voegen en het met boter in een vuurvast schoteltje in de oven te zetten. Zou Martine ge weten hebben dat in Indonesië nasi goreng een ontbijtgerecht is waar restjes in worden opge maakt? Ook kliekjes. Niets wordt weggegooid. Van meloenschillen, het buitenste eraf geschraapt en in blokjes gesneden, met eenzelfde ge wicht aan suiker, 3,5 dl azijn (op 500 gram meloen), kruidna gelen en pijpkaneel kookt ze zoetzuur, en koolstronken, in stukjes, worden een kwartier gekookt en komen in een stop fles met even opgekookte azijn, mosterdzaad, kurkuma (geel- wortel), plakjes gemberwortel en een Spaans pepertje en kun nen nog dienen als tafelzuur. Wina Born I" Tit de resultaten van de vJ Voedselconsumptiepeiling 1998 tornt naar voren dat bij verscheidene eeftijdsgroepen de voeding te weinig ijzer bevat. Zo gebruiken meisjes van tien tot negentien jaar ruim twintig procent minder ijzer dan wordt aanbevolen en vrouwen tot en met vijftig jaar zitten gemiddeld 35 procent onder de aanbevolen hoeveelheid. Mannen halen wel de aanbeveling, maar jongens van dertien tot negentien jaar zitten er 25 procent onder. Uzer is een belangrijk mineraal voor ons lichaam. Het is een bestanddeel van de hemoglobine, de rode kleurstof in het bloed. De hemoglobine hebben we nodig om zuurstof te vervoeren van de lon gen naar alle cellen in ons lichaam. Een tekort aan ijzer heeft tot ge volg dat er te weinig zuurstof in onze cellen komt. Wie te weinig ijzer binnenkrijgt, voelt zich op den duur slap en futloos. Uitein delijk is het resultaat bloedarmoe de (anemie). Het lichaam gaat zuinig om met 8 ijzer. Als er onvoldoende ijzer in de 1 voeding zit, nemen de darmen het J mineraal echter efficiënter op. f Door dit regelmechanisme zal een gemiddeld lage toevoer van ijzer niet snel leiden tot ijzertekort. Voor volwassen mannen wordt ne gen mg ijzer per dag aanbevolen. Voor vrouwen tot de overgang is dat een stuk hoger, namelijk vijf tien mg. Het ijzer dat met het bloedverlies door de menstruatie verloren gaat, moet weer worden aangevuld. Na de overgang geldt voor vrouwen een aanbeveling van acht mg per dag. Ingewikkeld proces Het opnemen van ijzer uit de voe ding is een ingewikkeld proces waarbij de samenstelling van de totale voeding een rol speelt. Aan de ene kant komt ijzer in verschil lende vormen voor in onze voe ding. Aan de andere kant zitten er allerlei stoffen in onze voeding die de ijzeropneming bevorderen of remmen. Al deze stoffen werken voortdurend op elkaar in, waar door het moeilijk is om te voor spellen hoeveel van het ijzer in de voeding wordt opgenomen. Twee dingen zijn zeker. Ten eerste wordt ijzer uit dierlijke producten beter in het lichaam opgenomen clan ijzer uit plantaardige produc ten. Ten tweede wordt de opne ming van ijzer sterk bevorderd door de aanwezigheid van vitami ne C. Om deze laatste reden wordt dan ook aangeraden om bij elke maaltijd een vitamine-C-bron (groente, fruit, sinaasappelsap, grapefruitsap) te gebruiken. Er wordt wel eens beweerd dat het niet goed is om bij broodmaaltij den melk of melkproducten te eten, omdat dit de ijzeropname zou belemmeren. Het is echter nog niet duidelijk hoe groot dit effect is. Bovendien is melk ook nodig voor de calciumvoorziening. De meesten kunnen hun ijzerbe hoefte uit het normale (grote en gevarieerde) voedselaanbod ha len. In volgorde van belangrijk heid zijn dat in Nederland: brood, vlees, vleeswaren en gevogelte, groente en aardappelen. Als bloedarmoede is aangetoond is het in de dagelijkse praktijk heel moeilijk om het lichaam grote hoeveelheden ijzer uit de voeding te laten opnemen. In dat geval zal de arts ijzerpreparaten (staalpil- len) voorschrijven. Ineke Volkers Voor meer informatie kunt u de Voe dingstelefoon bellen, op werkdagen tussen 12 en 16 uur: 070-3068810. Van Nederlanders kun je zeggen wat je wilt. Het zijn en blijven gezelligheidseters. We doen dat al heel lang. De kaasfondue is daarvan een goed voorbeeld, want ondanks aandoenlijke verhalen uit Zwitserland staat als een paal boven water dat de Goudse kaasdoop het eerste gerecht met kaas was waarbij iedereen rond de tafel was gezeten. Bij die kaasdoop werd overigens geen brood gebruikt om in de gesmolten kaasmassa te dopen, maar gekookte kleine krielaardappeltjes. Dezelfde aardappeltjes die ze in het Brabantse in het hete vet dompelden om ze even later, als potertjes, knapperig en wel op een grote schaal in het midden op de tafel te plaatsen. Iedereen prikte er een aardappeltje mee. Nederlanders deden in de jaren vijftig en zestig uiteraard naar hartelust mee in de rage van het kaasfonduen. Wat later kwam de fondue Bourguignonne, met vlees in hete olie of vet, erbij en weer wat later raakte het grillen aan tafel en het gourmetten reuze 'in'. Dat soort gezelligheidseten tjes kende men ook in vrijwel alle andere landen van West Europa. Alleen daar zijn ze het inmiddels al lang vergeten. Op wellicht en kele gespecialiseerde kaasfondue restaurants in Zwitserland en Oostenrijk na. In ons land is het koken aan tafel, vooral in de koudere jaargetijden tot nu toe uitermate populair ge bleven. Het einde daarvan is nog lang niet in zicht, te meer daar we dit najaar kennis kunnen maken met het roerbakken aan tafel In China, waar de wok al meer dan vijfduizend jaar bekend is, zullen ze, bij het zien van die kleine, bolle pannetjes, er waarschijnlijk har telijk om moeten lachen. In ons land is het intussen al een heel se rieuze zaak: het mini wokken. Bij het Voorlichtingsbureau Vlees in Rijswijk werd het bedacht en de Franse fabrikant 'die aan alles denkt' ontwikkelde er speciaal een elektrisch apparaat met zes De allernieuwste machines zijn aan te sluiten op de computer en kunnen borduren. Er zitten honderden steken op, ze hebben gsin-aehtige toet sen en een display. foto Jan-Dirk Gjeltema Een nieuwe trend, allemaal kleine wokjes op tafel. foto Voorlichtingsbureau Vlees kleine wokjes voor. Het miniwok- ken komt eigenlijk in de plaats van het gourmetten. Dat gaf eerlijkge zegd een heel gedoe en er gebeur den nogal eens wat ongelukjes mee. Bovendien kon je bij het gourmetten eigenlijk geen kinde ren aan tafel hebben. Bij het mini- wokken kan dat wel en daardoor kan de gezelligheid aan tafel nog worden verhoogd. De set met de wokjes kan dan ook veel vaker op tafel komen dan bij het gourmet ten dat men eigenlijk alleen maar deed wanneer er vrienden en fa milieleden over de vloer kwamen. Bij het miniwokken heb je, door de vorm van de pannetjes, veel min der last van het hinderlijke spat ten dat vooral bij het gourmetten nog wel eens een plezierig bedoeld avondje flink kon bederven. De mogelijkheden om in die kleine holle pannetjes tal van verschil lende gerechtjes te bereiden is veel groter dan bij het gourmetten. Ui teraard kun je er kleine stukjes vlees in bakken. Kun je het een en ander combineren met groenten en kim je er met een beetje goede wil je hoogst persoonlijke kaas fondue in samenstellen. De slager zal in de komende maan den met het miniwokken goede sier kunnen maken want bij hem moet je zijn voor minigehaktbal- letjes, kleine (varkens)filetlapjes, tartaartjes en dergelijke. Het zal mij niet verbazen wanneer u bin nenkort bij uw slager ook terecht kunt voor complete pakketten zo als ze die ook voor het gourmetten samenstelden. Maar vergeet ook de groentespeci alist niet, want bij hem kun u voor de verse groenten en vruchten te recht en bij de kaasspecialist komt u, wanneer u gerechtjes wilt sa menstellen waarvoor geraspte kaas nodig is. Bovendien leent die geraspte kaas zich uiteraard ook goed voor die bijzondere hoogst persoonlijke kaasfondue. En dan hebben we het nog niet een gehad over de visdetaillist, want mosse len en stukjes vis laten zich in een wok, hoe klein ook, heel plezierig bakken. Bij het gebruik van een wok of een wokje denkt vrijwel iedereen aan gerechten uit de Aziatische keu ken. Dat is terecht, want in China en in de omringende landen wordt de wok al duizenden jaren ge bruikt. Het roerbakken is echter een kooktechniek die tot in alle uithoeken van de wereld wordt toegepast. En dat niet om er uit sluitend Aziatische gerechten in te bereiden. In Amerika ontwikkelt zich sinds de jaren tachtig een geheel nieuwe kookstijl die er als fusion of cosmopolitain wordt aangeduid. De wok wordt bij dat nieuwe ko ken veelvuldig gebruikt en veel gerechten kenmerken zich dan ook door een Aziatische inslag. Niet verwonderlijk, want de Azia tische keukens zullen op den duur toonaangevend in de gehele we reld zijn. De fusion- of kosmopoli tische keuken kan dan ook als een voorloper worden beschouwd. In die keuken worden ingrediënten uit de gehele wereld met elkaar ge combineerd waardoor er steeds weer niëuwe gerechten ontstaan. Hans Belterman Het miniwokken leent zich. goed voor fusion-experimenten thuis. Dat is dan ook de reden dat volgende week in de dagelijkse receptenrubriek op pagina 1 suggesties voor gerechten uit de wok worden opgenomen. Het zijn recepten voor hoofdgerechten die u met een beetje goede wil heel goed kunt 'verta len' in de richting van het roerbakken aan tafel. Gaat het eindelijk weer wat beter met de handel in naaimachines, vraagt fabrikant Pfaff om uitstel van betaling. Het bedrijf verkeert in financiële problemen, omdat het slecht gaat met de verkoop van industriële naaimachines. De verkopers van thuismachines balen, want het is al moeilijk genoeg om de naaimachine positief in beeld te krijgen. Een nieuw imago moet verbetering brengen. rechtaan naailessen en workshops om meer uit de machine te halen, tot lingeriecursussen. Volgens Jan Dekker, al dertig jaar naaimachi neverkoper, waarvan de laatste tien jaar bij Matti, is er een recht streeks verband tussen het aan bieden van leuke cursussen en de verkoop in de winkel. „Toen we vijf jaar geleden begonnen met de lingeriecursus, trok de verkoop van machines meteen weer aan." „Ook de dames van de gewone naaicursus, willen tegenwoordig trouwens andere dingen maken. Vroeger ging het om overgooiers en rechte rokken voor tien gulden de meter, nu maken ze een mantel pakje voor een feest en betalen dertig gulden voor een meter stof. Eisen Ook T. Bos heeft de wensen van haar cursisten zien veranderen. Zij geeft nu dertien jaar naailes in Harmeien. „De cursisten zijn nog steeds dezelfden: studenten, ou deren, werkenden; eigenlijk alle soorten vrouwen. Maar ze stellen wel hogere eisen aan hun zelf- maakkleding dan vroeger." „Voor gewone kleren gaan de meesten tegenwoordig naar de winkel. Wat ze zelf willen leren maken, zijn de bijzondere dingen die in de winkel duur zijn; speciale modellen en maten, bijzondere stoffen. De jurk voor het kerstdi ner is nu al onderwerp van ge sprek." Bos heeft geen last van teruggelo pen belangstelling voor haar cur sussen. „Misschien komt het, doordat ik in een dorp zit. Een naaimachine is hier toch nog steeds vaak een huwelijkscadeau of het cadeau voor de eerste ver jaardag na het trouwen." De nieuwe machines gaan mee naar de cursus en de j uf legt uit hoe ze werken. De lesmachines in haar lokaal zijn van het merk Anker. Ze zij n eenvoudig, zien er leuk uit en hebben de goeie prijs," moti veert ze haar keuze. Volgens Bos hebben naaimachine- merken geen eigen imago, zoals bijvoorbeeld auto's dat hebben. Toch weet ze er wel etiketten voor. „Bernina is er voor de kwaliteit. Net als Pfaff, die is ook heel dege lijk. Lewenstein en Brothers doen het ook wel leuk. Zelf heb ik een Singer met lockfunctie, maar mijn volgende machine wordt zeker geen Singer, ik heb er telkens pro blemen mee. Husqvarna is volgens de algemene mening ook goed, maar is niet mijn machine, vanwe ge z'n mogelijkheden: de verlich ting, de spoeldraai, dubbeltrans- port, strechsteek, of ie zware stoffen kan pakkenMijn volgen de wordt een Bernina." Geen Pfaff Creative of Triptonic dus, de j ongste types van de in pro blemen geraakte Duitse naaima chinefabrikant. Het zijn machines die in weinig meer lijken op het eerste model dat de Amerikaanse firma Singer in 1851 op de markt bracht. Die ouderwetse handma chine werd al gauw een trap ma chine en nog weer later werd ie elekrisch. Het eerste model kon alleen een kettingsteek maken, later werden de mogelijkheden uitgebreid met de zigzagsteek, de knoopsgat functie en nog niet zoveel jaar ge leden de lockfunctie, voor de af werking. Computer De allernieuwste machines zijn aan te sluiten op de computer en kunnen borduren. Er zitten hon derden steken op, ze. hebben gsm- achtige toetsen en een display. De moderne naaister haalt van Inter net een leuke afbeelding, print en scant die, legt een Zeemanbloesje of een effen sprei onder de naai machine en drukt op een knop. De naaimachine als printer. Florien van Rees Slinger, Singer naaimasjien' en 'Ik wil een naaimasjien, ieder een heeft recht op een naai masjien' schreef Paul van Ostaijen rond 1916 in zijn 'Huidegedicht aan Singer'. Het zou een jaar of zestig duren, voordat inderdaad driekwart van de Nederlandse huishoudens een naaimachine had. Niet allemaal Singers overi gens. Ze kwamen ook van Pfaff, Husqvarna, Bernina, Elna en Le wenstein. 'Stukje draaien, stukje draaien, niet zo snel, stukje draaien', klonk het als moeder, met een centime- terlint om haar nek, in de weer was om de zoom van een overgooier af te spelden. Als alle spelden uit haar mond waren verdwenen, in stalleerde ze zich achter de naai machine en leidde ze de stof onder de naald door. Even later klonk het: 'Klaar! Passen maar'. Maar dat was vroeger. De vrouwen die op school nog hebben leren naaien, worden net zo grijs als hun machines. Hun dochters hebben het druk met hun baan buitens huis. Ook gaat het Nederlanders financieel voor de wind, zodat de economische noodzaak om zelf kleren in elkaar te zetten is ver dwenen. Bovendien is confectie goedkoper geworden. Het zijn allemaal oorzaken van het in elkaar storten van de naai machinehandel in de jaren tach tig. Tien jaar geleden werden nog elk jaar 140.000 nieuwe naaima chines verkocht, nu zijn dat er nog maar 70.000. In diezelfde periode is eenderde van de verkooppunten verdwenen. De naaimachinehan del heeft fournituren- en stoffen- winkels in haar val meegesleurd. Het enige positieve dat G. Leen- ders, secretaris van de Algemene Vereniging van Naaimachinehan delaren kan melden, is dat de te rugval in 1997 tot staan is ge bracht en de omzet vorig jaar voor het eerst weer iets is gestegen. Voor dit jaar verwacht hij een sta bilisering. „Maar daar redden we het niet mee", zegt Leenders. „Er moet het nodige gebeuren om het hoofd bo ven water te houdenHet belang- rijkste is dat naaien een andere, moderne uitstraling moet krijgen. „Naaien is niet nodig, het is ge woon fun", is de boodschap van Leenders en de zijnen. „We moe ten het gooien op creativiteit. Dat het een kick geeft om zelf iets te hebben gemaakt." Naaien moet een nieuw imago krijgen. Samenwerking Daarnaast zoekt Leenders de op lossing in vergaande commerciële samenwerking met de stoffen- branche en modevakscholen. „We moeten een drie-eenheid worden: als je een machine koopt, moet je worden doorverwezen naar een goede naaicursus, en wie op naai les gaat, moet weten waar zij mooie stoffen kan kopen. De stof- fenbranche wil wel, met de mode vakscholen heb ik het er nog niet overgehad." Leenders vindt ook dat de naai machinewinkels anders moet worden ingericht. „Het moet een all-in-all bedrijf worden: een win kel waar je behalve voor een machine ook terecht kunt voor stoffen en andere naaibenodigd- heden. En je zou er ook een quilt cursus moeten kunnen volgen." Naaimachinehandel Matti is al een eind op weg met die formule. In de winkels in Utrecht en Zeist worden cursussen gegeven. Het aanbod varieert van rechttoe Brood is een belangrijke ijzerleverancier.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1999 | | pagina 41