Duik in het jodendom
Glossy vol misdaad
Mannen, bruut en slap
«7p kunst
tux* cultuur
Zimler scoort met
Laatste kabbalist
van Lissabon
Tsruya
Shalev
2
13
SI
De meeste Amerikaanse
uitgevers denken dat lezers
dom zijn, zegt de auteur van De
laatste kabbalist Richard
himler. „Ze geloven dat lezers
alles voorgekauwd willen
Rebben. Bovendien konden de
i uitgevers Portugal niet eens
aanwijzen op een kaart, dus
Jjingen ze er automatisch van uit
j dat de lezers het al helemaal niet
tonden doen."
^Zelfs nadat het boek was
vertaald en gepubliceerd in
Portugal - en binnen een maand
caarde top van de bestsellerlijst
'Ij sprong - kreeg hij het niet voor
alkaar dat zijn agent in New
York hem terugbelde. En dus
ontsloeg hij de man. Zimler
besloot om zelf buitenlandse
ëtn5 uitgevers te benaderen. Zijn
(jjend moest voor zijn werk
]U v naar Parijs en hij besloot mee te
gaan, inclusief manuscript. De
franse uitgevers waren razend
aithousiast en er ontstond zelfs
jen kleine bied-oorlog.
Als een rij dominostenen volgde
groot deel van Europa.
i jedig was Zimler verzekerd
van contracten met uitgevers in
Juitsland, Italië, Spanje,
Ingeland en zelfs Brazilië.
Zimler tekende bij een nieuwe
agent en eindelijk, vijf jaar
nadat de New Yorkse uitgevers
voor het eerst zijn manuscript
weigerden, gaf Overlook Press
De laatste kabbalist van
Lissabon uit. Tegen die tijd was
it boek al een bestseller in
ié en Brazilië.
denk dat wat er gebeurd is
iet mij n boek perfect weergeeft
it de zwakke kanten van het
ïerikaanse uitgeversstelsel
ijn", zegt Zimler. „Wanneer een
oek langskomt dat niet voldoet
'Ban een formule, weten de
'Jjütgevers simpelweg niet wat ze
nee aan moeten. Ze
schouwen het als een object
ïeen andere planeet.
;ker, De laatste kabbalist van
mbon valt niet makkelijk in
in hokje te plaatsen. Het is een
lieke mengeling van een
riller en een historische
iman, waarin een verhaal
irdt verteld over intolerantie
lover de diepere betekenis van
id, misdaad en geweld. Meer
i dat is het een boek dat
ïIwï faa^in kabbala, de
Soterische ('alleen voor
sgewijden/ deskundigen') kant
,anhet jodendom, waarin men
ach bezig houdt met de
aythische interpretatie van de
ieilige Schrift,
let verhaal speelt zich af
gedurende de massaslachting
an joden in het Lissabon van
506. Eind 15e eeuw belanden
wel joden, op de vlucht voor de
Spaanse inquisitie, in Portugal,
a plaats van hen uit te wijzen
tracht de Portugese koning hen
othet christendom te bekeren,
'ele van deze Nieuwe
Christenen blijven echter in het
eheim hun joodse rituelen
üitoefenen.
Inapril 1506, tijdens het joodse
alf Europa lag binnen een mum
van tijd aan zijn voeten, maar in
zijn eigen land, de Verenigde
Staten, zagen ze niets in zijn boek.
De ene uitgever na de andere wees zijn
manuscript van
De laatste kabbalist van Lissabon af. Hoewel
Amerikaanse uitgevers vonden dat het
moord-mysterie, gesitueerd in het 16e-
eeuwse Lissabon,
interessant en goed geschreven was,
concludeerden ze dat het niet zou verkopen.
Richard Zimler: „Het voelt goed om te kunnen bewijzen dat al die mensen die dachten dat mijn boek niet zou verko
pen, hetsimpelweg bij het verkeerde eind hadden." foto Marco Okhuizen
idrc
aasfeest, worden zo'n
tweeduizend Nieuwe
Christenen uit hun huizen
ore gesleept, vermoord en
rervolgens verbrand op het
lossio, het grote plein van de
Portugese hoofdstad. Tegen
seze achtergrond probeert een
Sctieve jonge Joodse
5 nanuscriptverluchter,
>n Berekiah Zarco, de moordenaar
"anzijn geliefde oom en mentor,
ien prominente kabbalist, te
inden.
loor de pogrom - en daarmee
a ware gebeurtenis - tot
achtergrond van mijn boek te
eel:
maken, moest ik wel schrijven
over serieuze onderwerpen,
waar 'for bad and for worse'
schrijvers altijd over schrijven:
liefde, dood en opoffering. Maar
wat voor mij vooral belangrijk
is in het boek, is de betekenis
van één enkel leven. Je afvragen
wat de zin is om hier op aarde
zijn", aldus Zimler.
Opgevoed door een
communistische vader en een
moeder met een traditionele
joodse achtergrond, groeide
Zimler op als een seculiere jood.
Zijn religieuze leven bestond uit
'bar mitswa's en trouwerijen'.
Op zijn dertiende at hij voor het
eerst ham, want: „We aten het
niet omdat we er iets tegen
hadden, maar omdat mijn
moeder niet wist hoe ze het
moest kopen bij een slager. Ik
was direct dol op ham en
sindsdien heb ik alles gegeten
wat God verboden heeft."
De nu 43-jarige Zimler kreeg
zijn inspiratie voor De laatste
kabbalist zo'n tien jaar geleden
toen hij door de boekenkast van
zijn moeder aan het struinen
was in zijn geboortehuis in
Roslyn Heights, een klein
dorpje buiten New York. Hij
vond een kroniek over
Hebreeuwse
manuscriptverluchting. Zo
ontstond het idee voor een
fictieve joodse
manuscriptverluchter: meester
Abraham Zarco. Een groot
aantal bladzijden van de
kroniek kwamen uit Portugal,
een land dat Zimler al
verschillende malen had
bezocht. Het geval wil zelfs dat
zijn vriend een in Mozambique
geboren Portugees is en ze al
enkele keren hadden
gediscussieerd over verhuizen
naar Portugal.
Zimler studeerde muziek en
theologie aan de Duke
University in North Carolina en
journalistiek aan de Stanford
University in Californië. Van
1983 tot 1986 zorgde hij voor het
interne magazine van een groot
bedrijf in San Francisco.
Vervolgens werd hij freelance
journalist en publiceerde korte
verhalen in diverse
tijdschriften. Maar nooit
voltooide hij een roman. „Ik heb
het geprobeerd, maar ze
belandden allemaal in een
lade", zegt Zimler. „Toen begon
ik met De laatste kabbalist en
dat absorbeerde me helemaal."
Vastbesloten om historisch en
filosofisch correct te zijn, begon
Zimler met onderzoek naar de
Portugese geschiedenis en
joodse tradities in de
bibliotheek van de Berkeley
universiteit. Een jaar later, in
1990, verhuisde hij naar Porto
in Portugal, alwaar hij docent
journalistiek werd aan de
universiteit. Een jaar lang ging
al zijn vrije tijd op aan
onderzoek en nog eens twee jaar
aan het schrijfproces. Toen zijn
agent in New York vervolgens
twee jaar lang geen succes had
bij Amerikaanse uitgevers,
kreeg hij een ingeving: waarom
zou hij het niet aan een
Portugese uitgever laten zien?
Via vrienden vond hij een
uitgeefster die geïnteresseerd
was én Engels kon lezen.
Zimler: „Het enige wat ze vroeg
was: wat wil je op de cover?"
In april 19 9 6 lag het boek
vertaald en wel in de Portugese
winkels. De Portugezen waren
er weg van en het schoot naar de
nummer één positie van de
bestsellerslijst. „Ik ben in
tranen uitgebarsten toen ik het
hoorde, maar niet alleen van
blijdschap, meer nog van
dankbaarheid en stress."
Zimler werd min of meer een
beroemdheid. „Gelukkig is er
nog rechtvaardigheid", lacht
Zimler. „Het voelt goed om te
kunnen bewijzen dat al die
mensen die dachten dat het niet
zou verkopen, het simpelweg bij
het verkeerde eind hadden. De
grote les die ik hiervan geleerd
heb isdat als j e ergens heel hard
voor gewerkt hebt, en je bent er
zelf weg van en je gelooft er zelf
in, ook al is het afgewezen: blijf
het gewoon overal proberen."
Inmiddels is Zimler al weer
bezig aan zijn vierde roman.
Zijn tweede titel, Unholy
Ghosts, is net uit in de Verenigde
Staten. „Ik was bang dat ze het
boek niet wilden, want het is
totaal iets anders dan De laatste
kabbalist. In de VS willenze van
een succesformule steeds
hetzelfde, dat zie je maar aan
Rocky 1,2,3 enz. Maar de
uitgever vond het boek Unholy
Ghosts) geweldig, zonder dat hij
wist dat ik ook De laatste
kabbalist had geschreven.
Achteraf vond hij het alleen
maar prima dat ik al een naam
had."
Mariëlle Nijland
Richard. Zimler: De laatste kabba
list van Lissabon - Uitgeverij
BZZTÖH - 286 pag., 34,50 - ISBN
90 5501 6101.
Tfaliber. Dat is de voorlopige
jl\.titel van het tijdschrift over
misdaad, literatuur én mis
daadliteratuur, waarmee thril
lerauteurs Tomas Ross en René
Appel de bladenmarkt willen
bestoken. Een nulnummer van
het blad wordt in j unide Maand
van het Spannende Boek, aan
uitgevers en adverteerders ge
presenteerd. Het eerste nummer
van Kaliber, dat in een drie
maandelijkse frequentie moet
gaan verschijnen, ligt in sep
tember in de winkel.
Volgens Ross, die samen met
collega Appel de eindredactie
doet, wordt Kaliber 'zeker geen
mïsdaadclubblaadje'. „Elke af
levering zal zo'n 120 pagina's
gaan tellen, met twintig pagi
na's aan advertenties. Het wordt
ook veel meer glossy dan 'Hard
Gras' (het literaire voetbaltijd
schrift), er zitten veel foto's in.
We hebben ook een hele staf aan
medewerkers, van Adriaan van
Dis tot Peter R. de Vries. Baan-
tjer mag ook meedoen."
Ross, wiens Bijlmer-thriller De
vlucht van de 4de oktober na de
parlementaire enquête weer een
herdruk beleeft, benadrukt dat
het blad een breed scala zal be
strijken. „De kopij voor de eer
ste twee nummers is inmiddels
binnen. We hebben een inter
view met Winnie Sorgdrager,
een kort verhaal van John le
Carré, poëzie van Jean Pierre
Rawie. Natuurlijk zijn er boek
recensies, maar er is ook een es
say over witteboordencrimina
liteit en een artikel over wat er
in gevangenissen gelezen
wordt." Verder publiceert het
blad verhalen van de Zweedse
schrijfster Maj Sjöwall en haar
Belgische collega Jef Geeraerts.
Ross gokt erop dat uitgevers ook
graag een voorpublicatie van
een nieuw boek in het blad wil
len hebben. „Zelf ben ik niet zo
dol op Tom Clancy, maar als we
een hoofdstuk van zijn nieuwe
boek kunnen afdrukken, doen
we het. De nieuwe Ruth Ren-
dell? Prima."
Over de oplage zijn nog geen
knopen doorgehakt, maar de
initiatiefnemers gaan ervan uit
dat er van elk nummer twintig
tot vijfentwintigduizend exem
plaren gedrukt gaan worden.
Het blad wordt op de markt ge
bracht door de uitgeverijen
Scepter en Anthos, de laatste
verzorgt de distributie. Of het
tijdschrift Kaliber blijft heten,
is nog de vraag. Eerder droeg het
blad al de werktitel 'De infor
mant'.
Ross: „Ik vraag nog steeds aan
mensen of ze een betere naam
weten." GPD
vertaald
Lisa St.Aubin de Teran: De tij
ger (Meulenhoff, 351 blz.,
39,90, vertaald door Anneke
Goddijn). In de Nieuwe roman
van de Engelse schrijfster Lisa
St.Aubin de Teran draait alles
om een oude vrouw van Pruisi
sche afkomst, die iedereen om
zich heen als slaaf behandelt.
Zij meent bij haar kleinzoon
Lucien iets van haar meedogen
loze karakter terug te zien. Door
hem afwisselend te aanbidden
en te martelen, leert ze hem wat
tirannie en macht in feite zijn.
Zelfs na haar dood is haar in
vloed merkbaar als een boze
geest die verborgen zit achter
het vriendelijke karakter van de
man.
Stuart Harrison: De Sneeuw-
valk (Van Holkema Waren-
dorf, 335 blz., ƒ34,90, vertaald
door Anneke Goddijn en Fien
Volders). In een kleine Noord-
Amerikaanse stad proberen een
jonge vrouw en haar getrauma
tiseerde zoon hun leven weer op
te bouwen na een dodelijk
jachtongeluk van de echtgenoot
en vader. De terugkeer van een
man naar zijn geboortestreek
veroorzaakt een golf van emo
ties onder de bewoners van deze
hechte gemeenschap en de jonge
vrouw wordt tegen haar wil
meegesleurd in een onvermijde
lijk drama. Debuutroman.
heid aan de hand van waar ge
beurde en fictieve verhalen.
In de Salamander Klassiek-
reeks (Querido, gebonden) ver
schenen: Frederïk van Eeden:
De kleine Johannes (160 blz.,
17,90, met een nawoord van
Jan Fontijn); Vergilius: Aeneis
(390 blz., 19,90, vertaald door
M.A Schwartz); Theo Thijssen:
Kees de jongen (456 blz.,
19,90, met een nawoord van
Willem Wilmink); Multatuli:
Max Havelaar (322 blz., 17,90,
met een nawoord van J.J. Over
steegen) en Franz Kafka: Het
slot (438 blz., 19.90, vertaald
door Willem van Toorn en Gerda
Meijerink en met een nawoord
van W.F. Hermans).
thriller
proza
Marcello Baete: De wind is rood
(Bert Bakker, 184 blz., 29,90).
Nieuwe roman van Marcella
Baete (1939) over de zusjes Flo
rence en Isabeau. Hun moeder
stond hen af om carrière te kun
nen maken. Na jaren ontmoeten
de twee elkaar.
Grootouderen (Novella, 128
blz., 16,90). Eerder gepubli
ceerde verhalen over grootou
ders en kleinkinderen. Met bij
dragen van onder meer Bertus
Aafjes, Willem Wilmink, Inez
van Dullemen en Annemarie
Oster.
herdrukt
Julian BarnesEen geschiedenis
van de wereld in 10 hoofdstuk
(Singel Pockets/De Arbeiders
pers, 409 blz., 15.-). In tien
verhalen en een slotbeschou
wing confronteert Julian Bar
nes de lezers met - meestal - een
gesloten gemeenschap die op
een schip op zee voor een fatale
dreiging staat. Barnes schrijft
zijn geschiedenis van de mens-
Alessandro Perissinotto: Het
jaar dat ze Rosetta vermoord
den (Serena Libri, 206 blz.,
29,90). In 1944 is in een van de
dorpjes van een geisoleerde ge
meenschap in de Italliaanse Al
pen een jonge vrouw met inge
slagen schedel gevonden. Het
onderzoek werd al snel afgeslo
ten: zij zou door de partizanen
zijn vermoord, op grond van
vermeende collaboratie met de
Duitsers. Twintig jaar later
krijgt een commissaris uit de
stad opdracht de zaak opnieuw
te onderzoeken. Zij bevindin
gen worden door de dorpsge
meenschap niet op prijs gesteld.
Andrea Camilleri: De stem van
de viool (Serena Libri, 275 blz.,
32,50). Vierde thriller van de
Italiaanse regiseur en schrijver
van thrillers en romans Andrea
Camilleri met de laconieke
commissaris Salvo Montalbano
in de hoofdrol. Aan de rand van
de stad wordt een jonge vrouw-
gewurgd in een verlaten bunga
low gevonden. Montalbano pro
beert zich, ondanks zijn eigen
amoureuze verwikkelingen, te
verplaatsten in de gedachten-
wereld van de onbekende moor
denaar.
Tim Binding: De perfecte exe
cutie (De Prom, 285 blz.,
39,90). Jeremiah Bembo, eige
naar van een kleine pub, praat
nooit veel over zijn vroegere le
ven: van 1944 tot 1964 was hij de
laatste officiële beul van Enge
land. Vanwege zijn beroep moet
hij een dubbelleven leiden, een
gegeven dat nog ingewikkelder
wordt wanneer hij wordt gecon
fronteerd met een moordzaak
die zijn eigen leven raakt.
16e Agatha Christie Vijfling
(Luitingh-Sijthoff, 408 blz.,
geb., 39,90). Vijf Christie-de
tectives gebundeld: Moord in
het flatgebouw, Schuldig in ei
gen ogen, Moord op het medium,
Waarom Evans niet? en Wurger
in spiegelbeeld.
Katharine Clark: Het verloren
kind (Luitingh-Sijthoff, 316
blz., 27,90). Een nachtmerrie
wordt werkelijkheid als de ou
ders van een negenjarige jongen
ontdekken dat hun zoon spoor
loos is verdwenen. Er zijn geen
getuigen die de jongen naar huis
hebben zien fietsen en er zijn
geen verdachten. In tegenstel
ling tot de vader blijft de moe
der wanhopig zoeken naar hun
zoon. Debuut van de Ameri
kaanse advocate Katharine
Clark.
Patricia Cornwell: Kay Scar-
petta thrillers (Luitingh-Sijt
hoff, 930 blz., geb., 49,90). De
eerste drie thrillers waarin pa-
thololoog-anatoo, Kay Scar-
petta de hoofdrol speelt, gebun
deld: Fataal weekend, Corpus
delicti en Al wat overblijft.
Patricia Cornwell
rsruya Shalev - geboren in 1959 - veroor
zaakte in haar eigen land Israël een golf
ran opschudding en opwinding met haar
sman Liefdesleven. In dit boek, dat ge-
:hreven is in een koortsachtige stijl, krijgt
en jonge, getrouwde vrouw een vurige,
naar vernederende relatie met een studie
vriend van haar vader. Een vrouw die haar
eputatie vergooit aan een brute, oude man
de expliciete en gevoelloze seks - in Israël
Jas het ongehoord. „Veel vrouwen hebben
e(jjijn boek als een therapie ervaren."
Ze vraagt keurig voor elke sigaret die ze op-
iteekt of ze geen overlast veroorzaakt. Min-
laam nipt ze van haar bronwatertje. Voor
al, lichtig proeft ze van een Belgische praline.
feruya Shalev is het toonbeeld van bescha-
tag. Ze staat daarmee in scherp contrast
ien "et Ja'ara, de vrouwelijke hoofdpersoon
fan haar roman Liefdesleven, die in haar
ieboorteland Israël een Sinaï aan stof heeft
loen opwaaien.
'a'ara is een jong getrouwde studente. Op
«n dag loopt ze letterlijk tegen Ariëh E wen
een studievriend van haar vader. Hij
bet de deur voor haar open wanneer ze hals
ver kop bij haar zieke moeder wordt geroe-
en. Niet een man die deugt of aantrekkelijk
verkomt, deze Ariëh. Maar iets in deze bru-
zers in Ja'ara herkend. Ze kreeg meer dan
een postzak aan reacties. „Vooral van vrou
wen, maar ook best veel van mannen. Ik
denk dat dit een boek is voor sensitieve
mannenSommige wouwen schreven dat ze
het boek hadden gelezen met het idee dat ik
hun leven had beschreven. Ze hadden het
als een soort therapie ervaren. Als een be
vrijding ook, een bevrijding uit de beklem
ming van het huwelijk."
Ja'ara gaat weg bij haar man Jonni, een
slappeling van jewelste. Na de relatie met
Ariëh kiest ze haar eigen weg. Gelouterd,
maar niet voordat ze alle vormen van verne-
Tsruya Shalev: „Een vrouw die voor zichzelf kiest, dat is toch positief?"
foto Frank Uijlenbroek
sman maakt een gevoel in Ja'ara los waar
e niet tegen gewapend is. Tegen beter we-
in zoekt ze hem thuis op en dan begint
en hartstochtelijke, maar tegelijkertijd
oor haar zeer vernederende, soms maso-
riistische relatie tussen de jonge vrouw en
e oudere man.
Het is dat Tsruya Shalev er zelf over begint,
want ernaar wagen zou onbeleefd zijn,
maar er zit een behoorlijke portie eigen er
varing in de roman verwerkt. „Ik zie het le
ven zo als het in mijn boek beschreven staat.
Ik heb er zelf veel van meegemaakt. Ik heb
heel wat moeten verwerken voor ik me vol
wassen voelde." Liefdevol spreekt ze over
Ja'ara als 'mijn kleine zuster'. En Ariëh, dat
is 'een fantasie van de slechtste soort'. „We
hebben allemaal wel een fantasie waarin we
tot slaaf worden gemaakt of vernederd. Vol
gens mij is dat een collectief gevoel."
In Israël hebben zich in ieder geval veel le
dering diep in de ogen heeft moeten kijken.
„In Israël woegen ze me allemaal naar dat
einde. Waarom ging ze niet terug naar Jon
ni, woeg de een. Waarom bleef ze niet bij
Ariëh, vroeg de ander. Maar ik vond het juist
zo positief dat ze als vrouw voor zichzelf
koos. Ik was aanwezig bij een college op de
universiteit over mijn boek. De lector noem
de het 'een pessimistisch boek', maar dat
kon ik toch echt niet met hem eens zijn. Een
wouw die voor zichzelf kiest, dat is toch po
sitief?"
Ze heeft het gevoel dat ze een taboe heeft
doorbroken. Het taboe op het feit dat wou
wen zo hun eigen kijk op relaties hebben en
dat die kijk totaal afwijkt van hoe mannen
deze inschatten. „Veel mannen woegen me
hoe ik haar in wedesnaam zo'n leven kon la
ten leiden. Ze willen niet weten dat dit soort
levens ook bestaat. De postzak bewees dat
dat wel degelijk het geval is."
Elf jaar geleden publiceerde Tsruya Shalev
haar eerste boek. Ze stamt uit een literaire
familie. Haar vader schrijft en Meir Shalev,
die vorig jaar nog op tournee ging door Ne
derland, is een volle neef van haar. Haar de
buut was een dichtbundel. „Poëzie schreef
ik al vanaf mijn kindertijd. Maar opeens zat
ik een roman te schrijven. Ik schrijf nu hele
maal geen gedichten meer. Proza past qua
tempo beter bij hoe ik denk. En zeker in de
stijl die ik hanteer.
Een snelle stijl, op het gejaagde af. Lange
zinnen, veel komma's. Doet sterk denken
aan de aloude monologue interieur. De stijl
zuigt de lezer mee, de als een koortsdroom
verwoorde gedachtestroom van Ja'ara in.
„Deze vorm past goed bij haar. En bij mij, bij
mijn manier van denken en schrijven. De
taal past bij haar jachtige leven en haar ob
sessies."
In den beginne had ze alleen Ja'ara maar.
„Ik wist niet hoe het zou eindigen. Zo wil ik
schrijven. Zonder schema's vooraf. Ik wil
zelf ook verrast worden. Ik ben niet iemand
voor schema's. Als ik aan het begin het einde
al weet, krijg ik een boek niet eens af, denk
ik. Alles moet open zijn. Alles moet kunnen
gebeuren. Net als in het leven zelf."
Zo is dus ook dat eind bijna organisch uit
het schrijfproces en het verhaal voortgeko
men. „Ik wist ook niet wat Ja'ara zou over
komen. Zou ze teruggaan naar haar man?
Maar dat kon ze niet, meende het verhaal.
Klinkt gek misschien, maar ik was er zelf
ook ondersteboven van. Maar als ik me in
haar situatie verplaats, was ik ook niet te
ruggegaan. Ik respecteer haar beslissing."
Wie zo over de hoofdpersoon van een zelfge
schreven roman spreekt, moet er wel heel
dicht op hebben gezeten. „Ja'ara zat nog
lang in mijn hoofd, ja. Ik voelde me lange
tijd als haai-, ik dacht als haar. Ze zit er nog
wel, maar ik negeer haar nu. Ze is hartstikke
kwaad. Maar er zit nu een andere wouw in
mijn hoofd, voor mijn volgende roman."
Het gaat interessant worden welke man
nenfiguren ze in die volgende roman gaat
opvoeren. In Liefdesleven staan de slechte,
onaantrekkelijke bruut Ariëh en de slappe
dweil Jonni wel zeer ver uit elkaar. „Ik zou
Jonni lief willen noemen. Maar inderdaad
eerder slap dan lief. Sorry, maar toen ik dit
boek schreef zag ik mannen zo. Ik dacht dat
alleen deze twee categorieën bestonden. Ik
weet nu dat aantrekkelijke mannen niet per
se ook slecht hoeven te zijn."
Theo Hakkert
Tsruya Shalev: Liefdesleven. Roman - Vertaling
Shulamith Bamberger - Uitgeverij Vassallucci -
276 blz., f 44,90 (gebonden).
vrijdag 9 april 1999