Van nature een rustige jongen
Zwaaien tussen de schoolbankjes
Eerste kaarten van
de nacompetitie
worden geschud
Thaibokser Frans van Wezel gaat voor het allerhoogste
Midden-Zeeuws tafeltennis op twintig tafels
door Jasper van der Bliek
MIDDELBURG - Alles mag.
Slaan, schoppen, stampen en
vasthouden. Op bijna alle delen
van het lichaam, met uitzonde
ring van de edele. Dat klinkt als
gewelddadig, agressief en
bepaald niet vriendelijk. Thai-
boksen is de hardste onder de
vechtsporten. Wie bang is voor
klappen hoort hier niet thuis.
Toch is de sport niet louter het
domein van echte bruten. Inte
gendeel. Frans van Wezel (19)
uit Middelburg beoefent thai-
boksen op hoog niveau en is
naar eigen zeggen een heel rus
tige jongen. Een reeks vragen
aan een ambitieuze sporter - 'ik
ga binnen vijf jaar voor de we
reldtitel' - over de risico's, het
wereldje en de kick van de
knock-out.
Kun je uitleggen wat dat thai-
boksen precies inhoudt?
„Het is de meest complexe en
technische vechtsport. In feite is
alles geoorloofd. Je maakt ge
bruik van alle delen van het li
chaam en in feite zijn al die de
len ook het doelwit. Maar veel
mensen denken dat het gewoon
rammen is, ordinair vechten.
Onzin. Het is een sport die moei
lijk onder de knie te krijgen is."
Het klinkt wel agressief alle
maal.
„Dat is helaas het cliché, dat het
crimineel en zo is. In de praktijk
zijn er weinig echte vechtersba
zen die met verkeerde bedoelin
gen thaiboksen. Die kunnen het
niveau niet aan, en bakken er in
de ring niets van. Het heeft met
karakter te maken en instelling.
Voor mijzelf geldt: in de ring is
het oorlog, en daarbuiten zijn
we allemaal vrienden. En ik
ontken niet dat het een harde
sport is waar rake klappen val
len, maar je hoeft niet agressief
van aard te zijn om te thaibok
sen."
Is het gevaarlijk?
„Er gebeurt natuurlijk wel eens
wat, net als in andere vecht
sporten. Maar het is niet zo dat
er bij elke wedstrijd een ambu
lance nodig is. Ik ben zelf nooit
ernstiger geblesseerd geweest
dan een kneuzinkje. De scheids
rechters houden het over het al
gemeen goed in de gaten. Die
laten echt niet toe dat iemand
helemaal verrot geslagen wordt.
In voetbal gebeurt meer."
Hoe ben je in deze ongebruike
lijke sport terechtgekomen?
„Ik deed eerst aan motorcross,
maar daar ben ik op mijn veer
tiende mee opgehouden. Vervol
gens heb ik een paar jaar niets
gedaan, tot mijn vader vroeg of
ik eens mee ging kijken naar een
training van een vriend van
hem, André Masseurs. Toen ik
het zag was ik meteen verkocht.
Sindsdien leer ik de sport bij
André en ben ik heel snel voor
uit gegaan. Momenteel train ik
vijf, soms wel zes keer per week.
's Ochtends en 's middags. In de
ochtend in Essen, in België,
thaiboksen en in de middag fit
ness en conditietraining. Ik zie
het als mijn beroep."
Wat voor soort bokser ben je?
„Ik ben heel compleet, beheers
alle technieken, zowel het slaan
als het trappen. Ik heb ook geen
speciale voorkeur voor één be
paalde techniek, in tegenstel
ling tot veel anderen, die vooral
voor het trappen gaan. Momen
teel sta ik zesde op de Neder
landse ranglijst, dus de combi
natie die ik hanteer, werkt."
Wat heb je tot nu toe bereikt?
„Van de tweeëntwintig partijen
die ik heb gebokst, heb ik er zes
tien gewonnen. Vier won ik er
zelfs op knock-out, wat een ge
weldige kick geeft. Het gaat dus
zeker de goede kant op. Daar
zitten ook een paar wedstrijden
in het buitenland bij. In Schot
land heb ik gewonnen en in
Frankrijk ook. En in december
ben ik in Turkije geweest. Daar
mocht ik gewoon niet winnen."
Vertel eens.
„Er werd mij gezegd dat ik een
partij moest vechten in Istan
bul, niet voor een titel of zo.
Maar achteraf bleek het om het
Turks kampioenschap te gaan.
Het was wel een geweldige erva
ring. De sfeer in de sporthal was
indrukwekkend, er zaten drie
duizend mensen, van wie de
meesten van die grijzewolf-te-
kens droegen, ook mijn tegen
stander. Het gevecht zelf was
zwaar, maar ik had toch het idee
dat ik had gewonnen. Bleek dat
de jury mij met 10-1 had laten
verliezen! Achteraf bleek dat
dat om veiligheidsredenen was.
Eerder op de dag had een Turk
op knock-out verloren van een
Fransman en toen waren er al
opstootjes geweest. Mijn partij
was de hoofdwedstrijd en de hel
zou losbarsten als ik zou win
nen."
Vind je dat er genoeg waarde
ring is voor je sport?
„Persoonlijk maakt het me niet
zo veel uit dat mensen me niet
kennen. Maar toch... Nederland
is op thaiboksgebied een van de
beste landen van de wereld. We
hebben al een aantal wereld
kampioenen gehad, onder wie
de zoon van mijn trainer. Als je
ziet hoeveel aandacht een Bar
ney krijgt, die wereldkampioen
darten is, vind ik dat wij wel wat
meer verdienen. In landen als
Thailand, Taiwan en Japan ken
nen ze die Nederlanders wel."
Is er veel concurrentie tussen
thaiboksers onderling?
„Ontzettend veel. Maar niet op
een criminele manier of zo. De
reden dat de sport slecht bekend
staat, is dat een klein groepje het
verpest. Als er een keer een
vechtpartij is waar thaiboksers
bij betrokken zijn, komt dat
naar buiten. De meesten gaan
heel sportief met elkaar om"
Ga je het maken in deze sport?
„Dat hoop ik natuurlijk wel. Op
korte termijn wil ik zo veel mo
gelijk wedstrijden winnen en
stijgen op de wereldranglijst. Zo
daag ik komende zondag de Bel
gisch kampioen Johan de Bak
ker uit. Ik denk dat ik tegen hem
behoorlijk kans maak. Hij is
heel technisch, bepaald geen
koekenbakker, maar ik ga er
voor. Als het aan mij ligt, sla ik
hem er in de eerste ronde uit.
Mijn doel is binnen vijf jaar we
reldkampioen te worden. Dat is
niet zomaar een droom, maar
een echte mogelijkheid. Ik heb
een heel goede trainer, ik weet
dat ik het kan, en ik heb er alles
voor over. Het lijkt me schitte
rend om in bijvoorbeeld Japan
tegen de besten te vechten en het
grote geld binnen te halen."
Frans van Wezel: „Voor mijzelf geldt: in de ring is het oorlog, en daarbuiten zijn we allemaal vrienden."
foto Ruben Oreel
Turner Anthony van Assche (10) gaat opgewekt door het leven
door Peter van Kouteren
SAS VAN GENT - Anthony van
Assche is nog maar tien jaar,
maar al aan zijn vierde seizoen
in de nationale turnselectie be
zig. De jonge gymnast uit Sas
van Gent reist dagelijks naar
Rotterdam, om daar een bijna
vier uur durende centrale trai
ning te volgen. Elke keer weer
kijkt hij uit naar het moment
dat zijn ouders hem omstreeks
kwart voor drie uit school opha
len. Zijn doelstelling ligt ver
schrikkelijk ver weg. Als hij op
achttienjarige leeftijd eenmaal
de jeugdrangen mag verlaten,
wil de talenvolle Sassenaar tot
de absolute top doordringen.
I Het klinkt vastberaden uit de
mond van een kereltje van tien
jaar, dat opgewekt door het le
ven gaat en makkelijk pratend
I zijn verhaal doet. Met zijn leng
te (1 meter en 23 centimeter) en
gewicht (21 kilogram) behoort
hij tot de kleinsten van zijn leef
tijd. Anthony van Assche moet
er maar eens om lachen en kan
er niet mee zitten. Hij eet veel,
slaapt goed en lijkt in het beoe
fenen van topsport een uitlaat
klep te hebben gevonden, die -
als prettige bijkomstigheid - als
een rem op zijn bruisende ener
gie werkt. „Stilzitten is voor
Anthony heel moeilijk", weet
zijn moeder Christine, die weet
dat in huis de meubels als het
even kan als gymtoestel worden
gebruikt. Anthony: „Als de
meester het niet ziet, zwaai ik
wel eens tussen twee bankjes in
de klas."
Fratsen
Het is allemaal niks vergeleken
bij de kunsten en fratsen die hij
op jongere leeftijd uithaalde.
Hij was piepklein, toen hij zijn
juf tijdens de kleutergym met
gewaagde oefeningen op de ze-
Met zijn lengte (1 meter en 23 centimeter) en gewicht (21 kilogram) behoort Anthony van Assche tot de kleinsten van zijn leeftijd.
nuwen werkte. „We moesten al
lemaal zulke makkelijke dingen
doen, dat ik er helemaal niks
aan vond", vertelt hij. De kleine
durfal kreeg het voor elkaar om
één keer in de week onder des
kundige leiding bij Thor mee te
trainen, maar wilde al snel meer.
Uiteindelijk zwichtte trainer
Bennie Vermandei (die zelf ooit
Nederlands kampioen was)
voor zijn smeekbedes en mocht
Anthony twee keer per week een
uur trainen. „Maar die andere
kinderen mochten allemaal
twee uur per keer trainen", weet
hij nog.
Nadat hij zijn debuut had ge
maakt op het Nederlands kam
pioenschap, kwam zijn loop
baan in een stroomversnelling.
„Hij werd onverwacht zesde en
de bondstrainer had hem bezig
gezien", zegt zijn moeder. „Om
zijn techniek te verfijnen,
mocht hij in het weekend naar
de centrale trainingen komen."
Daar ging voor de jonge
VLISSINGEN - Zaterdag
wordt in sporthal Groene Woud
te Kapelle voor de zestiende
keer het Midden-Zeeuws tafel
tennis kampioenschap gehou
den. Het evenement, dat geor
ganiseerd wordt door ttv Kapel
le, telt bijna honderd deelne
mers. Ze komen van Noord- en
Zuid-Beveland, Schouwen-
Duiveland en Tholen.
Het toernooi staat open voor
mannen, vrouwen en jeugdspe
lers. Bij de mannen zijn staan de
DE-, F-, G- en H-klasse open.
De vrouwen komen uit in één
klasse, terwijl de jeugd in de ge
bruikelijke junioren-, aspiran
ten-, pupillen- en welpenklasse
is ingedeeld. Daarnaast zijn er
de gebruikelijke dubbelklassen.
In de hoogste mannenklasse
(DE) gaat Christiaan van 't Hof
van Smash'76 uit Sint Anna-
land als favoriet van start. Voor
al de Yerseke-spelers Tromp en
Riedijk kunnen het de Thole-
naar moeilijk maken.
De vrouwen-klasse kent een
grote favoriet: Corine Meester
van Slagvast uit Kamperland.
Wanneer zij aan het eind van de
dag niet met de hoofdprijs huis
waarts keert, zou dat een grote
verrassing zijn. Bij de jongens
junioren is Anne van Dijk van
Smash'76 favoriet voor de titel.
Jan van Stuivenberg van 't Batje
uit Wolphaartsdijk is op papier
zijn grootste belager.
In sporthal het Groene Woud zal
op twintig tafels gespeeld wor
den.Het toernooi begint om 9.00
uur en zal rond 18.00 uur af gelo
pen zijn.
Zeeuws-Vlaming een wereld
open. „We trainden drie uur per
keer en ik vond het gelijk heel
leuk. Nu train ik vijf en heel
soms zes keer in de week. 's
Woensdagsmiddags ben ik vrij
en kan ik met mijn vriendjes
spelen."
Vrije dag
Die ene vrije dag in de week leeft
hij zich uit in voetballen, skeele
ren, het bouwen van een hut of
op de computer spelen. Zijn
prestaties op school houden zo
wat gelijke tred met die in de
zaal. „Aardrijkskunde, taal en
spelling een negen. Rekenen een
acht. Geschiedenis en schrijven
een achtenhalf", somt hij op in
het bijzijn van zijn beste vrien
den Steven de Meijer en Stefan
Zrnic een aantal rapportcijfers
op. „Voor gym heb ik een ne-
genenhalf." Een verontschuldi
gend lachje volgt. „Je krijgt bij
ons op school geen tien op je
rapport."
„Om elke dag op tijd in Rotter
dam te kunnen zijn, mag ik eer
der van school weg. Het is op
school zo gepland, dat elke dag
het laatste halfuur iets leuks
wordt gedaan. Soms vind ik dat
wel eens jammer, maar trainen
is echt heel leuk. In de auto be
gin ik eerst te eten. Een appel,
sinaasappel, banaan, druiven,
kiwi en een komkommer. Soms
eet ik nog kaas met tomaat, 's
Ochtends eet ik één of twee bo
terhammen en tussen de middag
eet ik altijd warm. In de auto
maak of leer ik mijn huiswerk.
Soms is het niet zo netjes ge
schreven natuurlijk, maar dan
zeg ik tegen de juf dat ik in de
auto heb gewerkt. Als we klaar
zijn met trainen, doe ik na het
douchen een joggingspak aan.
Daarna ga ik in de gordel op de
achterbank liggen en val ik in
slaap. Als mijn vader me thuis
uit de auto tilt, word ik meestal
wakker."
„Ik droom er niet echt van, maar
denk wel eens aan het Jeugd EK
in 2004 en de Olympische Spe
len van 2008. Daar zou ik heel
graag bij willen zijn."
Gevaarlijk
Voor Rob Stout, bondstrainer,
staat het vast dat die doelstel
ling haalbaar moet zijn. „Hoe
wel het heel gevaarlijk is om in
de toekomst te kijken. Bij de
bond is maar weinig geld. Zijn
door Barry van der Hooft
VLISSINGEN - Voor veel ploe
gen zit de competitie erop en
zijn de prijzen verdeeld. Eén
van die prijzen, een periodetitel,
geeft recht op een plaats in de
nacompetitie en die gaat ko
mend weekend dan ook van
start.
In de derde klasse A van het za
terdagvoetbal voerde de Meeu
wen lang de ranglijst aan, maar
het was uiteindelijk Heinkens-
zand dat de titel in de wacht
sleepte. De Meeuwen eindigde
als tweede en mag nu proberen
om via de nacompetitie een
plekje in de tweede klasse te
veroveren. Eén van de spelers
die hier zijn steentje aan bij zal
dragen is de 21-jarige Martijn
Hengst.
Dat zijn ploeg als favoriet aan
de nacompetitie (met verder
Apollo'69 en Bevelanders) be
gint, vindt hij vrij logisch. „We
hebben in de laatste drie wed
strijden weer goede resultaten
neergezet en gezien de eind
stand op de ranglijst gaan wij
als favoriet van start. Ik vrees
meer voor Apollo dan voor Be
velanders, al hebben die na
tuurlijk weer wel de derde pe
riode gepakt. Dat doen ze vol
gens mij bijna ieder jaar", ver
telt Hengst.
Martijn Hengst hoopt via de na
competitie zijn seizoen nog goed
af te sluiten, want een blessure
hield hem enige tijd aan de kant.
Hengst: „Ik heb ongeveer zeven
weken niet kunnen spelen van
wege ingescheurde enkelban
den. Afgelopen zaterdag heb ik
weer voor het eerst twintig mi
nuten meegedaan en gelukkig
nog een doelpuntje meegepikt.
Voor de wedstrijd tegen Apollo
ben ik dan ook optimaal gemo
tiveerd." Mocht de Meeuwen via
de nacompetitie promotie af
dwingen, dan moet de ploeg de
tweede klasse aankunnen.
„Maar dan moeten we wel alle
spelers erbij hebben, want als
we net als dit seizoen met veel
blessures te maken krijgen, dan
zie ik het somber in. Aan de an
dere kant hebben veel jeugdspe
lers door die blessures ervaring
hebben opgedaan. Dat is mis
schien wel een voordeel. Zij
kunnen dan ook iets extra's
brengen", vindt Hengst.
De wedstrijd van komende za
terdag tegen Apollo ziet hij vol
vertrouwen tegemoet. „Ik weet
bijna zeker dat wij gaan win
nen. Het gevaar van Apollo is
bekend, maar daar zullen wij
ons niet aan aanpassen. Wij
moeten het spel maken en laat
Apollo zich maar aan ons aan
passen", aldus een zelfverzeker
de Martijn Hengst.
Apollo'69
Voor aanvang van het seizoen
rekende bij Apollo niemand op
een periodetitel. De ploeg
draaide echter goed en nacom
petitie werd een feit. Eén van de
pijlers binnen het team is aan
valler Jean-Paul Harthoorn.
Met zijn 26 treffers had hij een
groot aandeel in de goede resul
taten, maar een ander aspect
telde in zijn ogen ook zwaar
mee.
„De onderlinge sfeer binnen de
groep is gewoon heel goed. Ik
denk dat dat dit seizoen heel be-
langrijk is voor ons. Als de sfeer
goed is dan ben je al een heel
eind op weg. Dat heb ik bij ons
wel gemerkt." Apollo had niet
echt een goede generale voor de
wedstrijd tegen de Meeuwen,
want de laatste competitiewed
strijd tegen Bevelanders ging
met 3-1 verloren. „Iedereen is
echt al heel lang met die wed
strijd bezig en dat kon je zater
dag ook merken. We moeten ge
woon zorgen dat we ons eigen
spelletje spelen zoals we dat al
een heel seizoen doen. Dan heb
ben we tegen Bevelanders een
goede kans en tegen de Meeu
wen moeten we het maar af
wachten. Dat is toch een tegen
stander van formaat", vindt 'Pi
no' Harthoorn.
Kapelle
In de tweede klasse van het za
terdagvoetbal staat door de
deelname van Kapelle, SSV'65
en Terneuzense Boys een drietal
interessante nacompetitie-
duels te wachten. De aftrap is
zaterdag in Kapelle, waar de
plaatselijke trots Terneuzense
Boys ontvangt. „Dat we thuis
spelen is misschien een voor
deel, maar het wordt een hele
moeilijke wedstrijd. Terneuzen
se Boys ligt ons niet", vindt trai
ner Joost Folmer. „We zijn dan
wel de productiefste ploeg van
deze klasse, maar tegen Terneu
zense Boys hebben we dit sei
zoen nog niet gescoord."
Promotie naar de eerste klasse
zou voor de naar SSV'65 ver
trekkende Folmer een mooi af
scheid zijn. Folmer: „Ik vind het
veel belangrijker voor de club,
dan voor mijEr is de laatste ja
ren organisatorisch veel veran
derd bij Kapelle en op promotie
is men berekend. Maar het is
geen must."
Folmer is dus volgend jaar in
dienst van SSV'65, één van de
tegenstanders in de nacompeti
tie. Tegenstrijdige belangen?
„Nee", zegt Joost Folmer. „Ik
werk op dit moment volledig in
dienst van Kapelle en ik hoop
dat Kapelle promoveert.
SSV'65 is pas van later zorg",
aldus Folmer.
Vierde klasse
De nacompetitie in de vierde
klasse van het zaterdagvoetbal
vangt aan met de wedstrijd tus
sen Wolfaartsdijk en Nieuw-
dorp. Gezien de ranglijst is
Wolfaartsdijk de absolute un
derdog, want tussen de ploeg
van Carlos de Jonge en tegen
stander Nieuwdorp zat in de
eindrangschikking een gat van
zestien punten.
„Daar ben ik het wel mee eens",
zegt trainer Carlos de Jonge.
„Het puntenverschil is best
groot te noemen. Maar dat komt
doordat Nieuwdorp tot het
laatst voor de titel hebben mee
gestreden. Wij zijn na het win
nen van de eerste periode afge
vallen voor het kampioenschap
en hebben toen eigenlijk alle
pijlen op de nacompetitie ge
richt. De scherpte was weg."
Die scherpte zal tegen Nieuw
dorp weer aanwezig moeten
zijn, wil Wolfaartsdijk een ac
ceptabel resultaat behalen. De
Jonge: „Over het geheel gezien
is Nieuwdorp de betere ploeg.
Ze hebben een aantal spelers die
een paar klassen hoger hebben
gespeeld en zijn dus een stuk ge-
routineerder. Maar we gaan ge
woon voor de volle winst.
„Datzelfde zullen wij doen",
zegt Peter Wolse van Nieuw
dorp. „Het zal niet meevallen
om de nacompetitie te winnen.
Alledrie de ploegen zijn aan el
kaar gewaagd. Wolfaartsdijk is
een ploeg met veel inzet en een
redelijk goede voorhoede. En
Nieuwland heeft niet voor niets
de minste tegendoelpunten van
de gehele vierde klasse."
Een moeilijke klus dus voor
Nieuwdorp, maar Wolse ziet het
duel vol vertrouwen tegemoet.
„Zaterdag tegen Wolfaartsdijk
gaan we voor drie punten en
niks minder. En van Nieuwland
hebben we in de competitie twee
keer verloren. Ik verzeker je dat
we dat geen drie keer gaan
doen", beweert Wolse.
foto Charles Strijd
toekomst hangt helemaal af van
de goodwill in Zeeland. Maar hij
heeft absoluut mogelijkheden
om op het EK voor jeugd tot
achttien j aar te gaan scorenHet
is een heel lange weg tot senio
renturner. Maar als hij zich zó
blijft ontwikkelen, dan heeft hij
een kans om echt mee te doen.
En dan bedoel ik niet erbij zijn,
maar echt meedoen."
„Hij is een vrolijke turner, die
met heel veel plezier traint. An
thony is heel getalenteerd en
verschrikkelijk sterk. Hij weegt
niet veel, maar beheerst al heel
veel krachtonderdelen. Ik zie
hem elke keer weer vooruit
gaan.
Stout heeft dan ook veel ver
trouwen inhet jonge talent. „Hij
beheerst de oefenstof voor de
volgende leeftijdscategorie al
helemaal. Het is een heerlijk
ventje om mee te werken. Hij be
hoort overigens tot een heel ge
talenteerde groep. Uitzonder
lijk goed. Ik betrap Anthony er
soms wel eens op dat hij te seri
eus bezig is. Als hem iets niet
lukt, kijkt hij chagrijnig. Dat
mag niet, vind ik. Hij moet er
plezier in hebben. Daar waak ik
over."
Meeuwen-spits Martijn Hengst is lang geblesseerd geweest, maar
morgen staat hij weer aan de aftrap van de nacompetitie.
foto Dirk-Jan Gjeltema