kunst cultuur Harry Mulisch is vader én moeder van zijn romans De procedure wekt dode materie tot leven VAN RIJM TOT RAP 11 12 13 en 15 PZC vrijdag 2 oktober 1998 Al in zijn eerste roman Archibald Strohalm uit 1952 komt een personage naar voren dat dode materie tot leven wil wekken. Dit personage lijkt een voorbode te zijn van de roman waar Harry Mulisch (1927) de afgelopen drie jaar aan heeft gewerkt en waarin de overgang van dode naar levende materie centraal staat: Deprocedure. Zélf moest Mulisch overigens niet aan zijn eerste roman denken toen hij Deprocedure schreef, alhoewel het hem niet verbaast dat hij het thema al aan het begin van zijn literaire loopbaan heeft gebruikt. „Anders zou mijn werk geen eenheid zijn en geen oeuvre vormen", vertelt de schrijver in zijn woning in de Amsterdamse binnenstad. Een gesprek op de dag van de verschijning van de 'nieuwe Mulisch', over zijn tot nu toe laatste bevalling, de bank van Freud, de niet-bestaande vrouwen in zijn werk, zijn 'melkbroeders' en de wereld als een logische onmogelijkheid. Harry Mulisch krijgt evenals hoofdfi guur Victor Werker uit De procedure zijn beste ideeën wanneer hij onder de douche staat. „Als je er totaal niet op ver dacht bent. Mannen van de wetenschap hebben dat ook. Je moet dus niet gaan zit ten wachten tot je een ingeving krijgt, want die komt dan niet. En als je schrijft, moet je er rekening mee houden dat een roman voor een groot deel zichzelf stuurt. Aan de ene kant kan ik bepalen welke richting het boek op moet gaan. Maar aan de andere kant moet ik heel goed luisteren naar wat het boek zélf wil. En dan gebeu ren er dingen die ik normaal gesproken helemaal niet had kunnen bedenken. Dus in die zin gebruikt het boek mij om te ont staan. Niet alleen is de schrijver de am bachtelijke god, maar ook de zwangere vrouw die helemaal niet weet wat ze pre cies aan het doen is en vervolgens een kind baart. Het schrijven van een roman moet een wisselwerking zijn tussen patriarcha le en matriarchale principes. Aan de ene kant duidelijk, en aan de andere kant in tuïtief. Het schrijven van een roman zie ik als een bevalling. En ik ben de vader én de moeder." Victor Werker doet in De procedure on derzoek naar het geheimzinnige moment waarop dode materie overgaat naar le ven Voor zij n onderzoek voert hij een dui vels spel uit met het goddelijke. Hij slaagt weliswaar in zijn opzet, maar moet die met de dood bekopen. Victor sterft als een belangrijke geleerde en kandidaat voor de Nobelprijs, in het besef dat hij onster felijk is. De laatste zin: 'Ik ben onsterfe lijk, denkt hij, terwijl zijn ogen breken.' Een opmerkelijk einde van een roman die geschreven is door iemand bij wie in 1982 maagkanker was geconstateerd. Is Harry Mulisch na zijnmaagoperatie anders over leven en dood na gaan denken? „Ik heb geen seconde gedacht dat ik dood zou gaan, geen seconde. Mensen die hetzelfde hebben meegemaakt zeggen vaak dat het leven er na zo'n operatie anders uit gaat zien. Nou, dat is bij mij niet het geval." Verbanden De procedure is weer een 'echte Mulisch', waarin alles met alles in verband staat en de schrijver heeft gespeeld met allerlei thematische verbanden en - wat hij zelf noemt - logische onmogelijkheden. Zijn nieuwe roman wemelt van de paradoxen en lijkt in dat opzicht afgeleid te zijn van zijn lijvige studie De compositie van de ivereld. En zijn Spielex-ei met allerlei DNA-structuren is voor een deel zelfs let terlijk uit dit boek overgenomen. „Die kennis had ik paraat en heb ik nu voor De procedure gebruikt", geeft Mulisch te kennen. In zijn nieuwe roman wordt dode materie verschillende malen tot leven gewekt, via procedures die, zoals we allemaal besef fen, niet bestaan. Niettemin moet er een middel zijn om leven te scheppen uit 'het niets'. Waar komen anders de mensen oor spronkelijk vandaan? Het is een vraag die Mulisch van jongs af aan bezig heeft ge houden. „Die aandacht voor het para doxale heeft alles te maken met mijn be- ta-inslag", verzekert de schrijver die De compositie van de wereld als een van zijn belangrijkste werken beschouwt. „De wereld is een logische onmogelijkheid, en 'Er zijn geen Einsteins en Rembrandts onder de vrouwen en dat is eigenlijk wel logisch' toch bestaat de wereld. Dus: de logische onmogelijkheid bestaat. De logica mag daarom nooit het laatste woord hebben. Met mijn boek De compositie van de we reld ben ik voox-al op dit soox-t kwesties in gegaan, maar niet op een litex'aire manier. Met De procedure wél." Een groot deel van De procedure bestaat uit de brieven die Victor schrijft aan zijn dochter. De brieven ki'ijgen een vreemde lading wanneer het duidelijk wordt dat die dochter nooit heeft bestaan, aange zien ze twee weken voor de geboorte is ge storven. Het is niet de eerste keer dat Mu lisch een niet-bestaand personage een hoofdi'ol heeft gegeven; in De ontdekking van de hemel is de belangx-ijkste rol weg gelegd voor een vx-ouw die gedux-ende bij na de hele roman in coma ligt. Bedenkt Mulisch dergelijke personages voox-afop een bewuste manier? „Nee, geen sprake 'Het schrijven van een roman is een bevalling' van. Integendeel, ik ben zélf verbaasd wanneer een dergelijk personage ont staat. Ik weet nog dat ik tijdens het schi'ij- ven van De procedure dacht: daar heb je dus wéér zo'n vrouw die afwezig is." Hoe is het dan mogelijk dat dergelijke niet-be staande vrouwen in zijn wex-k opduiken? „Misschien hebben ze psychologische oorzaken. Zo van: mijn moeder ging scheiden van mijn vader en is daax-na ver dwenen. Ik trok mij dat vroeger overigens helemaal niet zo aan, hoor. Maar wanneer ik bij Fx-eud op de bank zou gaan liggen, zou hij misschien een dergelijke conclusie trekken. Maar ik vind die niet interes sant. Het is interes santer wat ik ermee doe, namelijk een mooi boek schrijven. Had ik dat niet ge daan, dan was ik misschien wel gek geworden." Ongelukkig „Het schrijven wérkt misschien voor mij als een the rapie, maar dat is niet de reden waar om ik schrijf. Als je in therapie gaat, doe je dat met de bedoe ling om van pijnlijke exwaxingen verlost te worden. Maar ik wil die ervaringen hele maal niet kwijt! Want wat moet ik dan nog doen! Snap je? Dan zou ik volledig ongelukkig zijn. Ik heb trouwens ook weer niet zo vreselijk veel meegemaakt om dingen van me af te willen schxij ven. Ik heb geen psycho-ana- lyticus nodig. Ik kan zélf die dingen wel bedenken en de verbanden vinden. Mis schien zijn die niet-bestaande vrouwen afgeleid van mijn moeder, en misschien ook niet. Het geroer in mijn ziel interes seert me geen bal. Het enige dat mij inte resseert is: wat zijn de resultaten van die ervaringen." Is zijn eigen moeder er de oorzaak van ge weest dat in de roman de vrouwen op een hoger voetstuk lijken te staan dan de mannen? Want dat klopt toch wel, dat de vrouwen aanzienlijk positiever naar vo ren komen? „In veel opzichten wel. Maar er zijn geen Einsteins en Rembrandts on der de vrouwen en dat is eigenlijk wel lo gisch. Neem het stenen tijdperk. De man nen joegen op de bizons en de vrouwen moesten thuis de geit melken. En in die tijd waren vrouwen natuux'lijk altijd zwanger. Je kunt de verschillende taken van mannen en vrouwen vergelijken met de verschillen tussen politici en ambtena ren. Politici zijn de jagex-s en de ambtena ren zijn de vrouwen die thuis afstoffen en voor de kinderen zorgen." Melkbroeders De drieling uit De procedure heeft Mu lisch duidelijk niet uit zijn duim gezogen. Zij krijgen melk toegediend door de moe der van Victox: Het gegeven is zeer na drukkelijk autobiografisch, aangezien Mulisch een tijdje geleden in het televisie- px-ogramma Spoorloos op zoek was naar deze drie mannen. „Mijn moeder had na mijn geboox-te inderdaad teveel melk, zo dat ze ook een drieling uit de buuit zoog de. Via dat programma wilde ik uit laten zoeken wat er van die drie mannen was gewoi'den. Tijdensde uitzending werd het duidelijk dat ze al waren gestoxven. Ik had gehoopt diie heren van mijn leeftijd die trap af te zien komen wandelen, maar dat gebeurde dus niet. Spijtig. Daarna heb ik ze maar gebx-uikt voor mijn roman. Melkbx-oeders. Zoiets verzin je niet." Wat wél duidelijk aan de fantasie is ont sproten, zijn de vele lijstjes en berekenin gen die in De procedure zijn opgenomen. Eén berekening is zeer opmerkelijk: Vic tor rekent uit hoeveel lezers hij nodig heeft om de tijd terug te winnen die het schrijven van een zin hem heeft gekost. Mulisch: „Ik denk soms: ik wex-k een uur aan een zin, en iemand anders doet er maar tien seconden over om die te lezen. Dat is dus oneerlijk verdeeld. Maar als je je realiseert dat je méér lezex-s hebt, woi'dt je gerustgesteld. Al bij ongeveer dx-iehon- dex'd lezers is de tijd in evenwicht. En de eerste oplage van De procedurde bestaat uit 50.000 exemplaren, dus heb ik bij wij ze van spreken zeer veel tijd gewonnen. Dat is toch een mooie gedachte! Maar neemnou eens de bijbel. Die is geschreven door maar een paar mensen. En zie nou eens hoeveel miljoenen jax'en leestijd dat boek heeft opgelevex-d! Die Matteus, hoe lang heeft hij gewerkt aan zijn evangelie? Een maandje? Een half jaar misschien? Moet je eens uitrekenen hoeveel tijd die man gewonnen heeft! Spreekt uit de woox-den van Mulisch nu een vorm van jaloezie? „Maar ik bén ja loers. Ik beschouw die Matteus, Marcus, Lucas en Johannes namelijk als colle- Jacob Moerman Harry MulischDe procedure - Uitgeverij De Bezige Bij, Amsterdam - 49,90 (geb.), met in gang van vandaag (vrijdag) in de boekhandel. In de serie Close-Up is zondag (Nederland 1, 1S. 28 uur) een portret van Mulisch te zien; film maker Roel van Dalen volgde de schrijver tij dens het werk aan zijn nieuwe boek. 'Geroer in mijn ziel 'Ik beschouw Matteus, Marcus, Lucas en Johannes als collega's' 'r fotografie Anne Marie Camp Joost Zwagerman is een ouderwetse romanticus In de stad van Saramago heersen pure driften Alexandra Connor schrijft om te overleven 6&n KINDERBOEKENWEEK 7 t/m 17 oktober 1998 VERSJES, LIEDJES, GEDICHTEM Doodsportretten in het Teylers Museum Geschildexrt verslag van wonen in kastelen en buitenplaatsen Elvis Costello zingt evergreens van Burt Bacharach Het Concertgebouw is bijna klaar voor de 21ste eeuw Johan Anthierens zoekt en vindt Jacques Brei

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1998 | | pagina 11