Lekker wild, lekker anders tuinieren Regen maakt koeien ongedurig Water moet kunnen klateren DUJiengebiscJ doorOndine van der Vleuten Een eigen huis, een plek onder de zon, en als het even kan een tuintje. Een groene oase waar de stadsmens zich buiten kan wanen, waar de kat vogeltjes jaagt en lieveheersbeestj es nij ver luisjes eten, Maar met natuur hebben veel tuinen weinig uit te staan. Het vraagt heel wat zorg en kennis om 'natuurlijk' te tuinieren. Dan hebben we het dus niet over een groene chaos, waar afwisseling ver te zoeken is omdat een paar plantensoorten de macht gegrepen hebben. Een tuin is nu eenmaal geen stuk natuur. Maar je kunt wel stukjes natuur nabootsen. De tuin van M. van Bennekom in Domburg is daar een geslaagd voorbeeld van. Zesendertig jaar geleden een kaal stuk bouwland, nu een aards paradijs. Haar tuin wordt druk bezocht door fotografen, hoveniers in opleiding en liefhebbers. Hoekjes met moerasvegetatie, zitjes langs een vijvertje of gras, fraaie borders, een bloemenweide en bosachtige gebiedjes geven het een gevarieerde aanblik. Heel bijzonder zijn ook de wilde hoekjes met stinsenplanten. Dat zijn van oorsprong niet-inheemse planten als tulpen, lonkruid en krokussen, die lang geleden rond boerderijen of pastorieën werden aangeplant en het zo goed deden in Nederland dat ze zich uitzaaiden en verwilderden. „Natuurlijk tuinieren kan op een heleboel manieren", legt Els Huibregtse van het Milieu Educatieve Centrum De Kloek in Vlissingen uit. „Er zijn een paar basisprincipes: géén chemische bestrijdingsmiddel en goed kijken hoe de tuin zich ontwikkelt. Als een plant het niet doet, moet je je afvragen of hij wel op die plek hoort." In de educatieve natuurtuin bij De Kloek kunnen mensen leren hoe je de zaken aan kunt pakkenZo is er woensdag 16 juni een thema-avond over natuurlijk water in de tuin. Geduld Daarbij is allereerst geduld nodig. Het duurt wel een paar jaar voor er een soort 'natuurlijk evenwicht' is afgedwongen en de gewenste variatie in de begroeiing is bereikt.Het is de bedoeling dat er een evenwicht komt, maar voorlopig halen we ongewenste woekeraars zoals paardebloem, gras en distel weg', noteert een Mec-medewerkster in het tuindagboek. Plantenkennis is toch ook wel nodig. Zeker jonge plantjes zijn vaak moeilijk van elkaar te onderscheiden. 'Al gauiv slaat de twijfel toe: is dit nu gras of blauwe morgensterWat is nu akkerdistel en wat speerdistel en wat mag blijven staan?' In de milieu-educatieve tuinen zijn verschillende elementen van natuurlijke tuinen te zien zoals een kruiden- en vlindertuin, grasland, een composthoop, akkertjes, een fluitekruidhoek, een stinsenbosje, een moeras en een Zeeuwse haag. Steeds moeten weer beslissingen worden genomen, met in het achterhoofd de gevolgen voor de lange termijn. Is het de bedoeling de flora van schrale gronden tot bloei te laten komen, dan mag er zeker niet worden bemest. Daarentegen krijgen de fruitbomen in de tuin van De Kloek wél mest, en waar normaal de strenge regel geldt dat de boomspiegels van een fruitboom helemaal kaal moeten zijn, worden hier klaproos en handjesgras getolereerd. Kuipen Een paar straten verder past Bernd Vasen het begrip 'natuurlijk tuinieren' heel anders toe. Elke dag geniet hij van zijn verwilderde tuin, waarin het recht van de sterkste geldt. Totdat het groen hem boven het hoofd dreigt te groeien en hij er met zijn zeis doorheen gaat voor een selectieve kaalslag. In kuipen zijn spontaan vijvers ontstaan waar schaatsers over het glashelder water flitsen en libellen overheen schieten. Een smal pad voert naar een grote woensdag 2 juni 1999 De fontein op de Balans in Middelburg. foto Ruben Oreel door Maurits Sep Net als de meeste Nederlanders had Wilco Verhage op Tweede Pinksterdag vrij. Zijn vader, met wie hij de maatschap deelt, nam het melken van de ruim dertig melkkoeien die dag voor zijn rekening. „Dat doen we altijd zo bij feestdagen", vertelt Wilco. „Dan werken we om en om. Daarom heb ik op Eerste Pinksterdag gewerkt." Het melken begint rond half zeven in de ochtend en neemt een uur of twee in beslag, 's Middags om vijf uur, half zes, worden de koeien weer gemolken. Wilco vindt het één van de leukere werkzaamheden op het bedrijf. „De omgang met dieren is toch het aardigste." Door het mooie en droge weer van de afgelopen weken gaat het melken trouwens een stuk sneller. Regen betekent modder in de wei en dus vieze uiers. Komen de koeien schoon de wei uit, dan hoeft hij de uiers niet eerst met een stuk papier schoon te maken. „Bovendien zijn de dieren dan heel wat rustiger. Als het regent, zoeken ze steeds een nieuw plekje op in de wei. Daar worden ze ongedurig van. En komen ze daarna in de stal, dan beginnen ze onmiddellijk te klieren." Langere dagen De rust die Verhage genoot op zijn vrije dag, kwam hem de rest van de week goed van pas. „Want toen heb ik wat langere dagen moeten maken. Nog niet alle aardappelruggen waren klaar, terwijl de eerste aardappelplanten al opkwamen. Dat komt door het warme weer, dan groeien ze harder. Warmte is belangrijk voor de groei, belangrijker nog dan de zon. Niet dat ik het erg vind om wat langer door te werken. Ik ga bij zulk mooi weer toch geen tv zitten kijken. Er is altijd wat te doen." De warme meimaand was een goed begin van het groeiseizoen. Niet alleen de aardappelen groeien hard, de bieten ook. „Vooral die eerste weken zijn een risicovolle tijd. De planten moeten op eigen kracht boven komen. Daar hebben ze niet alleen warmte voor nodig, maar ook vocht. En helaas ontbreekt het daaraan. Er is het afgelopen weekeinde wel een bui gevallen, maar dat was echt te weinig. Iets meer regen zou welkom zijn. Bij een tekort aan vocht kiemen de zaadjes niet goed. Het gevolg is dat de plantjes ziek worden." De aardappelruggen zijn nu helemaal klaar. Vijftien hectare heeft Verhage dit jaar ingeruimd voor aardappelen. Dat is meer dan andere jaren en voor Walcheren ook vrij veel, zegt hij. „Maar vergeleken met andere delen van de provincie is dat weer weinig. Ach, wat is veel en wat is weinig? Alles is relatief." Toen deze klus erop zat, bleef er wat tijd over voor karweitjes die hij al enige tijd had uitgesteld. Het opruimen van de zakken van het zaaigoed bijvoorbeeld, en het uitmesten van de kalverhokken. „Dat laatste heb ik vrijdag en zaterdag gedaan. Zoiets stel je meestal uit tot het een dag regent en je verder toch weinig op het land kunt doen. Maar ja, het wil nog niet regenen, dus het moest er nu maar eens van komen. We gooien iedere dag wat vers stro in de kalverhokken om hen een droge plek te geven. Maar op den duur ligt er te veel stro met mest. Dat geeft warmte af en dat wordt vervelend voor de kalfjes. Ze staan in een oudere schuur, met kleinere raampjes en een zolder erboven. De warmte kan dan minder goed weg." Wilco Verhage (26) heeft, in maatschap met zijn vader, nabij Koude- kerke een gemengd bedrijf. Hij doet wekelijks in deze rubriek verslag van zijn werk en wedervaren. De tuin van mevrouw M. van Bennekom in Domburg. foto'sRuben Oreel vlierboom, die zich achterin de tuin over de composthoop buigt. Voor een ander is het een puinhoop, voor hem een paradijs. Zo'n net tuintje met een net stukje gras, de primula's keurig in het gelid ernaast; daar valt toch niets aan te beleven? Wie zijn tu in nog helemaal in moet richten, kan een beroep doen op gespecialiseerde tuinontwerpers. In de afgelopen tien jaar is er een hele groensector ontstaan die zich toelegt op de natuurtuinen, heemtuinen, wilde tuinen en verwilderde tuinen. Eén van de wegbereiders was kwekerij Cruydt-hoeck in Groningen, die zaaigoed van inheemse, wilde plantensoorten leverde. Dus - bijvoorbeeld - niet de akelei zoals je ze bij het tuincentrum haalt, maar de wilde vorm daarvan. Ook zaden van 'gewoon' onkruid, zoals fluitekruid en akkerkool, konden bij Cruyd-hoeck op waardering rekenen. Het ideaal was, een zaadarchief van de Nederlandse flora op te bouwen. Cruydt-hoeck was ook betrokken bij de oprichting (in 1993) van Oase, een stichting 'ter bevordering van natuurrijke tuinen, parken en plantsoenen'. Oase heeft een netwerk gevormd voor mensen die vanuit hun beroep of hobby bezig zijn met natuurlijke tuinen en parken. Er zijn twee samenwerkingsverbanden ontstaan: de Wilde Weelde en de Vakgroep Heemtuinbeheer. In de Wilde Weelde werken hoveniers, tuinarchitecten, wildeplantenkwekers en andere kleinschalige bedrijfjes samen, terwijl de Vakgroep Heemtuinbeheer met name bedoeld is voor de beheerders van openbare heemtuinen.Vier keer per jaar verschijnt het tijdschrift Oase. vol informatie over onder meer aanleg, onderhoud, beheer en ontwikkeling van natuurrijk groen, onderzoeken, scholing en werkgelegenheid, kleinschalige natuurrecreatie. Open-tuindagen De open dag natuurtuinen is een mooie gelegenheid om ideeën op te doen. Op 5 juni is er weer zo'n dag, een initiatief van de Walcherse ecologische tuinkring De Manteling in samenwerking met het mee Vlissingen. Er is een fietstocht langs deze tuinen uitgezet. Wie dan nog niet genoeg inspiratie heeft opgedaan, moet op 3 of 4 juli zeker de jaarlijkse open-tuindag bezoeken van mevrouw Bennekom in Domburg. Op open-tuindagen, zoals er in deze tijd regelmatig gehouden worden in Zeeuwse tuinen, zijn vaak ook stekjes van bijzondere planten te krijgen. Een mooi begin voor je eigen 'wilde' tuin. door Ben Jansen Misschien komt het doordat water eeuwenlang als vijand is beschouwd; misschien heeft het te maken met de calvinistische volksaard die weinig ruimte biedt voor uitbundigheid. Zeeland - en dat geldt in belangrijke mate ook voor de rest van Nederland - heeft nauwelijks fonteinen. Met de fonteinen op de Balans in Middelburg, het Bellamypark in Vlissingen, het Havenpark in Zierikzee en het Eenhoornplantsoen in Oostburg en de watermuur op het Scheldeplein in VLissingen is het wel zo'n beetje bekeken. Water moet in toom worden gehouden; water mag vooral niet klateren. Het verschil met landen in Zuid- Europa is groot. Zelfs onbeduidende dorpen hebben een uit de kluiten gewassen fontein en in de grote steden hebben vermaarde kunstenaars en H H C3 I s sS O bouwmeesters waterkunstwerken ontworpen die regelrechte toeristische trekpleisters vormen. De Piazza Navona in Rome heeft er zelfs drie. Geld speelde geen rol. En gebrek aan ruimte al evenmin, zoals blijkt op de Piazza di Trevi waar Romes beroemdste fontein staat. Buitenlands model Kunstenaar en filmmaker Louis van Gasteren signaleerde de afwezigheid van fonteinen en andere waterobjecten dertien jaar geleden toen hij zijn plannen voor de inrichting van Neeltje Jans in de monding van de Oosterschelde presenteerde. „Water is in Nederland nooit een element geweest waarmee gespeeld werd", stelde hij. „Water is altijd ernst geweest, zowel het zoete als het zoute. Het non-utilitair verplaatsen van water kwam nimmer aan de orde, een enkele uitzondering daargelaten volgens buitenlands model." Van Gasteren en de kunstenaars en architecten met wie hij zich had omringd, wilden op Neeltje Jans met water als materiaal tijd, ruimte en menselijk bestaan tot uitdrukking brengen. Fonteinen en waterwerken zouden als verbindend element moeten fungeren. Absolute blikvanger zou een fontein worden die het water uit het droog te maken dok van de reservepijler tientallen meters hoog zou spuiten, zodat de wind en het zonlicht er een prachtige vaan van zouden maken. Helaas, de plannen van Van Gasteren c.s. bleken te duur. Op Neeltje Jans kwam later een waterpaviljoen, waar het weliswaar klatert, bruist, spettert en spat dat het een lieve lust is, maar al deze onstuimigheid blijft netjes binnenshuis. Lex ter Braak van de stichting Beeldende Kunst Middelburg heeft zich op zijn zoektocht naar een ontwerp voor een waterelement op de Middelburgse Markt verdiept in het fenomeen fontein. Hij wijst erop dat het ontbreken van een fonteincultuur geen typisch Nederlands verschijnsel is. „Je ziet dat in alle noordelijke landen met een vochtig en guur klimaat. Er is geen behoefte aan verkoeling." De imposantste fontein in Nederland is volgens Ter Braak die op het Hofplein in Rotterdam. „Maar daar raast het verkeer omheen, zodat degene die er op een warme zomerdag verkoeling zou willen zoeken, welhaast levensmoe moet zijn. Daarmee is die fontein bijna een paradox. Hij is onbereikbaar. Dat zegt iets over de manier waarop wij met water omgaan." Geld Een beetje fontein kost geld. Ter Braak: „Je moet dan rekening houden met een paar miljoen. Als je iets moois wilt. moet je niet kinderachtig zijn." Voor de fontein op de Markt in Middelburg heeft de gemeente 250.000 gulden uitgetrokken. Kinderachtig? Ter Braak en zijn fonteincommissïe kwamen na enig zoeken met het ontwerp van de Russische kunstenaar Dya Kabakov: een tafel met een maquette van Middelburg en twee keukenstoelen, waaronder water opspuit als iemand erop gaat zitten. Geen majestueuze fontein; erkent Ter Braak. „Maar voor het geld is het een voortreffelijk beeld."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1999 | | pagina 31