stamboom Luchtschip maakt weer een kans PZC reportage 26 zaterdag 26 juni 1999 RUDEN RIEMENS De zeppelins zijn nooit helemaal vergeten. Ruim zestig jaar geleden maakte de ramp met de Hindenburg een eind aan hun bloeiti j dNu staat er weer een ondernemend gezelschap klaar om het eerste passagiersluchtschip van Nederland te bouwen. Tientallen jaren achtereen stond het luchtschip te boek als een gevaarlijk en onbetrouwbaar vervoermiddel. Ook al was het ongeluk met de 'Hindenburg' in 1937 het enige in veertig jaar, het heeft in de beeldvorming proporties aangenomen van een desastreuze ramp. Vooral de laat ste tijd echter is de belangstelling op nieuw aangewakkerd. 'Een interessante optie voor stille en schone vervoerstoe- passingen op specifieke deelmarkten', noemde minister Jorritsma van verkeer waterstaat het eind juli 1998 al. Het luchtschip is aan een comeback begon nen. In een klein jaar tijds is er veel gebeurd. Een maand na de uitspraak van Jorritsma maken Stork en RDM Technology bekend deel te nemen aan een consortium dat zeppelins in Nederland wil bouwen. En kele dagen daarna schrijft Novem, de Ne derlandse Onderneming voor Energie en Milieu, de rapportage 'De zevende baan is rond' (een verwijzing naar de startbanen- problematiek van Schiphol). In oktober presenteert consultantsbureau Deloitte Touche zijn visie op de toekomst: 'Kansen van luchtschepen in het mobiliteitsbe leid'. Weer een maand later is in de ministeriële nota 'Toekomstige Nederlandse Lucht vaart Infrastructuur' (TNLI) een optimis tische paragraaf gewijd aan het fenomeen. En nog maar twee maanden geleden presenteerde Rigid Airship De sign zich officieel als klaar om aan de slag te gaan. In Nederland zijn de voorbereidingen voor de bouw van het eerste Nederlandse passagiersschip in volle gang. In Duits land wordt aan de ontwikkeling van een enorm luchtvrachtschip gewerkt. Tussen de met windmolens opgetuigde dijk langs het IJsselmeer en rijks weg A6 naar Groningen ligt een wat ver waarloosd complex: een lege kas, een kantoorgebouwtje en een loods. De weg ernaar toe loopt dood. Buiten het huis nummer ontbreekt elke aanduiding. Hier zetelt RAD. Rigid Airship Design heet voluit het consortium dat van Neder- land een vooraanstaand luchtschipland wil maken. Hier aan de noordkant van Lelystad staat het allemaal te gebeuren. Ian Alexander schudt het hoofd: „We zijn al echt gestart." Mannen in overhemdsmouwen achter computers bevolken de twee etages van het pand. Ze zitten er met z'n twintigen. Over een paar jaar zal het om een veel voud gaan. Alexander, de grote animator van RAD, houdt af en toe beneden kan toor. „Ik ben niet enorm gefascineerd of enthousiast", vindt hij. „Het is gewoon realistisch. De huidige technologie maakt het realistisch." Een luchtschip, zo luidt zijn stelling, hoort thuis in de lucht; simpelweg omdat het gebruikte heliumgas lichter is dan lucht. „Ook zonder aandrijving blijft-ie vliegen. Een vliegtuig is thuis op het land en vliegt alleen maar dank zij z'n moto ren." De 'luchtschipindustrie' in Nederland zou zonder hem waarschijnlijk nooit van de grond zijn gekomen. De 54-jarige Schot hielp 36 jaar geleden aan deze kant van de Noordzee een reclamezeppelin bouwen voor het sigarettenmerk Roxy. Sindsdien weet hij dat dit zijn beloofde land is. „Nederland is bij uitstek geschikt voor luchtschepen, zo vlak als het is. Hier staat men er meer voor open dan in andere landen." Hij staat nu aan de vooravond van het grote werk: een luchtschip van 180 meter lang en maximaal dertig meter breed, goed voor zo'n tweehonderd passagiers en een kruissnelheid van zo'n 120 kilometer. Kosten: zestig miljoen gulden per stuk. Operationeel in het jaar...? Alexander zwijgt. De bedoeling was toch een proto type in 2001 te laten vliegen? Wat hem be treft wel, zegt hij, maar het hangt van zo veel externe factoren af. Hij is na al die jaren tevreden met 'one stap at the time'. Commandopost RDM Technology, onderdeel van het con cern van Joep van den Nieuwenhuyzen, is met een belang van 42 procent de grootste aandeelhouder. Stork (eigenaar van Fok ker Aerostructures, 10 procent), Green- field Capital Partners, Caransa en Airshot International zijn de andere par ticipanten. De laatste is Alexanders be drijfje. Hij zit er met 36 procent in. En ze hebben de wind mee. De politie wil een luchtschip als comman dopost tijdens Euro 2000, het aanstaande Europees kampioenschap voetbal. De veilingen willen er één als transportmid Nu is het nog de Flevose polder, maar de initiatiefnemers van Rigid Airship Design verwachten dat Lelystad in de 21e eeuw het hart van de internationale luchtschipindustrie wordt. del van bloemen van Aalsmeer naar Naaldwijk. Binnen een week tweemaal in het nieuws. Toeval? Het is, zegt Alexan der, het resultaat van drie jaren van in spanningen. En de NJMO, de Nationale Jongerenraad voor Milieu en Ontwikke ling heeft de laatste jaren onvermoeibaar gelobbyd voor de terugkeer van het lucht schip. Deloitte Touche constateerde drie kwart jaar geleden: 'De introductie van het luchtschip in beleidsrelevante mark ten is denkbaar, omdat de operationele kosten concurrerend kunnen zijn, maar stuit op twee belangrijke problemen: scepsis en financiële haalbaarheid. De partijen waarmee is gesproken, zijn onze ker over de inzet van luchtschepen voor hun respectievelijke bedrijfsactiviteiten'. De adviseurs voegden eraan toe dat het bedrijfsleven zeker is geïnteresseerd in nieuwe transportmiddelen 'voor zover kostenbesparingen haalbaar zijn'. Alleen 'moet veel worden gedaan om de scepsis weg te nemen'. Er moet nog de hele weg langs eisen en re gelgeving worden afgelegd. Alles draait om luchtwaardigheidseisen. Certifice ring van alle onderdelen, standaardise ring van de eigenschappen, daar gaat het om. „Wij doen wat de Rijks Luchtvaart Dienst wil", bekent Alexander. „Er zijn nog nooit eisen gesteld aan een lucht schip. Er bestaat geen wet voor. Alles draait om de kwalificatie wat een veilig luchtschip is. En veiligheid staat ook bij ons voorop. Maar als de certificaties klaar zijn, kunnen we redelijk snel daarna vlie gen." De wetenschap lijkt verdeeld over nut en noodzaak van het luchtschip als alterna tief vervoermiddel. Prof. dr. ir. Henk Tennekes van de Vrije Universiteit Am sterdam spreekt als criticus van luchtkas telen: „Luchtschepen spreken tot de ver beelding, zeker. Het is pure technische romantiek." Zijn collega prof. dr. Laurens Vogelesang van de Technische Universi teit Delft zegt daarentegen zonder meer „erg enthousiast te zijn". Vooral de in valshoek van beide hoogleraren blijkt te verschillen. Nonsens „Er zijn een hele hoop zwakke kanten aan bet luchtschip. Maar", meent Vogelesang, „je moet kijken naar zijn sterke kanten. Wat kan een luchtschip wat andere ver voermiddelen niet kunnen?" Tennekes: „Een luchtschip is hartstikke leuk - voor een cruise of zo. Maar met het vraagstuk van de mobiliteit in ons land heeft het niets van doen. Dat kan een luchtschip niet oplossen. Dat is nonsens." Tennekes wijst op een hardnekkig mis verstand: een luchtschip zou zoveel zuini ger zijn dan een vliegtuig. Ian Alexander van Rigid Airship Design stelt dat zijn geesteskind maar een fractie (360 pk) van de duizenden paardenkrachten van een Boeing nodig heeft en dus met veel minder brandstof toe kan, geen geluid of vervui ling produceert en dankzij de 'liftkracht' van belium uitermate vliegveilig is. Qua totale brandstof is een zeppelin goedkoper in gebruik dan een vliegtuig. De hoogleraar aan de VU: „Een Boeing 747 verbruikt 12.000 liter per uur. Maar als je het brandstofverbruik per passagier per kilometer uitrekent, en dat is de enige norm die telt, dan kost een transatlanti sche reis niet meer dan veertig liter per passagier." En daar, zegt Tennekes, komt het veel tra gere luchtschip dat ook nog eens veel min der passagiers aan boord heeft, zo onge veer ook op uit..Iedereen met middelbare school kan die rekensom maken." Voorstander proï. Vogelesang: „Een luchtschip kan inderdaad nooit concurre ren met de HSL of een vliegtuig. Dat is niet erg. Maar kijk naar zijn voordelen. Het kan stil in de lucht hangen om vracht of mensen in te nemen. Dat kan nu alleen een helikopter, maar die heeft maar een beperkte actieradius en is ongelofelijk duur. Het luchtschip heeft enorm veel ruimte aan boord en kan veel volume meenemen. Voor transport van producten die moeilijk over de weg zijn te vervoeren of in onherbergzame gebieden is het luchtschip uitstekend toebereid. Voor een heleboel zaken geldt de factor tijd niet", stelt hij. „In plaats van onderdelen kunnen com plete fabrieken in één keer worden ver voerd. Het is ook ideaal voor luchtwaar- neming: om olievervuiling op te sporen of als verkeersleiding in havens of op wegen. Of als luchthospitaal. Je kunt ook denken aan toeristische uitstapjes. Dat worden kostbare tickets, maar bet is wel leuk. Als niche ben ik er erg enthousiast over." Met beide voeten op de grond blijven, is zijn stelling. Want ook bij Laurens Voge lesang moet je niet aankomen met hét transportmiddel voor tientallen miljoe nen passagiers. „Een tijd met duizenden luchtschepen boven Europa, die komt nooit. Je moet de specifieke eigenschap pen benutten." Daarin kan Henk Tennekes zich goed vin den. „Echt leuk lijkt het mij als skybox. Hoe kun je je gasten nog luxueuzer inha len?" Serieus: „Voor uitzonderlijk vervoer zie ik een potentiële markt. Maar dan heb je het over vijf, zes luchtschepen. Dat lijkt mij voor Nederland ruim voldoende." Cock Rijneveer

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1999 | | pagina 26