kunst cultuur
Nooit van huis weggegaan
m
Biografie
hommage
aan Garcia
Marquez
Qabriel
Garcia
Marquez
17
21
PZC
vrijdag 4 september 1998
Een interessante schrijver
hoeft niet altijd ook een
interessant leven te hebben.
De Colombiaanse
Nobelprijswinnaar Gabriel
Garcia Marquez heeft in de
loop der jaren publiekelijk
laten zien dat het hem aan
avontuur en importantie nooit
heeft ontbroken. Hij kreeg een
huis in Havana van zijn oude
vriend Fidel Castro en is op
alle belangrijke (politieke)
evenementen aanwezig. Hij
tutoyeert de groten der aarde
en heeft vrienden in de
hoogste echelons van de Zuid-
Amerikaanse samenleving.
Maar de bron van zijn
literatuur is niet het moderne
leven dat hij leidt, zo blijkt uit
zijn ongeautoriseerde
biografie door Dasso
Saldivar. De bron van zijn
grootste literaire succes is zijn
jeugd.
De bewoners spreken nog altijd
over 'de doodlopende straat
waar Nicolasito Marquez op de
octaafdag van La Virgin del Pilar
Medardo Romero doodde'. Het
duel op 19 oktober 1908 tussen de
kolonel en de in wit linnen pak ge
stoken Medardo en wat de kleine
Gabito verder meemaakte met
zijn grootvader; het staat allemaal
in Honderd Jaar Eenzaamheid.
De Colombiaanse criticus Dasso
Salidivar kreeg de opdracht van
de schrijver om 'maar te doen alsof
hij dood was'. Het zou hem de no
dige afstand geven. Precies die af
stand heeft Saldivar niet kunnen
vinden. Hij schreef een biografie
als een hommage aan een schrijver
die hij bewondert en die hij als ge
niale eenling boven alle andere
personages uit laat steken.
Het geboortedorp met de mooie
naam Aracataca neemt misschien
wel de meeste plaats in in Saldi-
vars geschiedenis van de eerste 28
jaar voor Honderd Jaar Eenzaam
heid, Garcia Marquez' grootste ro
man. Daar woonde Gabito de eer
ste tien jaar van zijn leven bij zijn
grootouders; de eerbiedwaardige
kolonel Nicolas die zoveel rust en
wijsheid uitstraalde en zijn klein
zoon overal bij betrok en mee
naartoe nam. En dona Tranquili-
na met haar 'stalen gezicht' die de
doden hoorde hoesten en Gabito
zijn respect voor geesten en spiri
tualiteit meegaf.
Dorp van Babel
Het was een dorp van Babel,
schrijft Saldivar, waar de vreemd
ste, zowel inlandse en buitenland
se figuren aankwamen. De vrouw
die op een dag met haar minnaar
verdween bijvoorbeeld en over
wie om de familie voor schande te
behoeden, verteld werd dat ze was
'meegesleurd met de avondwind'.
Of de heksenmeesters die met hun
magische gebeden wormen uit
koeien haalden, de man bij wie ze
een kikker in de buik hadden ge
stopt en van de man die op de Pla
za Bolivar onthoofd werd met zo'n
feilloze slag dat hij gewoon op zijn
ezel bleef zitten.
De sterkste herinnering heeft don
Gabriel aan het huis waar hij met
zijn grootouders woonde. Hij be
weert zelfs elke dag van zijn leven
wakker te worden met de 'valse of
echte indruk' dat hij weer in dat
huis was. „Niet dat ik er terug ben,
maar dat ik er ben, niet op een be
paalde leeftijd of om een speciale
reden, maar alsof ik nooit uit dat
enorme oude huis ben wegge
gaan."
De vader van Gabito, Gabriel Eli-
gio, zag zijn zoon pas enkele
maanden na zijn geboorte. Hij zou
pas tien jaar later terugkeren naar
Aracataca om zich er te vestigen
als apotheker. De ouders van Ga
briels moeder Luisa Santiaga ver
zetten zich aanvankelijk tegen het
KRONIEK VAN EEN
AANGEKONDIGDE DOOD
huwelijk. Kolonel Nicolas kon
zijn dochter nog niet afstaan. De
werkelijke reden bleek te zijn dat
de telegrafist Gabriel Eligio een
buitenechtelijke zoon was van een
van de avonturiers, die door de ba-
nanenmaatschappij naar het dorp
waren gelokt. Bovendien behoor
de hij tot de conservatieve partij.
De kolonel verbood de telegrafist
met haar om te gaan.
Gabriels vader is de enige gepas
sioneerde figuur in de biografie.
Aan andere hartstochten dan lite
raire wijdt Saldivar weinig woor
den. Gabriel wordt in Terug naar
de oorsprong niet één keer in het
gezelschap van een vrouw gesig
naleerd; het zijn vrienden met wie
hij omgaat, jongens met dezelfde
belangstelling. Laat in de twintig
trouwt hij met Mercedes Barcha
Pardo, 'de gewijde krokodil', met
wie hij een langdurige - 13 jaar -
verloving onderhield. Zij brengt
in de biografie weinig beroering.
Zijn vader daarentegen gedroeg
zich als een ware Romeo. Hij zei
tegen zijn verloofde: „Alleen als ik
sterf zal ik niet met u trouwen."
Hij bracht haar serenades en liet
op allerlei plekken post en poëzie
voor zijn verboden verloofde ach
ter. Zelfs toen haar ouders dachten
dat afstand bekoeling zou bren
gen, bedacht hij een ingewikkeld
netwerk van briefjes waarbij hij
telegrafisten in de dorpen, waar
Luisa en haar moeder langs zou
den reizen, inschakelde.
Uiteindelijk gaven don Nicolas en
dona Tranquilina met bittere be
rusting toestemming voor het hu
welijk. Gabriel Eligio wilde nooit
meer terug naar Aracataca. dat
'ongezonde oord van arme men
sen'. Maar als hun zoontje Gabito
is geboren komt de verzoening
vanzelf. Hoeveel belang de bio
graaf hecht aan het dorp Aracata
ca blijkt uit het begin van zijn
boek, waarin hij de reis beschrijft
die Gabriel samen met zijn moe
der maakt naar het huis van zijn
grootouders, dat verkocht moest
worden.
Reconstructie
Hij werkt dan al een paar jaar als
journalist bij verschillende kran
ten en is aan drie romans tegelijk
bezig, de zoveelste versie van 'Ai-
val en dorre bladeren', 'Ogen van
de blauwe hond' en 'La Casa'. Te
rug in zijn geboortedorp staat het
hem opeens helder voor ogen; om
het verval en de eenzaamheid van
het aangevreten Aracataca te
kunnen beschrijven was een hele
andere literaire vorm nodig. Hij
wilde de tijd reconstrueren, door
dringen tot het leven van zijn
grootouders en de Guajira-dorpen
waar ze vandaan kwamen. Terug
naar de oorsprong, waar de later
zo geroemde Marqueziaanse ver
halen inderdaad voor het oprapen
lagen. Die tocht heeft Saldivar
met bewonderenswaardige vlijt
gedocumenteerd
Opvallend veel gebeurtenissen in
het jonge leven van de 'verlegen
teruggetrokken' Gabito zijn vol
gens de biograaf van onnoemelij
ke invloed geweest op de ontwik
keling van de schrijver. Daarom
wordt elk dorp en vrijwel iedere
voorbijganger in detail beschre
ven. Zijn reis begint in Valledupar
waar hij bij toeval de zoon van de
vermoorde Medardo Pacheco Ro
mero tegenkomt.
„Heeft u soms iets met kolonel Ni
colas Marquez te maken''", had de
man hem gevraagd. „Ik ben zijn
kleinzoon", zei de schrijver. „In
dat geval", zei de man, „heeft uw
grootvader mijn grootvader ge
dood." De kleinzonen worden na
tuurlijk vrienden en drinken drie
dagen lang warme brandy en ze
eten gestoofd geiten vlees ter na
gedachtenis aan hun grootvaders
De schrijver beweert dat hij na de
dood van zijn grootvader in 1937
niets meer heeft meegemaakt;
zonder de verhalen van zijn groot
vader over de oorlog van Duizend
Dagen waarin hij vocht aan de
kant van de liberalen; over de Uni
ted Fruit Company, die vlak naast
het dorp neerstreek en het gebied
veranderde in een bananenrepu
bliek, overspoeld door goudzoe
kers (dorre bladeren) die uitgebuit
werden door grootgrondbezitters
en later omkwamen in bijbelse ta
ferelen als een spinkhanenplaag;
en - even belangrijk - zonder de
minder realistische wereld van
zijn grootmoeder en tantes, vol
bijgeloof en legenden.
Bohémien
De teruggetrokken jongeman die
volgens Saldivar het liefst met een
boek onder een boom zat, ontwik
kelde zich tot een spraakmakend
figuur onder leeftijdgenoten. Bij
na iedereen was het met elkaar
eens; Gabo werd schrijver.
Dan volgt een leven zoals het een
bohémien betaamt, tussen vissers,
taxichauffeurs en vriendelijke
prostituees in het bordeel Rascaci-
elos (Wolkenkrabber, terug te vin
den in De Herfst van de Patriarch)
waar hij een, kamer huurt, in Pa
rijs, Rome, Barcelona of Caracas.
In die tijd krijgt hij ook zijn eerste
grote teleurstelling te verwerken;
Afval en dorre bladeren wordt ge
weigerd door een Argentijnse uit
geverij. Voorzitter van het bedrijf
Guillermo de Torre, een zwager
van Jorge Luis Borges, treft Ga
briel Garcia Marquez diep in het
hart door erbij te vermelden dat er
voor hem als schrijver geen toe
komst is en dat hij misschien beter
een ander beroep kan kiezen.
De latere Nobelprijswinnaar die
in het schoolblad al verhalen pu
bliceerde en slechts omwille van
zijn vader drie jaar rechten stu
deerde maar nooit iets anders wil
de dan schrijven, werd letterlijk
ziek. Zelf zei hij hierover. „Als
mijn schrijversroeping niet zo
sterk was geweest had ik de litera
tuur toen vaarwel gezegd."
Afval en dorre bladeren wordt in
1955 zijn debuut; hij is onder
vrienden en collega's dan al be
kend, maar nog niet doorgebroken
tot het grote publiek. Die genoeg
doening krijgt hij pas bij de publi
catie van Honderd jaar eenzaam
heid als hij een vrouw op weg naar
huis van de markt zijn boek tussen
de aardappels en kroppen sla mee
naar huis ziet dragen.
Maffiagrot
Er liggen vijftien jaar tussen zijn
debuut en het boek waarvan hij
wist dat het een mijlpaal in de
Spaanstalige literatuur zou wor
den Vijftien jaar van armoede op
tochtige zolderkamertjes, waar
Garcia Marquez zijn leven wijdt
aan de literatuur en vastbesloten
is ooit een meesterwerk te schep
pen. Hij probeert geld te verdienen
als journalist maar moet zijn
vrienden vaak om hulp vragen.
In Mexico krijgt hij de geest en
sluit zich op in de zogenaamde
'maffiagrot', zijn werkkamer in de
buurt San Angel Inn. Hij geeft zijn
vrouw Mercedes 5000 gespaarde
dollars en vraagt haar de dagelijk
se zorgen van het huishouden en
hun twee zonen Rodrigo en Gon-
zalo op zich te nemen en beschrij ft
in 17 maanden de wereld van het
Buendia-geslacht in Macondo.
Toen het manuscript af was en
naar een uitgever in Buenos Aires
gestuurd moest worden, had Mer
cedes nog maar 50 pesos over.
Tweeëntwintig te weinig voor de
verzending van het pakketje. Dus
stuurden ze eerst de helft. Nadat
haar haardroger en zijn elektri
sche kacheltje naar de Bank van
Lening gebracht waren, kon de
tweede helft de deur uit.
De rest is bekend. Daar houdt
Dasso Saldivar op. „Schrijf alsof
ik dood ben", had Gabriel Garcia
Mérquez gezegd, maar de bio
graaf heeft dat waarschijnlijk
toch niet aangedurfd. De schrijver
werkt aan zijn eigen memoires. Op
bezoek in Cuba las hij het eerste
hoofdstuk voor. Het zal vast en ze
ker adembenemend zijn, in die
weergaloze stijl van hem sleurt hij
Saldivars keurige proza vast en
zeker in een keer 'mee met de
avondwind'.
Katrien Gottlieb
Dasso Saldivar: Gabriel Garcia Mar
quez. Terug naar de oorsprong. Verta
ling: Francine Mendelaar t
Westra. Meulenhoff, f 59,90.
Mieke
Gerard Reve schreef een
slaapverwekkend boek.
Gerrit Jan Zwier
verkiest Jokkmokk
boven Nice.
Het komende
leesseizoen biedt nieuw
werk van grote namen.
Middeleeuwse
literatuur kreeg een
fraaie nieuwe uitgave.
Kees Stip toont zich
een lichte dichter met
een zwaar kantje.
Nick Homby schreef
een bijzonder boek
over een bijzondere
jongen.
Tony Willé leeft
nog dagelijks met
een hit van
vijfentwintig jaar
geleden:
Mississippi.
Muziekvernieuwer
Varèse zette zich in
voor de bevrijding
van de klank.
Technische Universiteit Delft
ontdekt zes
walerstaatsschilderijen.
Paradiso in Amsterdam
combineert kunst en
stierenvechten.
Mrs. Dalloway van
filmregisseur Marleen
Gorris gaat deze
maand in première.
Filmproducenten
Laurens Geels en Dick
Maas zijn op weg naar
het buitenland.