nog maar net Studenten gaan gebukt onder psychische last PZC reportage 27 zaterdag 12 juni 1999 RUDEN RIEMENS FOTOGRA FIE Studeren moet, vandaag de dag. Terwijl niet iedereen dat kan of wil. Ouders en samenleving stellen hoge eisen aan jongeren, maar verzuimen hen discipline bij te brengen. En diezelfde samenleving is er een geworden van 'Je zoekt het zelf maar uit'. Studenten raken steeds vaker psychisch in de problemen, constateert studentenpsycholoog Herman Wilms van de Hogeschool van Utrecht: „Echt leed is er, een tranendal. Ik heb een lopende bestelling op snotterdoekjes." Er is sprake van een 'Gij zult stude- ren-syndroom', zegt studenten psycholoog Herman Wilms van de Hoge school van Utrecht (HvU) middenin het gesprek. „Ouders hebben een enorm ver wachtingspatroon van hun kinderen. Jongeren ook van zichzelf, trouwens. Daardoor zitten op universiteiten en ho gescholen grote aantallen studenten die er niet horen. Hun studie is te hoog gegre pen of de motivatie ontbreekt. Vroeger gingen jongeren studeren omdat ze er iets mee wilden. Nu omdat het moet." Wilms is ruim tien jaar psycholoog bij de hogeschool, met 25.000 studenten de grootste van Nederland. Hij constateert dat de psychische problematiek onder studenten ernstiger wordt. „Vaker dan vijf jaar terug hebben we te maken met hevige angsten, persoonlijkheidsstoor nissen of manisch depressieve jongeren. Vroeger kwam het geregeld voor dat ik na een of twee gesprekken klaar was met een cliënt, maar nu heb ik vaak alle acht ge sprekken nodig die ik maximaal per stu dent mag voeren om iemand van proble men af te helpen of zo ver op een andere weg te zetten dat-ie alleen verder kan." Dat bij jongeren die net studeren klachten naar boven komen, kan Wilms wel verkla ren: „Thuis, in het gezin, blijven klachten vaak onderdrukt doordat de jongere in een bekende omgeving verkeert. Maar als je van huis weggaat, breek je open. De stu die eist dan vaak zo veel, dat een student onder clruk komt te staan en bezwijkt." De problemen komen vaak voort uit wat een jongere in de jaren daarvoor heeft meegemaakt. „Wij krijgen de brokken er van bij ons", zegt Wilms. „Pesten, seksu eel misbruik, kindermishandeling en ou ders die niet in staat zijn hun kind affectie te bieden bestaan nu eenmaal en kunnen schade veroorzaken: kinderen lopen er gedragsstoornissen door op. Ze sluiten zich in zichzelf op. Een kind gaat stoer of bitcherig doen alsof het wil zeggen: 'Mij zullen ze niet leren kennen'. Ze houden mensen net zo van zich weg als met hen zelf is gebeurd. Ze trekken een muur op." De druk op studenten wordt steeds groter. Ook de beperking van de studiebeurs speelt een rol. Dat de problemen onder studenten erger worden, heeft een aantal oorzaken, ver onderstelt Wilms. De draaglast van jon geren is het enorm toegenomen. En niet alleen door het 'Gij zult studeren'. Stu denten maken het zichzelf ook moeilijk door activiteiten naar zich toe te halen die 'goed voor hun curriculum' zijn. Overheid Verder heeft de overheid de taak van de student verzwaard door strenge regels te stellen, zoals de prestatiebeurs: „Studen ten hebben het idee gekregen in korte tijd te moeten afstuderen. Vroeger kréég j e dat papiertje wel 'n keer. Als er een persoon lijke crisis was, nam je daar de tijd voor. Nu is het: 'Kun je me hier in drie weken van af helpen? Ik moet door'. Je hebt als jongere veel zelfbewustzijn nodig om daarmee goed om te gaan." Ook een andere ontwikkeling speelt daar bij volgens Wilms een rol. „Van jonge mensen worden nu vaardigheden ver wacht die honderd jaar geleden in een heel mensenleven niet nodig waren. Stu denten moeten in het openbaar kunnen spreken, goede sociale vaardigheden heb ben, kunnen debatteren. Als iemand een eeuw geleden sociale angsten had, kwa men die er gewoon niet uit. Nu onder houdt een student van 19,20 jaar soms al contacten op hoog niveau. We maken op dit moment een kleine sprong in de evolu tie; we leven in een turbotijd. De te dragen last voor jongeren, en met name voor studenten, is al met al flink toegenomen, meent Wilms. En de draag kracht is op z'n best gelijk gebleven, wie weet zelfs afgenomen. Zowel de samenle ving als opvoeders maken het er niet ge makkelijker op voor jonge mensen, meent hij: „De maatschappij is er een van 'Je zoekt het zelf maar uit'. Zingeving of ideologieën, daar hebben we er niet veel meer van. Dat soort steun is weggevallen. Daar komt bij dat moderne ouders hun kinderen minder discipline bijbrengen dan vroeger. Uitstel van behoeftebevredi ging bestaat niet meer. Alles moet maar kunnen en alles moet meteen. Eén van de taken van een opvoeder is een kind af en toe te frustreren en de bevrediging van be hoeften uit te stellen. Daar komt waar schijnlijk het vermogen tot hard weken uit voort." Scheiding Studentenpsycholoog Fokke Dijkstra, in dienst bij de Universiteit Utrecht, doet luchtiger over de toename van de psychic sche problematiek onder studenten dan zijn collega van de Hogeschool. „Er be staat een behoorlijke psychische proble matiek, ook onder jongeren, dat is waar. Maar die is van alle tijden. Het gaat welis waar om forse dingen als angsten, panie kaanvallen en eetstoornissen, maar die zijn de afgelopen vijf jaar niet ineens veel Studenten raken steeds vaker in psychische problemen. foto Mare de Kort ernstiger geworden. Een hogere draaglast voor de jongeren van nu? Dat zou kunnen. Zij zijn in de jaren zeventig geboren, toen mensen sneller dan daarvoor zijn gaan scheiden. Maar dit is speculeren. Hoewel de scheiding van ouders een jongere flink uit evenwicht kan brengen." Ook de studiekeuze kan een nijpeixd pro bleem zijn, weet Dijkstra uit ervaring: „Door de tempobeux'S kun je er maar beter niet mee te maken krijgen. Vroeger ont ving je extra studiefinanciering als je een jaar miste. Nu ben je dat jaar kwijt. Dat is overigens een probleem dat rechtstreeks te maken heeft met de identiteit van jon geren. Die weten vaak nog niet goed wat ze willen. Deitig procent gaat niet verder met de eerst gekozen studie. Al die men sen komen krap in de studiefinanciering te zitten. Dat geeft druk, want nog een keer verkeerd kiezen betekent dat je je studie niet binnen de studiefinanciering kimt doen. De ruimte is kleiner geworden. terwijl de adolescentie juist een experi menteerfase is. Je moet eens op je gezicht kunnen gaan. Maar voor zo'n identiteits crisis is geen tijd meer" Hogeschoolpsycholoog Wilms ziet een paar hoofdgroepen van problemen onder studenten: onzekerheid en angsten, moei te met losmaken van thuis, karaktex-pro- blemen en gebrek aan assertiviteit: „Stu denten komen bij me met klachten als: 'Ik ben somber' en 'Ik zit rn'n hele semester te verkloten'. Of het gaat om slapeloosheid, spanningen en concentratieproblemen. Anderen hebben sombere gedachten a la 'Het is niks met mij'. Depx-essief, dus; een zelfvernietigend gedachtepatroon met louter negatieve uitkomsten waardoor je je isoleex't en alleen op je kamer terecht komt, weg van huis. Echt leed is het, een tranendal. Ik heb een lopende bestelling op snottex-doekjes." Jos van der Meer

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1999 | | pagina 27