Poëzie Hendrik de Vries
verpietert op een zolder
Dag des Heren
is vol van
werk en vertier
Materiaal dichter
nooit onderzocht
Nederlandse
zondag in
fotografie
kunst cultuur vrijdag 22 mei 1998 29
Ter kerke in Elburg. fotografie Catrien Ariëns
De hervormde kerkdienst in El-
burg trekt elke zondag acht- a
negenhonderd gelovigen. Maar el
ders in de Gelderse gemeente draait
het bedrijf Universal Dehydrates,
dat met hete lucht groenten droogt
voor onder meer soepfabrikanten,
op deze dag gewoon door.
Op de 'Dag des Heren' gaat nog al
tijd zo'n 21 procent van de Neder
landers geregeld naar de kerk, maai
de rest werkt of zoekt vertier. In op
dracht van het Rijksmuseum en
NRC Handelsblad registreerde fo
tografe Catrien Ariëns dat wie nog
illusies over hei-waardering van de
rustdag koestert stekeblind is voor
de tekenen des tijds.
Ariëns trok het afgelopen jaar op
zondagen door heel Nederland en
geenmoeite was haar te veel. Zo leg
de ze vast hoe jongeren om vijf uur 's
ochtends de laatste roes van de
nacht beleven in de Rotterdamse
discotheek Nighttown. Wie wil
doorgaan, kan daarna nog tot negen
uur terecht op een partyboot. In het
grijze ochtendlicht fotografeerde ze
om acht uur 's ochtends een groep
volhouders die op het dek bleekjes
staat te kletsen.
Variatie
De variatie aan foto's die Ariëns af
leverde is enorm. Ze kreeg toegang
tot alle maatschappelijke geledin
gen die Nederland rijk is en haar
aanpak wekte zoveel vertrouwen
dat op haar foto's geen mens is te
vinden die poseert. Alsof ze er niet
bij is, ligt een Amsterdams stel ge
zellig tegen elkaar aan uit te slapen,
helpt een Haagse moedér haar kind
bij het ontbijt, rekt een Tilburgse
student met kater zich uit, zit een
Amsterdamse vrouw in ochtendjas
op bed kranten te lezen en doet een
Turkse man een tukje onder een
boom in Spaarnwoude.
Nederland zit op zondag op zijn
boot, wandelt over het strand, loopt
hard, fietst, zwemt, bezoekt het
sportveld, de kennis en een beurs
voor amateurkunst of is massaal op
koopjesjacht bij Ikea, Albert Heijn
en de Bijenkorf. Dat elke zondag
zo'n 1,2 miljoen Nederlanders aan
het werk zijn om deze bezigheden
mogelijk te maken of de industrie
draaiende te houden, is daarbij de
gewoonste zaak van de wereld ge
worden.
Een prijsfoto maakte Ariëns op 20
juli 1997 op het strand van Renesse.
Op de voorgrond wijst een man naai
de stevige borsten van een vrouw in
een pornoblaadje. Zouden zijn
vriendinnen met blote borsten op de
achtergrond dat hebben geweten?
Ariëns fileert Nederlanders op zon
dag tot op het bot en dat levert een
aantal taferelen op die doen ver
moeden dat wij vooral een volk van
zuipschuiten en veelvraten zijn die
het liefst op een benauwend kluitje
kruipen.
Niet treurig
Maar ze toont ook beelden van ver
tier dat niet treurig stemt. Een oma
in Spakenburgs kostuum die haar
kinderen en kleinkinderen op de
koffie krijgt, een barbecue in een
Amsterdamse tuin en pa en zoon die
samen naar Studio Sport kijken in
Hoorn: het zijn voorbeelden van
zondags vermaak die CDA-fractie-
leider Jaap de Hoop Scheffer, aan
gezocht om de expositie te openen,
vast een hart onder de riem hebben
gestoken.
Francoise Ledeboer
De expositie 'Zondag' van Catrien
Ariëns in het Rijksmuseum (Stadhou
derskade 42, Amsterdam) duurt tot en
met 23 augustus De openingstijden zijn
dagelijks van 10.00 tot 17.00 uur. De fo
to's zijn opgenomen in 'De Zondag/Sun
days', een uitgave van Thomas
Rap/Boekhandel De Verbeelding, in sa
menwerking met NRC Handelsblad en
het Rijksmuseum De prijs bedraagt 65
gulden.
Op het strand.
Spaarnwoude.
Wie de zolder van Dick Leutscher betreedt,
valt van de ene verbazing in de andere.
Leutscher heeft als penningmeester en
secretaris van de Stichting Hendrik de Vries
zeer veel materiaal in zijn woning liggen van de
belangrijkste Groninger kunstenaar van deze
eeuw. Wat bevindt zich precies in de dozen die
bij hem op zolder staan opgestapeld? En
hoeveel ongepubliceerde gedichten en teksten
werden gevonden in 1990 in de woning in
Haren, nadat de vrouw van Hendrik de Vries,
Riek van der Zee, was overleden? Niemand
weet de antwoorden. De nalatenschap van
Hendrik de Vries ligt al acht jaar voor het
grootste deel te verpieteren en is nooit
zorgvuldig geordend, onderzocht of zelfs maar
bekeken. Wpi bezielt de Stichting Hendrik de
Vries?
Op een van de dozen staat: 'De nacht etc.' Leutscher
opent de doos en haalt een stapeltje bundels te voor
schijn. De nacht is de titel van de eerste officiële dicht
bundel van Hendrik de Vries. In de doos bevindt zich
eveneens een papiertje met getallen. Leutscher: „Die ge
tallen corresponderen denk ik met gedichten uit de bun
del die hij heeft gebruikt voor een bloemlezing." Daar
naast bevat de doos een stapeltje exemplaren van Het gat
in Mars en het Milagrat, de eerste bundel van De Vries,
uitgegeven in eigen beheer. Van deze bundel bestaan nog
hooguit enkele exemplaren.
Leutscher vertelt ook over de brieven van Slauerhoff, die
hij een paar jaar geleden ontdekte. „Die vond ik per toe
val, want ze lagen in een doos met spullen van de vrouw
van Hendrik de Vries. Waarschijnlijk had ze die brieven
stiekem verstopt. Als ik ze niet per toeval had ontdekt,
had niemand iets over die brieven geweten." Voor Wim
Hazeu kwam te ontdekking aan de late kant - hij kon ze
pas verwerken voor de derde druk van zijn lijvige biogra
fie over Slauerhoff.
In veel dozen bevinden zich dichtbundels of handge
schreven gedichten, waarin De Vries niet zelden verbete
ringen heeft aangebracht. Bovendien bevat de nalaten
schap werk dat niet is opgenomen in de bundels Kritiek
als credo uit 1980 en Verzamelde gedichten uit 1993.
Daarnaast zijn tal van andere documenten te ontdekken,
zoals een handgeschreven artikel van De Vries over het
werk van Ploeg-schilder Jan van der Zee of een volledige
verzameling brieven aan Wobbe Alkema, eveneens een
schilder van De Ploeg.
Bilderdijk
De handgeschreven teksten over Willem Bilderdijk, die
eveneens uit een doos worden gevist, blijken van on
schatbare waarde te zijn. „De Vries heeft ze geschreven
ter voorbereiding van een lezing,vertelt Bart Slijper, sa
mensteller van een binnenkort te verschijnen bundel met
essays over het leven en werk van Hendrik de Vries. „Er
zijn ongeveer veertig velletjes gevonden met teksten over
zijn grote leermeester, met zeer veel verhelderende pas
sages. Die zijn van eminent belang. Dit materiaal is
openhartiger dan al het werk van De Vries over Bilder
dijk dat tot voor kort bekend was."
Op de vraag hoe het mogelijk is dat dit materiaal al jaren
in een zolderkamer ligt, is het antwoord niet eenvoudig
te geven. Er bestaat een foto uit 1986 waarop een oude
Hendrik de Vries wordt omringd door vier heren, ge
maakt na afloop van een redactievergadering over de
uitgave van de Verzamelde gedichten. De vier heren zijn:
Wim Koops, Dick Leutscher, Jan van der Vegt en Willem
Wilmink. De vergadering had plaatsgevonden in de wo
ning van Koops. Koops: „En toen zijn we met ons vieren
naar het huis van Hendrik de Vries gegaan. Een memora
bel moment."
Hendrik de Vries werd in 1986 benadex-d over de uitgave
van de Verzamelde gedichten. Toen kwam ook ter sprake
wat er zou moeten gebeuren met al het materiaal dat De
Vries nog in zijn woning in Haren had liggen, en opper
den Leutscher en Koops het idee voor de opi'ichting van
een stichting. Een jaar later werd de Stichting Hendrik
de Vries officieel in het leven geroepen, en in 1990, na het
Bestuursleden D. Leutscher (1) en W. Koops van de stichting Hendrik de Vries met op de achtergrond een doek van De
foto Reyer Boxem
Vries.
overlijden van de vrouw van
Hendrik de Vries, trad de stich
ting in wei-king.
Het tweede artikel uit het sta
tuut, over het doel van de op 6
januari 1987 opgerichte stich
ting, luidt: 'Het bijeenbrengen
en het verzorgen van voorwer
pen van letterkunde en beel
dende kunst die zijn verwaar
digd door de dichter-schrijver-
schilder Hendrik de Vries, en
het bevorderen van de belang
stelling voor de werken van de
hiervoor genoemde kunste
naar.' De Stichting Hendrik de
Vries heeft niet alleen als doel
stelling om het werk van de
'dichter-schrijver-schilder' te
verzorgen en onder de aandacht
van de mensen te brengen, maar
is eveneens de 'eigenaar' van het
werk. Voorzitter Koops: „U
kunt niet uit een brief of docu
ment citeren, wanneer u geen
toestemming hebt gekregen van
de rechtheb-
De dichter Hendrik de Vries.
Hendrik de Vries maakte zelf van zijn tekeningen weer foto's.
benden. En
die zijn in dit
geval ondergebracht in de Stichting
Hendrik de Vries."
In veel gevallen belanden na de dood
van een schrijver of kunstenaar de
rechten voor het artistieke werk bij de
erfgenamen. Dick Leutscher en Wim
Koops zijn dus eigenlijk de 'kinderen'
van het echtpaar De Vries, die de rech
ten onder hebben gebracht binnen een
stichting. Dick Leutscher kende de
vrouw van Hendrik de Vries al vanaf
zijn vijfde jaar. „Als jongetje noemde
ik haar tante Riek. Later kwam het
echtpaar regelmatig bij mijn moeder,
in Haren. En nog later deed ik allerlei
karweitjes voor Hendrik de Vries. Ik
scheerde hem, kleedde hem van top tot'
teen aan." Wim Koops, ook woonach
tig in Haren, kende Hendrik de Vries
eveneens. Koops is zeventien jaar be
stuursvoorzitter geweest van het Let
terkundig Museum en bekleedt nu tal
van functies. Hij is redacteur van het
Jaarboek van het Letterkundig Muse
um, voorzitter van de Stichtrng Hen
drik de Vries, voorzitter van de Stich
ting De Ploeg, voorzitter van de Johan
Dijkstra-stichting en voorzitter van
het Jaarboek van de Maatschappij der
Nederlandse Letterkunde.
Over de waarde en omvang van de ar
tistieke nalatenschap van Hendrik de
Vries lopen de meningen uiteen. Zo is
het nog steeds niet bekend hoeveel on
gepubliceerde gedrchten hij heeft ge
schreven. Leutscher: „Al snel twee
honderd." Koops: „Ik denk een paar
honderd. Tweehonderd klinkt zo pre
cies."
Zou het geen aardig idee zijn om die
onbekende gedichten van Hendrik de
Vries in boekvorm uit te laten geven?
Een leeseditie van de ongepubliceerde
gedichten, voor iedereen betaalbaar
en toegankelijk? Koops: „Die
komt er voorlopig niet. Iemand
moet de nalatenschap ooit uit
zoeken, maar die persoon moe
ten we kunnen vertrouwen. En
hij moet deskundig zijn." Moet
er dan eerst een wetenschappe
lijke editie verschijnen? Koops:
„Ik vind dat boeken betaalbaar
moeten zijn. We hebben de mo
gelijkheid gehad om subsidie te
krijgen van het Constantijn
Huygensinstituut voor een we
tenschappelijke teksteditie.
Maar zo'n editie vind ik niet
noodzakelijk. Bovendien duurt
de uitgave van zo'n boek jaren."
Waar de stichting op dit mo
ment aan denkt, is de verschij
ning van de biografie over Hen
drik de Vries. Jan van der Vegt,
die nu werkt aan zijn biografie
over Adrraan Roland-Holst,
heeft van Koops en Leutscher
de toestemming gekregen voor
het schrijven van de geautori
seerde biografie over de Gro
ningerkunstenaar. Koops: „Jan
van der Vegt is denk ik verreweg
de beste kenner van het werk van Hendrik de Vries. Hij
heeft op dit moment al materiaal uit de nalatenschap in
handen, zoals brieven." Leutscher: „In principe wordt
straks alles gebruikt voor die biografie. Het interessante
bij Hendrik de Vries is dat hij heeft gecorrespondeerd
met de hele Nederlandse literaire wereld, Er zijn niet al
leen brieven van Slauerhoff gevonden, maar ook van
Marsman, Greshoff, Van Wessem en Dri Perron. De brie
ven van Vestdijk zijn helaas niet gevonden. Misschien
heeft mevrouw Vestdijk die brieven wel."
Ontruimen
De dood van de vrouw van Hendrik de Vries in 1990 bete
kende voor Dick Leutscher het sein om de woning van
Hendrik de Vries te ontruimen. „De schilderijen van
Hendrik de Vries gingen naar het depot van het Gronin
ger Museum, evenals een deel van de tekeningen. De rest
van het materiaal ging naar mij n woningWaarom? „De
woning moest worden verkocht. En het materiaal moest
toch ergens liggen
Deze houding van Leutscher is eigenaardig, omdat voor
zitter Wim Koops het zeer belangrijk vindt dat „het lite
raire erfgoed van Nederland in het Letterkundig Muse
um ligt". Om die reden liggen de door de stichting
aangekochte briefwisselingen in het museum in Den
Haag. Op de waag hoe het komt dat de zolder van Leut
scher al acht jaar vol ligt met zeer veel materiaal uit de
nalatenschap van Hendrik de Vries, luidt het antwoord
van Koops: „Ik wil daar niets over te zeggen."
Leutscher heeft een verklaring voor het feit dat het mate
riaal van de Stichting Hendrik de Vries in 1990 niet naar
het Letterkundig Museum is gegaan. Leutscher: ..De
stichting kan nu regelen wie het materiaal mag raadple
gen. Wanneer het in het Letterkundig Museum ligt, mag
iedereen het zomaar bekijken. En dat willen we niet."
Leutscher gaat voorbij aan de zogeheten 'veiligheids
klep' die door het Letterkundig Museum wordt gehan
teerd: niemand mag daar materiaal bekijken zonder toe
stemming van de rechthebbenden. „Maar er is besloten
dat Jan van der Vegt de biografie over Hendrik de Vries
gaat schrijven. Het materiaal gaat uiteindelijk naar het
Letterkundig Museum, maar pas nadat dat boek is ver
schenen."
Jacob Moerman