Ga altijd met je rug naar de muur zitten Op Gibraltar is treiteren een volkssport Bloedige drugsoorlog in Mexico reportage zaterdag 23 mei 1998 33 Mexico heeft Colombia opgevolgd als leider van de wereldhandel in heroïne en cocaïne bestemd voor de Verenigde Staten. In de grensplaats Ciudad Juarez wordt na de nooit bewezen dood van drugskoning Amado Carrillo Fuentes nu een bloedige machtsstrijd uitgevochten tussen twee elkaar beconcurrerende kartels. „Ga altijd met je rug naar de muur zitten", waarschuwt een ober. „En nooit vlakbij de deur." Weer één. Met een breed gebaar gooit de privé-detective het dagblad De Grens op tafel. Op de voorpagina staat een weerzinwekkende foto van een man met doorgesneden keel die ligt vastge bonden in de achterbak van een auto. Het lijk lag daar al enige tijd en werd pas ont dekt toen voorbijgangers onraad roken. In zijn kantoor aan een keurige Ameri kaanse straat in El Paso, net over de grens van Ciudad Juarez, staan de namen van drie beruchte drugshandelaren achteloos op archiefdozen geschreven. Dwars er door heen staat met grote letters 'Bewijs'. „Zie het als een voorjaarsschoonmaak", zegt Charlie, die in werkelijkheid anders heet en ook jurist is. Hij kent veel van de handelaren persoonlijk en verdedigde ooit de Colombiaan Alberto Ochoa. „Ze ruimen hun huis op." Hij doelt daarmee op de golf van geweld die Juarez 'aan de overkant' heeft overspoeld sinds de nooit officieel vastgestelde dood op de opera tietafel van Mexico's machtigste drugs baron en leider van het Juarez-kartel, Amado Carrillo Fuentes. alias 'heer van de hemel', omdat hij cocaïne in Boeings 727 vervoerde. Steekpenningen De detective trekt zijn grijze paarden staartje recht. „Te veel problemen in Jua rez. Hij vertelt dat Amado Carrillo ieder een op de loonlijst had staan en jaarlijks 1,5 tot 2,5 miljard gulden aan steekpen ningen uitgaf. Tegenstanders liet hij zon der pardon uit de weg ruimen. De straten van zijn woonplaats Ciudad Juarez waren regelmatig bezaaid met de lijken van ver meende informanten als een vlucht was onderschept. Carillo was een uitstekende zakenman. Hij sloot met iedereen een verbond, maakte afspraken met het Colombiaanse Cali-kartel en betrok hooggeplaatste ambtenaren en politici in zijn zaken. De enige keer dat Carrillo werd gearresteerd, ondanks eerdere inbeslagnames van drugs, was in juli 1989. De politie van Guadalajara hield hem, in afwachting van een rechtszaak, negen maanden vast. Daarna kwam hij in alle stilte vrijCharlie betwijfelt zijn dood. „Het werd hem te heet onder de voeten." Amado laat het kartel nu even succesvol draaien uit Cu ba, speculeert hij. Bendenstrijd Tomas Kennedy, hoofd van de Ameri kaanse drugbestrijdingsdienst DEA, denkt dat de strijd gaat tussen een oude bekende, capo Rafael Munoz Talavera, en zijn rivalen van het Juarez-kartel. Hij zegt dat Talavera misschien wel een alli antie is aangegaan met de gebroeders Arellano Felix van het concurrerende Tij- uana-kartel om uiteindelijk het Juarez- kartel in handen te kunnen krijgen. Een andere mogelijkheid is dat Munoz Tala vera het Juarez-kartel al heeft overgeno men. Zelf ontkent hij alles. In een gepu bliceerde open brief - nog nooit vertoond - schreef Munoz Talavera: „Ik ben een seri euze, eenvoudige, hard werkende man." De cruciale vraag over de overname van Mexico's machtigste kartel, door de DEA de Federatie genoemd, blijft dus onbeant woord. Resultaat van de verwarring na Carrillo's 'dood' is echter een bloedige strijd tussenbendes in Juarez en corruptie op alle niveaus. Op klaarlichte dag von den zestig executies in maffiastijl plaats, er verdwenen honderd mensen en er zijn hardnekkige aanwijzigingen dat het poli tiekorps en vrijwel de hele legertop bij de handel betrokken is. De oorlog tussen de twee om de hoogste macht strijdende kartels, die van Juarez en Tijuana, heeft een golf aan zogenaam de, 'encajuelados' en 'entambados' met zich meegebracht. Mensen die in de ach terbak van een auto worden koud ge maakt, of teruggevonden worden in een met zoutzuur of ongebluste kalk volgego ten olievaten. Het begon met de drie chirurgen van Amado Carillo Fuentes die vlak na zijn dood langs de snelweg van Mexico-Stad naar Acapulco werden gevonden. „Het geweld", zegt DEA-man Kennedy, „is in Juarez angstaanjagend toegenomen." Juarez is altijd een zeer criminele stad ge weest, maar meestal gebeurden de moor den 's nachts, ergens in een donkere steeg. Nu opereren moordenaars overdag, zon der enige scrupules. Het gaat om miljoe nen dollars, legt Kennedy uit. Betrokken groepen zetten alles op alles om de macht over wat zij 'laplaza' ('het plein') noemen te krijgen, tot de dood erop volgt. Overdosis De Mexicaanse autoriteiten meldden re cent dat het Juarez-kartel is uitgehold. In Juarez weet men beter. Er is meer narcoti ca op de markt dan ooit. Het gebruik is met 25 procent gestegen. Mexicaanse handelaren verbeteren de heroïne om te kunnen concurreren met handel uit Azië en Zuid-Amerika. In Dallas steeg daarom het aantal doden door een overdosis met veertig procent. De transporten zijn, vol gens Kennedy, door het handelsverdrag tussen Mexico en de VS alleen maar ver gemakkelijkt. De chef van de Ameiïkaan- se border patrol in El Paso, Doug Moiser: „Het over de grens brengen van illegale substanties is, voor zover wij kunnen be rekenen, na de dood van Amado Carillo Fuentes op geen enkele manier vermin derd. Het is alsof er niets gebeurd is." „De moorden en verdwijningen zijn het wrange resultaat van onbetaalde reke ningen", zegt Howard Campbell, cultu reel antroploog aan de Universiteit van Mexico. Campbell is goed bevriend met Rafael Nunez, een onafhankelijk journa list die aan beide kanten van de grens de ontwikkelingen in de drugswereld op de voet volgt. Beiden geloven dat Amado nog leeft. „Iemand met zoveel geld en macht hoeft niet op een operatietafel te sterven." We rijden langs de dure nachtclub Lase- rata, eigendom van 'Amadito', zoals de baron ook wel wordt genoemd. Twee mar meren Davids van Michelangelo staan aan weerszijden van de met koper gede coreerde ingang. „Binnen lijkt het wel een museum van de kitsch", vertelt Nunez. „Loop je langs een van de kunstmatige watervallen, dan verkleurt het hoofd van Medusa ineens." Laserata heeft de beste keuken van heel Juarez. Maar een verstandig mens gaat daar niet eten. De kans op een schietpartij is statistisch groter. Niet ver van de club vandaan schoten pistoleros op klaarlich te dag zes gasten dood in het door drugs handelaren gefrequenteerde restaurant Max Fims. De maffiabaas voor wie de ko gels bestemd waren, ontkwam nog net door het wc-raampje, maar werd later op de vlucht met een AK 47 neergeschoten. Plet was de tweede schietpartij in korte tijd. Max Fims heet nu Del Rio. Op de stoep van Jeronimo's werden drie mannen doodgeschoten. Een van hen, Elias Caril lo Guzman, stierf ter plekke. Hij was de broer van Miss Universe, Vanessa Guz man, de liaison tussen Amado Carrillo en het Mexicaanse leger, die in het centrum van Guadalajara in haar jeep werd opge blazen. De mensen zijn bang, zegt Alfredo Quija- no in een klein hokje Gp de redactie van dagblad Norte, een van de weinige kran ten die uit handen bleef van de kartels. Quijano weet veel en wordt door beiden partijen gerespecteerd. Hij herinnert aan de drie doktoren van ziekenhuis Cuernica die een plastisch-chirurgische ingreep op Amado Carrillo verrichtten. Daarbij zou de patiënt zijn overleden, maar het li chaam werd nooit gevonden. Het ging om Het vermeende lijk van de Mexicaanse drugskoning Amado Carrillo Fuentes werd in juli 1997 aan de pers getoond. Hij zou tijdens een plastisch-chirurgische ingreep zijn overleden, maar bewezen is dat niet. foto J oe Cava retta Politieagenten staan bij het dodelijk getroffen slachtoffer van een schietpartij voor een bar in Ciudad Juarez, hi Mexico zijn tiental len mensen om het leven gekomen bij de bloedige machtsstrijd tussen twee elkaar beconcurrerende kartels. foto DiariodeJuarez een gynaecoloog, een chirurg en een anesthesist. Twee dagen later werden ze teruggevonden bij het ziekenhuisafval, gemarteld, gewurgd en daarna op elkaar gestapeld. Quijano interpreteerde het meteen als een boodschap aan de direc teur van het ziekenhuis. Betalen, of an ders. Justitie sloot Cuernica toen ze begrepen dat het om een grote witwas operatie ging. Over de Amerikaanse druk het probleem aan te pakken, zegt Quijano: „Veel woor den, weinig daden". Ondanks een nieuw apparaat waarmee vrachtwagens kunnen worden doorgelicht, komt volgens hem nog 200 ton per jaar en zeventig procent van de handel ongestoord de grens over. „Men wordt steeds inventiever. Miami is nu doorgangsweg naar de rest van de VS." Gevlucht Quijano speelt met een pen waarvan het uiteinde de vorm van een kogel heeft. „De moorden", zegt hij, „zijn Amado's stijl niet. We denken dat de gebroeders Arella no hier bezig zijn. Die zijn altijd wreder en bloediger geweest." De journalist gelooft ook niet dat Amado dood is en nog minder dat zijn broer nu de touwtjes in handen heeft. „Daar is 'ie veel te dom voor. Het kan zijn dat Amado met zijn minnares is gevlucht. Hij had een slecht huwelijk. Maar cle enige die het weet, is zijn moe der." Wie onderhoudt zijn luxueuze hui zen en landerijen, vraagt iedereen in Jua rez zich af. In wiens opdracht? De stad is traditioneel verdorven, zegt an tropoloog Howard Campbell. „Drank, drugs en goedkope seks hebben Juarez ge maakt wat het is." Voorheen was de stad om die reden geliefd bij de Amerikanen die de grens over liepen om vrouwen op te pikken, of goedkope inkopen te doen. Toerisme bestaat nauwelijks meer. „Nie mand gaat voor zijn plezier naar Juarez. We kampen met tienduizend heroïnever- slaafden, volstrekte straffeloosheid en een onaantrekkelijke criminele reputa tie", aldus Campbell. Nieuwe methode van de kartels is om mensen verslaafd te laten raken en dan in ruil voor hun dagelijks rantsoen als huur moordenaar in te zetten. Kleine vissen, die meestal uiteindelijk als offer in han den van de politie terecht komen. Veel mensen verhuizen naar El Paso, het is vei liger want pistoleros komen er niet zo makkelijk weg. Behalve de talrijke assemblage-bedrij ven is bijna alles in Juarez eigendom van drugshandelaren. Staat een krantenax'ti- kel hen niet aan, dan smijten ze een pak dollars op de toonbank en kopen de hele oplage op. Van Amado is tijdens zijn leven nooit een foto afgedrukt, noch werd er over hem geschreven. Alles wat over hem ging, werd onmiddellijk geconfisqueerd of opgekocht. Wisselkantoren verrijzen net zo makkelijk als ze weer verdwijnen. Niets is te traceren. Pakje Juarez heeft het hoogste nationale inko men van Mexico, iedereen rijdt in een nieuwe auto, maar er is niet één fatsoen lijke boekwinkel. „Sociologisch beke ken", zegt Campbell, „is het een interes sante stad. Helaas is er nauwelijks zoiets als een intelligent, spritueel of cultureel leven. Alles wordt beheerst door de macht van de drugshandel. Iedereen is betrok ken of zal op een dag door de knieën gaan Er zijn maar weinig mensen die voor dui zend dollar niet een klein pakje in hun ga rage willen bewaren." Een eenvoudige rekensom laat zien dat de 'war on drugs' nooit gewonnen woi'dt zo lang de vraag blijft. Een kilo cocaïne kost 500 dollar en levert 25.000 op in Miami of New York. Heroïne is nóg lucratiever. Vol gens de Amerikaanse regering is Mexico ernstig tekort geschoten in het opvoeren van de strijd tegen de drugsbendes. Voor al na de arrestatie van generaal Jesus de Guiterrez Rebollo, het pas benoemde hoofd van de anti-drugspolitie in Mexico, meenden Republikeinen en Democraten dat Mexico dit jaar op de vingers moest worden getikt. De Amerikaanse president moet ieder jaar aan het Congres een rap port voorleggen, waarin landen waar drugs worden gemaakt of doorgevoerd, worden beoordeeld. Landen die niet mee werken, kunnen met economische en fi nanciële sancties bestraft worden. Maar aangezien Mexico een belangrijke handelspartner is en president Zedillo uit eigen beweging een rechtszaak tegen Guiterrez Rebollo begon, besloot Clinton het buurland formeel toch een bewijs van goed gedx*ag te geven. In Mexico worrit el ke inval of arrestatie gezien als knieval voor de VS. Maar daar bevindt zich ook de meerderheid van de drugsgebruikers. En waar een markt is, is aanbod. Katrien Gottlieb De wereld zou er beslist niet door veranderen als Gibraltar na drie eeuwen weer bij Spanje zou komen. Maar de dertigduizend bewoners van de 'Rock' zouden wel eens een kleine onafhankelijkheidsoorlog kunnen ontketenen wanneer de Union Jack zou worden ingewisseld voor de Spaanse bandera. Dwax'S tegen alle Europese eenwording in blijft een van Engelands laatste kolonies een bron van pesterijen en diplomatiek gekonkel lussen Spanje en Engeland. Het 'no' van de anders zo aardige Tony Blair klonk een poosje terug wel heel erg 'no' op de vraag van een Spaanse jour nalist of er voor Gibraltar een regeling in de maak is a ia Hongkong. Blair deelde de beteuterde journalist nog ton oveiwloedc mee dat Gibraltar geen Hongkong is. Be slist niet. Het zal wel tot diep m hot vol gende millennium worden voordat er opnieuw za I wo rdefi gespraker! over ever.- tuele teruggave van Gibraltar aan Span je.. Kale rots Het ligt niet eens zozeer aan Londen, maar veel meer aar. Carmeli Sultana, ver koopster in 'The last shop m Europe' en aan al die anderebewpners van Giibraltar die het zo wel prima winden. „Waarom moeten we bij Spanje?", vraagt Carmeli in vloeiend Spaans om vervol gens over te schakelen in perfect Engels. Geboren uit een Engelse moeder, een Spaanse va dei-, getrouwd met een Marok kaan en twee kinderen is Carmeli precies wat Gibraltar is: een smeltkroes. Haar winkeltje, waar voor de 'best prices' sou venirs, koeken, drankjes en filmrolletjes kunnen worden gekocht, staat op de ui terste punt van de rots. Afrika is binnen handbereik. Daar zou men bij een gunsti ge wind de oproep tot gebed van de imam kunnen horen uit de moskee 'Kling Fahad Bin Abdul aziz al Saud', tegenover de Een echte Engelse dubbeldekker brengt passagiers van het vliegveld naar Gibraltar. winkel van Carmeli. Zij is blij met een praatje. Want in de winter, nu er weinig toeristen zijn, is het 'boring en windy' op de kale rots. Op Gibraltar geboren en ge togen heeft ze het altij d erg naar de zin ge had. Soms gaan ze wel eens naar Spanje, een stukje rijden. Maar meestal blijven ze in eigen land. „Het is goed hier". De grens van Spanje naar Gibraltar over steken geeft nog een beetje dat 'oude grensgevoel', dat in Europa al bijna is ver geten. Twee lange rijen auto's schuiven in elkaar naarmate de mannen in uniform dichterbij komen. De Spaanse residentie- kaart, het identiteitsbewijs van de Neder lander die Spaans ingezetene is, zou toch voldoende moeten zijn voor een vriende lijk onthaal op het kleine stukje Engeland in het zuiden van Spanje? De uitex'st be leefde politieman legt echter geduldig uit dat Gibraltar niet bij de Schengenlanden hoort en dat de reiziger dus in het bezit dient te zijn van een geldig paspoort. Zelfs voor een koi"t dagbezoekje is het Spaanse document nutteloos. Vanwege dit soox-t gelegaliseerde pesterijen staat er vrijwel altijd een fikse file, ondanks de belofte van Madrid en Londen om het grensver- keer soepeler te laten vexiopen. De file is overigens niet alleen een Engels privilege. Wie tei-ug gaat van Gibraltar naar Spanje staat minstens even lang in de xij, omdat de Spaanse douaniei-s er alle tijd voor ne men om elke kofferbak aan een grondige inspectie te onderwerpen. Vooral voor dè mensen die 'aan de andere kant' hun baan hebben, is het ambtelijke getreiter een da gelijks terugkerende ciime. Het burgertje pesten beperkt zich overi gens niet tot het land. De Spaanse vissers uit Algeciras laten met de regelmaat van de klok hun woedende protesten horen te gen het ongehoord hinderlijke optreden van de Engelse wateipolitie. Als compen satie hebben de Spanjaarden weer het luchtruim. De paar vliegtuigen die dage lijks landen op het vliegveld van Gibral tar hebben maar net genoeg ruimte om veilig aan de grond te komen. Komen ze buiten de hun toegemeten aanvliegroutes dan kunnen ze (bij wijze van spreken) door Spaans luchtdoel-geschut uit de lucht worden gehaald. Het vliegveld zelf is al een curiosum. De enige toegangsweg vanuit Spanje tot de 6,5 vierkante kilometer metende enclave loopt dwars over de landingsbaan. Twee keer per dag wordt het verkeer tegenge houden door luid rinkelende alarmbellen en neergelaten slagbomen als er een vlieg tuig moet landen of stijgen. Vliegveld Spanje heeft al vele vruchteloze pogingen gedaan om door middel van het vliegveld een vinger in de pap bij het bestuur van Gibraltar te krijgen. Onder het mom van veiligheid en de Navo heeft Madrid voor gesteld het vliegveld onder gemeenschap- pelij k militair beheer te plaatsenMaar de Engelsen lieten opnieuw een krachtig nee horen. In december leek de 'kwestie Gi braltar' zelfs nog even het stx*uikelblok te worden voor de ondertekening van de nieuwe commandostructuur van de Navo. Daarin kreeg Spanje voor het eerst als volwaardig lid een commandotaak. Londen dreigde met een veto als de Span jaarden de vluchtbeperkingen rond Gi braltar niet zouden opheffen. Ook dit keer was het niet veel meer dan even de tanden laten zien. Toen Amerika liet doorsche- mex-en dat een Navo-crisis vanwege Gi braltar te bespottelijk was om los te lo pen, werd het weer stil rond de rots. Waarom de Spanjaarden er zo op gebrand zijn Gibraltar weer in handen te krijgen, heeft voor een belangrijk deel te maken met historische sentimenten. Maar niet alleen. De Britse enclave is volgens de Spaanse politie een broeinest van crimi naliteit. De bestrijding van de drugshan- del langs de Spaanse zuidkust wordt vol gens haar extra bemoeilijkt doordat de samenwei'king tussen de Spaanse opspo ringsdiensten en die van Gibraltar uiter mate moeizaam verloopt. Iedere keer wanneer een (drugskoerier wordt geaxres- teerd, meten de Spaanse media dit breed uit om te illustreren hoe nodig het is dat Gibraltar onder Spaans bestuur komt. Het laatste diplomatieke offensief van de Spaanse regering is het voorstel om van de Britse kroonkolonie een autonome Spaanse provincie te maken met grote ei gen bevoegdhedennaar voorbeeld van de zelfstandige deelstaten Baskenland en Catalonië. Twaalf A-viertj es had minister van buitenlandse zaken Abel Matutes volgeschreven en aan zijn Britse collega in Londen ovex-handigd. Tot ergernis van de Spanjaarden werd het document uiter mate koel ontvangen. De Bidtse pers be steedde nauwelijks aandacht aan de Spaanse voorstellen. De Spaanse minis ter kon de volgende dag in The Times le zen dat de Britten een compromis met Spanje over de status van Gibraltar niet tot de mogelijkheden vinden behoren. Engeland verschuilt zich daarbij achter de oude belofte van de Engelse regering aan de bevolking van Gibraltar dat haar wensen altijd geëerbiedigd zullen wor den. En over die wensen bestaat geen twijfel. De band met Engeland is voor de rotsbewoners heilig. Henk van den Boom

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1998 | | pagina 33