Mr. Dynamite
is één brok
muziekhistorie
Eindelijk het volle pond
voor Toer van Schayk
Documentary Festival
zit krapper in jas
Klein en fel als Napoleon
James Brown
in Den Haag
kunst cultuur
15
vrijdag 20 november 1998
De laatste keer dat James Brown in
Nederland optrad, was in 1995 op het
North Sea Jazz Festival. Zijn komst had, gezien
zijn leeftijd, een bijzondere
aantrekkingskracht: het zou wel eens de laatste
keer kunnen zijn, dat 'The Godfather of soul'
zich op een Nederlands podium zou tonen.
Inmiddels is gebleken, dat 'Mr. Dynamite' (65)
geenszins van plan is om in alle rust van zijn
verdiende miljoenen te gaan genieten. Zo gaf
hij eerder dit jaar met veel succes concerten in
Schotland. Na afloop liet 'The hardest working
man in showbusiness' weten: „Ik kom hier
graag nog een keer terug. Al was het maar om
mijn belofte, een volgende keer in een kilt op te
treden, waar te maken". Zondagavond treedt
hij op in de Haagse Statenhal.
Misschien moet hem bij aankomst op
Schiphol een paar klompen worden aan
geboden, zodat de ooit straatarme, in het diepe
zuiden van Amerika geboren entertainer een
stukje Nederlandse folklore kan integreren in
zijn show. Zijn huidige concertreeks heeft ove
rigens niets aan vitaliteit ingeboet, zo bleek tij
dens zijn optreden in het Clyde Auditorium
van Glasgow. Gesteund door twaalf begelei
ders - The Soul Generals - achtergrondzange
ressen en dansers, dwong hij bewondering af.
Natuurlijk kent Brown, net zoals bijvoorbeeld
Frank Sinatra, de fysieke grenzen, die hem
door zijn ouderdom worden gedicteerd. Het
betekent, dat de zanger wat strammer van lijf
en leden is, dan tijdens bijvoorbeeld zijn Ahoy-
concert in 1991.
Toch is zijn voetenwerk nog altijd indrukwek
kend. Om er voor te zorgen dat hij niet over de
mierofoondraad struikelt, heeft hij iemand in
gehuurd die deze draad uit de weg houdt, zoals
hij ook iemand in dienst heeft die hem zijn gro
te cape aanreikt, wanneer de James Brown Re
vue is afgelopen. Wie gaat, wordt getrakteerd
op zijn klassieke werk als 'Get up', 'Sexmachi-
ne', 'Prisoner of love', 'Please, please, please'
en 'Living in America'. Bovendien geeft hij zijn
begeleiders, zoals gitarist Keith Jenkins en
drummer Spike, alle ruimte hun talent te to
nen. Zelf doet hij een geslaagde aanval op de
elektrische piano.
Heruitgave
De miljonair - eigenaar van onroerend goed,
een keten van Soul Food-restaurants en radio-
en televisiestations - die twee jaar terug nog in
het huwelijksbootje stapte met de dertig jaar
jongere Diane Ames, gaf onlangs toestemming
tot de heruitgave van zijn werk, dat bij Polydor
verscheen. Geen slechte zet, omdat het zijn
meest creatieve periode behelst. Er zit het al
bum Live at the Apollo bijHij legde de plaat in
1963 vast met The Flames. De opnamen, die hij
uit eigen zak betaalde omdat King Records-ei
genaar Syd Nathan meende dat er geen pu
bliek voor zou zijn, wordt algemeen be
schouwd als een van de beste podiumplaten uit
de geschiedenis van de lichte muziek. Het
vangt de magie van Brown - mede door de niet
aflatende stroom aan hits - beter dan enige an
dere opname. Andere albums in die serie zijn:
James Broion foundation of funk, Sex machi
ne, Black Ceasar en 40th Anniversary collec
tion.
Hoewel James Brown inmiddels van een trend
setter, een imitator van zijn eigen volgelingen
is geworden, kan hij terugkijken op een glans
rijke carrière, vol heldhaftige en tragische mo
menten (gevangenisstraffen voor drugs, ille
gaal wapenbezit en een aanslag op zijn tweede
vrouw Adrienne). Hij is een uiterst belangrijke,
moderne muziekgeschiedenisles en zou alleen
James Brown in 1995 tijdens een concert in Cleveland.
al om die reden een zaal vol tieners tegenover
zich moeten vinden. Al was het maar om hen de
ogen te openen. Uiteindelijk is James Brown,
bijna eigenhandig, verantwoordelijk voor de
grondregels van de soulmuziek en elk daaraan
verwant genre zoals funkenrap. „Hij is een van
de belangrijkste architecten van de moderne
popmuziek. Hoewel Elvis Presley en John Len-
non op dat terrein meer krediet hebben opge
bouwd, was het Brown die voor de muzikale en
fysieke basis zorgde", meent Cynthia Rose in
'Living in America', haar boek over de zanger.
„Al heel vroeg in zijn carrière vermengde hij
soul met elementen uit de gospel en de rhythm
and blues tot een heel eigen geluid."
'The soulbrother number one' is inmiddels de
Toer is als een kunstenaar die,
wanneer hij een gigantische
muurschildering over een com
plex onderwerp als de Tweede
Wereldoorlog zou maken, met ie
mands vingernagel begint, ver
telt de Hongaarse danseres
Maria Aracli aan Astrid van
Leeuwen in het boek Toer van
Schayk - drie dimensies in dans.
Met die uitspraak tekent zij ei
genlijk in één zin de karak
terstructuur van de danser,
choreograaf en beeldend kunste
naar annex decorontwerper Toer
van Schayk; iemand die geze
gend is met vele artistieke talen
ten, maar zich verliest in details,
geen echte keuzen kan maken en
nooit uit de schaduw komt van
anderen die zich beter weten te
presenteren.
Een boek over Toer van Schayk
wekt niet echt verwondering. Na
recente publicaties over Rudi
van Dantzig (1991), Jiri Kylian
(1995) en Hans van Manen (1997)
lag het in de lijn der verwachting
dat de vierde man, die na de oor
log- zijn stempel op de Neder
landse dans heeft gezet, een keer
zou worden geportretterd. Toer
van Schayk - over het algemeen
niet bepaald favoriet bij de dans-
kritiek - krijgt eindelijk het volle
pond. En nog wel door vijf ver
schillende auteurs. Want behal
ve de al genoemde Astrid van
Leeuwen belichten ook Rudi van
Dantzig Marcel-Armand van
Nieuwpoort, Merel Ligtelijn en
Isabella Lanz verschillende fa
cetten van de mens en kunste
naar.
Dat begint veelbelovend met een
heel persoonlijk biografisch ver-
haal'van Rudi van Dantzig. Deze
vroegere levensgezel van Toer
van Schayk verhaalt op warnie
toon over hun kennismaking in
het keukentje van Sonia Gaskell,
februari 1955, een half jaar na de
oprichting van het Nederlands
Ballet. Het is het verhaal over
een onhandige en onzekere
Haagse jongen die al een tijd
danser wilde worden, maar door
zijn vader ternauwernood werd
toegestaan zich op de Koninklij
ke Academie te bekwamen in
beeldhouwkunst. Het vaderlijk
verbod ten spijt had Toer uitein
delijk toch gekozen voor de dans
om een aantal jaren later op
nieuw te kiezen voor beeldende
kunst.
Dat Van Dantzig mooi kan
schrijven, heeft hij de afgelopen
jaren reeds afdoende in zijn ro
mans bewezen. Maar dit docu
ment humain is vooral bijzonder,
omdat het moeiteloos het ver
haal van een opbloeiende en
weer verwelkende homoseksuele
liefde (in een tijd dat dit soort za
ken nog heel wat moeilijker lag
dan nu) combineert met een
stukje Nederlandse dansge-
schiedenis en ook nog eens met
een persoonlijke visie op het ar
tistiek vakmanschap van Toer
van Schayk.
Slaapverwekkend
Des te moeizamer is de overgang
naar het hoofdstuk betreffende
het choreografisch oeuvre door
Marcel-Armand van Nieuw
poort. Een bottere cesuur is nau
welijks denkbaar. Je zou ver
wachten dat iemand toch les zou
trekken uit de eindeloos saaie
opsomming die Luuk Utrecht in
1986 in zijn boek over Het Natio
nale Ballet wist te geven, maar
nee hoor - vanaf 1971 zien we alle
balletten uitvoerig en slaapver
wekkend de revue passeren.
Was het als documentair gedeel
te in een .aanhangsel gepresen
teerd, dan was het nog iets an-
Toer van Schayk in 1982
ders geweest. Nu worstel je je
naar het hoofdstuk waarin tien
(oud-)dansers verhalen van hun
werkervaringen met Toer van
Schayk. De choreograaf krijgt
hier weer vlees en bloed, niet op
de 'old-lovers-never-die'-LOon
van Rudi van Dantzig, maar
vanuit diverse optieken. Astrid
van Leeuwen zet zowel de pretti
ge als minder prettige kanten
van Toer van Schayk neer: zijn
sympathie en persoonlijke be
langstelling voor dansers naast
de onbeheerste driftbuien, on
hebbelijkheden en wisselende
stemmingen. Hoewel de meer
journalistieke stijl en interview-
vorm van Astrid van Leeuwen
ook nadrukkelijk contrasteert
met de voorafgaande hoofdstuk
ken, is er inhoudelijk en biogra
fisch een veel duidelijker relatie
met het veiiiaal van Van Dant
zig.
Ook Merel Ligtelijn weet met
haar relaas over de beeldend
kunstenaar Toer van Schayk een
zekere samenhang binnen het
boek te behouden. Zij blijft rede
lijk dicht op de huid van het on
derwerp als ze die minder beken
de kant van Toer van Schayk
beschrijft. Het was betergeweest
als Merel Ligtelijn meteen de
meer succesvolle carrière van
vormgever/decorontwerper in
dit chapiter had meegenomen.
Nu wordt die beeldende eenheid
op een geforceerde manier door
Lanz uiteengetrokken en dat is
jammer; omdat uitgerekend hier
Van Schayks grootste verdienste
voor de Nederlandse dans ligt.
Niet als danser, evenmin als cho
reograaf, maar juist als beeldend
kunstenaar (verantwoordelijk
voor decor en toneelbeeld) heeft
hij zijn stempel op Het Nationale
Ballet gezet.
Net als Marcel-Armand van
Nieuwpoort verliest Isabella
Lanz zich in opsommingen. Op
merkelijk dat juist degenen die
de redactie over deze uitgave
hebben gevoerd, onvoldoende
kritisch naar hun eigen bijdrage
hebben gekeken.
In relatief korte tijd zijn er veel
boeken over Nederlandse dans
verschenen. En al is geen van die
uitgaven echt bejubeld, het geeft
wel aan dat het stief broertje van
de kunsten langzamerhand ge
respecteerd wordt. Wie weet ko
men er op den duur ook nog wel
echt goede boeken over Van
Dantzig, Kylian, Van Manen en
Van Schayk.
Coos Versteeg
Toer van Schayk - drie dimensies in
dans. Redactie Isabella Lanz en Mar
cel van Nieuwpoort. M.m.v. Rudi van
Dantzig, Astrid van Leeuwen en Me
rel Ligtelijn - Uitgeverij Walburg
Pers. f 69,50.
foto Terry Bochatey
meest gesampelde artiest ter wereld. Enorm
veel hip hop-artiesten gebruikten flarden van
zijn werk. Zij hebben een ruime keuze, want
James Brown stond met meer dan honderd sin
gles in de Amerikaanse hitparade genoteerd.
Bovendien was zijn podiumkunde een inspire
rend voorbeeld. Zó stond een nog puberale Mi
chael Jackson in de coulissen van het Apollo
Theater in Harlem, New York zijn danspassen
af te kijken en zou ook Prince hem als leer
meester gebruiken.
Hans Piët
Concert van James Broum in Den Haag, zondag 22
november, aanvang 19 uur.
Door het onverwachte afhaken van
hoofdsponsor Canal+ kan het
International Documentary
Filmfestival (IDFA) in Amsterdam dit
jaar geen slotfeest organiseren.
Bovendien moet worden beknibbeld op
buitenreclame voor het IDFA in de
Amsterdamse binnenstad. Directeur
Ally Derks benadrukte bij de
presentatie van de elfde editie dat de
bezuinigingen in elk geval niet ten koste
gaan van het programma.
Het festival opent 25 november
met de vertoning van de Ne
derlandse documentaire 'De Keu
ken van Kok' van Niek Koppen en
eindigt op 3 december met de uit
reiking van de VPRO Joris Ivens
Award en de andere IDFA-prijzen
in de Vondelkerk. Onderverdeeld
in twaalf programma's zijn in het
Filmmuseum, Theater De Balie en
het City Theater tussentijds rond
de 180 documentaires vertoond.
„Op grond van een mondelinge
overeenkomst meenden we drie
jaar op Canal+ te kunnen reke
nen", aldus Derks. Zekerheid
heeft de directeur niet, maar ze
vermoedt dat het onverwachte af
haken van het filmbedrijf te ma
ken heeft met een recente directie
wisseling: „Daarna zijn we
natuurlijk als een gek aan het lob
byen geslagen." Dat leverde in
middels 50.000 gulden extra op
van de VPRO. Derks heeft ook
goede hoop op een extra bijdrage
van de gemeente Amsterdam.
Het IDFA verwacht dit jaar zo'n
duizend internationale documen
taire-professionals in Amsterdam
en bevestigt daarmee zijn reputa
tie als een de belangrijkste evene
menten in zijn soort ter wereld.
Ooit begonnen met een budget van
2,5 ton en 2500 bezoekers groeide
het IDFA uit naar een evenement
dat jaai'lijks ongeveer 50.000 be
zoekers trekt.
Na de sluiting van het bioscoop
complex Alfa aan het Kleine-
Gartmanplantsoen nabij het
Leidseplein vond het IDFA dit
jaar voor het eerst onderdak in het
City Theater aan de overkant. Vol
gens Derks brengt deze verhuizing
extra kosten met zich mee: „De
zaalhuur is hoger en in de bio
scoop moeten technische aanpas
singen worden verricht voor de
vertoning van video- en 16mm-
films."
Van der Lubbe
Onder de vijfentwintig films die
meedingen naar de VPRO Joris
Ivens Award van 25.000 gulden
zijn twee Nederlandse films, tegen
vier vorig jaar. Volgens Derks ligt
de oorzaak in de tegenvallende
kwaliteit van de Nederlandse pro
ductie in het afgelopen jaar. Be
halve de documentaire van Kop
pen over de verkiezingscampagne
van Wim Kok is 'Water en vuur, de
roerige geschiedenis rond Mari-
Joost Seelen dingt mee naar de Joris Ivens Award, foto Joep Lennarts
nus van der Lubbe 1909-1934'van
Joost Seelen geselecteerd. Als be
langrijke kanshebber wordt 'Pa
vel and Lyayla (a Jerusalem
Romance)' van de Rus Viktor Kos-
sakovsky beschouwd.
In de videocompetitie dingen zes
tien video's uit elf landen mee naar
de Zilveren Wolf van 10.000 gul
den. Daarbij zijn twee Nederland
se producties: 'Exodus along the
Danube' van Peter Forg'acs en
'Grenzeloze Liefde, Made in Afri
ca' van Puck de Leeuw. In het on
derdeel 'Workshop Results' wor
den producties vertoond die tot
stand zijn gekomen dankzij de ID
FA Scenario Workshop. De win
naar krijgt op de openingsavond
een 'realiseringsprijs' van 275.000
gulden die beschikbaar is gesteld
door het Stimuleringsfonds Ne
derlandse Culturele Omroeppro
ducties.
De Top-10 van dit jaar wordt sa
mengesteld door de Japanner Ka-
zuo Ha ra, bekend van onder meer
'The Emperor's Naked Army Mar
ches On'. Volgens Derks wordt het
nog een hele klus zijn lijstje met
vooral Japanse films naar Nedex--
land te kx-ijgen. Het x-etx-ospectief
bestaat uit zeventien films van de
Engelsman Nick Broomfield. In
zijn laatste film 'Kurt and Coux-t-
ney' ondex-zoekt hij de mogelijke
betrokkenheid van Courtney Love
bij de gewelddadige dood van
haar man, Nirvana-zanger Kurt
Cobain. Deze documentaix-e dingt
ook mee naar de VPRO Joxds Ivens
Award.
Nieuw tijdens het IDFA is het pro-
gramma-onderdeel 'Kids and
Does'. In samenwex-king met Ci-
nekid worden op zondag 29 no
vember in het Filmmuseum docu
mentaires voor kinderen vanaf
acht jaar gedraaid.
Francoise Ledeboer
Voor kaartverkoop, reserveren en in
formatie kunnen bezoekers op maan-
dag 23 en dinsdag 24 november van
12.00 tot 20.00 uur en van woensdag 25
november tot en met donderdag 3 de
cember tussen 9.00 en 20.30 uur terecht
in Theater De Balie aan het Kleïne-
Gartmanplantsoen. Telefonisch reser
veren kan met ingang van vandaag
(vrijdag) van 12 tot 20 uur via delDFA-
lijn, tel. 020-62619 39,
Afgelopen woensdag is de Haarlemse
anixnatiefilmer Gerrit van Dijk (59)
koninklijk onderscheiden. Het oeuvre
van de kersverse Ridder in de Orde van
De Nederlandse Leeuw lijkt, na talloze
prijzen op buitenlandse festivals,
eindelijk ook in eigen land op juiste
waarde geschat te worden. Deze dagen
is Neerlands markantste eix
spraakmakendste animatiefilmer
eregast op het Holland Animation Film
Festival.
Zijn laatste, wederom virtuoos
getekende, autobiografische
animatiefilm I Move, So I Am
werd begin dit jaar bekroond met
een Gouden Beer op het festival
van Bei-lijn. Bovendien werd de
film voor meer internationale fes
tivals geselecteei-d dan welke an
dere Nederlandse speelfilm, docu
mentaix-e of animatiefilm dan ook.
I Move, So I Am is de zoveelste
mijlpaal in de imposante cairière
van de Haai-lemse animatiefilmer
Gerrit van Dijk. Deze dagen is hij
eregast op het Holland Animation
Film Festival in Utrecht. Al zijn
films, meer dan veei-tig in totaal,
zullen te zien zijn op dit tweejaar
lijkse festival. Er zitten pareltjes
tussen. Het meest bekend is wel
licht Frieze Frame (1991), waarin
voorstellingen uit vex-schillende
schilderij en uit het Frans Halsmu
seum tot leven komen en in elkaar
overvloeien. Ook het meerdere
malen gelauwerde Pas A Deux,
waarin twee danspartners voort
durend van uiterlijk veranderen
en Oliver Hardy danst met Wins
ton Churchill en Che Guevara
tx-ansformeex-t tot Jezus van Naza-
x-eth, zal te zien zijn, almede vroeg
werk uit het eind van de jaren ze
ventig, toen hij deel uitmaakte van
het sociaal geëngageerde kunste-
naai-sgezelschap Jute.
Beeldende kunst
Gerrit van Dijk werd 59 jaar gele
den geboren in het Brabantse
dorpje Volkel. In Tilbux-g ging hij
naar de kunstacademie, want Van
Dijk wilde beeldend kunstenaar
worden. Hij heeft zijn animatie
films altijd gezien als levende
schilderijen. „Ik denk dat het dui
delijk zichtbaar is dat ik een beel
dende kunst-achtergx-ond heb",
zegt Van Dijk in zijn woning in het
hartje van Haarlem. „Het is onmo
gelijk je eigen i-oots te verlooche
nen. De meeste mensen in de ani
matiefilmwereld zijn het vak
ingerold doordat ze vroeger hele
maal gek waren van Walt Disney.
Gerrit van Dijk: „Het is altijd mijn uitdaging geweest om met de beeld
taal van animatie mensen iets duidelijk te maken." foto De Boer
Ik heb daar nooit affiniteit mee ge
had. Ik benader het medium van
uit de beeldende, experimentele
en grafische kant. De dramatische
verhaallijnen zijn ver te zoeken, ik
denk vooral in vormen."
Nappie noemden ze hem vx-oeger;
naar Napoleon: klein en fel. Fel
heid is nog steeds het handelsmerk
van de Haax-lemmer, die opvalt
door zijn onafscheidelijke hoed.
Veel van zijn films geven blijk van
een grote maatschappelijke be-
tx-okkenheid. Zo zou je Butterfly
R.I.P. uit 1975 uit kunnen leggen
als een felle aanklacht tegen het
opx-ukkende beton dat de natuur
verdringt. De titel van zijn Jute-
film En Verlos Ons Van De TROS,
Amen behoeft nauwelijks nadere
toelichting. „Het is altijd mijiTuit-
daging geweest om met de beeld
taal van animatie mensen iets dui
delijk temaken", zegt hij. „Op zich
is dat een universeel streven. Iede
re kunstenaar wil dat op zijn werk
gereageerd wordt. Dat betekent
niet dat mensen het per se mooi
moeten vinden. Afkeuring, onbe-
gx-ip en afgewende, geshockeerde
blikken zijn ook reactxes."
Geshockeerde reacties heeft Van
Dijk talloze malen op zijn werk
gekregen. A Good Turn Daily uit
1983, waarin een voortdui-end
transformerende padvinder als
achtex-eenvolgens politieman.
Hitler, Mussolini en de paus van de
ene ramp in de andere belandt,
zette kwaad bloed bij de katholie
ke en Russische afvaax-diging op
het filmfestival van Oberhausen.
Op het festival van Varna durfde
de organisatie zijn drie geselec
teerde films niet te vex-tonen, om
dat men het ongepast vond
bevx-iende staatshoofden te bele
digen.
Shockeren
Van Dijk benadrukt dat hij nooit
bewust heeft willen shockeren.
„Ik ben een kind van de jaren zes
tig", zegt hij. „Ik heb de provo-tijd
bewust meegemaakt, de kraakbe
weging zien gx-oeien en heb altijd
commentaar geleverd op de we
reld om mij heen. Ik ben betrok
ken. Niet op een politieke manier,
maar op een punk-achtige manier:
Ik ben niet iemand van de barrica
des en actie-comités. Ik heb mijn
eigen vervoermiddelen: cartoons
en films."
Van Dijk merkt da l h ij zich met het
vorderen van de leeftijd minder
bezighoudt met de grote wereld
thema's. „Mijn cartoons gaan de
laatste jaren steeds meer over ge
beurtenissen dicht bij huis. De
thematiek in mijn films is steeds
persoonlijker geworden. Maar
nog steeds draait het in mijn films
om het te hooi en te gras dingen
naar buiten roepen. En mijn woor
denschat wordt met het jaar gro
ter, wat verklaart dat mijn films er
steeds gestileerder uitzien."
Mark Roos