De boer: heerser en rentmeester pzc *4 Demonstreren rendeert niet buitengebied *4 13 woensdag 24 februari 1998 door A. J. Snel Agrariërs moeten in hun werk meer luisteren naar het zuchten van de schepping. Voor zover het binnen hun mogelijkheden ligt, zouden zij moeten streven naar ecologische land- en tuinbouw. Dat is niet bij voorbaat onhaalbaar. De achtergronden van biologisch- dynamische landbouw zijn echter strijdig met Gods Woord. Tot die conclusies komen de samenstellers van het boek De boer als rentmeester dat onder eindredactie van G.C. van den Berg bij de uitgeverij Groen in Heerenveen is verschenen. In dat boek worden gangbare, geïntegreerde en biologische landbouwmethoden in een reeks beschouwingen in bijbels licht bezien. De samenstellers van het werk hebben als maatstaf bij de beoordeling van verschillende stromingen in de landbouw gekozen voor twee opdrachten die in het bijbelboek Genesis zijn gegeven: de mens in het paradijs dient de hof van Eden te bewerken en te bewaren; als hij na de zondeval is weggezonden uit het paradijs dient hij de aardbodem te bewerken. In een tijd van secularisatie en ontzuiling lijkt de uitgave van een boek over landbouw in bijbels perspectief op een schermutseling tijdens een achterhoedegevecht. Ook in Zeeland zijn de drie landbouworganisaties die vanuit een protestantse, rooms- katholieke en algemene levensbeschouwing opereerden, opgegaan in één club die meer gericht is op behartiging van belangen dan op behoud van identiteit. Koppeling Niettemin, voor veel boeren ligt er nog altijd een nauwe relatie tussen hun werk in en met de natuur en hun geloofsbeleving. De bestuurders die de weg bereidden voor de totstandkoming van de Zuidelijke Land- en Tuinbouw Organisatie hebben (ZLTO) dat goed verstaan. Zij hebben een logo laten ontwerpen waarin oud leden van de verdwenen Noordbrabantse Christelijke Boerenbond (NCB) moeiteloos het oude beeldmerk, opgebouwd uit een kruis en een ploeg, kunnen herkennen. Wie geen religieuze bindingen heeft, kan zich op een andere manier thuisvoelen bij de stilex-ing, maar de gevoelsmatige koppeling tussen geloof en werk is er voor wie die wil ervaren. Voor werkers in de agrarische sector biedt de bijbel heel veel stof die na aan het lijf komt. In het Oude en het Nieuwe Testament liggen talrijke beelden opgeslagen die afkomstig zijn uit het boerenbedrijf. Zo is er in Genesis het verhaal over Jakob die zich via een knap staaltje klassieke biotechnologie een forse kudde geiten wist te verschaffen. Hij koos combinaties van dieren die gespikkeld dan wel zwart nakomelingschap opleverden. Die geiten zouden namelijk volgens een afspraak met zijn werkgever Laban het eigendom van Jakob worden. Uiterst herkenbaar voor wie in de veefokkerij actief is. En zo zijn er gelijkenissen met verwijzingen naar agrarische activiteiten. In de Evangeliën vertelt Jezus verhalen over de wijngaarden en over de zaaier die alleen opbrengst heeft van het zaad dat in goede aarde valt. Verankerd Die beeldende bijbelse vertellingen hebben er stellig toe bijgedragen dat in agrarisch- maritieme gemeenschappen de christelijke traditie veelal vast verankerd ligt. Dat zijn de voorstanders voor ontpoldering in Zeelandtoen ze enkele jaren geleden de discussie begonnen over de teruggave van land aan de zee, zich niet voldoende bewust geweest. Vrijwel iedereen die in de christelijke traditie of langs de foto Willem Mieras zijlijn daarvan is opgegroeid, kent het verhaal over Jezus die over het water loopt. Het water wordt in die geschiedenis door de evangelisten gebruikt als metafoor voor de dood, die bedwongen wordt door de Zoon van God. Met de dood gaat een mens niet achteloos om. Erover te heersen, is voorbehouden aan een hogere macht. Bewust of onbewust dragen veel mensen die overtuiging met zich, zeker in Zeeland waar het water nog niet zo lang geleden een massale dood bracht. Wie dat gevoelen niet weet te peilen, stuit op een muur als hij een discussie wil aangaan over het prijsgeven van land aan het water. Wie kennis draagt van die roerselen, zal een debat over dit onderwerp beginnen met een beschouwing over te handhaven veiligheid. Het gaat over de beteugeling van krachten waarmee niet te spotten valt. foto Peter Nicolai In het boekwerkje De boer als rentmeester wordt de mystieke betekenis van het werk van de landbouwer onderlijnd doordat de agrariër wordt gesitueerd tussen de Schepper en de natuur. Hij is onderdanig aan God, maar is door het Opperwezen aangewezen als heerser over de natuur. Waarbij wordt aangetekend dat hij niet mag acteren als een despoot, maar moet werken vanuit het besef dat hij een rentmeester is. De samenstellers van de artikelen komen bij de uitwerking van die rol tot grote stelligheden. Zoals: „Plantenteelt - naar onze begrippen is het wellicht beter te spreken van akkerbouw, tuinbouw en fruitteelt - behoort tot de eerste bezigheid en de oorspronkelijke bestemming van de mens. Naar Gods wil bebouwde Adam de hof in Eden. Dit werk gaat sinds de zondeval gepaard met moeite, teleurstelling en verdriet. Als eeuwen later ook de zondvloed is gepasseerd, mag de mens vlees eten." Ter onderbouwing geven de auteurs een tekst uit Genesis: „Alles wat zich roert, wat leeftzal u tot spijze zijn: Ik heb het u alles gegeven evenals het groene kruid." Geen partner De samenstellers van de bundel beschouwingen verwerpen de manier van denken waarbij de natuur als partner van de mens wordt gezien. Zij duiden aan dat in de bijbel de natuur nergens voorkomt als zelfstandige grootheid naast God en de mens. En ze menen dat er vanuit een christelijke visie gezien geen plaats is voor een kosmocentrische benadering, waarin de mens op één lijn staat met de overige vormen van leven en waarin aan de natuur goddelijke kracht wordt toegedacht. In het verlengde van die redenering keren de auteurs zich tegen biologisch-dynamische landbouw. Met die methode begeeft de mens zich naar hun oordeel in primitieve vormen van natuuraanbidding. Zij zien een nauw verband met occultisme en magie waarmee speelruimte wordt geboden aan de heerschappij der demonen. Waarbij ze gemakzuchtig voorbijgaan aan het feit dat ook de christelijke leer doordesemd is van geheimen en riten. Zo overschaduwt een ongecontroleerd gevoel voor reformatorische dogmatiek het zicht op de dagelijkse praktijk. Er zijn in Nederland en ook in dit gewest heel wat landbouwers die biologisch-dynamisch te werk gaan, zonder dat zij verdacht kunnen worden van occultisme of aanbidding van de maan. de zon en de sterren die ze zouden zien als verstoffelijkte goddelijke wezens. Het gaat in de biologisch- dynamische landbouw in grote meerderheid om ondernemers die er simpelweg naar streven het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen tot het uiterste te reduceren en niet om dames en heren uit de Hocus- pocus-beweging. Krampachtig Het is jammer dat De boer als rentmeester zulke fundamentalistische kenmerken heeft. Daardoor wordt namelijk de aandacht afgeleid van door A. J. Snel Nee, Kees Bierens is van de week in Den Haag noch Brussel geweest om te demonstreren tegen de voornemens die de Europese Unie in Agenda 2000 heeft vervat. Hij heeft het allemaal al vaker meegemaakt. Herinnert zich hoe jaren geleden de Goese Markt vol trekkers stond en er werd opgetrokken naar Den Haag. Een oudere collega van hem overzag het tafereel en meende dat zoveel demonstratief misbaar toch wel indruk zou maken op de politiek. „Dat is niet het geval geweest," constateert Bierens. „In 1985 is een omslag ingezet in de richting van de liberalisatie en van die koers wordt niet meer afgeweken. In de marge kan misschien nog wat veranderen, maar de hoofdlijnen liggen naar mijn idee vast. Die trein rijdt wel verder." „We hebben het eerder gezien. Onze vertegenwoordigers worden in Den Haag ontvangen en een politicus komt met wat omzichtige bewoordingen om je in slaap te sussen. Later wordt dan aan toezeggingen, voor zover die zijn gedaan, een andere interpretatie gegeven dan je had gedacht. Dat demonstreren, ik ben daar van nature niet zo'n man voor. En het geeft ook geen of heel weinig rendement." Teleurgesteld Een Zeeuwse politicus heeft Bierens dezer dagen teleurgesteld. Daan Bruinooge, de gedeputeerde die onder meer de portefeuille landbouw beheert, zou eind vorige week het Landbouw Ontwikkelings Plan voor Walcheren in ontvangst nemen. Te elfder ure liet de PvdA-voorman verstek gaan. Hij gaf voorrang aan een persconferentie over de plannen voor de utilitaire tunnel onder de Westerschelde. Het gezelschap dat in Serooskerke bij de presentatie van het ontwikkelingsplan aanwezig was, was er niet mee ingenomen dat de gedeputeerde een ambtenaar had afgevaardigd om hem te vertegenwoordigen. Bierens: „Dat was geen goede beurt. Ik zie er een aanwijzing in hoe Bruinooge het belang van de landbouw in Zeeland inschat. Niet zo hoog dus. Dat blijkt trouwens ook uit zijn verkiezingsspotje op Omroep Zeeland. Daar komt de landbouw al evenmin in voor." Pessimistisch Het heeft Bierens in de berichtgeving over het twintigjarig jubileum van het Zeeuws Agrarisch Jongeren Kontakt getroffen, dat de toonzetting pessimistisch was. „Ik had gedacht dat de jongeren meer flexibiliteit zouden tonen dan boeren in mijn leeftijdsgroep. De jeugd blijkt nogal somber naar de toekomst te kijken. En eigenlijk is dat ook begrijpelijk. Opvallend in de discussie is dat er steeds wordt gesproken over een noodzakelijke omvang voor akkerbouwbedrijven van tussen de honderd en honderdvijftig hectare. Hoe krijg je dat ooit hier in Nederland, waar ruimte zo schaars is en de grond dus zo duur, gefinancierd?" Bierens heeft niet veel om handen dezer dagen. De natuur zet de akkerbouwers nog steeds vrijwel op non-actief. „Ik ben de afgelopen dagen eens over W7alcheren gereden en dan zie je nog steeds veel water op het land staan. Het wordt eentonig. Het is nu al een half jaar achter elkaar nat. Je ziet maar weer eens dat geen jaar hetzelfde is. Vorig jaar werden rond deze tijd de eerste bieten en uien gezaaid. Nu mag het nog wel een paar weken drogen voor we het land op kunnen." genuanceerder betogen over en pleidooien voor een zorgvuldige omgang met de natuur. Zo wordt gesteld dat de mens daarover weliswaar heerst maar dat zijn handelingen aan beperkingen onderhevig zijn. „Het onderwerpen van de aarde en het heerschappij voeren over dieren ontaardt maar al te gemakkelijk in uitbuiten en onderdrukken," zo wordt betoogd. Er wordt dan ook gewaarschuwd tegen een manier van werken die gericht is op kortstondig eigenbelang. De beschouwingen monden uit in de stelling dat het verantwooi'd is te kiezen voor biologische landbouw- en veeteeltmethoden, mits de landbouwer maai- uit de buurt blijft van het heidense occultisme dat wordt toegeschreven aan de biologisch- dynamische methoden. Daannee krijgt het boekje De Boer als rentmeester iets kx-ampachtigs. Een benadei'ing waarbij bijbelverhalen die raken aan de landbouw wat meer in de ruimte zouden zijn geplaatst, zou de lezer meer adem hebben gegeven. Niettemin is het de moeite waard kennis te nemen van de reeks ax-tikelen. Beleidsmakex-s kunnen er meer zicht door krijgen op de drijfveren van agrariërs die afkomstig zijn uit de christelijke traditie. Religieuze overwegingen zullen veelal niet op een rationele manier worden omgezet in de toepassing van landbouwmethoden. Onder de oppei-vlakte zijn ze niettemin meebepalend voor de manier waai'op de agrarische sector omgaa't met de zuchtende schepping. "be Boer als rentmeester. Eindredactie G.C. van den Berg. Uitgeverij Groen- Heerenveen. ISDN 90-5030-924-0. f24,95 Akkerbouwer C.J. Bierens uit Grijpskerke doet in deze rubriek weke lijks verslag van zijn werk en wederwaardigheden.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1999 | | pagina 13