De grootse dagen van Angkor Vat
31
Cambodja raakt ontsloten
Conglomeraat van
tempels en paleizen
BË
WW ff
mi
0'
PZC
zaterdag 17 juli 1999
vrije tijd
Cambodja klimt, op het gebied van
toeristische voorzieningen, lang
zaam uit een diep dal. De jarenlange oor
logen, de bombardementen en de massa
le moordpartijen van Pol Pot en de zijnen
hebben het land lam gelegd en een kwade
naam bezorgd. De infrastructuur raakte
totaal in de vernieling en de indrukwek
kende schatten van kunst en cultuur
werden, voor zover ze niet verwoest zijn,
onbereikbaar. Een tocht van een paar
honderd kilometers kan in Cambodja
een dag kostenDe wegen zijn niet zelden
een aaneenschakeling van bomkraters
en op veel plaatsen loert nog steeds het
mijnengevaar. Vliegen dus wie vliegen
kan.
Er komt verandering. De mobiliteit van
de Cambodjanen groeit snel. Er ontstaan
nieuwe vervoerslij nenIn korte tij d is een
aantal van de vroegere tophotels in oude
glorie hersteld. Ze vormen een aanvul
ling op de talrijke hotels in de midden
klasse. In de hoofdstad Phnom Penh
bereiken Sofitel Cambodiana, het voor
malige hoofdkwartier van de generaal
Lon Nol, en Le Royal (Raffles Group) een
vijfsterren-status, onmiddellijk gevolgd
door Landmark Boulevard, Holiday Inn,
Sha()raton en Juliana.
In Siem Reap, de uitvalsbasis voor be
zoeken aan het tempelcomplex Angkor
Vat, hebben Le Grand Hotel d'Angkor
(Raffles Group) en de Villa Apsara in alle
luister hun dure deuren weer geopend.
Er is een ruime keuze aan (vaak goede)
restaurants en voor de warme avonden
zijn er de bars en een enkel casino.
Royal Air Cambodge onderhoudt, met
enkele Tupolevjes en een van Malaysian
Airways geleasde heuse Boeing, de
luchtverbinding tussen Phnom Penh en
Siem Reap. In beide plaatsen bieden gid
sen met auto's in alle vriendelijkheid hun
diensten aan. Het meeste internationale
luchtverkeer komt binnen vanuit de-
Thaise hoofdstad Bangkok en Singapo
re. Met name Thailandrondreizen voor
zien in een aftakking naar Cambodja,
met name naar de ruïnestad Angkor Vat.
Wie, komend uit deze booming cities,
voet op Cambodjaanse bodem zet, wordt
een kleine eeuw teruggeplaatst in de tijd.
De bedelaartjes zijn talrijk in Phnom
Penh en de laagbouwwinkels puilen niet
uit van hedendaagse koopwaar. Welva
rende toeristen leven aldus onder de hoe
de van (minimaal) een Franse en een
Thaise chef de cuisine in hun hotels-met-
zwembad-en-massage aan de oever van
de Mekong. De meer avontuurlijke reizi
gers nemen met minder airco genoegen
en vinden hun weg naar de, ondanks alle
verwoesting, prachtige natuur en de
overblijfselen van de eens rijke Khmer
cultuur.
Cambodja biedt ook ruimte aan alle tus
senvormen. In dit niet héél gemakkelijke
maar wonderschone reisdoel geldt de
Yankee-Dollar als voornaamste betaal
middel. Het arme land kan er (heel) wat
van gebruiken.
De god-koningen op rij
Rondgang in de Bayon (Angkor Thom)
Het is de Derde Dag. Tegen het hete middaguur komen ze met
duizenden opzetten. De dienaren der devotie slingeren zich door
de Galerij der Reuzen, de bewakers van goden en rijken, door de
Poorten der Giganten in de richting van het heiligdom. Sputterende
vehikels met kleurige banieren banen zich een weg door de menigte.
De kledij is van een strakke eenvoud: stemmig zwart en wit mengen
zich onder de bomen van de tempelvlakte met het oranje van de
monniken en het wit van de nonnen.
Het is het uur van de offergave. Het
volk van Boeddha stelt zich op aan de
rand van het pad. De monniken treden
aan. Hun helpertjes staan gereed om in
grote tassen en zakken uit de hand van de
monniken de gaven van de stoet over te
nemen. De onafzienbare stoet zet zich in
beweging. Rijst, andere spijzen, bussels
schier waardeloos papiergeld, het ver
dwijnt alles in de nappen en zakken. Rond
de Bayon met Angkor Vat in het achter
land is herhaald en in grote concentratie
over Boeddha en zijn stappen gedacht.
Diep in de middag keren de mensen huis
waarts en vinden ze hun weg, richting
Zuid naar het grote meer Tonlé Sap, rich
ting West naar Poiphet aan de Thaise
grens, richting Zuidoost naar de Killing
Fields, de velden des doods buiten de
grenzen van de hoofdstad Phnom Penh.
Ze laten de tempels achter zich, die van Ta
Prohm, Angkor Thom, Bayon en Angkor
Vat waar ze tussen doodgewaande steen
enkele dagen bijschreven in het Boek des
Levens. Hier komen onder de hand van
Boeddha mens, steen, zon, water, de oude
bomen en de vissen van de Grote Baray
samen.
Leger
Khong Chau telt zijn leeftijd op zijn vin
gers en komt tot tien. Hij zou graag groot,
hij zou graag gids zijn, maar hij is doof
stom. In de doolhof der hitte loopt hij met
een waaiertje rond de onwaarschijnlijk
grote vreemdeling. En lacht. De koelte-
voorziening zal hem zonder twijfel wat
Rode Riel, de voddige briefjes nationaal
geld, opleveren. Een dollar misschien?
Wie zal het zeggen. Khong Chau lacht en
stoot verwarde klanken uit. Hij is één van
de vele kinderen zonder ouders, zonder
school. Hij maakt deel uit van het leger
van Angkor Vat: monniken, gidsen, bede
laars, wezen, slachtoffers van landmij
nen, handwerkslieden, waterverkopers
en militaire bewakers die hun onder
scheidingstekens graag omzetten in har
de munt. In dit wereldwonder worden ze
één met de eeuwen.
Angkor Vat, de tempelstad, is eeuwenlang
het middelpunt gewest van het Khmer
rijk. Het is een conglomeraat van tempels
en paleizen die in de loop der tijden ver
vielen en deel werden van de jungle. De
open plekken werden het domein van
kleine veeboeren, plaatselijke vissers na
men bezit van de vijvers en grachten, de
tempels bleven - ook in hun verval - op
kleine schaal oorden van bezinning. Spo
radisch bereikten de wereld berichten
van een gigantische spookstad in de wil
dernis. Reizigers uit Iberia en de Neder
landen maakten al in de zeventiende
eeuw melding van een wereldwonder,
maar het zou ruim twee eeuwen duren
voordat er in het Westen gesproken werd
over de Ontdekking van Angkor. Dat viel
samen met de stichting van het Franse ko
loniale bewind van Cambodja. De 'ont
dekking' zette de wetenschap aan het
werk. De onderzoekers, de Ecole Francai-
se d'Extrème Orient voorop, kwamen een
slag later dan de dieven. Beelden en reliëfs
- Ét*- gl
HnïÉllfw 1
ik - 1
F :-w
Het waaierjongetje Khong Chau.
bleken gestolen en heel wat stenen kop
pen gesneld. Ook de wetenschap wist de
handen niet altijd schoon te houden: reek
sen prachtvoorbeelden verdwenen over
zee, naar staats- en privécollecties. Rond
Angkor ontstond een ongekende sluik
handel. De latere Franse minister André
Malraux, schrijver van La voie royale en
in Cambodja belast met onderzoek naar
de Khmer-kunst, liet ook wel eens een
fraai gestyleerd hoofd in zijn tasje glij
den...
Groeimodel
Vijf eeuwen lang, sedert 900, duurde de
heerschappij van de Khmer in een rijk dat
zich uitstrekte over Cambodja en een
groot deel van het huidige Thailand. Het
lint van heiligdommen is vanuit Cambod
ja ook nu nog moeiteloos te volgen tot de
Mae Nam Kwae en de Dodenspoorweg,
waar westelijk van Kantchanaburi en
vlakbij de grens met Myanmar de prachti
ge tempelruïne Prasat Muang Sing ligt.
Hoogtepunten op die lijn zijn Phimai,
noordoostelijk van Bangkok, en het wat
later gebouwde Angkor Vat.
Het complex van Angkor omvat vele vier
kante kilometers waarop een groot aantal
gebouwen volgens een geometrisch plan
zijn gebouwd. De paleizen staan centraal
en worden omgeven door een stelsel van
muren en waterpartijen. In de loop van
eeuwenis erbinnen dat meetkundige stel
sel druk gebouwd en gesloopt. De functie
van gebouwen veranderde en er was ook
een duidelijke behoefte aan stijlaanpas
sing. Angkor bleek een groeimodel: elke
nieuwe koning en elke nieuwe eeuw
brachten nieuwe inzichten. Rond 900 ves
tigde de eerste god-koning zich in Angkor
dat meteen het nieuwe bestuurscentrum
werd. De bouwlust van zijn opvolgers be
reikte hoogtepunten in Angkor Thom
(rond 1180) en Angkor Vat (begin 12-e
eeuw), wonderschone voorbeelden van
terrassenbouw. Daar spreken de muren
hun taal. In de galerij en komen de helden
dichten tot leven: goden en demonen,
krijgslieden en fabeldieren, historie en
verhaal. Hier keren koningen thuis van
hun tochten - ver achter de bergen, door
hun Poort van de Overwinning - en hou
den hof. Ze worden nauwelijks gestoord
door de reiziger, de onderzoeker, de koei
en wachter, de gids of het waaierjongetje
Khong Chau. Op dieven, zo ruist het in de
bomen, rust hun vloek.
Andreas Oosthoek Een met d
Bamboe kent tal van
toepassingen in huis
Veel belangstelling voor
minimalistische
bijzettafeltjes
Overzicht van de
hypotheken
Nederlander blijft een
brave melkdrinker
Duik in de ballenbak niet
altijd even hygiënisch
De koning van de poon is
een kostelijk visje
Volkswagen Lupo
spaarwonder van de
toekomst
Knikkebolrol voor op het
kinderzitje
Fiat Punto is pittig
gemoderniseerd
Kunstkaakgewricht
moet uitkomst bieden
Scannen kleurnegatief
hoeft niet kostbaar te
zijn
Postzegels en puzzel