Badstad voor de gewone Belg door het oog van Wim Riemens Blankenberge van pier tot casino eghetto DUJtengeDjecJ Daarnaast wordt eenzelfde bedrag gereserveerd voor de aankleding van het paviljoen. Er wordt gedacht aan een permanente tentoonstelling rond het ludieke thema 'de trein in zee'. De Duitse modelspoorbouwer Marklin zou al belangstelling hebben getoond. Aanzien De investeringen moeten Blankenberge weer meer aanzien geven. Want de lol was er af. De Vlaamse kust was de laatste jaren nauwelijks nog in trek; steeds meer Belgen keerden de kusstrook van De Panne tot aan het Zwin de i-ug toe. De West-Vlaamse gedeputeerde Femand Peuteman keek drie jaar geleden op z'n horloge en stelde angstig vast dat het nu echt vijf voor twaalf was. Wat was er nog over van de lofzang van de Vlaamse zanger Hugo Matthijsen, die ooit rijmelde: „Ik had eens een vriendin - ze heette Nancy. Het was een zomer en ik kende haar maar pas. Ze wou wel even met me op vakantie. Maar alleen als het naar Blankenberge was. Ik zei: Schat, wat valt daar nu te beleven? 't Is vast nog leuker in Maaseik of Deume-Zuid. Toen zei ze: Makker, luister nu eens even, we gaan naar Blankenberge of ik maak het uit." Maar Nancy kwam daar dus duidelijk van terug, net als al die andere Belgen, die soms voor weken een studiootje huurden aan zee, dagelijks in de rij stonden voor de zijdeur van het chique hotel om er voor een habbekrats een pannetje voedsel vol te laten kwakken en avond aan avond over de dijk flaneerden met dat keffende, venijnige gele keuteltjes producerende mormel. Miljoenen-investeringen moeten het élan opkrikken. Zodat zanger Hugo Matthijssen toch nog vol verve en zonder gêne zijn refrein ten gehore kan brengen: „Blankenberge, Blankenberge, wonderschone stad. Ik wou dat ik mijn achtertuin een Blankenberge had. Blankenberge, Blankenberge, parel aan de kust. De mooiste plek op aarde voor wie zand met schelpjes lust. Het is herfst en het druilt in Blankenberge. Madammen met een bontjas drinken er hun aperitief. En een medewerker van de stad spuit op de boulevard het monument ter nagedachtenis aan de gesneuvelde helden Lippens en De Bruyne schoon. Ze werden op 12 oktober 1892 door de gezant van de sultan vennoord 'te Kassonga'. Nu staan ze versteend en groen uitgeslagen op de zeedijk in het niets te staren. In de lange geschiedenis van de Thoolse smalstad Sint- Maartensdijk - vorige week op de foto in Buitengebied - is weinig opvallends te ontdekken. De historicus W. S. Unger schreef ooit in een boekje over Zeeuwse steden: 'Dat men van een stadje als Sint-Maartensdijk op cultureel gebied niets mag verwachten, spreekt wel van zelf'. Ook vandaag-de-dag kan de 'bestuurlijke hoofdstad' van het eiland Tholen, gelegen aan de zeearm Haestinge of Pluimpot, nauwelijks als een bruisende plaats worden bestempeld, al is er de laatste jaren aardig wat industriële bedrijvigheid ontstaan. AI in het begin van de christelijke jaartelling woonden er mensen in de omgeving van wat nu Sint- Maartensdijk heet. Er zijn inheems-Germaanse en Romeinse stukken aardewerk gevonden, die daarop duiden. De Oudelandpolder waarin de plaats ligt, werd in 1206 bedijkt. Aanvankelijk hadden de Van Borsselens het dorp in hun bezit, vanaf 1553 de Oranjes. In 1485 kreeg Sint-Maartensdijk stadsrechten van Frederik van Egmond. Wel van een lager niveau dan bijvoorbeeld Tholen: zo was Sint-Maartensdijk niet in de staten van Zeeland vertegenwoordigd. Vandaar de benaming smalstad. Lange tijd heeft een kasteel het dorp gedomineerd. Het zogenaamde heerlijke slot werd in de veertiende eeuw gebouwd en in 1820 gesloopt. De rentmeester zetelde er namens de Oranjes tot 1795. Voor de Oranjes vormde Sint-Maartensdijk de springplank naar meer invloed in Zeeland. Willem van Oranje voerde vanaf 1559 de voogdij over de smalstad namens zijn zoon Filips Willem. Daardoor werd hij eerste edele van Zeeland met een plaats in de staten. Sint- Maartensdijk had sterk te lijden onder de Tachtigjarige Oorlog in de vorm van plunderingen en branden, door zowel Spanjaarden als Geuzen. Eén van de oudste gespaarde monumenten is de Nederlands hervormde kerk uit de veertiende eeuw. De toren van de kerk is de enige in Nederland met twee beiaards. Het gemeentehuis aan de zuidzijde van de markt dateert uit 1627. Aan de wegnaar Stavenisse ligt een bijzondere boerderij: de Reygersburgh, gebouwd omstreeks 1680. Het huis heeft ovalen ramen. Van het kasteel is alleen een stukje slotgracht overgebleven.Halverwege de weg naar Scherpenisse staat het Kapoenhof, in 1460 gesticht door Frank van Borssele II. Er was één foute inzending, waarin 's-Gravenpolder genoemd werd. Alle andere oplossingen waren juist en als winnaars kwamen uit de bus: A L. van Vossen, Tholen, W. L. van Gorsel, Sint-Maartensdijk en J. de Bruijne. Vlissingen. Zij ontvangen een waardebon. De vraag van de nieuwe opgave luidt: bij welke plaats staat het gebouw op de foto die Wim Riemens maakte? Oplossingen kunnen tot en met uiterlijk zaterdag 24 oktober worden gezonden naar redactie PZC, Buitengebied, postbus 18, 4380 AA, Vlissingen, fax 01180470102, e-mail redactie@pzc.nl. Onder de inzenders van goede oplossingen worden drie waardebonnen verloot. door Wout Bareman In het restaurant op 'de dijk' - dat is dus gewoon de boulevard - worden garnalenkroketten geserveerd van een exquise kwaliteit. Aangezien wij door de jaren heen door omstandigheden kenner zijn geworden van die knapperige lekkernij (met wit brood), eten we meer dan ooit met opmerkzame papillen. Je hebt er papperige onder, te hard gebakken exemplaren, dedderige rommel... Maar hier is inderdaad sprake van een bouillon-achtig aftreksel van gamalenafval, zo nu en dan een garnaal, bloem, boter en nog wat. Prima. Op de boulevard van Blankenberge is het herfst. Waar anders keurig gecoiffeerde dames hun man - vaak met toupet - én schoothond uitwaaien, doen nu bouwvakkers hun werk. Torenhoge kranen bouwen aan pre-fab- appartementen en werkers van de weg doorboren de gele tegeltjes van de boulevard omdat daaronder kennelijk iets geheimzinnigs is verborgen. Ze doen dat overigens wel over een lange lengte. Blankenberge heeft, als al die andere badsteden aan de Vlaamse kust, natuurlijk heel wat voorspelbaars. Zoals de 'billenkarren', waarmee toeristen graag de boulevard en de straten aan de voet daarvan onveilig maken. Billenkarren? Dat zijn die typische trapautootjes, waarmee het hele gezin zich uitbundig van hot naar her begeeft. 'Hot' is in het geval van Blankenberge de pier, daterend uit 1894, en 'her' het opgeknapte Casino. Tussen die twee trekpleisters rijdt 's zomers een treintje. Een andere attractie is ontegenzeggelijk het Sea Life Centre vlakbij het Noordzeezwembad aan de rand van Blankenberge. Daar wandel forellen, krabben, zeesten-en en roggen door. Sinds enige tijd is er ook een zeehondencentrum gevestigd. Dat was trouwens nog een hele strijd. Ook Oostende wilde een dergelijk opvangcentrum. Het werd dus Blankenberge. je, dankzij een lumineuze constructie onder haaien, Nederlanders De Kamers van Koophandel in de Euregio Scheldemond hebben vastgesteld dat Blankenberge - een badplaats voor 'de gewone Belg' - bij Nederlanders bijzonder in trek is. In 1996 waren de Nederlanders goed voor 58.000 overnachtingen op een totaal van 1,2 miljoen. In de jachthaven (750 ligplaatsen) wordt 's zomers 70 tot 75 procent van de passantenplaatsen ingenomen door Nederlanders. Blankenberge gold jarenlang als 'de assepoester' onder de badplaatsen aan de Vlaamse kust. 111 a a Een sociaal pretparkallures. Maar de afgelopen tien jaar kwam daarin verandering. De straten, de pleinen en 'de dijk' werden opgeknapt, gebouwen gerenoveerd en aannemers zetten voor tientallen miljoenen guldens appartementencomplexen neer. Om precies te zijn 1300, maar wie nu, in de herfst over de boulevard kuiert, ziet alweer tientallen nieuwe complexen verrijzen. Ze blijken zeer in trek bij Nederlandse investeerders en huurders. De piex-, met op de punt het paviljoen in art-nouveau-stijl, blijft het zorgenkind. De oorspronkelijke constructie in gietijzer werd na zware beschadiging in de Eerste Wereldoorlog grotendeels vervangen door een betonnen bouwsel. De pijlers zijn er slecht aan toe, maar er is hoop. De komende drie jaar wordt acht miljoen gulden van het Kustactieplan van de Vlaamse regering aan de pier gespendeerd. foto's Peter Nicolai woensdag 21 oktober 1998

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1998 | | pagina 31