Verzoenen is me thuis met
de paplepel ingegoten
Opeens zat Els Borst in de beklaagdenbank
PZC reportage zaterdag 5 juni 1999 29
Klaas de Vries
houdt niet van
bevlogen illusies
Voor Klaas de Vries is er maar één
ambitie: 'gewoon' zijn werk doen.
Jongensdromen moeten wijken voor de
minister van sociale zaken. Als je ergens
voor kiest, moet je niet klagen dat je ook zo
graag iets anders zou willen. Wars van
kabinetscrises, lijmpogingen en
enquêtedebatten wil hij het liefst nog een
keer minister worden. Waarom het hem
niet saai genoeg kan zijn.
Het doet Klaas de Vries niets als hij
wordt getypeerd als de vleesgewor
den saaiheid. ,,Ik ben zoals ik ben en als
dat saai is ben ik dus saai. Het kan me niet
zoveel schelen wat anderen daarvan zeg
gen. Het zou me veel meer benauwen als
anderen zeiden: wat een opwindende man
is dat. Wat zou ik daar mee moeten? Ik ben
nu eenmaal bedachtzaam. Daar is toch
niets mis mee?"
De 56-jarige minister van sociale zaken
was naar eigen zeggen vroeg oud. „Hoe
vroeg? Héél vroeg. Ik heb altijd tot het
meer bedachtzame deel van de bevolking
gehoord: niet te snel oordelen, altijd eerst
over de dingen nadenken. Wispelturig
heid, impulsiviteit, ach, ik geloof daar
niet zo in. Gewoon je werk doen, dat
spreekt me het meeste aan. Zo zit ik nu
eenmaal in elkaar."
De bewindsman wordt wel eens boos,
maar hij kan dat naar eigen zeggen altijd
'snel weer een plaats geven'. Zoals na de
Nacht van Wiegel, toen aan het bewind
van Paars-2 bijna een voortijdig einde
kwam. „Echt boos. De manier waarop het
gegaan is, is zo slecht. Ik heb er geen pro
bleem mee dat een senator zijn eigen me
ning heeft. Daarvoor zit hij er. Maar ik
vind wel dat dat met open vizier moet ge
beuren, het niet tot het laatst een verras
sing laten zijn. Wees er open over en ver
stop je niet tot het laatste moment. Ook ik
kreeg de indruk dat Wiegel tegen Kok zei:
'Je hebt me overtuigd.' Dit is geen mooie
manier om politiek te bedrijven."
Boos kan De Vries zich ook maken over de
zelfverrijking van mensen in de top van
het bedrijfsleven. „Verzilveren van optie-
regelingen met voorkennis, dat soort din
gen. Maar het leidt niet tot explosies. Zo
als altijd praat hij ook nu weer in eufemis
men, rustig, zijn woorden wegend: „Dat
gebrek aan zelfbeheersing van sommige
mensen aan de top leidt bij mij tot een
structurele verontwaardiging."
Klaas de Vries is een werker, die gewoon stug doorgaat en niet makkelijk uit het veld te slaan is. foto Cees Zorn
Zijn werkkamer op het ministerie is orde
lijk en licht. Van achter een opgeruimde
tafel voor het grote raam schuift De Vries
een glazen asbak naar het midden van het
meubel. Hij steekt een sigaar op en trekt
zijn colbert aan voor de fotograaf die bin
nenkomt. „Nee, niet rokend op de foto.
Ministers moeten het goede voorbeeld ge
ven."
Bekroning
Klaas de Vries (Hoensbroek, 1943) zit nu
een jaar op het ministerie. De bekroning
op een lange carrière vol politieke en be
stuurlijke functies. Na vijftien jaar Twee
de Kamer werd hij in 1988 hoofddirecteur
van de Vereniging Nederlandse Gemeen
ten (VN G) en in 19 9 6 voorzitter van de So
ciaal Economische Raad (SER). In zijn
functies maakte hij school als bruggen-
bouwer tussen gemeenten en rijksover
heid, tussen werkgevers en werknemers
en - in 1994 als informateur - tussen PvdA
en WD.
Zijn geloof in 'overleg' is van huis uit mee
gegeven. „Mijn vader is na de Tweede We
reldoorlog overgestapt van de CHU naar
de PvdA en werd een van de eerste soci
aal-democratische gemeenteraadsleden
in Zuid-Limburg. Later is hij weer uit de
Partij van de Arbeid gestapt, omdat hij
vond dat er onderling te veel ruzie werd
gemaakt. Hij voelde zich er niet thuis. Ik
ben in een gezin opgegroeid waar harmo
nie met hoofdletters werd geschreven: te
genstellingen moesten worden over
brugd. Verzoenen is me thuis met de
paplepel ingegoten."
Zijn vader is van essentiële betekenis ge
weest voor de latere ontwikkeling van De
Vries. De voorgeschiedenis begint met De
Vries' voorouders die wegtrokken uit
Friesland om te gaan werken in de mijnen
in Limburg. Zijn vader werkte niet meer
ondergronds, zoals diens ouders, maar op
de administratie. Later werkte hij zich via
zelfstudie op tot leraar.
„Ik heb mijn vader dus nooit met een pik
houweel naar de mijn zien gaan. Hij was
een zeer geëngageerd man, daar heb ik in
mijn jeugd veel van meegekregen. Hoewel
ik zelf meer uit een sociale middenklasse
kwam, had ik nog een grote verwantschap
met de arbeidersbeweging. Ik had ook
D66 kunnen kiezen, dat was toen net ont
staan, maar het werd uitdrukkelijk de
PvdA Ik had bij mijn politieke keuze een
specifieke groep voor ogen: mijn familie
leden die in de mijnen werkten en de ar
beiders die ik zo goed kende."
Die groep heeft De Vries naar eigen zeg
gen nog steeds voor ogen in zijn werk.
„Het is belangrijk te weten voor wie je het
allemaal doet. Als ik nu kijk naar werklo-
zen en minima, dan staan de mensen uit
mijn jeugd mij nog helder voor de geest."
Zelf heeft De Vries nooit hoeven sappelen.
„Mijn ouders deden er alles voor om mij te
laten studeren. Ik ging naar het gymnasi
um in Heerlen. Ik behoorde tot de eersten
uit onze groep die naar het voortgezet on
derwijs gingen. Een nieuwe wereld. Ik
kwam van een lagere school waar op één
na iedereen naar de ondergrondse vak
school ging. Niemand ging naar het mid
delbaar onderwijs, daar werd je niet op
voorbereid. Ze waren voorbestemd ook
naar de mijnen te gaan." Na het gymnasi
um koos De Vries voor de studie rechten.
Daarna ging hij - inmiddels lid geworden
van de PvdA- werken op het ministerie
van justitie. Later stapte hij over naar de
Erasmus Universiteit in Rotterdam en
werd hij politiek actief in de gemeente
raad van Delft. Korte tijd later volgde de
landelijke politiek.
„Ik stond op een niet-verkiesbare plaats
van de gewestelijke lijst. Doordat enkele
Zuid-Hollanders in 1973 naar het kabinet
vertrokken, schoof ik door en kreeg ik in
eens een telefoontje van Schelto Patijn
dat ik naar Den Haag moest komen om te
worden beëdigd. Ik zat tentamenwagen
te maken voor mijn studenten en schrok
wel een beetje: ben ik hier wel zijp voor?
Afijn, ik ben naar Den Haag gegaan om
kennis te maken met Den Uyl en allerlei
andere grootheden, die ik helemaal niet
kende. Ze drentelden allemaal zenuw
achtig heen en weer omdat er in die laatste
fase van de kabinetsformatie nog van al
les over tafel ging. Ik zat daar en af en toe
gaf iemand me een hand. Ik kreeg een ka
mertje en dat was het."
Stelling
Als woordvoerder Defensie verdedigde
Klaas de Vries begin jaren tachtig het
PvdA-standpunt dat er geen kruisraket
ten in Nederland geplaatst moesten wor
den. Vol vuur ging hij het debat aan. „Ge
zien mijn karakter heeft het sommigen
verbaasd dat ik zo stellig stelling nam te
gen die kernwapens. 'Hoe kan die man
zo'n radicaal standpunt innemen?' Nou,
omdat ik het meende. Je moet soms stel
ling nemen als het echt niet anders kan,
maar dat neemt niet weg dat je altijd moet
proberen tegenstellingen te overbrug
gen."
Daarna kwam de parlementaire enquête
naar de bouwsubsidies („Een slopende
tijd van zeven dagen werken per week."),
de VNG („Ik had behoefte meer in de luw
te te werken."), de SER („Het is enig om
tegengestelde belangen te verenigen.") en
het ministerschap. Bij die laatste over
stap meldde hij Nederland saaier te wil
len maken.
„Het is zo bijzonder dat we in een land le
ven waarin maatschappelijke partijen en
organisaties intensief met elkaar over
problemen praten. Dat is natuurlijk niet
zo interessant als een land waarin het ene
conflict voortdurend het ander opvolgt,
maar voor de samenleving is het oneindig
veel beter. Dat is saai, maar wat dat be
treft kan het me niet saai genoeg worden."
Hij is blij dat het kabinet na de Nacht van
Wiegel niet gevallen is. Niet omdat het
'zijn persoonlijk geluk in de weg zou heb
ben gestaan', maar om het 'goed landsbe
stuur'. „Het had het land schade berok
kend om verkiezingen te houden over een
crisis die je de kiezer niet kunt uitleggen.
Natuurlijk ging het om groot leed, wat
binnen het kabinet door de één wel wat
meer werd gevoeld dan door de ander.
Maar als je dingen voor elkaar wilt krij
gen, leg je het hele landsbestuur toch niet
lam?"
„Er moet nog zoveel gebeuren, het kabi
net is net lekker op sto omOok de Bijlmer
enquête was voor mij geen goede reden
geweest om het kabinet over te laten
struikelen: de enquête leert ons dat we in
de nazorg van een ramp met elkaar op veel
meer dingen moeten letten. Maar er val
len in Nederland natuurlijk - godzijdank
- niet zo veel vliegtuigen naar beneden en
iedereen heeft getracht het zo goed moge
lijk te doen. Sommigen kunnen daar mis
schien anders over denken, maar ik zie er
geen reden voor verkiezingen in."
Paars
Die reden kan hij wel verzinnen, straks,
als de agenda's van PvdA en WD verder
uit elkaar lopen en er weer wat te kiezen
valt voor de burger. „De Paarse coalitie
past in de tijdgeest, maar de identiteit van
partijen is wel afgenomen. Het hele poli
tieke midden is omsingeld. En dat zie je
aan de oppositie, die nauwelijks een vuist
kan maken. Mijn eigen voorkeur was vijf
jaar geleden niet Paars. De wilde mèer ge
articuleerde politiek bedrijven, zodat het
voor de burger duidelijk was. Maar daar
was de tijd niet naar, dat heb ik destijds
niet goed gezien.
,Ik verwacht datwenaareen politiek sys
teem toegroeien dat uit twee hoofdstro
mingen bestaat. Twee grote, pluriforme
partijen: een ter linkerzijde en een ter
rechterzijde. Dat betekent dat de ver
scheidenheid binnen de partijen zal toe
nemen. Partijen met meer vleugels, op
zich niets op tegen."
Maar zo ver is het nog lang niet, beseft hij
Voorlopig vindt hij alles 'lekker' lopen.
Ook persoonlijk. De jonge Klaas de Vries
in hem steekt nooit meer eens de kop op
om hem te vragen of dit nu wel is wat hij
destijds volde. „Mijn 86-jarige vader belt
regelmatig op om te zeggen dat er zoveel
problemen zijn op de wereld en dan ant
woord ik dat ik probeer er het beste van te
maken. Er is geen minuut geweest dat ik
dacht: wat doe ik hier eigenlijk?"
„Kijk, ik vond Tacitus destijds prachtig,
maar ik heb het allemaal gelezen. Ik heb
ooit gezegd over het ministerschap dat
het een eer is als je gewaagd woi-dt maar
een zegen als het niet gebeurt. Het is ten
slotte een weselijk zwaar vak. Ik vind het
ook een eer; er zijn er maar vijftien in Ne
derland. Daar zit ik bij, dus moet ik het
doen, zonder blikken of blozen of ge
klaag. Er komt heus wel weer eens een tij d
dat ik tijd krijg voor andere dingen die ik
graag zou willen doen. Ik wil nog wel eens
een cd maken met muziekj es voor welwil
lende toehoorders. Ik speel in mijn spaar-
zame wije tijd graag piano en componeer
wel eens iets. En er zitten al jarenlang
substantiële delen van boeken in mijn
computer. Ik ben ooit aan een kinderboek
begonnen, ik ben met een thriller bezig,
nou ja... bezig is een groot woord. Dat
soort dingen. Maar mijn vader is 86 en die
is zo actief als wat. Ik reken erop dat er
ook voor mij nog twintig jaar komen
waarin ik al mijn dromen kan verwezen
lijken. Ik klamp mij aanzijnleeftijdvast."
Hans van Soest
Ineens ging het alleen nog maar over
Els Borst. Zijde minister van volksge-
l zondheid, was het symbool geworden
I van de jarenlange gebrekkige zorgzaam-
heid van de overheid voor de Bijlmerbe-
woners en -hulpverleners. De zieken wil
den weten waarom zij ziek waren. De ge
neeskunde, de overheidsdiensten en de
regering hadden geen antwoord. Lang
bleven de Bijlmerslachtoffers roependen
in de woestijn. Tot ze een belangrijke me
destander kregen: de parlementaire en
quêtecommissie Vliegramp Bijlmer-
meer.
Uren luisteren. Tot in het holst van de
nacht. Terwijl heel Nederland werkt, tv
kijkt of slaapt, zit Annemarie Jorritsma
zwijgend in Vak K, het deel in de verga
derzaal van de Tweede Kamer waar de
bewindslieden zetelen. Ze is erbij en
kijkt ernaar. Verkeersminister Tineke
Netelenbos verdedigt de handelwijze
van haar voorgangster in het Bijlmer
dossier. Zorgen hoeft de WD-politica
zich niet te maken. Het staat al vast dat
ze niet gaat sneuvelen, ondanks de kri
tiek van de oppositie. NatuurDjk, er is
kritiek op hoe het gegaan is. Het had alle
maal beter gekund, maar de naam Jor-
I ritsma prijkt niet langer bovenaan op de
politieke afrekening. Dit is de nacht van
Els Borst.
Een nacht met veel politieke druk, over
leg, vreugde en teleurstelling. Voor de
i minister van volksgezondheid loopt het
met een sisser af. Zij hoeft niet op te stap
pen omdat de coalitiepartijen - op enkele
Kamerleden van PvdA en D66 na - haar
steunen. Het boek kan nu even dicht.
Maar er blijft een klein raadseltje over:
hoe is het toch gekomen dat niet Jorrits
ma maar Borst de belangrijkste politieke
zondebok is geworden?
„Ik denk dat de emotie bij de mensen in
de Bijlmer een grote rol speelt", zegt Jan
Terlouw, voormalig leider van D66. De
Leidse hoogleraar politicologie Rudy
waarop Oudkerk Borst weghoonde! Ik
heb het gevolgd op televisie en ik vond
het schandelijk. Hij sprak op een toon
alsof hij haar niet vertrouwde. Die on
dervraging heeft de toon gezet", meent
oud-D66-staatssecretaris Glastra van
Loon.
Het beeld van Els Borst als zondebok
voor het falen van het hele kabinet staat
echter pas definitief op het netvlies ge
beiteld nadat 'een zeer nauw betrokken
bron' naar de kranten lekt dat zij de
zwaarste veiwijten zou krijgen van de
enquêtecommissie. Ook daarin herken
nen sommigen de hand van Oudkerk,
maar deze verwerpt de verdachtmakin
gen.
Gezondheidsklachten
Bij de presentatie van het rapport - een
dag later - blijkt dat het onderzoeksrap
port geen nieuw licht werpt op de ramp.
De vlucht van de El Al-Boeing was een
doodnormale vrachtvlucht. Er staan
geen onthullingen in het rapport over
mannen in witte pakken, gebrekkig on
derhoud aan vliegtuigen, fraude met la
ding of vrachtpapieren of de bijzondere
positie van El Al.
Alle aandacht gaat daarom al snel uit
naar de gevolgen voor de volksgezond
heid: de commissie legt een relatie tussen
het lakse optreden van de overheid en de
groei van de gezondheidsklachten. „Dat
was ineens een heel nieuw aspect", ver
telt RosenmöUer, „Van Jorritsma's fou
ten wisten we al jaren, maar die van
Borst waren nieuw. Vandaar dat iedereen
zich ineens op haar stoitte. Daar komt bij
dat Jorritsma in haar openbaar verhoor
handig is geweest, waardoor de eindcon
clusies van het onderzoeksrapport voor
Borst harder uitvielen dan voor haar. En
dat terwijl Jorritsma aanvankelijk het
meest te vrezen had. De WD wilde niet
voor niets geen parlementaire enquête."
Op de opmerkelijke eindconclusies van
het rapport reageert minister Borst ge
ëmotioneerd. Ze voelt zich in haar be
roepseer als arts aangetast. Zrjde minis
ter van de volksgezondheid, zou mensen
ziek hebben gemaakt. Dat kan toch niet?
Een begrijpelijke emotionele reactie,
maar daarmee heeft ze zichzelf wel in de
schijnwerpers gezet, denkt Eversdijk.
Terlouw voelt met de bewindsvrouwe
mee. „Els Borst is geen doorgewinterde
politicus die schelmenstreken uithaalt.
Ze is een medicus die probeert het zo
goed mogelijk te doen. Misschien is dat
wel haar handicap. Het kan best zo zijn
dat mensen die zich in de steek gelaten
voelen, lichamelijke klachten krijgen.
Een arts schrijft dan een placebo voor,
een nepmedicijn. Maar dat kun je als
overheid niet doen. Borst weet dat een
schijnonderzoek niet helpt." Dat is een
invalshoek die bij de commissie niet aan
bod is gekomen, aldus een kritische
Glastra van Loon.
DeD66'er-,,ikzegditniet omdat zij par
tijgenote is" - meent dat de lijdensweg
van Borst direct samenhangt met de ma
nier waarop de enquêtecommissie te
werk is gegaan„De commissie heeft zich
te veel geïdentificeerd met de slachtof
fers. Er is almaar gezegd 'wij zijn opge
komen voor de Bijlmerslachtoffers, die
verwaarloosd zijn door de overheid'. Dat
is niet passend voor een commissie die
aan waarheidsvinding moet doen. En
quêtes horen over feiten te gaan. Nu ei
gende de commissie zich de rol toe van
onderzoeker, aanklager en rechter. Ze
ging hoog te paard zitten, deed alsof ze
het morele geweten van de natie was."
Nog xrooit is een parlementaire enquête
zo enïotioneel verlopen. Els Borst werd
daar bijna het slachtoffer van. De enquê
tecommissie is teleurgesteld. De Bijl
merbewoners ook. Maar de medische
wereld is opgelucht. En Den Haag likt
zijn wonden.
Ans Bouwmans en
Hans van Soest
Andeweg heeft echter een andere verkla
ring: „Borst zit nog op dezelfde plek. Het
is staatsrechtelijk op het randje een mi
nister weg te sturen die een andere func
tie heeft. De huidige minister van ver
keer, Netelenbos dus, moet boeten voor
fouten die in het verleden zijn gemaakt."
Paul RosenmöUer van GroenLinks:
„Borst was de meest gewilde prooi, ze zat
al een tijdje in de hoek waar de klappen
vielen. In een debat richt de schuldvraag
zich uiteindelijk op één persoon. Eerst
richtte de kritiek zich ook nog op Kok en
Jorritsma, maar uiteindelijk staan alle
pijlen gericht op de zwakste."
„Als je het rapport leest, kom je een grote
hoeveelheid nonchalance tegenover
mensen tegen. Dat is het verschil met an
dere onderzoeken. Je kunt procedure
fouten maken of iets vergeten, maar hier
lijkt het menselijke aspect te zijn ver
waarloosd", zegt CD A-senator Huub
Eversdijk die zelf in de parlementaire
onderzoekscommissie visfraude heeft
gezeten. „Van het begin af aan had de en
quête een emotioneel zware lading.
Borst is een integer mens, maar bij zoiets
mag de overheid niet zo kil en koud op
treden. Die emotie gaat een rol spelen."
Waarschuwingen
Niet alleen het enquêterapport 'Een Be
laden Vlucht' zelf maar ook de beeldvor
ming eromheen hebben Borst in het be
klaagdenbankje gezet. De eerste waar
schuwingen dat het accent verschuift
van de minister van verkeer als eerstver
antwoordelijke voor de nasleep van de
Bijlmerramp naar de minister van volks
gezondheid komen al tij dens de verhoren
van de enquêtecommissie. De PvdA'er
Rob van Gijzel zei bij z'n verhoor dat de
informatie van Jorritsma weliswaar niet
altijd klopte, maar dat ze wel erg haar
best heeft gedaan. RosenmöUer durft
niet te zeggen of hij dit deed om het ge
zicht van de VVD te redden, „maar hij
heeft die opmerking bewust gemaakt."
Els Borst maakt aantekeningen tijdens het Bijlmerdebat.
foto Phil Nijhuis
Wellicht dat ook de persoonlijke verhou
dingen een rol hebben gespeeld - Van
Gijzel mag Jorritsma wel - maar de toon
was gezet. Laksheid is erger dan fouten
maken.
De PvdA'er Oudkerk - lid van de enquê
tecommissie - en D66-minister Borst
hebben weinig met elkaar op. Dat blijkt
ook tijdens de verhoren. De speculaties
dat hij met Borst wil afrekenen worden
gevoed door de harde manier waarop hij
de minister ondervraagt. „De manier