De propagandamachine
van Peking dendert voort
Half jaar stressen op de
USS Theodore Roosevelt
reportage zaterdag 22 mei 1999 35
Pleiten voor
democratie nog
altijd gevaarlijk
IJzeren vuist
van de VS
In juni '89 sloeg het Chinese
Volksbevri j dingsleger
vreedzame demonstaties neer in het
centrum van Peking. De eisen: weg
met corruptie, meer openheid en
democratie. Wat betekende
Tiananmen (de 'Poort van de
Hemelse Vrede'waaraan 's werelds
grootste plein ligt) voor de gewone
Chinees en wat is er
terechtgekomen van de idealen van
de beweging? Is er wel een kans voor
democratie in China, nu vooral het
nieuwe nationalisme wat lijkt op te
komen na het Navo-bombardement
op de Chinese ambassade in
Belgrado?
Toen de soldaten op de nacht van 3 en 4
juni uit de Grote Hal van het Volk
stormden stond Xiao Liu ernaast. „Het
was een groene zee. Ze hadden stokken en
geweren. Ze duwden en sloegen de stu
denten. Overal werd geschoten." Liu,
toen activist, wist te ontkomen en vlucht
te na het bloedbad in Peking naar Ameri
ka waar hij negen jaar woonde en nu do
ceert.
Tien jaar later is Liu weer in Peking. Hij
praat met een zwaar Amerikaans accent
en vindt het hier maar vies. „De auto's
zien er uit alsof ze uren door de woestijn
hebben gereden", klaagt hij. Door zijn
kleren is hij onherkenbaar geworden. „Is
hij een Chinees?" vraagt een taxichauf
feur weifelend. Formeel nog wel, maar
zijn Amerikaanse Groene Kaart zorgt er
voor dat hij een veilig huis heeft in de VS.
Liu is een van de tienduizenden Chinezen
die in 1989, en in het begin van de jaren
negentig naar het westen vluchtte. Niet
dat hij een dissident is. Hij wilde gewoon
in een land wonen waar hij zijn werk kon
doen zonder overheidscontrole, perma
nente angst voor arrestatie, de dodelijke
verveling van politieke studieklassen en
de sociale controle. Voorlopig zit hij best
inde VS.
Jack Ma, geen voormalig activist en veel
jonger dan Liu, heeft een radicaal andere
mening. Jack was student in de VS ten tij
de van het bloedbad. „Iedereen zei dat ik
geluk had, dat ik al in de VS zat. Ik was er
door geschokt. Het keerpunt in mijn den
ken kwam toen ik door de telefoon sprak
met mijn politiek irfStructeur. Ik vertelde
haar dat ik wel terug wilde. Ze zei: Je bent
gek als je dat doet. Ik heb meteen het eer
ste vliegtuig gepakt." Spijt? „In het begin
wel. Stel je voor: ik woonde in Californië
waar je bij wijze van spreken 's ochtends
kon gaan surfen en 's middags rondrijden
met je cabrio in de woestijn. We hadden
onze eigen kamers, en leefden als konin
omdat Beijing graag de Olympische Spe
len van het magische jaar 2000 wilde or
ganiseren. Dissidenten als Wei Jingsheng
en Wang Dan werden vrijgelaten. Er wer
den liberale boeken gepubliceerd als Li-
shi de Chaoliu (Historische Tendensen)
waarin de linkervleugel van de CCP op de
hak werd genomen.
Maar toen de Olympische Spelen niet
doorgingen (Beijing verloor met 1 stem
verschil van Sydney) was het feest voor
bij. Vrijwel iedereen die anders dacht ver
dween in het gevang.
Eind 1998: zelfde verhaal. Peng Ming en
Fang Jue. de leiders van de China Demo
cratie Union en andere uitgesproken dis
sidenten zitten achter de tralies. De re
den? 1999, het jaar van herinneringen. 4
mei: de tachtigste verjaardag van China's
eerste studentenprotesten. 1 oktober: de
vijftigste verjaardag van de Volksrepu
bliek. 8 maart: de veertigste verjaardag
van de „vreedzame bevrijding" (of „ge
welddadige bezetting", afhankelijk van
Uw politieke keuze) van Tibet. En 4 juni:
de tiende verjaardag van het bloedbad.
Geen jaar voor politieke experimenten.
Bombardement
Tegen ieders verwachting demonstreer
den er plotseling honderdduizenden men
sen in China, minder dan een maand voor
de tiende verjaardag van het bloedbad. Ze
werden toegelaten door de regering. De
reden: de Navo had de Chinese ambassade
in Belgrado gebombardeerd. Volkswoede
die half spontaan, half georganiseerd
leek, werd gericht op de Amerikaanse am
bassade. „Weg met Amerikaans Imperia
lisme" was de leus. Studenten zworen
geen Amerikaanse studiebeurzen meer te
nemen en de Amerikaanse ambassade zag
er na een drie dagen durend bombarde
ment van eieren, verfzakjes, stoeptegels,
en molotovcocktails uit als een surrealis
tisch schilderij.
Het bombardement kwam als een godsge
schenk voor de Chinese regering. Drie
journalisten die omkwamen werden tot
martelaar verklaard, en de Chinese media
openden de aanval op de dissidenten, die
in him visie aan de kant van de Amerika
nen stonden.
De demonstraties hielden even abrupt op
als ze begonnen waren. „Het is een prach
tige uitlaatklep geweest, en de autoritei
ten hebben aan het buitenland kunnen
laten zien dat ze niet bang zijn om demon
straties toe te laten", aldus een waarne
mer in Peking. „Tegelijkertijd hebben ze
een argument in welke discussie dan ook
met het westen: jullie willen mensenrech
ten, maar kijk eens wat je'doet met onze
ambassade.
Voor de dissidenten die na 4 juni 1989 uit
China vluchtten is het bombardement een
ramp: velen wonen nu in het land dat door
Peking als een zwarte duivel wordt ge
zien, en het Volksdagblad, het officiële or
gaan van de CPC nam de gelegenheid al
waar om ze tot „landverraders" te be
stempelen.
„We zullen ons even koest moeten hou
den" vertelt een dissident die in dé VS
woont. „Als de anti-Amerikastemming
weg is kunnen we onze acties voortzetten.
Maar de propaganda is zo invloedrijk,
met name onder de jonge studenten, dat
we het risico lopen om binnen China door
een woedende menigte in elkaar te wor
den geslagen als we voor democratie gaan
pleiten".
Jan van der Made
gen." En terug in Peking? „Ik kon weer te
rug naar mijn oude slaapzaal met twaalf
mensen op stapelbedden in een ver
krampte, naar zweet en urine stinkende
ruimte. Ik heb letterlijk gehuild."
Gebruiken
Jack werd niet alleen gelaten: als een van
de eerste buitenlandse studenten die vrij
willig terugkeerde naar China wilde het
propaganda-establishment hem gebrui
ken. „Ik moest voor de tv, ik moest in de
krant, ze hadden zelfs een lezingencyclus
voor me georganiseerd waarin ik moest
spreken. Ik heb dat allemaal geweigerd
met als argument dat ik te onvolwassen
was. Dat betekende ruzie, maar ik heb
volgehouden."
Jack kon niet op de universiteit blijven, en
na een reeks baantjes bij buitenlandse be
drijven heeft hij nu zijn eigen consultan
cybureau. Waarom Jack terugkwam?
„Het is toch je eigen land. Als je het niet
meemaakt heb je zoveel in te halen. Waar
om Liu wegblijft? „Er valt hier niets te
doen zonder de meest complexe proble
men."
Liu en Jack, ze willen gewoon hun leven
leiden. Maar veel ideeën over hoe ze de po
litiek kunnen beïnvloeden hebben ze niet,
daarom hebben ze waarschijnlijk ook
nooit echte problemen gehad. Wie wel
echte problemen hebben zijn mensen met
meer uitgesproken meningen. Zij die er
geen genoegen mee nemen simpelweg hun
eigen leven te leiden. De studenten, de in
tellectuelen, die voor, en na het bloedbad
ideeën te berde brachten voor een beter
leven, niet alleen voor henzelf, maar voor
het hele land.
Maar Peking is er in geslaagd, door het
bloedbad, en door de consequente onder
drukking van elke vorm van organisatie,
hen de wind uit de zeilen te nemen of ver
deeldheid te zaaien. Eigenlijk hebben ze
de Communistische Partij daar niet voor
nodig.
Misleid
Liu Qing, een dissident die in 1990 naar de
VS vluchtte en nu voorzitter is van de
mensenrechtenorganisatie Human
Rights in China: „Een hoop mensen wor
den hier misleid door de propaganda van
de Chinese Communistische Partij (CCP).
Ze denken dat alle westerse landen er op
uit zijn om de Chinese regering omver te
werpen. En dan kom je uiteindelijk hier,
en dan blijkt dat er niemand heel erg geïn
teresseerd is in Chinese politiek. Als je
denkt dat je hier mensen vindt die je wil
len helpen om de CCP omver te werpen
kun je dat wel vergeten."
Geïsoleerd in een vreemde omgeving pro
beren gevluchte dissidenten zo goed en zo
kwaad als het kan hun leven weer op po
ten te zetten. Yan Jiaqi, voormalig rech
terhand van de in 1989 afgezette partijlei
der Zhao Ziyang erkent dat het met de
samenwerking tussen de overzeese dissi
denten niet al te best gesteld is, maar, zegt
hij, „dat is normaal."
Als in het Witte Huis het woord crisis
valt dan is de eerste vraag van de
president en zijn adviseurs: waar is het
dichtstbijzijnde vliegdekschip? De
nucleair aangedreven USS Theodore
Roosevelt is de ijzeren vuist van de VS in de
zeeën bij voormalig Joegoslavië. Het schip
neemt met 5500 manschappen en 84
vliegtuigen een respectabel deel van alle
missies boven de Balkan voor z'n rekening.
Met een klap landt de Black Stallion-
helikopter op het dek van de USS
Theodore Roosevelt, middenin een hek
senketel. Links schiet een stoomkatapult
een F14 Tomcat met 150 mijl per uur weg.
Rechts draaien vliegtuigen hun motoren
warm. Twee mannen duwen stoïcijns,
vlak langs de draaiende rotors van de heli,
een kar met een lasergeleide bom naar een
vliegtuig.
Honderden technici zwermen als mieren
rond de tientallen kisten. Vliegtuigen rij
den naar hun startpositie. De veil igheids-
man geeft het startsein, de piloot salueert
en met een oorverdovende brul en meters
lange vlammen is de kist in twee seconden
in de lucht. Vijftien seconden later wordt
de volgende afgeschoten. Stoom waait
over het dek.
Op het flightdeck staat een constante
storm van soms 50 kilometer per uur als
het reusachtige vliegdekschip met zijn
twee nucleaire motoren vaart maakt om
de vertrekkende vliegtuigen nog een ex
tra zetje te geven. Het door gemorste olie
en zeewater gladde dek zindert van de hit
te. De matrozen hebben rugzakjes met ijs-
water op hun rug en een slangetje naar
hun mond. Zo houden ze hun handen vrij
en drogen ze niet uit.
Oorlog
De USS Theodore Roosevelt, varend heen
en weer in de Ionische Zee tussen Grie
kenland en Italië, is in 'combat'. De oorlog
is honderden kilometers verderop, in
Kosovo, Servië en Montenegro. De in to
taal 84 vliegtuigen van het vliegdekschip
vliegen bijna dagelijks negentig missies
in of rond de Joegoslavische Federatie.
Met z'n flightdeck van slechts vierenhal
ve hectare beschikt de Roosevelt over
meer vuurkracht dan menig zichzelf res
pecterend land.
De Theodore Roosevelt, 'TR' voor de insi
ders, is in z'n eentje in staat een complete
luchtoorlog te voeren. Het schip beschikt
over vliegtuigen en helikopters voor alle
vereiste disciplines: luchtverdediging,
aanvallen op gronddoelen, vliegende ra
darstations, elektronische oorlogsvoe
ring, tankvliegtuigen en onderzeebootbe-
strijding. In benedendekse hangaars kan
onderhoud gepleegd worden aan vele
vliegtuigen tegelijk. Motoren zijn in en
kele uren tijd te vervangen.
Vier polsdikke staalkabels zijn over het
achterschip van de TR getrokken. Ge
vechtsvliegtuigen cirkelen rond het schip
en wachten op toestemming om te kunnen
landen. Met ongeveer 200 tot 250 kilome
ter per uur komt de tweemotorige F/A-18
Hornet op het achterschip af, uit zijn
staart hangt een tien centimeter dikke
haak. Die moet één van de kabels grijpen.
Op het moment dat het landingsgestel van
de Hornet het dek raakt, remt de piloot
niet maar geeft juist - geheel tegen zijn
natuur in - vol gas. Als de haak de kabel
mist, moet de piloot een doorstart kunnen
maken. Binnen honderd meter, enkele
meters voor de rand, komt de Hornet met
brullende motoren tot stilstand. Terwijl
de kabel wordt strakgetrokken rijdt de pi
loot als een auto zijn vliegtuig weg, de
vleugels opgevouwen. Een minuut later
landt de volgende.
Stress
Starts vanaf een vliegdekschip, maar
vooral de landingen, vormen dagelijkse
routine. Voor de piloten is de stress op die
momenten het grootst. „Het is geen kunst
om een vliegtuig neer te zetten op een run
way van 3,5 kilometer. Dat kan iedereen.
Probeer maar eens te landen op een wie
belend schip met een landingsbaan van
100 meter. Dat is het spannendste dat er
maar bestaat", snoeft de 25-jarige piloot
van een S-3 Viking met de bijnaam Fast.
De 28-jarige F/A-18-piloot met de bij
naam Beavis zegt dat je er nooit aan went,
al ben je honderden keren op een vlieg
dekschip geland, ,,'s Nachts landen op een
vliegdekschip met slecht zicht en storm.
Dat is een nachtmerrie. Het is zo iets als
landen op een onverlichte postzegel. Dat
went nooit. Oorlogsmissies vliegen doet
me minder. Starts en landingen geven
meer stress".
Voor de 21-jarige 'airman' Smith, sleute
lend in de hangar aan een lasergeleide
Maverick, is Kosovo z'n eerste oorlog. Hij
is één van de 5500 meest jonge beman
ningsleden aan boord van de TR. Onder
het flightdeck ligt een complete stad. Voor
wie de weg niet kent is in het duizeling
wekkende labyrint van smalle gangen,
trappen en oneindig lijkende verdiepin
gen zo de weg kwijt.
Acht restaurants telt het schip die samen
achttienduizend maaltijden bereiden.
Amerikanen zijn nergens zonder televisie
en de TR telt er dan ook 3000. Er is een
heus postkantoor, pinautomaten, fitness
ruimtes, kapperszaken, een ijssalon en
een televisiestudio waar 24 uur per dag
uitzendingen worden verzorgd. Iedereen
mag e-mailen met het thuisfront.
Bommen
Sigaretten lichten op in de donkere ruim
te. Op de TR mag maar op drie plaatsen
gerookt worden en 24 uur per dag zijn de
ze raamloze ruimtes stampvol. 'Crack-
houses' worden ze genoemd. In de hangar
onder een vleugel spelen twee matrozen
gitaar. Even verderop, naast op elkaar ge
stapelde op bommen lijkende benzine
tanks, fitnessen militairen om hun condi
tie op peil te houden.
Zes maanden duurt de 'cruise' van een ge
middeld vliegdekschip. Komen de piloten
en de flightdeck-personeel geregeld bui
ten, de meeste van de 5500 bemanningsle
den werken dag en nacht binnen. Zo nu en
dan wordt een haven aangedaan, maar
verveling is één van de meest genoemde
klachten. „Het is best moeilijk om zes
maanden op zo'n schip door te brengen.
Zo'n schip is overbevolkt, lawaaiig en
stinkt.
Je hebt geen privacy en je mist je familie.
Vliegen houdt me op de been", vertelt de
25-jarige piloot 'Fast'.
De rust daalt 's nachts over het schip tus-
sen de starts en landingen door. Maar om
vier uur 's nachts klinkt door alle speakers
'man overboord'. 'Iedereen moet zich
melden'. 5500 matrozen en officieren
staan chagrijnig op en rennen in pyjama's
bijna geluidloos door de gangen voor wat
later een zak afval bleek te zijn die over
boord was gegooid.
Cees van der Laan
Op het dek van de USS Theodore Roosevelt wordt na de start van een vliegtuig weer
druk gewerkt om zo snel mogelijk het volgende vliegtuig te laten vertrekken. Na een
start komt er een grote hoeveelheid stoom uit het dek van een met stoom aangedreven
lier. foto Phil Nijhuis
op het dek aanwezig om
foto Phil Nijhuis
Een inwoner van Peking staat op 5 juni 1989 protesterend op het Plein van de Eeuwige Vrede voor een aantal tanks. foto Reuters
„Kijk naar de verkiezingen in Hongkong.
Daar nemen ook talloze politieke groepe
ringen aan deel. Dat is democratie. Het
enige waar groepen van de democratische
beweging (lees: Chinese dissidenten in
ballingschap) in verenigd moeten zijn is
hun wil een tegenwicht te vormen tegen
de CCP. Uiteindelijk moeten we er naar
streven om directe verkiezingen te heb
ben in het vasteland van China.
Realiteit
Toekomstmuziek? Misschien. Maar tege
lijkertijd vindt er een experiment plaats
in China dat op den duur wellicht kan lei
den tot een transformatie van het land:
„dorpsdemocratie". Het experiment, dat
begon in 1986 houdt in dat dorpelingen
hun eigen dorpschef en de dorpsraad kie
zen. Er zijn meerdere kandidaten per
post, en in maar liefst 7 0 procent van de
gevallen wint de kandidaat die geen lid is
van de Communistische Partij.
Een kandidaat, Wang Xingming, in 1995
geïnterviewd tijdens dorpsverkiezingen
in het dorpje Baimiao in Liaoning was zo
enthousiast, dat hij dacht dat „universeel
kiesrecht niet meer dan drie jaar op zich
zal laten wachten." Maar vandaag de dag
zijn de dorpsverkiezingen, die door Pe-
kings leiders genadeloos als propaganda
worden gebruikt, nog steeds niet naar een
hoger niveau getild. Directe verkiezingen
van bijvoorbeeld lokale vertegenwoordi
gers van de Volkscongressen is nog steeds
niet mogelijk.
Loraine Spiess, werkzaam voor het Inter
national Republican Institute dat was
aangezocht om advies te geven bij het de
mocratie-experiment: „Ze hebben niet
echt een blauwdruk, ze „steken de rivier
over terwijl ze van steen naar steen stap
pen", met andere worden, ze doen het per
dag en houden daarbij de realiteit in het
oog. Maar er is zeker een gevoel van we
hebben er haast mee."
Sidney Jones, directeur Azie van de Ame
rikaanse mensenrechtenorganisatie Hu-
man Rights Watch is sceptisch: „Het is
heel makkelijk om veel vertrouwen te
schenken aan die lokale verkiezingen.
Maar ik denk zeker dat het een positieve
ontwikkeling is. Ik geloof niet dat ze Chi
na in een nacht zullen veranderen, maar
de ideeën die op dit moment gezaaid wor
den zullen dat uiteindelijk wel doen".
Boeken
Peng Ming, activist en leider van de semi-
politieke China Development Union pro
beert te fungeren als een schakel tussen
mensen die „problemen hebben met de re
gering. Je hebt mensen die uit hun huizen
worden gezet zonder compensatie. Arbei
ders die ontslagen worden. Ze krijgen
geen enkele uitleg en worden door de poli
tie bedreigd. Wij stellen een organisatie
voor die wil fungeren als een tussenper
soon. Wij hebben goede contacten met de
regering en de politie. Ze kunnen naar ons
komen, en wij kunnen hun afvaardiging
vormen". Peng Ming beweert dat hij in
een aantal zaken oplossingen heeft kun
nen vinden.
Maar net als in 1993, toen er een relatieve
liberalisering leek te ontstaan, kwam er
eind vorig jaar een keiharde omwente
ling. In 1993 werden de teugels gevierd
Tijdens het starten en landen op het schip zijn er veel mensen
alles in goede banen te leiden.
Een Hawkeye-radarvliegtuig stijgt op vanaf het dek om het luchtruim in de buurt te controleren.