Een stoute meid
uit Overslag
1 my J
buitöngebied
Criterium van honderd millimeter
'üjüincjhn
mm
rc0&È
29
woensdag 21 oktober 1998
Sankie Koster in drie gedaantes.
relativeren en een sausje van
cynisme aan te brengen. We
kwamen op de gekste plaatsen
terecht. Op een gegeven moment
ben ik met de muzikanten van
Ambras in contact gekomen en zo
is dat doorgegaan. Het stuk over
bedrijfsbeëindiging hebben we
een keer of zestig met zoveel
plezier gespeeld. Ik vind het mooi
me in te leven in de pijn, de
blijdschap, de hoop van mensen.
Bij het spelen put ik ook nog steeds
uit de tijd dat ik in de
gezinsverzorging werkte. Je kunt
in die voordrachten iets doen met
je persoonlijke ervaringen."
Het stuk 'Als je buur niet meer
foto's Lex de Meester
klaagt' ligt al weer een paar jaar
achter haar. Sankie meent dat er
op dit moment minder aandacht
voor zou zijn. Ze ziet in de
agrarische wereld tekenen van
herlevende hoop. ,,Na al dat water
hadden we onlangs het idee dat
het hoofd van de mensen er niet
meer naar zou staan om mee te
doen aan het project met de
verlichte boerderijen dat we hier
hadden Het was prachtig te zien
hoe ze het toch deden. Er was geen
bouwlamp meer te koop in de
wijde omgeving. Er sprak trots uit
over het eigen bedrijf, de mooie
gebouwen waar we aan gehecht
zijn. Een paar jaargelden leek
al les zo onzeker en ik denk dat veel
boerengezinnen nu door een
proces zijn heengegaan van
verandering en vernieuwing. Dat
is goed. Er is een omslag gekomen
van onzekerheid in de richting van
inventiviteit. Zo zijn
theeschenkerijen en
minicampings opgezet. Ik zou wel
graag willen dat mensen in die
overgangsfase respect hebben
voor eikaars keuzen. Voor mij
houdt dat ik dat er ook respect en
aandacht moet zijn voor de boeren
die hun bedrijf op de traditionele
manier voortzetten. Het moet
anders en het zal anders zijn, maar
de landbouw heeft natuurlijk
toekomst. Voedselproductie blijft
toch altijd nodig."
„Wil je een appel?"
door A. J. Snel
De gigantische wateroverlast
waarmee de Zeeuwse
landbouw te kampen heeft gehad,
heeft haar doen terugdenken aan
een ontmoeting die ze een paar
jaar geleden had. Ze was door
Nederland op tournee met de
theaterproductie 'Als je buur niet
meer klaagt', een stuk over de
misère waarin boeren raken als ze
hun bedrijf moeten beëindigen.
Sankie Koster speelde het samen
met Jan Wentink voor groepen
mensen van het platteland. Na de
voorstelling kwam een stel naar
haar toe dat op de voorste rij had
gezeten. Ze kwamen met een
hoogst merkwaardige analyse van
hun eigen situatie: 'ons lot ligt in
de handen van Jan des Bouvrie'.
Die mensen hadden een
rozenkwekerij Ze wilden
aangeven dat de trendsettende
binnenhuisarchitect kan sturen
welke kleuren in de nabije
toekomst het beeld van interieurs
zullen beheersen. Zou hij
aankomen met een tint die sterk
zou afwijken van die van een groot
deel van hun rozen, dan ging het
mis. Een rozenkweker heeft te
maken met cycli van ongeveer vijf
jaar. Kweekt hij zalmkleurig
bloemen, dan moet hij hopen dat
die kleur in huiskamers gewild
blijft. Verandert de modetint, dan
loopt hij het risico dat de prijzen
kelderen. Vandaar die wat gelaten
opmerking over het lot van de
ondernemer dat in handen ligt van
een heel andere ondernemer.
Wankel evenwicht
Sankie Koster onderkent wel dat
de opmerking over het verband
tussen een en ander wat aangezet
is, maar niettemin: in de
agrarische sector moeten mensen
rekening houden met een wankel
evenwicht. Boeren die de laatste
tijd net weer een beetje moed
hadden gekregen, liepen midden
september een geweldige dreun
optoen in heel korte tijd het water
met bakken over hun akkers werd
uitgestort. „Ik ben ervan
overtuigd dat al die regen voor een
aantal mensen op langere termijn
het einde van het bedrijf betekent.
Nu wordt een vergoeding gegeven,
maar er blijft een financiële
terugslag te verwerken en dat zal
niet iedereen lukken. Over een
paar jaar zullen ondernemers
moeten stoppen en is diffuus
geworden dat het keerpunt in
negatieve zin heeft gelegen bij al
dat water in dit najaar. Het kan zo
op het oog ergens goed gaan, maar
een paar zware buien en het is
gebeurd."
Dat zijn sombere waarnemingen
van een boerin met een
buitengewoon zonnig karakter.
Nouja,boerin. Datisze naar eigen
zeggen overwegend op
hoogtijdagen. Als er geoogst moet
worden zit ze op de combine. Of ze
staat bij de sorteermachine of
steekt een handje toe bij het poten.
Maar wat eigenlijk haar vak is?
Daar moet ze lang over nadenken.
„Ik verzorg streekvoordrachten,"
zegt ze dan. „En ik werk op het
land en in het huishouden."
Ze zet types neer op bruiloften.
Geeft daar als werkster,
roddeltante of boerenvrouw
commentaar op alles waar maar
commentaar op te verzinnen is. In
het dialect van het oosten van
Zeeuws-Vlaanderen. Ze speelt
voor leden van boeren
standsorganisaties en
vrouwenclubs ten plattelande. Ze
verzorgt hilarische
onderbrekingen in serieuze
trainingen van bij voorbeeld
vertegenwoordigers van een
kunstmestfabrikant die een nieuw
product in de markt moeten
zetten: de groene korrel. Ze
onthoudt zich dan van gladde
reclamepraat maar zet een boerin
neer die verschillende types
verkopers te woord staat en
daarbij geducht laat merken in
hoeverre ze het gebruik van after
shave, een bepaalde haardracht,
outfit of verkooptechniek weet te
waarderen.
Haar types zeggen dingen die in
het alledaagse maatschappelijk
verkeer alleen maar gedacht
worden. „Ik kan heel schuin zijn
hoor," meldt ze met een stralende
glimlach. „Ik heb wel een beetje
dat stoute. Het Vlaams is nou
eenmaal een beetje losser; in het
dialect kun je meer zeggen dan in
het Nederlands. Ik kan trouwens
niet eens in het Nederlands spelen.
Dan komt het niet uit mijn hart,
het heeft dan niet met mezelf te
maken."
Suzanna Den Hamer werd in 1957
in Axel geboren, op de vierde
oktober. „Mijn vader zegt altijd
dat het een bijzonder goed haar
was en zelf ben ik heel tevreden
over de datum. Dierendag. Dan
zijn alle apen jarig." Hoe haar
voornaam veranderde in Sankie
valt niet meer te achterhalen. De
achternaam Koster viel haar ten
deel bij gelegenheid van haar
echtverbintenis
Ze was ooit van plan na de mavo
'een opleiding te volgen om
etaleuse te worden. Later leek de
richting van de weg- en
waterbouw haar zeer schoon. Een
test wees uit dat ze wel op haar
plaats zou zijn bij de politie
waarbij deskundigen over het
hoofd moeten hebben gezien dat
het velen een waar genoegen zou
hebben zijn geweest uit haar
handen een proces verbaal te
ontvangen. Ze volgde uiteindelijk
in Dordrecht een opleiding
gezinsverzorging en dat werd haar
vak.
Sankie kijkt erop terug met een
mengeling van verbazing en
tevredenheid. Verbazing over het
feit dat ze als meisje van
negentien, twintig binnentrad in
het persoonlijk leven van mensen
die daarmee geen moeite hadden.
Tevredenheid over de ervaringen
die ze opdeed: „In Dordrecht was
ik een tijdje bij een Joodse familie
in huis. In Temeuzen werkte ik
onder meer bij een Turks gezin.
Mensen die zo puur waren, die hun
emoties toelieten. En ik kwam in
aanraking met mensen wier
probleem vooral was dat ze
onvoldoende aandacht kregen.
Gescheiden vrouwen bij
voorbeeld. Het was een tijd
waarin overspannenheid en stress
nieuw ontdekte begrippen waren.
Ik heb in die periode zoveel
geleerd. Ik ben er, hoe clichématig
dat ook mag klinken, veel rijker
van geworden. Mensen vertelden
je van hun moeilijkheden,
maakten je deelgenoot van
processen die ze doormaakten.
Daar wordt je minder
veroordelend van. Je wereld wordt
vergroot. En ik heb ervaren hoe
platteland en stad van elkaar
verschillen. Als je tussen die flats
en huisjes met overal die raampjes
en gordijntjes, waarachter van
alles gebeurde, na het werk naar
huis ging, dan voelde je zo sterk de
verademing van het platteland."
Straattheater
Ze kwam uit een familie van
boeren en trouwde met een boer,
Wim Koster. Op de suggestie dat
zulke verbintenissen goed zijn
voor de omvang van bedrijven
reageert ze vrolijk: „Jaja, om de
kluiten in 't spel te houden hè." Ze
hield het niet bij huis en hof. In
Axel had ze amateurtoneel
gespeeld bij de inmiddels
opgeheven groep Wudder. Later
ging ze de straat op, ook om
theater te maken. „Dat is veel
leuker dan in een zaal. Als mensen
een kaartje gekocht hebben,
kijken ze een voorstelling wel uit,
wót ze er ook van vinden. Op
straat lopen ze door als ze niet
geboeid zijn. Je moet een heel
directe benadering kiezen,
mensen aanspreken. Ik heb dat
altijd heerlijk gevonden. Mensen
tot elkaar brengen, ze op de
verkeerde hak te zetten, te
door A. J. Snel
Zeven Chinezen bezochten
vorige week het
Munnikenhof. Lokale
bestuurders uit een
communistisch land, gasten van
het gemeentebestuur van Veere.
Kees Bierens had in de loods waar
hij 's winters caravans stalt een
zitje gemaakt en een uitstalling
van landbouwproducten. De
bezoekers van verre bleken vooral
helang te stellen in de recreatieve
kant van zijn bedrijf: de
minicamping. Er was een in
Nederland geboren Chinese tolk
aan het gezelschap toegevoegd.
Een man met een Rotterdams
accent.
Bierens: „Het was best een
bijzondere ervaring om die
mensen een keer te ontvangen.
Heel hoffelijk waren ze. De
communicatie verliep natuurlijk
niet zo makkelijk want je moet
steeds na een paar zinnen een
pauze inlassen voor de vertaling.
Maar het was toch aardig. Vooral
ook omdat het mooi weer was en er
nog wat mensen op de camping
verbleven. Daar mochten de
Chinese gasten binnen in de
caravan kijken, een fenomeen dat
ze in eigen land niet kennen."
Dat mooie weer was van korte
duur. De boeren hebben de
afgelopen periode maar weinig
kunnen doen en ze zijn niet zonder
zorg want naarmate het kouder
wordt en de dagen korten, wordt
het moeilijker oogsten. Bierens
sluit niet uit, dat collega's een
aantal percelen aardappels niet
gerooid kunnen krijgen. Zelf heeft
hij intussen een stuk
aardappelland geploegd. Daar
zaait hij binnenkort wintertarwe.
Op een bijeenkomst van de Kring
Midden-Zeeland van de
landbouworganisatie GLTO heeft
hij dezer dagen waargenomen hoe
de wateroverlast van midden
september nawerkt. „Er is een vrij
nette vergoedingsregeling, maar
je merkt dat er nog steeds wat
spanningen frustratie heerst als
het gaat om de begrenzing. Het
criterium is honderd millimeter
regen in dat etmaal. Waar minder
is gevallen, geldt de regeling niet.
Je zult net aan de verkeerde kant
van de weg of de dijk zitten."
Jonge generatie
Hij vindt het triest dat de hardste
klappen vooral vallen bij
ondernemers van de jongere
generatie. „Die hebben nogal eens
zware financiële lasten en om die
te dragen boeren ze vaak
intensiever dan ouderen die aan
het afbouwen zijn. De jongeren
kunnen het zich in veel gevallen
niet permitteren extensieve
gewassen als granen en graszaad
te telen. Ze zoeken het in de
aardappelen, uien en winterpeen
en hebben een bouwplan waar
meer geld ingestoken moet
worden. Als het goed gaat, levert
dat ook een beter resultaat op.
maar zit het tegen, dan krijgt je
zwaardere klappen. Je ziet nu dat
de oudere ondernemers die
extensiever boeren minder schade
ondervinden door het water en dat
de jongeren die intensief bezig zijn
het veel meer te verduren krijgen.
Het werkt dus tegengesteld."
Bierens signaleert ook dat
collega's die zich sterk
gespecialiseerd hebben, minder
spreiding van risico kennen.
„Aardappelen zijn de kurk
waarop veel akkerbouwers
drijven en dat gegeven heeft geleid
tot een stuk specialisatie. Je richt
al je kennis en energie overwegend
op dat ene gewas, omdat je daar
nog wat inkomsten van kunt
verwachtemDat gebrek aan
differentiatie is riskant. Ik had
vroeger melkvee en akkerbouw en
nu heb ik naast de akkerbouw als
tweede poot de recreatie. Als je om
betere resultaten te halen bent
gaan specialiseren, maak je je ook
kwetsbaarder."
|Hg|
-i
Akkerbouwer C.J. Bierens uit Grijpskerke doet in deze rubriek weke
lijks verslag van zijn werk en wederwaardigheden.