Tafeltje-dek-je voor vogels en mensen PZC A Grond is grijs, maar schijn bedriegt DLiitengsDiec 4rs Eijdmyeri vctri 'i riof 29 woensdag 30 september 1998 ■_M |v Meidoornbottels foto's Dirk-Jan Gjeltema door Ondine van der Vleuten In deze tij d van het j aar piepen ze overal tussen het groen door: de bessen, bramen en andere wilde vruchten. Tafeltje-dek-je voor vogels, dieren én voor mensen. Een struik vol zwarte bramen weet altijd wel een voorbijganger te lokken, maar er zijn veel meer verborgen lekkernijen. Zeker als de herfst zich van zijn zonnigste kant laat zien is een strooptocht op zoek naar wilde, eetbare vruchten een uiterst bevredigende onderneming. Het geeft voldoening om in ruil voor wat geslenter in de zon, een mandj e vol supergezond lekkers te krijgen. En het. is avontuurlijk. Zelfs als de zoektocht door bekend gebied gaat, is het een ontdekkingsreis, omdat dit een hele andere kijk op de natuur vraagt. Vooral kinderen spreekt dat avontuur erg aan. Hebben ze eenmaal de duindoorn ontdekt - nu vol knaloranje besjes - dan zwerven ze onvermoeibaar van struik naar struik om ze tussen de zilvergrijze bladeren vandaan te plukken. Daarvoor moeten ze wel wat schrammen voor lief nemen, want takken zitten vol doornen. De bessen zijn is bijzonder zuur, bevatten dan ook gigantisch veel vitamine C (450 milligram per 100 gram, tegenover 53 milligram voor de citroen). Verder naast E, F en P, provitamine A vitaminen van het B-complex en waardevolle mineralen. Een handje bessen is genoeg om de dagelijkse vitamine C-behoefte te dekken. Duindoorn wordt meestal verwerkt tot sap, puur voor wie het aankan of anders als basis voor jam of siroop. De zilvergrijze struik groeit volop in de duinen en is eigenlijk eenvoudig te herkennen. Toch is vruchten verzamelen zonder een boekje met duidelijke foto's is zeker voor de beginneling niet aan te raden. Zo kan de duindoor verward worden met de vuurdoorn, die veel als muurbedekker wordt aangeplant. De giftige vuurdoorn heeft echter donker, ronder blad en rode of gele bessen. Van zuurbes of berberis bestaan (gekweekte) varianten die oneetbaar zijn. Ook de vlier (alom tegenwoordig) heeft onaangename dubbelgangers: de kruidvlier, bergvlier of trosvlier. De vitaminerijke bessen van de gewone vlier zijn, evenals de zaden, onrijp licht giftig. Lichte Lijsterbes hoofdpijn of misselijkheid kan het gevolg zijn als er té veel rauwe bessen gegeten worden. De vruchtzaden van de 'valse' vlieren echter zijn veel giftiger en het sap is daarom alleen gekookt te gebruiken. Wie weet waar hij op moet letten, hoeft zich niet te vergissen. De bessen van de 'valse' vlier kunnen al in juli geoogst worden, die van de vlier zijn pas vanaf augustus rijp. Daarnaast is het blad verschillend. Verwarring zal er niet snel zijn over de rozebottel. de smalle vrucht van de hondsroos die op zoveel plaatsen in het openbaar groen voorkomt. Het laagje vruchtvlees om de kern met talrijke pitten heen is meestal dun, maar wel erg lekker en er kan natuurlijk siroop (Roosvicé) of jam van worden gemaakt. Rozebottel heeft zo'n hoog suikergehalte, dat het zelfs tot wijn kan gisten. De veel dikkere Japanse bottelroos is gedroogd als thee te gebruiken Uitlaatgassen Het is niet goed vruchten te plukken van struiken die langs (auto)wegen staan. De uitlaatgassen die erop neerslaan, maken zelfs de gezondste vruchten giftig Beter is het de duinrand af te struinen voor braam, zuurbes, duindoorn en rozebottel. Bij boerderijen en langs akkers is vaak sleedoorn te vinden. In Zeeland zal het moeilijker zijn bos-, heide- of veenbewoners als de wilde framboos, de bosaardbei, de zwarte aalbes, de blauwe bosbes of de vossebes (rode bosbes) te vinden. De veenbes (vergelijkbaar met de cranberry) groeit in overvloed op Terschelling, waar er een hele industrie omheen ontstaan is. Ook dichterbij huis, onder de heesters en bomen die in tuinen aangeplant worden, zijn veel eetbare bessen te vinden. Eetbaar is echter niet hetzelfde als lekker. Veel wilde bessen en vruchten zijn minder zoet dan we van geteelde producten gewend zijn, of zelfs bitter of flauw. Maar het zijn wel vitaminebommetjes en (eventueel gecombineerd met andere bessen of vruchten) is er een lekkere siroop of jam van te maken. Sleedoompruimen bijvoorbeeld zijn vóór de vorst rauw erg wrang, maar lekker als compote. De bessen van de gele kornoelje zijn bitter en zuur; tot jam verwerkt echter smakelijk. Lijsterbessen, meidoorn en meelbessen hebben juist amper smaak en zijn eigenlijk alleen ingekookt te gebruiken, als siroop en gemengd met betere smaakmakers zoals zuurbes (ook alleen gekookt!). door Kees Cijsouw Een groter tegenstelling tussen de wateroverlast van enkele weken geleden en het fraaie nazomerweer van de voorbije anderhalve week is nauwelijks denkbaar. „We hebben fantastische dagen achter de rug, waarin ik veel werk heb kunnen doen," beaamt Kees Bierens. Hij heeft de grond voor zijn graszaad geploegd en heeft kunnen zaaien. Zijn bruine bonen zijn gedorst en zijn uien gerooid. Aan het eind van deze week verwacht hij ze van het land te kunnen halen. Het brengt hem op de wateroverlast in de eerste helft van september. Walcheren - stelt hij vast - is er naar verhouding gunstig vanaf gekomen. Aan de westkant, binnen de lijn Westkapelle-Zdutelande- Biggekerke is er toen zo'n vijfentwintig tot dertig millimeter regen gevallen. Aan de oostkant van het eiland viel beduidend meer: omgeving Veere en Nieuwland tussen de 70 en 100 millimeter. Niettemin: ook in bet oostelijk deel van Walcheren zit er rot in de aardappelen op de percelen die niet onder water hebben gestaan. Bierens: „De bedden waren toch verzadigd van het water en als dat dan een aantal dagen duurt, krijg je hoe dan ook rotting. Vorige week dinsdag is hij in Kapelle op de voorlichtingsbijeenkomt over de gevolgen van de enorme regenval geweest: „Ik heb daar toch ervaren, dat het heel anders is als je over wateroverlast praat dan wanneer je het aan den lijve ondervindt. De stemming was er nogal gelaten, het geeft bij de boeren toch een terugslag." Al vindt hij het positief, dat de regering heeft ingestemd met de toepassing van de waterschaderegeling, zoals die ook in 1995 voor het rivierengebied is gehanteerd, het blijft afwachten hoe de praktijk zal uitpakken. Bierens: „Twee belangrijke zaken zijn nog niet bekend: hoe wordt de begrenzing vastgesteld van het gebied, waarvoor de schadevergoeding zal gelden en welke criteria zullen gaan gelden bij het vastellen van de hoogte van de schade. En dat is in wezen natuurlijk bepalend. Een gunstige regeling zal de pijn wel verzachten, maar de schade zal nooit voor honderd procent worden vergoed." En met klem: „Als je nu door het land rijdt, zie je bijna overal weer grijze grond, het water lijkt verdwenen. Maar het publiek realiseert zich onvoldoende, dat de gevolgen van de wateroverlast niet voorbij zijn. Vergis je niet. Schijn bedriegt. Om te beginnen zet een boer zijn aardappels niet om ze niet te kunnen oogsten. Je probeert een zo goed mogelijk product te telen en dat vervolgens zo goed mogelijk te vermarkten. Dat is heel wat anders dan een schaderegeling, en over winst heb ik het dan nog niet. En dan heb ik het ook nog niet over de schade voor loonwerkers en transportbedrijven" Hij schetst de dillema's, waarvoor veel aardappeltelers met rot in hun percelen nu staan. Moet ik ze laten uitzieken en nog twee. drie weken laten zitten? Bij goed weer drogen ze wel en met de moderne rooiapparatuur met reinigingsrollen haal je de zieke exemplaren er wel uit. Maar over drie weken is het wel volop oktober en is de kans op slecht weer groter. Of, de andere mogelijkheid: je rijdt ze nu uit en dan weet je ook niet wat je binnenhaalt. Daarom vindt hij het positief, dat de schadevergoeding ook een vervolgregeling heeft, zodat er ook op termijn nog schade geclaimd kan worden. Bierens: „Ik zou voorzichtig zijn met rooien op dit moment. Maar ook hier geldt, dat je pas achteraf zult weten wat wijsheid is geweest." Akkerbouwer C.J. Bierens uit Grijpskerke doet in deze rubriek weke lijks verslag van zijn werk en wederwaardigheden. Vogelkers, een boom die veel wordt aangeplant, heeft kleine zwarte besjes die eetbaar maar erg bitter zijn, Vogels vinden ze echter - zoals de naam al zegt - verrukkelijk. Wat goed is voor vogels of dieren kan overigens voor de mens toch giftig zijn. Bestudeer eerst wat boekjes uit de bibliotheek, bekijk de planten eens bij een tuincentrum en stuur kinderen niet zonder begeleiding 'op avontuur'. Recepten De napret van dat avontuur begint thuis, in de keuken. Enkele recepten om uit te proberen. Voor bessensap de bessen met water aan de kook brengen en door een doek zeven. Het sap met suiker naar smaak (en bij flauwe bessen wat citroenzuur) lien minuten koken en in goed schone flessen gieten. Voor jam (bijvoorbeeld van berberis) dezelfde procedure volgen, maar een gelijk gewicht aan suiker toevoegen, een paar keer opkoken en schuim afnemen Lijsterbessenmarmelade: zie bovenmaar voeg bij de suiker een scheutje witte wijn. Sleedoomjam: laat de gewassen sleepruimen een nacht in koud water liggen en giet af. Voeg per kilo pruimpjes een kwart liter witte wijn en eenachtste liter water toe. Kook daarin de pruimen onder voortdurend roeren gaar. Na afkoeling zeven en wegen. Per kilo een kwart liter witte wijn en driekwart kilo suiker toevoegen en weer doorkoken tot een dikke jam ontstaatSap van sleedoorn of gele kornoelje oogst de pruimen na de vorst, dan is het looizuur afgebroken en zijn ze smakelijker. Met kokend water overgieten zodat ze juist onder water staan Na een dag of twee het sap afgieten en per liter een pond suiker toevoegen. Onder voortdurend roeren en afschuimen enkele malen opkoken. Direct in schone flessen doen en goed afsluiten. Rozebotteljam: vruchten halveren en ontpitten, in een stenen of porseleinen pot doen en met rode wijn besprenkelen. Een week koel laten staan, dagelijks omroeren. De massa door een zeef drukken en met hetzelfde gewicht aan suiker roeren tot een geleiachtige massa. Aan de kook brengen en warm in schoon glas doen, afsluiten met cellofaan gedrenkt

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1998 | | pagina 29