Laf leven, laf sterven Is u tuin al winterklaar? Amerikaanse droom inspireert niet meer Strijdbare poëzie van Rendra Taal van Koot Bie Bret Easton Ellis 11 in zijn inleiding, een ongelooflijke prestatie. Wie die woorden en uitdrukkingen niet pre cies kent, staat terzijde van de communica tie of crommunicatie zoals de heren zelf zei den. Wie wil weten wat dat betekent moet maar eens een proef nemen bij sprekers van het Nederlands in een ander land. Confronteer Vlamingen bijvoorbeeld maar eens met dat Nederlands waar veel Koot en Bie in zit, aangelengd met jongerentaal of media- lands. Ze kijken je verbijsterd aan, zeker als je een snufje poldemederlands in de uit spraak doet, met lange aai's, oous voor oo, en zo verder gezegd. Of vertoon op video aan studenten Nederlands in een Oost-Euro pees land een Koot Bie-programma. Ze hebben hun standaard-Nederlands geleerd uit zorgvuldig samengestelde leerboeken, ze hebben docenten gehad die in veel geval len dat moderne Nederlands niet dagelijks horen in buitenlanden. Die vreemdwonen- de sprekers van onze taal weten niet waar Koot Bie het over hebben, wat er aardig aan is. Ik ben Cock van der Laak en wel hierom. Mogen wij even overgevenMogen wij even een teiltje. Mensen hou het simpel, Leef met vlag en wimpel, 't Sch eelt per jaar een rim pel - aldus een strijdlied van het Simplis tisch Verbond. Oudere jongen en knasse knarren. Het is een verbazingwekkende hoeveelheid taal dat de keek op de week de finitief veranderd heeft. Ewoud Sanders heeft in zij n Jemig de Pemig gekozen voor een ijzersterke vorm. Alfabe tisch gerangschikt werkt hij het materiaal door. Prof. Akkermans - een geniale creatie van Koot - voor iemand die altijd genoemd wordt. Zo n aitumpie omvat meestal een bladzij of drie, begint met een voorbeeldci taat uit de niet-Koot Biese wereld om aan te geven dat het daarbuiten echt los van het duo voorkomt. Dan wordt type Akkermans geïntroduceerd, wanneer in de program ma's, hoe en wat, met schitterende tekst fragmenten: Hobbema (Bie): Hiernaast mij zit prof. dr. ir. Akkermans. Professor: voor welke minis terspost bent u precies gevraagd Akkermans (Koot): Nou nee, ik ben nog niet officieel benaderd hoor. H: Maar bent u wel gepolst? A: Nee, ook niet. Ik schijn te worden ge noemd. H: Door wie wordt u genoemd. A: Dat weet ik niet. Daar ben ik zelf natuur lijk niet bij. H: Maar uw naam circuleert A: Ik heb horen zeggen dat mijn naam is op geworpen, ja. A: Men heeft mijn naam in de mond geno men, heet het. Na zo'n fragment - dat bij de lezer direct die indrukwekkende creaties voor de geest to vert - gaat de taalkundige Sanders aan het werk. Heel precies wordt de geschiedenis van het materiaal en de verspreiding in kaart gebracht. Iedere liefhebber heeft zo zijn favorieten. Voor de een figureert de tegenpartij met Ja- cobse Van Es als Haagse vrije jongens als dierbare herinneringen. (Is u tuin al winter klaar?) Voor een ander is dat de televisiedes- kundige dr. Clavan. Met ouderwets wollen jasje, grof visgraatmotief, vlinderdasje met witte en rode strepen, het rode haar zo recht overeind dat het leek of hij vlak voor de uit zending door de bliksem was getroffen. Slissend sprak hij zijn volstrekt zinledige frasen en die journalist - De Bie als Hobbe ma - maar vragen naar de bekende weg. Ze ven a acht minuten commentaar van een zo genaamde deskundige zodat de journalist een makkie heeft met zijn programma - een standaardformule. Hilarisch is de tekst van Clavan, de Oost-Europa-deskundige op het vallen van de muur: „De muur heeft eigen lijk geen functie meer. Een tijdje hadden de media even geen be hoefte aan Clavans maar nu zie je ze weer opduiken. Soms interviewt zelfs een jour nalist een collega, zogenaamd deskundig. Clavan moet terug, elke avond tussen Net werk en Nova. Sanders heeft een prachtig boekje gemaakt waarin het statistisch en taalkundig mate riaal zeer betrouwbaar lijkt. Op Internet en in de digitale bestanden van tientallen Ne- derlandse en wat minder Vlaamse kranten zocht hij ruim 120 woorden, uitdrukkingen en typetjes na. In taalkundig opzicht liggen de rijkste jaren van Van Kooten en De Bie tussen 1977 en 1985. Daarbij speelden de uitgebeelde types natuurlijk een doorslag gevende rol. Sanders meent dat Koot Bie via hun Haagse alter ego's indirect nog iets gedaan hebben: de popularisering van het ''plat-Haags en zodoende zelfs andere stads en streekdialecten. Uit het voorwoord of de verantwoording of de inleiding - de drempel om bij Akkermans te komen is wel erg groot gemaakt - valt trouwens op te maken hoe veel hulpkrachten meegedacht hebben. Nu we Koot Bie moeten missen, is dit een aardige herinnering. De betekenis van Je mig de pemig ligt echter in de manier waar op hun taal benaderd wordt. Daaruit blijkt duidelijk hoe het Nederlands verandert. Bijvoorbeeld via Maison Pretty Boy voor al Uw dameswensen. Hoe zouden we anders weten wat bonken en fleppen is? Lo van Driel Ewoud Sanders, Jemig de Pemig' De invloed van Van Kooten en De Bie op het Nederlands - Uitge verij Contact/Het Taalfonds -158 blz., 17,90 e Indonesische dichter Rendra is op uitnodiging van het International Institute for Asian Studies drie maanden in Nederland. Hij leeft al jaren in onmin met de regering van zijn land. Zijn subversieve gedichten werden verboden door het Sukamo-regime en ook Suharto's paladijnen hielden hem scherp in het oog. Tijdens eenlezing, waarbij zo'n drieduizend mensen aanwezig waren, onder wie talloze moeders met baby's, werd er door zijn tegenstanders een ammoniakbom naar het podium gegooid. Maar gecensureerd wordt Rendra tegenwoordig niet meer. Hij vraagt zich af: hoe lang? Rendra blijft ten strijde trekken tegen de misstanden in zijn land. ,,De politieke situatie is een jungle. Er zijn veel tijgers in het kamp van de tegenstander. Maar wij kunnen ons niet veroorloven bang te zijn voor tijgers." Een keurig appartement in Leiden, eenvoudig gemeubileerd. Buiten, over de Rijnsburgerweg, gromt het verkeer, maar binnen weet de dichter met zij n handgebaren en ajnstem vol geheimzinnige intonaties een bijna gewijde stilte op te roepen. Alsof we een zonsopgang beleven in de buurt van een heldere, stille, bron. De dichter straalt rust uit, rust die voortkomt uit vastberadenheid. „Toen ik op de middelbare school zat", zegt hij„wilde ik in helleger. Soldaat worden. Maar ofikcüe opleiding kon volgen, was nog maar de vraag. Ik was zeer slecht in rekenen en wiskunde, in de exacte vakken die je nodig had bij een militaire opleiding. Ondanks bijlessen kon ik die maar niet goed onder deknie krijgen. Er woelde steeds maar één vraag rond in mijn hoofd: wat moet ik later worden, wat moet ik later toch worden? En op de koop toe begon ook mijn vader aan te dnngen dat ik eindelijk mijn plan moest trekken." „Ikliep weg van huis, de bergen In. Ik vastte negen dagen. Als je dat deed, zou God je een antwoord op je vragen geven, Door het vasten werden je zintuigen gescherpt en kon je Zijnboodschappen beter opvangen. Maar hoe ik ook bad, er kwam geen antwoord. Op een dagzag ik een man die kolen aan het delven was, een zwaar en vies werk. Ik sprak met hem. Hij nodigde me uit om bij hem thuis delunch te gebruiken. 'Wat zou jijnu het liefst willen worden?', vroeg ik hem, nadat we hadden gegeten. 'Een nog betere kolendelver', zei hij. Ik was verbluft. Daar stond een man voorme die in alle eerlijkheid en vrijheid zijn beroep uitvoerde. Dat wilde ik ook. Ik had al poëzie geschreven. Ik kom uit een aristocratische Javaanse familie en als je bij ons een brief schrijft naar je familie of je vrienden, is het onbeleefd om dat in proza, in gewone taal dus, te doen. Mijn leraren hadden me gezegd dat ik talent had. Na die ontmoeting met die man in de bergen, wist ik het: ik zou dichter worden." Rendra is door de kritiek wel de 'dichter van de rechtelozen' genoemd. Zijn verzen zijn strijdliederen met een grote beeldende kracht. In het gedicht 'Gebed in Rotterdam van een jongeman uit Rangkasbitung' ziet hij met lede ogen toe hoe de Indonesische cultuur wordt verkwanseld door het kapitaal. Meisjes van de dessa/vluchten naar de stad/ werken in massagesalons, alle naar de stad vluchtende mannen worden landlopers./En uiteindelijk/ weggejaagd of gevangen genomen/ uit het leven verwijderd. „Door het subversieve karakter van mijn poëzie, ben ik meerdere malen opgepakt en gevangen gezet", zegt Rendra. „Na de verhoren kwamen mijn ondervragers naar me toe om te vragen of ik een foto van mezelf wilde signeren voor hun vrouw, omdat die een fan van me was. Toen ik hen uitlegde dat ik juist voor die door hun vrouwen bewonderde poëzie was gearresteerd, keken ze me ongelovig aan. Gek, ja. Wel leuk ook. Maar er zijn ook vreselijke dingen gebeurd. Ik stond eens voor te lezen voor een publiek van zo'n drieduizend mensen. Er waren moeders met baby's aanwezig, die me vroegen of ik hun kind een naam wilde geven. Toen ik op het podium stond, werd er opeens een ammoniakbom gegooid. Ik dacht meteen: 'O, God, die baby'sZe waren gelukkig ongedeerd." „Wij zijn een vredelievend volk, niet agressief. Maar nu is de maat vol. Ze zeggen wel dat de godsdiensten achter die onlusten zitten, maar dat is De Indonesische dichter Rendra: „Nu is het tijd dat de mensenrechten in Indonesië worden geëerbiedigd. En daar toe zal het individu zijn stem moeten verheffen." foto Hielco Kuipers onzin. Het is de macht van het kapitaal." Rendra: „De huidige president is een marionet van het oude regime. Een banale man. Banaal. Heeft geen enkel gevoel voor prioriteiten. Als minister van onderwijs, liet hij grote onderzoeksinstituten bouwen met de allure van Grand Hotels, met prachtige ruimten waarin het personeel tussen de middag een dutje kon doen. Maar hij heeft daarmee zoveel miljarden roepia's verkwist dat er geen geld meer was om onderzoek te financieren. Bizar.Maargoed: de censuur is voorlopig voorbij. Nu is het tijd dat de mensenrechten in Indonesië' worden geëerbiedigd. En daartoe zal het individu zijn stem moeten verheffen. Maar velen durven dat nog niet. Het volk is machteloos. Ik zal mijn stem altijd blijven verheffen." ,Ik geloof in een soort levenslot. Geboorte en dood zijn bepaald. U bent hier geboren en kunt niet ineens een Eskimo worden. Moet je bang zijn voor de dood? Nee. Een zonsopgang is mooi maar ook een zonsondergang. Als je leeft als een lafaard, sterf je ook als een lafaard. Ik ben niet bang voor de dood, al zie ik hem niet als een vredige verlosser, een motief dat je in de Westerse poëzie vaak tegenkomt. Bij ons is de dood vaak woest, verschrikkeli j k. „Ik wil schoonheid maken. Schoonheid die gelijk is aan waarheid. We worden tegenwoordig in alles getraind en opgeleid. Maar onze gevoelens, onze intuïtie, trainen we niet. Ik doe dat wel door te mediteren." Rendra heeft zijn gedichten in de bundel IJzeren Wereld vergeleken met 'heilige' brieven die met 'warrig, onleesbaar schrift' zijn bekrast. De dichter als intermediair tussen God en wereld, een intermediair die intuïtief de waarheid opvangt en te midden van de maatschappelijke woelingen een duidelijk standpunt inneemt. Meer kan hij niet doen, want Ons lot drijft als een wolk voorbij, gestalte die ons bespot en uitdaagt en De wereld die wij zullen maken is een ijzeren wereld/ van glas en loeiende mijnen. Rendra schreef dit gedicht in 1967. De tijd heeft het, getuige de bloedige onlusten in Indonesië' en elders, niet achterhaald. Sommige dingen zijn, helaas, altijd waar. Cees van Hoore Poezie van Rendra is uitgegeven bij Uitgeverij De Geus. Doemdenken, positivo, regelneef, samen voor ons eigen - het is de taal van Koot Bie. Inde afgelopen decennia hebben ze het Ne derlands duchtig tegen het licht gehouden, gesnoeid, verknipt en uitgebreid. Het resul taat is nu in kaart gebracht. Inde jaren zestig begonnen de Haagse heren Van Kooten en De Bie in het radioprogram ma 'Uitlaat met de Klisjeemannetjes', twee Hagenezen die onder het biljarten lijzig commentaar gaven op het wee der wereld. Zo bijvoorbeeld: Nou, die heb weer an een zijen draad ge hangen. ■Wie? Moeder Vrede. Die heb weer mooi een week an een zijen draad gehangen, Maar ja, dat zijn we wel gewend van Moeder Vrede. Is dat nou zo moeilijk, dat we mekaar op z'n tijd weer 's een wang toesteken hè? Dat is toch zo makkelijk als een klontje, of ben ik ao u gek? Sinds het begin van hun carrière speelt de taal een centrale rol in alles wat Van Kooten en De Bie doen. Als de klisjeemannetjes re gen ze de afgetrapte uitdrukkingen aan el kaar, maar net even met een linkse draai: een verkeerde combinatie, een dubbelcli- ehé, net wat naast het goeie en normale. Daarmee krijgen die zinnen een extra la ding: ze halen de zekerheid weg. De manne tjes die ze spelen worden ook door dat taal gebruik gekarakteriseerd. Als type dus, van die dingen. I Jan Soldaat zit met de kastanjes. Ja, de Ho- I 9a Heren zullen wel zorgen dat ze buiten /V. zchotblijven, die zitten in de paleizen op flu- I velen knoppen te drukkenmet een bos pi mooie wijven op d'r knieën. En zó'n buik landechampie. En Jan Soldaat, die wast ze eigen in z'n veldfles, die is al héél blij met een Kooten (links) en Wim de Bie als de Haagse vrije jongens Jacobse Van Es. slokkie water in de woestijn, Jan Soldaat. Die simpele herhaling aan het eind van Jan Soldaat krijgen we er extra bij, maar geeft een wonderbaarlijk effect. Natuurlijk zijn er meer mensen en vooral te levisiemakers die de Nederlandse taal uit gebreid en opgerekt hebben. Marten Toon der met zijn Bommelstrip kon er wat van. Wim T. Schippers heeft via zijn tv-program- ma's het onmogelijk gemaakt dat je met droge ogen nog het woord 'reeds' kunt ge bruiken. Schrijvers verzinnen doorlopend nieuwe woorden en uitdrukkingen. Door gaans gaat het om een enkele uitdrukking die geen school maakt. Bij Koot Bie is dat niet helemaal of helemaal niet het zware ge val. De journalist en taalhistoricus Ewoud Sanders heeft van niet minder dan 50 woor den en uitdrukkingen aangetoond dat Van Kooten en De Bie ze niet alleen hebben geïn troduceerd maar dat ze nu door veel taal sprekers worden gebruikt zonder nadere uitleg of verwijzing naar hun verspreiders. Die woorden zijn deel gaan uitmaken van het collectieve geheugen van de Nederlan der, van het Nederlands dat in het laatste kwart van de eeuw in dit land gebruikt wordt. Dat is inderdaad, zoals Sanders zegt Zijn vorige roman 'American Psycho' uit 1991 zorgde voor een schandaal en maakte de Amerikaanse schrijver Bret Easton Ellis in één klap be roemd. De roman beschrijft de wereld van de 26-jarige beurs man Patrick Bateman. die zich na zijn werk op Wall Street voornamelijk laat zien in dure restaurants en de fitnessruimte. Deze yup ontpopt zich als een seriemoordenaar; hij verkracht en vermoordt vrouwen, waar door in 'American Psycho' het bloed van sommige pagina's spat. Maar opvallender is dat deze Bateman niet gestraft wordt voor zijn gruwelijke da- ^len en hij gewoon verder kan gaan met zijn duivelse werk zaamheden. Door het ontbreken van een mo reel oordeel kreeg Ellis destijds een groot deel van de Ameri kaanse samenleving op zijn nek, inclusief de Vrouwenbond en de recensenten. Van deze schrijver verscheen onlangs een nieuwe roman van meer dan 500 pagi na's: Glamorama. Bret Easton Ellis (34): „Ik heb Glamorama om zeer persoonlij ke redenen geschreven. Ik ben een schrijver die iedere dag in zijn werkkamer zit zonder een idee te hebben van een publiek. „Ik ben opgegroeid met de waarden van de middenklasse, in Los Angeles. Mijn vader ver diende aanvankelijk niet veel geld, maar wél nadat hij mijn moeder had verlaten, 'in the eighties'. En ik heb toen van na bij meegemaakt hoe hij zich plotseling anders ging gedra gen. Ik denk dat mijn vader in dat opzicht al mijn boeken heeft beïnvloed. Ik blijf zijn gedrag zien tegen de achtergrond van de hoeveelheid geld die hij ver diende. En hij deed er helemaal niets mee!" „Mijn vader geloofde dat hij door het bezitten van geld veel vrijer was. Maar die vrijheid had tot resultaat dat hij zich on verschillig ten opzifhte van zijn omgeving ging gedragen. Hij eindigde als een 'asshole', die voortdurend bevelen uitdeelde Hij maakte misbruik van de vrijheid die hij door geld had verworven. Maar waar stopt die vrijheid? Gaat die vrijheid mis schien nog verder dan het geven van een opdracht aan iemand om een pakje sigaretten voor je te halen? Gaat die vrijheid zover dat je een ander mens ver moordt en vervolgens vrijuit kunt gaan omdat je een dure ad vocaat kunt betalen?" Zijn vader stierf toen hij bezig was aan Glamorama. Hoe groot is de invloed van die gebeurtenis geweest? „Pas nadat ik de ro man had voltooid, ontdekte ik dat de rol van de vader in het boek zeer belangrijk is. En dat had ik tijdens het schrijven he lemaal niet zo duidelij k in de ga ten gehad." In de laatste week van 1989, kort nadat hij zijn manuscript van 'American Psycho' had in geleverd, begon hij aan Glamo rama te werken. In de roman staat een jongeman centraal die aanvankelijk veel gemeen heeft met Patrick Bateman uit Ellis' omstreden boek. De eerste tweehonderd pagina's van Gla morama beschrijven het leven van Victor Ward, een uitermate succesvolle twintiger dié, in Manhattan, samenwoont met een supermodel, gefascineerd wordt door de levens van 'cele brities' en op de hoogte is van al le trends. „In hem komen alle vervelende kanten van de mannen van mijn leeftijd samen", vertelt Ellis. „Vooral die ironische distantie. En natuurlijk zijn fascinatie voor beroemde mensen. In eer ste instantie wilde ik met hem de draak steken, en was ik van plan om een satirische roman te schrijven over de kant van de Amerikaanse maatschappij die hij vertegenwoordigt." Victor Ward heeft evenals Pa trick Bateman alles wat hij zich kan wensen, maar levert daar naast een gevecht met zijn eigen leegheid. Vertegenwoordigende beide personages het einde van de Amerikaanse droom? „Als ik kijk naar de mensen van mijn leeftijd, kan ik alleen maar zeg gen dat zij niet begrijpen waar om die Amerikaanse droom van hun ouders zo belangrijk is ge weest. Mijn generatie gelooft niet meer in die droom. Geld verdienen, trouwen, drie kinde ren krijgen en een huis kunnen kopen in een nieuwbouwwijk behoren niet meer tot de dingen die we willen bereiken." Halverwege Glamorama krijgt Victor Ward de opdracht om naar Engeland af te reizen, voor het opsporen van een ex-vrien-" din. De opdracht komt hem niet ongelegen omdat hij financieel volledig aan de grond zit en hij er drie ton mee kan verdienen. Zonder veel moeite vindt hij de ex-vriendin, maar belandt ver volgens in een wereld die wordt beheerst door geweld. Victor wordt opgenomen in een groep terroristen die, gedreven door onduidelijke motieven, voor de gruwelijkste aanslagen zorgt. Het leven in Glamorama ontaardt langzaam maar zeker in een nachtmerrie, waarin wer kelijkheid niet meer van fanta sie te onderscheiden lijkt en nie mand meer te vertrouwen is. Jacob Moerman Bret Easton Ellis: Glamorama - Uitgeverij Anthos, Amsterdam, f49,90. Bret Easton Ellis: „Geld verdienen, trouwen, drie kinderen krijgen en een huis kunnen kopen in een nieuwbouwwijk behoren niet meertot de dingen die mijn generatie wil bereiken." foto Marcel Israel vrijdag 12 maail 1999

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1999 | | pagina 11