Sinds jaar en dag zo'n
vierduizend mensen
PZC
Lommerrijk
Haasdonk
buitengebied
door het oog
van Wim Riemens
woensdag 26 augustus 1998
fotografie Dirk-Jan Gjeltema
door Wout Bareman
Het weer is meer dan vochtig.
En dus is er werkelijk geen
kip op straat in Haasdonk, een
kleine deelgemeente van Beveren
in het Waasland. Twee
doorgewinterde bouwvakkers
trotseren het weer wél. Met enige
wantrouwen kijken ze op van hun
metselwerk. ,,Dit is geen zwart
werk, wees maar niet bang", zegt
de één. Als duidelijk wordt dat er
geen sprake is van controleurs,
maar slechts van mensen die
belangstelling tonen voor de
meest lommerrijke en landelijke
plaats in het Land van Waas,
verzuchten ze: „Jullie
Nederlanders met al jullie
regeltjes. Nu weer met z'n allen op
bouwvakvakantie, straks weer
met z'n allen op de steigers... Bij
ons ligt dat anders, is het allemaal
veel soepeler geregeld. Maar pas
op, nu wordt het ook allemaal
strenger. Vroeger mocht j e bouwen
waar je wou; die tijd is voorbij.
Maar pas opwij werken ook graag
over de grens." Met een knipoog:
„Maar dan wel een beetje... ge
weet wel..."
Zo, de toon is gezet. Haasdonk ligt
er verlaten bij. „Heel veel mensen
werken in de haven van
Antwerpen en op linkeroever",
weten de bouwvakkers. „Die
trekken 's morgens vroeg weg en
zie je pas 's avonds terug."
Haasdonk doet het als
woongemeente goed, blijkt uit
cijfers van de Informatiedienst
van Beveren. Er wonen sinds jaar
en dag zo'n 4000 mensen, iets meer
dan in andere deelgemeenten als
bijvoorbeeld Kieldrecht (aan de
Zeeuws-Vlaamse grens bij
Nieuw-Namen) en Vrasene en
ruim vier keer zoveel als in Doel
dat logischerwijze steeds verder
wegzakt.
Haasdonk heeft hier en daar iets
weg van het gebied boven
Antwerpen; de dreven van
Brasschaat en Kalmthout. Maar
de bebouwing is er
ontegenzeggelijk anders. Het
beeld wordt bepaald door
monumentale boerderijen, het
vermaarde Fort Haasdonk, het
fraaie, oude gemeentehuis, de
neogotische kerk (in de
volksmond 'de kathedraal van het
Waasland') en Hof ter Saksen, één
van de schaarse gesloten
parkbossen uit de streek rond een
middeleeuwse hoeve.
De geschiedenis van de
'kathedraal', de Sint-
Jacobuskerk, gaat terug tot de
twaalfde eeuw, toen Haasdonk
een zelfstandige parochie werd.
Van het toenmalige 'bedehuis' is
echter niets bewaard gebleven. In
de loop der eeuwen werd immers
enkele keren een nieuwe kerk
gebouwd, die vervolgens weer
werd verbouwd. In 1845 begon de
bouw van de huidige kerk, die een
basilicale vorm heeft en uit
zandsteen is opgetrokken. De
driebeukige kerk heeft een
vierkante west-toren en een
veelhoekig oost-koor. Het
monumentale karakter is
opvallend. Met het 57 meter lange
schip, een breedte van 27 meter en
een torenhoogte van 65 meter
beheerst de kerk de wijde
omgeving. Links van de kerk
prijkt het grote borstbeeld van
Sint-Jacobus, de patroonheilige
van Haasdonk. Het dateert van
1719.
Gemeentehuis
Op het Pastoor Verwilghenplein
vlakbij de kerk staat het oude
gemeentehuisje. Het pittoreske
gebouwtje dateert waarschijnlijk
van kort na 1578, het jaar waarin
Haasdonk door de Geuzen werd
platgebrand. Na verbouwingen,
eind achttiende eeuw, werd het
bouwwerk in 1925 voor het eerst
echt gerestaureerd. De bouwheren
De Potter en Broeckaert velden in
1878, een jaar nadat het
gemeentebestuur het gebouw
hadden aangekocht een hard
oordeel: „Het gemeentehuis
echter, een onbeduidend gebouw,
slecht geplaatst op dit plein,
belemmert grootelijks het
uitzicht. Ten jare 1877 kocht het
gemeentebestuur een huis in de
kom des dorps, om aldaar
voorloopig het bestuursbureel
over te brengen, zoodat er hoop is
te dier plaatse een sierlijk
raadhuis te zien gebouwd
worden."
Maar over de omgeving zelf waren
ze wél heel tevreden: „Bijzonder
fraai, en vormt met haar
uitgestrekt plein en de
daaromheen gebouwde sierlijke
woningen met haar hospitaal en
hare ruime, monumentalekerk in
onze oogen eene der bevalligste
van gansch het Land van Waas."
Het oude gemeentehuisje doet nu
dienst als vergader- en
tentoonstellingsruimte.
Hof ter Snoecke is een oude hoeve,
die volgens de cijfers op de
moerbalk dateert van 1574 en in
1949 werd gerestaureerd.
Opvallend zijn vooral de
omwalling, de voorgevel en het
binnenplein, maar ook de
immense Canadese populieren
aan weerszijden van de weg. Ze
vormen één van de meest typische
landschapselementen van het
Waasland.
Hof ter Saksen had in de
Middeleeuwen een dubbel
functie: boerderij en herberg.
Vrouwe Margaretha Noethaeckx
Het verstilde Walcherse
gehucht Buttinge. Dat is de
juiste oplossing van de
fotoprijsvraag in Buitengebied
van vorige week. Een oude
ambachtsheerlijkheid en
voormalige parochie, ook wel
Bottinge of Ter Buttinge genaamd.
Thans gemeente Veere. Het ligt
aan weerzijden van de drukke
Middelburgseweg tussen
Grijpskerke en Middelburg. Het
verkeer is de storende factor; voor
het overige betekent Buttinge
vooral rust. Er staan nog geen
twintig huizen en een boerderij.
Dat aantal zal niet meer
toenemen, want in het
buitengebied waartoe het gehucht
behoort, geldt een
woningbouwstop.
In het verleden werd ervan
uitgegaan dat de naam Buttinge
sloeg op een waterloop. Nader
onderzoek wees uit dat het een
afgeleide is van de eigennaam
Butto. Er is in 1249 voor het eerst
sprake van een vermelding van de
parochie. De kerk was een dochter
van de Noordmonster te
Middelburg en gewijd aan Sint-
Michaël. Het kerkgebouw,
daterend van omstreeks 1400,
werd na de Reformatie niet meer
gebruikt. Het gebied van de
parochie was bij de hervormde
gemeente van Grijpskerke
gevoegd. De kerk raakte volledig
in verval. Er zijn in een tuin aan de
oostelijke zijde van de weg naar
Middelburg nog enkele kleine
resten aanwezig.
Nog een ander monument nabij
het gehucht moest het loodje
leggen. Er lag een fraaie vliedberg,
die nog in 1951 uitvoerig
oudheidkundig onderzoek werd.
Dat gebeurde omdat deze
vluchtberg in het kader van de
hen erkaveling met de grond
gelijk gemaakt is. Buttinge ligt op
een kreekrug, dat wil zeggen dat
de huizen hoger liggen dan het
omringende land. Toch zijn er
tijdens de inundatie van
Walcheren in de periode 1944-
1946 enkele woningen
weggespoeld. Alle inwoners
werden toen ook, op één echtpaar
na, geëvacueerd.
Er waren deze keer alleen maar
goede oplossingen. Daaruit
werden als prijswinnaars
getrokken: J. Melis-Dingemanse,
Vrouwenpolder, J. Zwemer,
Domburg en B.M.Wijtenburg,
Middelburg. Zij krijgen een
waardebon toegestuurd.
De vraag van de nieuwe opgave
luidt: wat is de naam van het dorp
waar Wim Riemens
fotografeerde? Oplossingen
kunnen tot en met uiterlijk
zaterdag 29 augustus worden
gezonden naar: Redactie PZC
Buitengebied, post 18, 4380 AA,
Vlissingen, fax 0118-470102, e-
mail redactie® pzc.nl. Onder de
inzenders van goede oplossingen
worden drie waardebonnen
verloot.
was de vermoedelijk) eerste
bewoonster, in 1590 wordt Gillis
van Wolfswinkel genoemd.
Daarna wisselde Ter Saksen
verechillende malen van eigenaar.
Rond 1920 kocht de laatste
particuliere eigenaar het domein.
De industrieel dmond Meert liet
de hoeve ombouwen tot een riante
landhuis, dat door de jaren heen
echter weer verpauperde. Tot de
gemeente Beveren het park en de
er omheen liggende
cultuurgronden (19,5 hectare) op
11 juni '82 na moeizame
procedures in handen kreeg. De
gemeentelijke plantsoenendienst
werd er gehuisvesten verder werd
in samenwerking met het
Arboretum (bomentuin)
Waasland het park uitgebouwd
tot een boomkundig centrum. Er
zijn nu 3700 planten te
bezichtigen en de Oranjerie
herbergt nogeens zo'n 140
uitheemse planten. In 1991 werd
Ter Saksen uitgebreid met een
natuurtuin, waarin de
landschapskenmerken van het
Waasland opnieuw zijn terug te
vinden: een polder, een dijk, een
weel, knotwilgen, akkers uit de
Vlaamse Zandstreek, nat en droog
bos, hede, een houtwal en een
hoogstamboogaard. Hof ter
Saksen is uitgegroeid tot dé
publiekstrekker van Haasdonk
De toegang (dagelijks) is
overigens gratis.
Fort
Tja... en dan het Fort Haasdonk,
ooit rpilitair domein, daarna
zonder bestemming. Het fort, een
bezienswaardigheid op zich, werd
tussen 1906en 1914gebouwd Een
versterkte vesting, met andere
forten en bunkers onderdeel van
de fortengordel rond Antwerpen.
Haasdonk was overigens samen
met de forten van Liezele,
Breendonk, Broechem en
Ertbrand een zogenaamd 'fort van
tweede orde'. En dat is goed om te
weten...
Net als trouwens het gegeven dat
langs een speciaal uitgestippelde
wandelroute ('Hoogeindepad', 14
kilometer) verschillende
uitspanningen zijn te vinden met
namen als Den Buiten.
Schuttershof en De Veehandel,
waarde pint koel is en de tas koffie
dampend. In één ervan staan de
bouwvakkers aan de toog.
Uitgeregend zeker..
Haasdonk