U tekas seperretj e
riedtr mee nï stee
Gij zult niet roddelen
u it®n g bdj bc.1
Zeeuwse kerkdienst
werd drukbezocht
Ringrijden op folkloredag in Middelburg.
foto Ruben Oreel
het Franse liëren (vermengen) zou
ten grondslag kunnen liggen aan
het woord.
Strienge
Prachtige uitdrukkingen zijn er
over gebleven aan het werken met
paarden, maar de Stichting Het
Werkend Trekpaard zal nog veel
demonstraties moeten geven,
willen ze gebruikt en begrijpelijk
blijven. Wie iets gedaan wil
krijgen 'za z'n strienge motte
trokke' maar wie deze
uitdrukkingen actueel wil houden
zal tot de conclusie komen 'da je
van een ezel gin paerd kan maeke'.
Onbegonnen werk dus. Een
aardige uitdrukking van voor het
emancipatie-tijdperk is: een
paerd z'n tanden en een vrouwe d'r
anden meuge nooit stille stae.
Het boek 'Dialect op
Zuid-Beveland', waarin woorden
en uitdrukkingen in dialect zijn
gegroepeerd naar situaties waarin
die veel voor komen, geeft er nog
veel meer.
Ook het ringrijden, dat afgelopen
maanden onder veel
belangstelling op tal van plaatsen
is beoefend, houdt het trekpaard
en daarmee de woordenschat in
ere. Via mevr. Van de Vreede uit
Yerseke ontvingen we een fraai
lied dat mevr. Visser vroeger op het
zangkoor heeft gezongen. Het is
wellicht een van de weinige liedjes
die over het ringrijden zijn
geschreven. Wie het lied heeft
geschreven is niet bekend. Hier
volgen twee fragmenten:
't Is Pienkstere drie en eêl 't durp is
noe blie
Je mot noe bie ons mè 's komme
Depaerden 'eslinterd, gin een is t'r
bie
zonder roze op z'n staert of 'n
blomme
A tweê keeren eit'n zó lekker
'emikt
A twi keer de rienk uut de koker
'eprikt
Strak ziengt'n a wee en dan zienge
z' aol mee:
Aist, aist, aist op steek, datzieng 'k
een eële week.
Aansporing
Aist zal niet veel anders zijn dan
een uitroep ter aansporing. Biezen
is lopen met grote stappen,
voortmaken. Het woord komt in
die betekenis niet voor in de
woordenboeken. Misschien is het
afgeleid van 'je biezen pakken', er
van door gaan. Een mooi woord in
dit lied is poert. Het betekent stoot
of stootkracht. Het Engelse power
is erin terug te vinden.
Hoewel het paard van grote
betekenis is geweest, komt dat in
liedteksten weinig tot
uitdrukking. Het enige liedje, dat
in veel variaties voorkomt, is het
kinderliedje:
Utekasse perretje,
Riedt 'r mee nistee
Dan brienge me voe..(naam kind)
Lekkere koekjes mee
Koekjes mie vier oekjes
An aolle kanten even smal
Mèastout is
Krieg 'n niemendal.
Reacties op deze rubriek zijn
welkom. Indien u wilt reage
ren, of wanneer u een tip
voor ons heeft, kunt u schrij
ven of faxen naar de PZC,
Postbus 18, 4380 AA Vlissin-
gen, fax 0118-470102, onder
vermelding van Streektaal.
woensdag 26 augustus 1998
door Engel Reinhoudt
Appartementengebouw De Compagnie, Middelburg, architectuur Lafour en Wijk. foto Ruben Oreel
De Zeeuwse kerkdienst die
afgelopen zondag in de NH
Kerk van Kattendijke werd
gehouden, was een groot succes.
Volgens voorganger Adrie Quaak
barstte de kerk bijna uit zijn
voegen van de belangstelling: 'Het
was overweldigend. Achterin de
kerk stond het bomvol met
mensen die geen plaatsje meer
konden vinden, de kerkeraad
heeft zich op de trap van de
preekstoel moeten nestelen en
zelfs in de consistorie zaten
Nog ruim voor de dienst zijn veel
mensen teleurgesteld huiswaarts
gekeerd: de kerk zat een kwartier
voor aanvang van de dienst al
bomvol: 'Sommige mensen die
rond die tijd pas aankwamen,
dachten daardoor dat het niet
doorging of dat de dienst ergens
anders was.'
De dienst op zich viel ook in goede
aarde. Adrie Quaak: 'We hebben er
heel wat leuke reacties op gehad.
Het valt wel op, dat veel mensen
echt voor het dialect komen.'
Niet overdrijven
Volgens Quaak is de Zeeuwstalige
kerkdienst van afgelopen zondag
zeker voor herhaling vatbaar: 'Je
moet zoiets natuurlijk niet gaan
overdrijven. Voorlopig zit er
daarom voor Kattendijke geen
vervolg in. Maar je kan er
natuurlijk aan gaan denken om in
andere delen van de provincie
soortgelijke diensten te houden.
En dan natuurlijk in het dialect
van dat gebied. Ik weet wel zeker
dat dat aan zo slaan. Onder de
bezoekers van afgelopen zondag
zaten tenslotte ook Walchenaren,
Schouwenaren, mensen van
Noord-Beveland: ze kwamen echt
overal vandaan.'
/""Nnlangs deed de PZC verslag
v-/ van de jaarlijkse oogstdag van
de stichting Het Werkend
Trekpaard Zeeland in Baarland.
Meer dan twintig paarden hadden
in de hete zon de zelfbinder
bediend, de wagens getrokken en
stoppels geploegd. Het woord
'zelfbinder' en het woord
'schoven' werden in het verslag
uitgelegd. De gedachte hierachter
kan niet anders zijn, dan dat de
betreffende verslaggever van
mening is, dat die woorden niet
algemeen bekend zijn. Gelijk
heeft ie.
Onze woordenschat is nauw
verbonden met de middelen van
ons bestaan. Als dat eeuwenlang
boerenlandwerk is met paarden
dan levert dat een zekere taalschat
op. Verdwijnt dat soort werk, dan
verdwijnen daarmee ook
langzamerhand de
samenhangende woorden en
uitdrukkingen. Sommigen hoor je
nog wel eens snoeven over het
aantal PK's dat hun auto
voortstuwt, maar dat het
paardenkracht betekent is vaak al
vergeten. Hieronder aandacht
voor een stukje 'vakjargon' uit
vervlogen tijden.
Eusop
Oudere lezers die de
omstandigheden van het
boerenwerk met paarden hebben
meegemaakt zullen geen
toelichting nodig hebben, maar
wie dat niet kent zal gauw z'n
schouders optrekken bij het horen
dat 'nae de zelfbinder d'errebeiers
de schoven op Duitse stuken
zetten'. Een Duitse stuke is een
bouwwerk van schoven (bundels),
waarbij acht schoven dicht tegen
elkaar op het land werden gezet en
werden afgedekt met nog eens
twee schoven die er op hun kop
werden opgezet. Bij het mennen
van graan werd soms op de wagen
de poemerbööm gebruikt, een
laadboom die op het voer werd
gelegd en met touwen werd
aangetrokken om zo de vracht te
stabiliseren.
Maar nu terug naar de paarden.
Eusop en ellee 't wor nie mi
verstae,
Wtkaj' aarom en ieto nog oare?
Wi is de strevalje om 't beêst te
beslaen?
Neê, het echte van vroeger dat ei
af'edae.
In dit refreintje van een loflied op
het werken met paarden zijn
enkele typische termen bijeen
gebracht, die door de paereknecht
gebruikt werden bij het mennen
van de paarden.
Wie kent ze nog? Eusop of uiz-op
betekent achteruit. Het komt van
het woord duizen, dat deinzen,
achteruitgaan betekent. In 'hou je
gedeist' herkennen we hetzelfde
woord, al is daar de n verdwenen.
Aar, of aarom is linksom. Ieto of
uto staat voor 'naar rechts' en
komt ook voor als hit, hitom, hitop
en hito. Verder kan het rijtje nog
worden aangevuld met allee
(vooruit), vort (maak voort) en ho
(stop). Zoals altijd in het dialect
heeft elk dorp of streek weer eigen
variaties.
Het Zeeuwse of Belgische
trekpaard werd aangeduid naar
kleur. 'Die ei eên tuugpaerden, d'n
eênen is een lieren en d'n aoren is
een vos.' Hij heeft een span
paarden, het ene paard is een
'lieren' (grijsbruine tint) en het
andere is een vos
(bruin-roodbruin van kleur).
Het woord lier is in die betekenis
in het Nederlands woordenboek
niet te vinden. Ook het
etymologisch woordenboek geeft
geen oplossing. Een betekenis van
het woord lier is wang of kaak,
maar zegt dus niks over kleur. Het
zou kunnen zijn dat het zijn
afkomst dankt aan het Belgische
Lier, maar meer dan een
veronderstelling is dat niet. Ook
door Richard Hoving
De gedragsregels voor
architecten verbonden aan de
Bond van Nederlandse
Architecten (BNA) zijn
aangescherpt. Een van de nieuwe
regels luidt: „De architect spreekt
niet negatief over collega's noch
over hun werk zonder hen hiervan
in kennis te stellen."
De gedragsregels bepalen hoe de
BNA-leden zich moeten gedragen
tegenover de samenleving, hun
opdrachtgevers en hun collega's.
Het roddelverbod komt niet uit de
lucht vallen. Directe aanleiding
vormt een enquête die bijna een
jaar geleden door het
onderzoeksbureau Inter/View
werd uitgevoerd. In opdracht van
de Volkskrant werden 300
architecten en stedebouwkundige
gevraagd naar de beste en
slechtste vakgenoten. „Dat
vonden wij niet voor herhaling
vatbaar", aldus een medewerker
van de BNA
Bondsvoorzitter Carel Weeber, die
op ruime afstand als slechtste
architect eindigde, liet destijds al
zijn ongenoegen blijken. Hij
verklaarde razend tegenover de
opdrachtgever van de enquête:
„Dat ik de slechtste wordt
genoemd, kan me niet schelen.
Maar zo'n uitslag zegt veel over de
mentaliteit. Welke beroepsgroep
zegt nou wie de slechtste collega
is?"
Moeizaam
Volgens secretaris John Vermeule
van de BNA Kring Zeeland is er
een moeizame discussie aan het
vaststellen van de nieuwe
gedragsregels voorafgegaan. De
discussie spitste zich met name toe
op de vraag of architecten elkaar
achteraf of vooraf op de hoogte
moeten stellen van kritische
uitspraken. „Tijdens de laatste
algemene ledenvergadering is
besloten om de toevoeging
'vooraf' te schrappen. Gelukkig
maar want dat is natuuilijk een
onhoudbare bepaling."
Vermeule denkt niet dat de
aangescherpte gedragsregels
BNA-architecten monddood
maken. Een pittige discussie blijft
volgens hem mogelijk. „Het gaat
alleen om de manier waarop. In
het openbaar uithalen naar een
collega is niet gewenst."
Architecten die toch menen de
gedragsregel te moeten
overtreden kunnen voor het
College van toezicht en raad van
Beroep worden gedaagd. Deze
instelling behandelde vorig jaar
twaalf klachten.
Rechtstreeks
Een rondgang langs een aantal
Zeeuwse architecten leert dat het
roddelverbod nog niet algemeen
bekend is. K. J. Nijboer van het
gelijknamige Vlissingse
architectenbureau juicht de
bepaling niettemin toe. „Als je
kritiek op iemand hebt is het wel
zo netjes om hem of haar dat
rechtstreeks te vertellen." Nijboer
staat naar eigen zeggen als
'behoorlijk kritisch' bekend.
„Roddelen over collega's doe ik
niet. Als ik iets niet goed vind, zeg
ik dat in het bijzijn van de
architect."
De Zeeuwse architectuur wereld
is klein. Ons kent ons. Grote
botsende karakters zijn er volgens
Vermeule niet. Het laatste echte
conflict dateert alweer van een
paar geleden. Vermeule zegt onder
geen beding te antwoorden op de
vraag wie de beste of slechtste
architect in Zeeland is.
„Natuurlijk wordt er wel eens een
gebouw ontworpen waarvan ik
denk, dat had ik anders gedaan.
Maar één minder geslaagd
ontwerp maakt een architect nog
niet slecht." Het betaamt de
secretaris van de BNA Kring
Zeeland ook niet om een oordeel
over de leden te geven, erkent
Vermeule.
De nieuwe gedragsregel laat
onverlet dat het bij tijd en wijle
gonst van de wildste geruchten
binnen de Zeeuwse
architectenwereld. Wat te denken
van het verhaal dat op een
gerenommeerd architectenbureau
de champagne werd ontkurkt
nadat de Rotterdamse architect
Aldo van Eyck de opdracht werd
ontnomen om het museum 13/IX
in het Middelburgse
Maisbaaigebied.
De vier genomineerden voor de
Zeeuwse architectuurprijs, die
eind vorig jaar voor het eerst werd
uitgereikt, deden ook nogal wat
stof opwaaien. „Onbegrijpelijk",
zo klonk het, „het nieuwe
stadskantoor van Terneuzen
ontbreekt, maar het saaie
appartementencomplex De
Compagnie staat er wel tussen."
vrij elij k over eikaars werk kunnen
praten. „Een architect wordt nu
eenmaal snel gevraagd wat hij van
een gebouw vindt." De Koning
houdt met enige regelmaat
ontwerpen van collega's tegen het
licht. Hij is docent op de
Rotterdamse Academie voor
Bouwkunst en de Universiteit van
Eindhoven. De architect haast
zich te zeggen dat een mening
genuanceerd moet zijn. „Als jeiets
slecht vindt, moet dat natuurlijk
wel worden beargumenteerd."
Volgens De Koning, die niet bij de
BNA is aangesloten, past het
aanscheipen van de regels in de
traditie van de architectenbond.
„De BNA is aan het eind van de
19e eeuw opgericht door
architecten die zich beriepen op de
Griekse en Romeinse tradities.
Toen er een tegenstroming van
meer flexibele architecten
ontstond hebben ze zich
verenigd." De Koning lijkt het
raadzamer dat de BNA het
beschermen van de beroepsgroep
minder rigide ter hand gaat
nemen. „De kwaliteit van de
architectuur, ook in Zeeland, laat
te wensen over. Het is jammer dat
de BNA zich daar niet wat meer
om bekommert."
ARCHITECTUUR
Over de winnaar, het
waterpaviljoen op het yoormalige
werkeiland Neeltje Jans was geen
(hoorbare) kritiek.
In de nieuwe gedragsregels staat
de collegialiteit hoog in het
vaandel. Het blijft niet bij het
verbod om over elkaar te
roddelen. Een BNA-lid moet bij
het aannemen van een opdracht
uitzoeken of een collega zich hier
eerder mee bezig heeft gehouden.
Mocht dat het geval zijn, dan moet
er overleg worden gevoerd. Een
architect die een bestaand gebouw
onder handen gaat nemen, moet
indien mogelijk contact opnemen
met de oorspronkelijke ontwerper.
Deze architect kan hem echter niet
beletten iets aan 'zijn' gebouw te
veranderen.
Johan de Koning van het
Laboratorium voor Architectuur
noemt de BNA-gedragsregels
'onzinnig'. Volgens de
Middelburger moeten architecten
Waterpaviljoen op Neeltje Jans, architecten Lars Spuybroek en Cas
Oosterhuis. foto Pieter Honhoff
Gebouw CZ-groep in Goes, architecenbureau Rothuizen van Doorn "t
Hooft. foto Willem Mieras
Stadskantoor Terneuzen, architect Koen van Velzen.
foto Dirk-Jan Gjeltema