Ik wil geen zombie worden Twijfels over werking anti- criminaliteitspil in deze bijlage p reportage 25 zaterdag 18 september 1999 De 'anti-criminaliteitspil' komt er aan. Wetenschappers zijn er van overtuigd dat crimineel gedrag deels biologische oorzaken heeft. Met een medicijn denken ze criminaliteit de kop in te kunnen drukken. Maar gevangenen en ex- gedetineerden geloven niet in een wondermiddel. Ze vrezen de Frankenstein-mens: ontdaan van zijn natuurlijke driften, met alle risico's van dien. Prof. Theo Doreleijers gelooft in de komst van een pil tegen criminaliteit. In de box maakte ik al dingen stuk en sinds mijn vierde ben ik in therapie. Toch heb ik de afgelopen jaren van alles uitgevreten. Vooral brandstichting, maar ook diefstal en zware mishandeling. Nog steeds ben ik onder behandeling, maar ze hebb en het er niet uit kunnen krij genCri minaliteit moet dus wel voor een groot deel zijn aangeboren", zegt de 17-jarige Jay. Hij is een van de tachtig jongens op de ge sloten afdeling van behandelinrichting 'Harreveld' in het gelijknamige Gelderse plaatsje. Daar worden 'zware jongens', van Sneek tot Maastricht, achter slot en grendel voorbereid op een terugkeer in de samenleving. In de afgesloten koffiekamer discussiëren Jay en zijn lotgenoten Tom (18) en Ryan (18) over hun 'aanleg voor criminaliteit'. Tom, die zit wegens poging tot doodslag, is minder overtuigd van een lichamelijke oorzaak voor crimineel gedrag. ,,Van na ture ben ik geen slechte jongen", zegt de lolbroek van de drie, „maar toch heb ik slechte dingen gedaan. Het heeft ook te maken met je opvoeding, je omgeving. Met de meeste jongens die hier zitten, is wat dat betreft wel iets aan de hand," zegt Tom. Hij oppert het gemis van een vader als een mogelijke verklaring voor zijn strafblad, dat verder winkeldiefstal, be rovingen en overvallen vermeldt. Samen met Ryan, die diefstallen en open lijke geweldpleging op zijn kerfstok heeft, hebben Jay en Tom gemeen dat ze niet zo gauw ergens bang voor zijn. Ze zoeken de spanning graag op, zeker als ze zich vervelen. Ryan: „Het begon op de middelbare school, waar ik in aanraking kwam met jongens die criminele dingen deden. Ik wilde de spanning daarvan wel meemaken en ging met ze mee, eigenlijk ook uit pure verveling. Het leek me wel 'strak': eerst spijbelen en softdrugs, later ook berovingen en inbraken. Op zich een hele vervelende manier om aan geld te ko men en tegelijkertijd een kick te krijgen. Maar op dat moment dacht ik daar ge woon niet bij na." Proefjes Waren de drie uit Harreveld nu een jaar of acht jonger, en op de drempel van hun cri minele carrière, dan waren ze perfecte proefkonijnen geweest voor het onder zoek van professor Theo Doreleijers. De kinder- en jeugdpsychiater aan de Vrije Universiteit (VU) in Amsterdam wil be wijzen dat crimineel gedrag biologische oorzaken heeft. Daarvoor gaat hij bin nenkort tweehonderd kinderen tussen de twaalf en achttien jaar onderzoeken die voor het eerst met de politie in aanraking zijn gekomen. „De kersverse crimineeltjes ondergaan een dag lang proefjes achter de computer. Terwijl wij ze onder hoogspanning plaat sen, nemen we bloed en speeksel af, die ons vertellen hoe kinderen op stress rea geren", vertelt Doreleijers. Hij is niet op zoek naar het 'crimi-gen'. „De geboren crimineel bestaat niet. Wel zijn er biologi sche factoren die na verloop van tijd kun nen leiden tot crimineel gedrag. Er kan bij de geboorte wat misgaan, zoals een her senbeschadiging na een zuurstoftekort. Daardoor kun je een lagere hersenactivi- teit hebben en om dat te compenseren, kun je op zoek gaan naar meer prikkels en spanning." Aangeboren De behoefte om een meer dan normale spanning op te zoeken kan ook indirect aangeboren zijn, zegt professor Adrian Raine van de universiteit in Los Angeles. „Het is bekend dat mensen met een lage hartslag, die erfelijk is, sneller crimineel gedrag vertonen. Zij raken minder snel opgewonden. Zij zoeken extra spanning om meer opwinding te beleven of hebben een gebrek aan angst. Het gevolg: zij zoe ken de vechtpartij op of ze schrikken niet terug voor vier jaar cel wegens een bank overval", zegt Raine, internationaal een autoriteit op dit gebied. Als het onderzoek van Doreleijers slaagt, dan is een 'anti-criminaliteitspil' de vol gende stap. Het medicijn werkt alleen in combinatie met therapie, benadrukt de hoogleraar. „Het is de bedoeling dat zo'n pil de drang naar spanning onderdrukt, bijvoorbeeld door de hartslag te verhogen of de hersenactiviteit te stimuleren. Maar criminaliteit heeft niet alleen fysieke oor zaken. Ook opvoeding en omgeving spe len mee. Die kunnen er voor zorgen dat mensen afglijden. Behalve elke dagje pil letjes slikken, is het juist van belang dat er ook gezinsbegeleiding komt." De drie gedetineerden uit Harreveld heb ben hun bedenkingen over de anti-crimi naliteitspil. De gedachte levenslang afhankelijk te zijn van medicijnen, be nauwt de jongens. Tom: „Straks zit je in het bejaardenhuis, je krijgt die pil een dag niet en weg zijn alle handtasjes. Crimineel gedrag op die manier onderdrukken, be lemmert je om op eigen benen te gaan staan. Wij moeten wel een kans krijgen om ons leven weer op te pakken". Jay: „Ik heb al eens medicijnen gekregen om rus tig te worden. Maar ik werd er alleen maar agressiever van. Sindsdien voel ik niet meer zoveel voor al die chemische midde len. Bovendien, ik wil niet verslaafd ra ken aan zo'n het hartritme versterkend pilletje. Het is een drug. Wij zijn mensen die spanning zoeken en daardoor zijn we crimineel geworden. Daar krijgen we een kick van. Als we die onderdrukken, wat worden wij dan voor soort mensen?" Tom weet het wel. „Je bent meteen her sendood: je gaat geen leuke dingen meer doen. Stel je voor dat je op vakantie bent en vrienden vragen of je mee gaat parasai- len of iets anders spannends. En dan zeg ik met zo'n pil op zeker: 'Nee, ik hoef niet meer zo nodig'. Wat een saai leven krijg je dan, zeg." Het is niet de eerste keer dat onderzoek naar fysieke verklaringen voor crimineel gedrag op kritiek stuit. Wie kent niet de affaire rond hoogleraar criminologie Wouter Buikhuisen, misschien wel de grootste rel in de Nederlandse weten schapswereld van deze eeuw. De Leidse hoogleraar wilde in de jaren zeventig al onderzoek doen naar de biologische aan leg voor crimineel gedrag. Meteen werd hij verketterd door politici, media en we tenschappers. Buikhuisens visie was in de hoogtijdagen van de maakbare samenle ving erger dan vloeken in de kerk. Leed werd veroorzaakt door de verrotte maat schappij, niet door het wezen van de mens. Criminaliteit was aangeleerd, niet aange boren, was het oordeel. Het zoeken naar fysieke afwijkingen deed menigeen ook denken aan de experimenten op mensen van het nazi-regime. Vandaar de vrees voor 'schedellichterijen andere gruwelij - ke experimenten, zaken die Buikhuisen overigens nooit beoogd heeft. Door de hele Buikhuisen-affaire is Neder land wat betreft biocriminologisch on derzoek fors achterop geraakt. Maar ruim twee decennia later lijkt de tijd er wel rijp voor. Het idee dat alle problemen met pra ten kunnen worden opgelost, is achter haald. Lichamelijk onderzoek op allerlei gebied, zoals verslaving en agressie, is niet langer taboe. De nog niet zo lang ge leden gepresenteerde anti-agressiepil is een van de eerste gevolgen van de nieuwe denkrichting. En als het aan Doreleijers ligt, de voorloper van de anti-criminali teitspil. Met het onderzoek van de Amsterdamse hoogleraar, een aanhanger van de leer van Buikhuisen, telt Nederland in een klap weer mee in de biocriminologie. Een schrale troost voor Buikhuisen, die dit toch als een vorm van eerherstel mag be schouwen. Een paar jaar na de start van de heksenjacht op hem, gooide hij de handdoek in de ring. Gebroken en gedes illusioneerd begon hij zijn antiekwinkel Camelia in hartje Wassenaar, waar hij een teruggetrokken bestaan leidde. Inmid dels is hij volgens geruchten naar Spanje verkast. Van criminologie - en zeker van de pers - wil hij niets meer weten, zo meldt Charlotte Vis, die tegenwoordig de an tiekwinkel bestiert. „Hij heeft er zijn buik vol van, begrijpt u." Met eerherstel voor Buikhuisen is de kous nog niet af, denkt Pieter van Eij ck. Als ex- gevangene geeft hij tegenwoordig, na mens de stichting Delinkwentie Sa menleving, voorlichting over het leven in en na gevangenschap. Hij gelooft wel in de mogelijkheid van een biologische kiem voor crimineel gedrag. Maar hij vraagt zich af hoe ver j e met medicatie mag gaan. „Daarom moet er ook onderzoek worden gedaan, voordat we verkeerde dingen gaan doen. Neem nou pitbulls. Daarvoor geldt een fokverbod en ze mogen alleen gemuilkorfd de straat op. En waarom? Omdat ze aanleg hebben agressief te wor den. In biologisch opzicht zijn mensen niks meer dan een hond. Maar wat ons on derscheidt is ethisch denken. Ga je een crimineel muilkorven, dan haal je de meerwaarde die hem tot mens maakt weg." Drang De anti-criminaliteitspil als doos van Pandora? „Als je het één in de mens on derdrukt, veroorzaakt dat elders mis schien weer een totaal onverwachte te genreactie. De menselijke drang om te onderzoeken houd je niet tegen. De mens laat zich niet controleren. De filosofen Freud en Jung toonden het al aan: de on derdrukking van de zwarte kant van het individu pakt nooit goed uit." Het gesleu- tel aan criminelen doet denken aan Fran kenstein. Goed bedoeld als poeslief met gezel, maar onverwachts gevaarlijk en onberekenbaar. Ook politiemensen plaatsen kanttekenin gen bij een behandeling met 'het wonder middel'. Paul van Oijen, al dertien jaar specialist jeugdzaken van het politie korps Haaglanden: „Bij jonge delinquen ten heb je toestemming nodig van de ou ders. Zeker bij de moeilijkste gevallen, hele jonge kinderen die zwaar over de schreef zijn gegaan, is dat problematisch. Zij komen vaak uit gezinnen waarvan de ouders zelf een crimineel verleden hebben en die zien weinig in hulp." Als blijkt dat de anti-criminaliteitspil werkt, is Van Oijen er voorstander van om juist deze moeilijke gevallen tot behande ling te dwingen. Jo Sergeant, hoogleraar klinische neuropsychologie en betrokken bij het VU-onderzoek. is tegen deze 'muil- korfmethode'. „Met dwangmatige medi catie bereik je niets. Mensen moeten gemotiveerd zijn om van hun criminele gedrag af te komen. Daar is meer voor no dig dan een pilletje innemen." Sergeants pleidooi is Jay uit het hart ge grepen. Als het goed is komt hij over een paar maanden vrij. Hij wil dan - zonder medicijnen - met zijn vriendin een nieuw leven kunnen opbouwen. Huisje, boom pje, beestje. „Stel, mijn vrouw krijgt een kind dat niet goed is vanwege mij. Moeten we het dan maar weg doen? Of volstoppen met pillen terwijl het nog niet eens kleuren kan on derscheiden, laat staan goed van kwaad? Dat nooit." Ook Tom en Ryan zien hun toekomst niet voor zich met een vol medi cijnkastje. De angst voor verslaving, bij werkingen en een leven als 'zombie' zijn voor hen onneembare hordes. Maar wat als ze nu onmiddellijk naar huis mogen op voorwaarde dat ze iedere dag trouw hun pilletjes slikken? Weg is alle weerstand. Tom: „Dan wil ik het wel uitproberen. Wat denk jij? Ik zit hier al tien maanden en moet er nog zestien." Ryan knikt instem mend: „Ik«nak naar vrijheid!" Carine Neefjes en Ferdi Schrooten Even zonder auto bevordert de bewustwording Fotorubriek: man en paard Jan Kruis en zijn stripfamilie Wie wil een varkenshart? De directiechauffeur studeert tussendoor Sjoukje Dijkstra beet door Aandeel van de eeuw: Microsoft De grote verbroedering inTaizé

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1999 | | pagina 25