Apothekers
in de ban
van bonussen
Tenten, overvolle centra en te veel lege huizen
PZC
Grote geld gaat boven zorg
voor gebruiker medicijnen
reportage
27
Nederlands
asielbeleid
is mislukt
zaterdag 3 oktober 1998
gen uiteindelijk betaald uit het totale
zorgbudget dat de verzekeraars via de
premies te besteden hebben. Apothekers-
winsten gaan aldus ten koste van - bij
voorbeeld - gehandicaptenzorg.
Voorraad
In de redenering van Borst gaat het de
apotheker dus voor de wind, terwijl hun
naar schatting honderden miljoenen gul
dens winst beter aan de zorg in het alge
meen ten goede kan komen. Borst zit
sowieso in haar maag met de medicijn
consumptie; die is nu al zes miljard op
j aarbasis en zal naar verwachting met 17
miljard gulden toenemen. De minister
heeft de ambitie om de verhoging 600 mil
joen gulden lager te laten uitvallen. Het
liefst zou zij zien dat de verzekeraars de
medici j nen gaan inkopen en de apotheker
tegen een norminkomen van zo'n 165.000
gulden weer gewoon zorgverlener wordt.
„Maar ik bén vooral zorgverlener, en vele
collega's met mij," zegt de 34-jarige apo
theker Martijn van Unnik uit Breda. Zes
jaar geleden nam hij het bedrijf over en
heeft daarvoor een zware lening bij de
bank lopen. Van Unnik bespreekt zelf de
inkopen twee keer per jaar met zij n groot
handel en krijgt kleine kortingen. „Onder
meer voor de snelle betaling en het in
voorraad houden van grote partijen. Dat
gaat bij elkaar om zes, zeven procent. Dat
krijgt iedereen. Ik ben altijd snel klaar
met ze. Aan het bedingen van extra kor
tingen doe ik niet mee. Daar heb ik ook
geen zin in."
Van Unnik heeft tien apothekersassisten
ten in dienst, fulltime en parttime. Het
bedrijf betaalt hij uit de marges op medi
cijnen en de zogeheten 'receptregelver-
goeding'. Voor iedere recept krijgt een
apotheker sinds 1988 een vast bedrag, 10
gulden en 80 cent, aan vergoeding. Of er
nu één pil of honderd pillen in een verpak
king zitten. „Het lijkt misschien veel,
maar ik heb bijvoorbeeld een klant die
pijnstiller, morfine, via het ruggenmerg
krijgt toegediend. Het pi-epareren van de
box die zo iemand op het lichaam draagt,
kost me anderhalf uur werk. Tien procent
van de medicijnen bewerken we nog zelf,
zoals zalven en bepaalde vloeistoffen met
wisselende concentraties. Of andere pro
ducten die voor de industrie niet lucratief
zijn vanwege de beperkte houdbaarheid.
„Zo'n morfinebox maak ik zelf, moeilijke
dingen maken dit vak nou juist leuk. Maar
op dat product zit amper marge in de
kostprijs, dus dan is een tientje vergoe
ding niet veel. Dat wordt dan doorgaans
weer goed gemaakt door 'hardlopers';
producten die veel over de toonbank gaan
en niet veel begeleiding vragen. Het houdt
elkaar een beetje in evenwicht." Van Un
nik ziet met lede ogen de discussie over de
apotheker aan. „Het is niet leuk als ze zo
over je vak praten terwijl je weet dat het
bij jou en veel anderen niet zo werkt. Het
zou mooi zijn als het systeem van bonus
sen en kortingen verdween. Dan zou er
een hoop discussie minder zijn.
Van Unnik ziet de oplossing van de medi-
cijnkosten vooral ook bij de arts. „Er
wordt al veel aan gedaan, maar veel art
sen schrijven nog steeds dure medicijnen
voor, terwijl goedkopere waarschijnlijk
ook goed zouden werken. Apothekers ma
ken lijsten waamit artsen voor een be
paalde aandoening kunnen kiezen. Op
dat terrein is nog een hoop te winnen. Pro
beer als het enigszins mogelijk is, eerst
iets goedkoops."
Een woordvoerder van de Landelijke
Huisartsen Vereniging (LHV) beaamt het
belang van het voorschrijven. „Daar doen
de artsen ook al veel aan. We werken aan
een elektronisch voorschrijfsysteem
waarmee we denken honderden miljoe
nen te kunnen winnen. Contracten tussen
artsen en zorgverzekeraars zullen op dat
terrein in de toekomst dwingender wor
den dan nu. Een arts moet dan nog wel van
een bepaald medicijn kunnen afwijken,
maar daarvoor een goede reden hebben.
Inkoop
In een brief aan de minister hebben deze
zomer ook de verzekeraars gewezen op de
rol van de arts. Deze zou verplicht de stof
naam moeten voorschrijven en niet een
merknaam, zodat de apotheker de goed
koopste optie kan verstrekken. Vooral
medicijnen waarover het patent (het pro
ductierecht) is verstreken, worden becon
curreerd door merkloze. veel goedkopere
producten. De excessieve kortingen en
bonussen worden vooral uitgedeeld door
fabrikanten van wie een patent afloopt.
Zij trachten de apotheker met lucratieve
aanbiedingen aan hun product te binden.
Voor Borsts idee, de inkoop laten doen
door verzekeraax-s, pleit de brancheorga
nisatie Zorgverzekeraars Nederland ove-
rigens niet. Het ziekenfonds Azivo in Den
Haag bereikte er weliswaar goede resul
taten (minderuitgaven) mee, maar andere
verzekeraars blijven als schoenmaker lie
ver bij hun leest. Naast de ziekenhuizen,
die met de gewone apotheek mogen
concurreren, wil Den Haag binnenkort
overigens ook andere instellingen (ook
verzekeraars) toestaan in medicijnen te
handelen. Mits er een apotheker in dienst
is.
De verzekeraars vinden dat apothekers
de verkregen kortingen en bonussen op
hun declaratieformulieren moeten ver
melden. Ook het ministerie wil de kortin
gen en bonussen aan banden leggen,
hoewel het de overheid zelf was die het
systeem begin jaren'90 introduceerde.
Bedoeld als stimulans voor 'marktwer
king' exx compensatie voor tekortschie
tende omzetten.
Onderzoek
De KNMP wil samen met de overheid on
derzoek doen naar de bonussen en kortin
gen van apothekers. Tot dusver weigerde
KNMP dit, maar de discussie over exces
sieve verdiensten van apothekers speelt
de brancheorganisatie parten. Woord
voerster De Roos: „We weigerden omdat
de overheid haar belofte de recepti-egel-
vergoeding te verhogen, niet nakwam.
Dat moest in zo'n operatie meegenomen
worden, vonden we. En vinden we eigen
lijk nog."
„Dat misschien de helft van de leden van
bonussen en kortingen profiteert, vinden
we niet opmerkelijk. Die houden hun be
drijf daardoordraaiende. Maar dediscus-
sie over de excessieve inkomsten van mis
schien 100 tot 200 apothekers, slaat nu te
hard terug op het imago van de branche
als geheel. Op alle 1500 apothekers. Daar
om gaan we met onze leden in gesprek om
wel aan zo'n ondei-zoek mee te werken.
Die kleine groep apothekers doet mets
anders dan kijken waar ze de meeste koi"-
ting kunnen krijgen. Aan zorg voorde pa
tiënten doet die niet. Dat vinden we een
ongewenste ontwikkeling."
Voormalig apotheker mevrouw C. Sieg-
man (70) uit Amsterdam verwoordde het
als volgt in het Pharmaceutisch Week
blad: „Het is jammer dat de industi-ie des
tijds met bonussen is gekomen. Daardoor
hebben sommige mensen alleen vanwege
het geld voor farmacie gekozen. Ik wil
niet zeggen dat daar geen goede apothe
kers bij zitten, maar op die manier ver
dwijnt de warmte uit het vak."
Hans Leber
foto's GPD.
Achter de schijn van een witte apothekersjas gaat menig grootverdiener schuil.
Een groep van 100 tot 200 apothekers heeft slechts oog voor kortingen op
medicijnen, niet voor de patiënt. Minister Borst van volksgezondheid vindt dat de
apotheker moet kiezen: zorgverlener of handelaar zijn.
De Koninklijke Nederlandse Maat
schappij ter bevordering der Phar-
macie (KNMP) zit met de kleine groep
collega's in haar maag. De brancheorga
nisatie hamert in reactie op dreigende
concurrentie al jaren op de zo belangrijke
zorgfunctie van de apotheker Maar de ge
middelde Nederlander ontgaat sowieso al
wat deze zorg inhoudt. Na de introductie
van Bayer's 'aspirine', vele decennia gele
den, zijn de magazijnen van de apotheek
inmiddels gevuld met voorverpakte me
dicijnen. De apothekersvijzel staat allang
thuis op de schoorsteen.
'Mijnheer Jansen, 3 x daags 1 tablet' en
verdere informatie over het medicijn
staat uitvoerig in de bijsluiter. Zorgfunc
tie? „Klopt, het echte werk van de apothe
ker gebeurt achter de schermen. Het zou
goed zijn als de apotheker dat meer laat
zien. Hij kent de klant en diens persoon
lijk farmacologisch dossier, dat moet hij
laten blijken." Woordvoerster C. de Roos
van de KNMP kent het probleem. „De
apotheker controleert achter in zijn be
drijf bijvoorbeeld of een patiënt een com
binatie van medicijnen gebruikt die scha
delijk is. En natuurlijk gaat de meeste,
wel zichtbare zorg naar chronisch zie
ken.
De apotheker heeft ook een merkwaardi
ge positie. Hij bevindt zich op het kruis
punt waar de wereld van het grote geld en
de commercie, de farmaceutische indu
strie, in het gemeenschapsgeld van de
zorgsector overgaat. Volgens schattingen
van de KNMP kiezen zo'n 100 tot 200 van
de in totaal 1500 apothekers in Nedei'land
al te zeer voor de commercie. Die rekenen
alleen maar, 'zorgen' amper en staan wat
vaker op de golfbaan. Geen probleem,
totdat de kostenstijging voor medicijnen
in Nederland explosief begon te groeien
en inmiddels grote zorgen baart.
De discussie over apothekersinkomsten
barstte meer dan een jaar geleden los.
Farmaceut Glaxo Wellcome bood apothe
kers hoge kortingen voor een product
waarvan het patent afliep. Als tegenpres
tatie gaven de apothekers informatie over
de omzetgegevenswaaronder ook die van
concurrerende medicijnen. De zaak ver
oorzaakt tot op de dag van vandaag op
hef. Minister Borst van Volksgezondheid
zei een week geleden te vei'wachten dat de
helft van de apothekers gebruik maakt
van Glaxo's kortingen en bonussen, deze
week werd dit inderdaad door het bedrijf
bevestigd.
De KNMP-woordvoerster stelt dat de
apothekersinformatie aan Glaxo niet pri-
vacy-gevoelig is. „En bonussen en kortin-
gen zijn heel gewoon voor ondernemers,
ook voor apothekers. We vinden alleen
dat een apotheker geen afspraken met een
farmaceut over medicijnen moet maken
voordat zij in het overleg met de artsen
bepalen welke medicijnen voor bepaalde
aandoeningen verstrekt zullen worden.
Dan is de onafhankelijkheid van de
apotheker in het geding. Om dit in de toe
komst te voorkomen, gaan we de gedrags
code voor de apothekers aanpassen. Apo
thekers moeten pas na het overleg met de
artsen op zoek naar het goedkoopste mid
del."
Na PvdA-Tweede-Kamerlid en Amster
dams huisarts R. Oudkerk, die zijn stx-ijd
tegen de groot verdienende apotheker al
jaren geleden inzette, is nu ook voor mi
nister Borst de maat vol: Apothekers
moeten of zorgverlener of inkoper wor
den. De hoogte van de huidige bonussen
en koidingen die veel apothekers bij hun
leveranciers bedingen, is haar een gruwel,
zij wil ze verbieden. Doordat de prijzen
voor de consument in Nedexiand vast
staan, worden deze lucratieve aanbiedin
De opvang van vluchtelingen loopt in
het honderd. Is Nederland het putje
van Europa of legt de vluchtelingen
stroom het falende Nederlandse asielbe
leid bloot? Justitie houdt „verwarmde
luxe partytenten" achter de hand voor
vluchtelingen die over drie weken aan de
grens staan. In Neerrijnen staan huizen
leeg omdat asielzoekers met status er
niet willen wonen. In de asielzoekers
centra verblijven vijfduizend statushou
ders die wachten op een huis. Daarnaast
houden nog eens duizenden 'technisch
niet verwijderbaren' (mensen die hun
thuisland niet meer binnenkomen) plek
ken bezet in de centra.
Zie daar het volkomen verstopte Ne
derlandse asielbeleid. Aan de voor
deur moeten tenten worden opgezet om
dat de achterdeur klemt. Mensen die
moeten worden uitgezet, blijven hangen.
Mensen die mogen blijven, worden veel
te traag in een woning gehuisvest. Dus
zitten de opvangcentra bomvol. Gemid
deld zijn ze voor negentig procent bezet
(en daardoor nog leefbaar)over drie we
ken is geen bed meer onbeslapen. Door
hard te roepen dat er meer vluchtelingen
Nederland binnenkomen dan verwacht,
suggereert Justitie een overval. Alsof het
de vluchtelingen zijn die de boel in het
honderd laat lopen. In werkelijkheid
maken zij pi j nl ijk duidelijk waar het Ne
derlandse beleid faalt.
De asielprocedures duren in Nederland
gemiddeld een tot anderhalf jaar in
plaats van de afgesproken zeven maan
den. Zesduizend vluchtelingen wachten
zelfs al langer dan drie jaar op uitsluitsel.
Is de felbegeerde status eenmaal afgege
ven dan duurt het vervolgens nog drie tot
zes maanden voordat de vluchteling een
huis heeft betrokken. „Het is de bureau
cratie, de enoxme papierwinkel tussen
het COA en gemeenten, die statushou
ders zo lang in de opvangcentra houdt",
zegt F. Biesman van Vereniging Vluchte
lingenwerk Nederland(WN).
Gemeenten bieden bij het COA in Rijs
wijk woonniimte aan. Het COA zoekt er
vervolgens bewoners voor. Of andersom.
De afstemming van vraag en aanbod
duimt doorgaans veel te lang. Soms blij
ven woningen onnodig lang leeg staan
omdat vluchtelingen (mogen) weigeren.
Bijna allemaal willen ze bij familie wo
nen of ander-s in het westen van het land.
Soms moeten statushouders onnodig
lang wachten omdat gemeenten te wei
nig woningen beschikbaar stellen.
Sloopplannen
Zo heeft de gemeente Groningen een
flinke achterstand op haar taakstelling.
Honderd vijf tig vluchtelingen die al in
Groningen hadden moeten wonen, hou
den nu nog plaatsen bezet in asielzoe
kerscentra. „Wij zijn met handen en
voeten gebonden aan de woningbouwco-
orporaties. Als ik nu bel dat ik tien wo
ningen nodig heb, laten ze over een
maand weten dat ze er zes kunnen leve
ren. Dat schiet niet op. Ik zou gx-aag zelf
willen grasduinen in hun bestand. Vol
gens mij is er veel meer te halen. De wo
ningbouwcorporaties zijn terughou
dend omdat er sloopplannen zijn voor
8000 woningen. Als ze daar mensen
plaatsen moeten ze misschien opdraaien
voor verhuisregelingen of px'emies", zegt
gemeenteambtenaar Tentury.
Zolang de doorstroom stagneert, blijft,
de opvang van nieuwe asielzoekers een
probleem.
'Regiomanagers' van het COA speuren
het land af op zoek naar leegstaande ge
bouwen en braakliggende terreinen. An
neke Haarsma is een van hen. Ze kennen
haar gezicht, het nummerbord van haar
auto en volgen haar met argusogen. Als
Haarsma binnen de gemeentegi'enzen is
gesignaleerd, komen niet lang daarna
asielzoekers. In opdracht van het COA
stroopt ze Friesland, Groningen en
Drenthe af op zoek naar woonniimte
voor grote groepen vluchtelingen die
wachten op de uitslag van hun asielver
zoek. Alle kloosters, reci'eatieparken en
kazernes kent ze. Pas als de koop of huur
van een complex rond is, ontvouwt ze
haar plannen aan de burgemeester. „Een
vroege bekendmaking drijft de pi'ijs op
en geeft onnodig veel commotie", legt
Haai'sma uit.
Gemeenten voelen zich vaak overvallen,
reageren terughoudend of zetten de te
genaanval in. Op informatie-avonden
laten boze burgers zich gelden over 'de
komst van de vreemdelingen, maar ook
over de spaarzame straatverlichting en
de bonkige verkeersdrempels. Haarsma
(tevens oud-wethouder) spreekt van
„een avondje stoom afblazen", „Het kan
er heel heftig aan toe gaan. Elke stoepte
gel die fout ligt, wordt te berde gebx*acht.
Ik stel op zo'n avond altijd voor om na
een half jaar na opening van het centrum
weer een avond te beleggen voor bezwa
ren. Maar dat blijkt nooit nodig. Altijd
gaat het zo. Ik voel me soms net een mis
sionaris".
Maar ook met de volle medewerking van
gemeenten duurt het wel een jaar voor
dat alle px-ocedures zijn doorlopen en een
opvangcentx-um voor asielzoekers kan
worden geopend. Dat geldt voor leeg
staande gebouwen, maar ook voor
braakliggende terreinen waar asielzoe
kers zouden kunnen worden gehuisvest.
Voor Haarsma blijft niets ongezien.
Zo beschikt de gemeente Ten Boer over
een woningbouwlokatie waar pas over
vijf jaar huizen mogen worden gebouwd.
In de tussentijd worden er asielzoekers
opgevangen. Efficiënt grondgebnxik
heet dat. Maar over vijf jaar moet het
centrum weer weg, jammert de plaatse
lijke middenstand en jaagt Haarsma de
inwoners van een ander dorp de schrik
om het lijf.
Nationale aanpak
Want zolang er oorlog is. zullen er vluch
telingen zijn. Niks tijdelijks. Toch plakt
Nederland al tien jaar pleisters en pro-
beert Justitie 'de toestand in de wereld'
in cijfers te vangen, Worden er opvang
centra gesloten en weer geopend. „Ik be-
gx'ijp daar niets van", verzucht J. Olders,
ambtenaar in Delfzijl dat deze zomer
door Haarsma werd overvallen door een
'asielboot.'. „Waarom kiest de overheid
.niet voor een nationale aanpak waarbij
alle gemeenten accommodaties voor
handen moeten hebben die bij nood kun
nen worden ingericht als asielzoekers
centra". Ook Haarsma wil niet blijven
„leuren". „Het zou gemeengoed moeten
zijn dat iedere gemeente een klein op
vangcentrum heeft. De opvang van
asielzoekers is dan niet langer zwaar be
laden maar vanzelfspx-ekend en zelfs
aanti'ekkelijk. Want vergeet niet hoeveel
wei'kgelegenheid zo'n centrum gene
reert".
Monique de Knegt