Het WK zat al een jaar in mijn kop Jan Raas greep kans van zijn leven in 1979 Herinneringen aan een veelbewogen dag Het podium van het WK in Valkenburg. Van links naar rechts Thurau, Raas en Bernaudeau. foto ANP Jan Raas toont zijn regenboogtrui aan het publiek. Henk Lubberding: „Ik moest de kar trekken in de finale. We waren met een groep vooruit Ik heb het tempo hooggehouden, want er mocht niemand weg. Voor Jan heb ik mijn eigen kansen aan de kant gezet. Zelf had ik ook een superdag, maar de opdrachten die ik kreeg, voerde ik blindelings uit. Daar was J an me erg dankbaar voor, want aan de finish werd ik met open armen door hem opgewacht, Dat was zó mooi, dat was met geen geld te betalen. Het was echt gemeend. Iedereen had de hele dag voor Jan gereden, want hij straalde uit dat hij goed was. Als hij voor de start al zat te snuiven en te tieren en te vloeken, dan wist ik dat het goed zat." Hennie Kuiper: „Jan was super gemotiveerd, want hij wilde heel graag wereldkampioen worden. Hij was een echte leider. Dat dwong hij ook af. Toen die kopgroep van acht man wegreed, met twee renners van ons erbij, hebben wij de zaak dichtgegooid in het peloton. Ik had er alle vertrouwen in dat Jan ging winnen. Zoiets kon je wel aan hem overlaten. Hij was de verdiende kampioen. Ik had er geen probleem mee om in zijn dienst te rijden, want ik was zelf ook al eens wereldkampioen geweest." Wim Jeremiasse: „De Italianen protesteerden tegen het onregelmatige verloop van de eindsprint, maar daar had Raas part noch deel aan. Iedereen riep dat hij op onrechtmatige wijze wereldkampioen was geworden. Het leek op een hetze tegen Raas en de Ne derlandse ploeg. Wij hebben het protest afgewezen. Die beslissing was unaniem, hoewel erbinnen de jury niet alleen voor-, maar ook tegenstanders waren. Maar er was geen druk van buitenaf. De jury heeft onafhankelijk een beslissing geno men." Jan Raas gaat als eerste over de streep in Valkenburg. Rechts Bernaudeau (derde) en Thurau (tweede). foto ANP foto Cees Zorn/GPD Boegeroep Tijdens die kermiskoers in het Belgische Koersel werd de we reldkampioen op boegeroep onthaald. In het buitenland was er veel kritiek op de manier waarop de Zeeuw de wereldtitel had veroverd. „Maar van de ren ners zelf heb ik nooit een kri tisch woord gehoord. Broeken en shirtjes vastpakken deed ie- dereen. En zonder duwen en trekken heb ik daarna ook nog heel veel koersen gewonnen." De kritiek werkte als doping op de getergde kampioen. „Ik wil de bewijzen dat ik de terechte waarin hij twee ritten en het eindklasse ment won. Daarmee deelde hij de eerste psychologische tik uit aan zij n voornaam ste tegenstrevers. „In de Ronde van Ne derland bleek al dat de Belg Daniël Wil- lems met mij een van de favorieten voor de wereldtitel was. Willems was een snelle spurter, maar in de Ronde van Nederland klopte ik hem in de eindsprint. Dat was goed voor mijn zelfvertrouwen." Zelfverzekerd leefde Raas toe naar de dag waarop het moest gebeuren. Ook voor het Nederlandse publiek was de Zeeuw de grote favoriet. „Raas is niet te kloppen, schreven de kranten. Dat was wat voor barig, want alles moet meezitten op zo'n dag. Je mag niet vallen en geen materiaal- pech hebben. Op de dag voor het WK ging het nog bijna mis. Ik reed naast Piet van Katwijk, die ineens mijn stuur raakte. Ik schrok me wild en viel op mijn elleboog. Daar gaat het WK, dacht ik. Maar een dag later had ik er geen last meer van." Die zondagmorgen verscheen Raas aan de start van de wedstrijd die hij in zijn hoofd al ontelbare malen had gereden. „In mijn gedachten hadden zich alle mogelijke scenario's al afgespeeld. Altijd was ik weg met een groepje. Alleen aankomen hoefde ik niet zo nodig, omdat ik maar voor wei nig mensen bang moest zijn in de sprint. Alle scenario's liepen goed af. Maar zoals het uiteindelijk is gegaan, zo had ik het nooit voorspeld. Het ging namelijk nog bijna fout." Waarschuwing Aanvankelijk leek er geen vuiltje aan de lucht te zijn voor de kopman van de Ne derlandse selectie. Bijgestaan door een groot aantal van zijn ploeggenoten uit het Raleigh-team van Peter Post, had Raas de koers volledig onder controle. Nadat een lange ontsnapping van de Brit Hayton on gedaan was gemaakt, stuurde de Zeeuw zijn secondant Jo Maas mee in een ont snapping met de Fransman Duclos Las- salle en de Italiaan Barone. De tegenstand kwam echter uit onverwachte hoek. Hal verwege de wedstrijd kreeg Raas een offi ciële waarschuwing van de commissaris sen van de UCI (wielrenunie), die op tv zagen hoe Raas zich aan de shirts van zijn ploeggenoten de Cauberg op liet trekken. Alleen de overtredingen van de Neder landse ploeg werden door de NOS in beeld gebracht. Op tv Ten onrechte, volgens Raas. „Alle kop mannen lieten zich naar boven duwen en trekken. Wilde ik wereldkampioen wor den, dan moest ik het ook doen. Toen ik tijdens de koers een waarschuwing kreeg, ben ik er meteen mee gestopt. De anderen konden er echter mee doorgaan, want hun overtredingen kwamen niet op tv. NOS- regisseur Martijn Lindenberg had de op dracht gegeven om alleen de oranje shirts in beeld te brengen. Post had ruzie met Lindenberg over de manier waarop de NOS in 1979 het dopinggeval rond Joop Zoetemelk had aangepakt. Binnen de Ra- leigh-ploeg was toen besloten om geen tv- optredens meer te verzorgen bij de NOS. Lindenberg wilde Post terugpakken op het WK, en dat gebeurde over mijn rug. De beslissing van het WK viel vexTassen- derwijs niet op de Cauberg, maar op een vlakke weg. Grote namen als De Vlae- minck en Hinault lieten zich verrassen door een demarrage van Henk Lubber ding. De nationaal kampioen kreeg zijn kopman Raas met zich mee. Ook de Fran sen Chalmel en Bernaudeau, de Italiaan Battaglin, de Noor Knudsen, de Duitser Thurau en de Belg Willems vonden aan sluiting. Lubberding hield het tempo hoog, terwijl daarachter Knetemann, Kuiper en Zoetemelk het peloton in be dwang hielden. Vlak na de laatste beklim ming van de Cauberg sloeg de lont in het wereldkampioen was. Ik legde mezelf extra druk op, want ik had de behoefte om me te bewij zen. Tijdens de koers werd er nog meer naar mij gekeken, maar ik moest en zou mijn re genboogtrui laten zien. Ik moest zo veel mogelijk winnen. Win nen, winnen, winnen. Negentien jaar na dato ziet Raas het WK in Valkenburg opnieuw met ver trouwen tegemoet. Op een in vergelijking met 1979 nagenoeg ongewijzigd parkoers geeft de Zeeuw vooral de renners uit zijn eigen Rabobank-ploeg een goede kans om in zijn voetsporen te treden. „Boogerd heeft de Ronde van Spanje alleen maar in dienst van het WK gereden. Dat is welis waar de beste voorbereiding die er is, maar geestelijk is het bijzonder moeilijk op te brengen om drie weken mee te rijden om te trainen. Ook Van Bon en Den Bak ker zullen in Valkenburg volop meedoen. Verder hebben Knaven en Hoffman mis schien een goede dag, en kan Danny Ne- lissen voor een uitschieter zorgen." Hoewel al veel grote namen van de deel nemerslijst zijn geschrapt, is er volgens Raas nog voldoende concurrentie over. .Het parkoers is op het lij f geschreven van Bartoli, een van de beste eendagsrenners van het moment. Van Petegem heeft een opvallende Vuelta gereden, en Armstrong blijft een man voor kampioenschappen. Het is heel bijzonder hoe hij is teruggeko men. Dat bewijst zijn karakter." Wrijvingen Ondanks de wrijvingen die tijdens de Tour de France zijn ontstaan tussen de renners van TVM en Rabobank, denkt Raas dat bondscoach Knetemann er weer in slaagt om een hechte Nederlandse een heid te smeden, „Hoe meer onenigheid er is bij de buitenlandse ploegen, hoe beter dat is voor ons. Wij moeten daarvan profi teren. Ook in 1979 was er een goede ver standhouding binnen de Nederlandse ploeg. Iedereen wilde in mijn dienst rij den, want er zat heel wat geld in de pot. Om mee te mogen delen moesten ze een zondagje werken. Ze wisten dat ik we reldkampioen kon worden. En ze hebben gelijk gekregen."1 Sven Remijnsen kruitvat. Willems brak zijn sleutelbeen, nadat hij door een ongelukkige manoeuvre van Knudsen ten val was gebracht. André Chalmel profiteerde van de chaos in de kopgroep door op enkele kilometers van de finish weg te springen. Nerveus type Chalmel leek de beslissende slag te hebben geslagen. Zijn achter volgers keken elkaar aan. Raas, die het inmiddels zonder Lub berding moest doen, zag de bui al hangen. „Ik word geklopt, dacht ik. Maar ik kende Thurau, die ook in de kopgroep zat. Het jaar daarvoor had hij nog bij Ra leigh gereden. Ik wist dat hij een nerveus type was, dat zich niet kon beheersen. In één seconde moest ik beslissen of ik achter Chalmel aan zou gaan of niet. Ik bleef zitten. Dat was de juiste beslissing, want één seconde la ter ging Thurau erachteraan, en ik sprong in zijn wiel." Die twee seconden bleken bepa lend te zijn voor de winst. Op 250 meter voor de finish werd Chalmel achterhaald door Thurau. De Duitser zette ver volgens een tumultueuze eind sprint in. Raas: „Ik zat in het wiel van Thurau. Plotseling week hij uit, waardoor Battag lin ten val kwam. Dat was de schuld van Thurau, want ik wist niet eens dat Battaglin gevallen was. In de sprint ging ik eenvou dig over Thurau heen." Met enkele lengten voorsprong op Thurau en Bernaudeau werd Raas wei-eldkampioen. De vreugde werd echter overscha duwd door het protest dat de Italiaanse ploeg naar aanlei ding van de eindsprint indiende tegen Raas. De jury ging in be raad. Pas een uur later maakte UCI-commissaris Wim Jere miasse bekend dat het protest was afgewezen. Het feest kon beginnen, want de titel was bin nen. „Vanuit's-Heeienhoekwa- i*en er bussen afgereisd naar Valkenburg. Het was groot feest, maar dat is voor een groot deel aan mij voorbijgegaan. Eerst was er de pers en de do- pingcontx-ole, en daarna was het feest in het hotel van de ploeg. En de dag daarop reed ik alweer een koers in België." Me wistut wè.' De tekst op het spandoek dat de inwoners van 's-Heerenhoek op zondagmiddag 26 augustus 1979 rondkwart voor vijf ophingen boven de voordeur van Laustraat 25, liet aan duidelijkheid niets te wensen over. Hun dorpsgenoot Jan Kaas, die even daarvoor met een krachtige eindsprint in Valkenburg de wereldtitel had veroverd, was niet bezweken onder de loodzware druk die op zijn schouders rustte. Zelfs pastoor Kroon had zijn volgelingen 's ochtends tijdens de preek al opgeroepen om het 's-Heerenhoekse straatbeeld met rood-wit-blauwe vlaggen op te sieren zodra de kopman van de Nederlandse ploeg de regenboogtrui kreeg omgehangen. Investering In het voorjaar van 1979 bewees Raas zijn kwaliteiten op de Cauberg door voor de dexde maal op rij de Amstel Gold Race op zijn naam te schrijven. Ook won hij de Ronde van Vlaanderen. Daarna nam Raas bewust wat gas texoxg. Hij won weliswaar nog een etappe in de Tour de France, maar de daaropvolgende criteriums liet hij links liggen. „Daar heb ik veel geld laten liggen. Dat was een investering, want door het afbranden van mijn huis had ik het geld hard nodig. Maar ik zette alles op het WK." Raas reed zich in vorm in de Ronde van Duitsland en de Ronde van NedexJand, Raas, de beste eendagsrenner die Nedexiand ooit heeft ge kend, kon gewoonweg niet ver liezen. Negentien jaar nadat hij de tweede Zeeuwse wereldkam pioen na Theo Middelkamp (Reims 1947) werd, geeft Raas toe dat ook zijn eigen vertrou wen in een goede afloop geen grenzen kende. „Ik kon eigen lijk niet verliezen, want ik was nog nooit beter in voim geweest. Het WK in Valkenburg was de kans van mijn leven. Die heb ik gegrepen." Een reconstructie van een perfecte race, die toch nog bijna verkeerd afliep. Aan de vooravond van het vier de wereldkampioenschap op de weg in Valkenburg, dat volgen de week zondag wordt gehou den, wordt Jan Raas vaak herin nerd aan die mooie zomerdag in de late j aren zeventig. Vaker dan hem eigenlijk lief is, want de laatste wereldkampioen op Ne derlandse bodem houdt niet zo van terugkijken. Ja, hij heeft wel een videoband waarop het WK van 1979 is vastgelegd, maar die kan hij zo gauw niet vinden. „Vorig jaar heeft onze jongste zoon die band nog eens bekeken. Dat was de eerste keer dat hij zijn vader wereldkampi oen zag worden." Maar hoewel hij niet vaak meer terugdenkt aan de wedstrijd die zijn wielerleven voorgoed ver anderde, heeft Raas geen plak boeken of videobanden nodig om zich de bewuste dag voor de geest te halen. Alle 275 kilome ters staan nog in zijn geheugen gegrift. De Zeeuwse wereld kampioen kan niet meer met ze- kerheid zeggen in welk jaar hij zijn eerste WK reed, maar van de ruim zeven uur durende koers door het Zuid-Limburgse heuvelgebied kan hij elk mo ment nog moeiteloos oproepen. Wat Raas ook nog weet, is de rampspoed die hem trof toen het nieuwe jaar net vijf minuten oud was. Op 1 januari 1979, toen hij in 's-Heerenhoek naar het vuurwerk stond te kijken, werd hij gebeld met de mededeling dat zijn huis aan de Burge meester Timansweg in lichtex'laaie stond. De pasgebouwde woning brandde tot de grond toe af. „Het huis stond er net een jaar. Al het geld dat ik met het wielrennen had vex'diend, zat in dat huis. Tot over maat van ramp bleek dat we vergeten wax'en om gedurende het jaar 1978 de in- boedelvei'zekering aan te passen. De con sequentie daax-van was dat ik bijna weer van voren af aan moest beginnen. Ik fiets te in 1979 alleen maar om mijn geld terug te verdienen." De valse start van zijn latere succesjaar bracht echter weinig verandexïng in Raas' ambities. Al na het wereldkampioen schap van 1978 op de Nürburgring, waar zijn ploeggenoot Gerrie Knetemann de regenboogti'ui had veroverd, was Raas begonnen met de vooi'bereidingen op de titelstxijd in Valkenbui-g. „Het WK zat al een jaar in mijn kop. In Valkenburg lag mijn grote kans op de wereldtitel, want ik kende de Cauberg als geen ander."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1998 | | pagina 69