andere wereld
Opgevoed met
iets van die
Vrouwen willen toekomst
Ernst Jansz
Achter elke zin van
Medea zit tragiek
Cultureel gekleurd
kil Pist CU ItU U r vrijdag 10 april 1998 15
Pas op zijn 36ste ging Ernst Jansz voor het eerst naar
Indonesië, het land van zijn vader, omdat hij ineens
voelde dat hij móest gaan. Hij schreef daarna een
indrukwekkend boek, De overkant (1985), over het leven
tussen twee werelden, over het zich te oosters voelen voor
een westerling en te westers voor een oosterling. Het boek,
geschreven 'in de luwte na de storm van Doe Maar', geniet
nog altijd een zekere reputatie binnen de Indische en
Molukse cultuur. Zaterdag 18 april is Jansz - auteur,
muzikant en voormalig meisjesidool - de belangrijkste
gast tijdens een middag in Middelburg, georganiseerd door
de Molukse stichting Mae Uku, over muziek en literatuur
van de tweede ên derde generatie.
Ernst Jansz: „Ik schreef eigen
lijk al voordat ik kon schrij
ven. Op de kleuterschool al wilde
ik een verhaaltje over eendjes ver
tellen. Aan mijn moeder vroeg ik
hoe de klanken uitgeschreven
worden. Het hele verhaal heb ik
opgeschreven door letters uit de
krant na te tekenen. Dat was mijn
eerste verhaal. Op de lagere school
- ik denk dat ik een jaar of acht was
- heb ik een boekje gemaakt, met
een kartonnetje als kaft, met een
aantal liedjes en verhalen. Het
leek mij toen al geweldig om ooit
een echt boek geschreven te heb
ben. Dat was toch een van mijn
dromen."
Zijn leraar Nederlands op de mid
delbare school, de dichter Rein
Bloem, moedigde hem aan te blij
ven schrijven. „Een ongelooflijk
inspirerende man. Hij heeft mij
gevormd tot wat ik ben geworden,
althans zo zie ik dat. Later vond ik
een manuscript van mijn vader:
twee bladzijden, het begin van een
boek. De vondst sterkte me in mijn
voornemen om zelf ooit een boek
te schrijven."
Regelmatig hield hij een soort
dagboek bijmaar tot een uitgave
kwam het pas nadat hijna een in
terview over zijnlndische tijd, Pa
rool-journalist Frans Kotterer
wat van zijn 'schrijfselen' meegaf.
Die was enthousiast en legde het
voor aan uitgever Jos Knipscheer.
Dat leidde vlak na het opdoeken
van Doe Maar tot de publicatie
van het sterk poëtische Gideons
droom (1983). „Ik was zo trots als
een pauw, maar de kritiek ging ge
nadeloos over mij heen. Er bleef
(Advertentie)
RIETPEN GALERIE
Kerkstraat 16, 4611 NV Betten op Zoom
Meesterwerkjes van een grappenmaker
van 22 maart t/m 22 mei 1998
unieke tekeningen van
JANSANDERS
verder in stock werken van
P. D'Hondt, A. Theeuwisse,
I. Roelfsema, J. Mijsbergen
Open vrijdag van 14.00 - 19.00 uur-
Zat en zond, van 14.00 - 17.00 uur
en op afspraak.
Tel. 0164-211520, fax 0164-21 1530
niets van heel. Als ik het nu terug
lees dan denk ik toch dat het een
heel bijzonder boekje is, maar ik
kan me ook voorstellen dat die
mensen het zo vreselijk vonden.
Zekerheid
De overkant kreeg twee jaar later
een beduidend warmer ontvangst.
Het is een onverbloemd autobio
grafisch boek - alleen enkele na
men zijn veranderd - over het le
ven van zijn vader, Rudi genoemd.
Die komt in 1935 op zijn achttien
de naar Nederland om te studeren
voor een MO-diploma, terwijl de
rest van zijn familie in Indië ver
blijft. Tijdens de oorlogsjaren
speelt hij een belangrijke rol in het
verzet en na de oorlog verdedigt
hij, tegen de stroom in, de onaf
hankelijkheidsstrijd van Indone
sië. Na die periode offert hij zijn
dromen over Indië op voor zijn
kinderen en kiest voor de zeker
heid van een vaste baan in Neder
land.
Het boek bestaat uit drie delen: de
briefwisseling tussen de jonge Ru
di en zijn familie in Indië, het le
vensverhaal van zijn latere echt
genote ('Jopie') en het verslag van
de reis die de zoon ('Joch') medio
jaren tachtig maakt naar Indone
sië. Steeds beter leert de zoon zijn
vader, die in 1965 na een aftake
lingsproces ontgoocheld is gestor
ven, kennen. Zoals hij zich door ie
dereen in de steek gelaten heeft
gevoeld, zijn hele leven lang. Door
zijn moeder, die hem heeft gesla
gen. Door zijn vader die niet in
greep. Door zijn vrienden die niet
waren zoals hij hoopte. Door mijn
moeder die haar eigen gang ging.
Zelfs door mij, schrijft Joch.
Ernst Jansz: „Die brieven heb ik
gekregen van mijn moeder, in een
bruine kartonnen doos. Ikkreegzo
een beeld van mijn vader dat ik
nooit gekend had. Een heel rebelse
j ongen, terwijl ik hem kende als ie
mand die door het leven was gete
kend en die voor mij de verper
soonlijking van de wijsheid was,
mijn ijking van het leven. Het was
niet in mij opgekomen dat hij ook
in opstand was gekomen tegen de
gevestigde orde. Dat vond ik heel
boeiend, prachtig mooi om te le
zen."
Hoewel hij een Hollandse opvoe-
Vrijdag 17 april vindt in Middelburg
de officiële opening plaats, maar al
vanaf komende woensdag staat Zeeland
in het teken van het negende Festival
Cultureel Gekleurd. In de gemeenten
Burgh-Haamstede, Goes, Middelburg,
Oostburg, Terneuzen en Vlissingen
staan ruim drie weken lang de deuren
open naar andere culturen. Vandaag in
de PZC het volledige programma van
films, literaire lezingen, theatervoor
stellingen, tentoonstellingen, open da
gen en concerten en een nadere kennis
making met enkele van de deelnemende
artiesten, kunstenaars en programma
makers.
De titel zet de lezer meteen op het
verkeerde been. In meerdere
opzichten. Medea en haar kinderen heet
de laatste roman van de Russische
schrijfster Ljoedmila Oelitskaja. Maar
Medea, de bejaarde hoofdpersoon van
het boek, is kinderloos gebleven. Haar
huis op de Krim is elke zomer het
verzamelpunt van een schare neven en
nichten uit alle delen van de Sovjet Unie
(het verhaal speelt halverwege de jaren
zeventig). Zij beschouwt hen als haar
kinderen, en observeert zonder te
oordelen deze 'jeugdige familie, met hun
stormachtige verhoudingen en wankele
huwelijken'. Medea is van Griekse
afkomst, maar anders dan haar
naamgenote uit de klassieke
mythologie, krenkt zij haar 'kinderen'
met geen haar.
Nog op een andere manier
wordt de lezer het bos in ge
stuurd. In het eerste hoofdstuk is
een brief weergegeven die Medea
schrijft nadat zij Ravil Joesoepov,
een Tataarse vluchteling op be
zoek heeft gekregen. Na zijn be
zoek verandert Medea haar testa
ment. De hele roman lang
verwacht de lezer dat vanuit te
rugblikken op het verleden zal
worden toegewerkt naar een ont
knoping die iets met deze Joesoep
ov te maken heeft. Inderdaad
keert hij terug in een hoogst merk
waardige epiloog, waarin de
schrijfster voorwendt alle perso
nages zelf te hebben gekend. Hij
blijkt het huis van Medea te heb
ben geërfd. Nergens wordt expli
ciet uitgesproken waarom. Hoog
stens kan de lezer zich afvragen of
daarin misschien toch Medea's
oordeel schuilt over de capriolen
die haar familieleden uithalen.
Die vormen het werkelijke onder
werp van Medea en haar kinderen,
dat terecht is ondertiteld met: Een
familiekroniek. Aan de hand van
de bezoeken die haar neven en
nichten met hun gezinnen in de
Krim komen afleggen, worden de
ingewikkelde relaties geschetst
die de familieleden met elkaar en
anderen onderhouden. Telkens als
iemand op bezoek komt, springt
het verhaal terug in de tijd en
wordt het verleden van het nieuw
geïntroduceerde personage inge
kleurd. Het zijn stuk voor stuk
prachtige verhalen, vaak over tra
gische affaires, bijna terloops ge
pleegd overspel, abrupte schei
dingen en een vlucht in nieuwe
verhoudingen. Het ene kleurrijke
personage roept het volgende op
en in de wirwar van moei li j ke Rus-
siche namen en een kronkelende
verhaallijn dreigt de lezer soms de
draad kwijt te raken. Maar net op
tijd krijgt Oelitskaja iedereen
weer bij de les, door terug te keren
bij Medea, of door eerdere gebeur
tenissen met onverwachte wen
dingen in een nieuw licht te zetten.
Zelfmoord
Oelitskaja schetst een weinig flo
rissant beeld van de mens die zich
laat kennen door trouweloosheid,
egoïsme en overspel. Toch is Me
dea en haar kinderen allerminst
een loodzwaar boek. Het is alsof
de schrijfster wel begrip kan op
brengen voor het gestuntel en ge
konkel van haar personages. Haar
ironische en laconieke toon pepe
ren de lezer in, sterker dan een mo
raliserende opmerking ooit zou
kunnen, dat de mens zich altijd zo
heeft gedragen en wel nooit zal
veranderen. Des te harder komt de
klap aan als Masja, een achter
nichtje van Medea, zich niet
schouderophalend kan neerleg
gen bij een affaire die ze zo zorge
loos begon. Ze pleegt zelfmoord.
De kracht van Oelitskaja is dat zij
tragiek van het leven niet hoeft te
benoemen. Die schemert achter
elke zin. Wie een personage over
Medea laat zeggen: 'haar ene broer
is vermoord door de roden, haar
andere door de witten, en in de
oorlog eentje door de fascisten en
eentje door de communisten' kan
verder elke geschiedenisles over
slaan. In een recensie is Oelitskaja
'de Tjechov' genoemd 'van een
Rusland dat honderd jaar ouder is
geworden'. Dat is lang niet zo
overdreven als het lijkt.
Ernst Jan Rozendaal
Ljoedmila Oelitskaja: Medea en haar
kinderen. Een familiekroniek. Ver
taald door Arie van der Ent. Uitgeverij
De Geus, Breda. Prijs: f39,90. Don
derdag 23 april wordt Oelitskaja door
Van der Ent geïnterviewd in de Zeeuw
se Bibliotheek in Middelburg. Aan
vang: 20 uur.
ding kreeg, had Jansz altijd onbe
wust het gevoel tussen twee werel
den te leven. „Toen mijn vader
eenmaal was overleden ben ik
gaan ervaren dat de isolatie waar
in ik mij bevond kon toeschrijven
aan mijn Indische achtergrond. Er
werd voor mij een poort geopend
naar de oplossing van alle proble
men en die poort was het land van
herkomst. Pas veel later kreeg ik
ineens verschrikkelijk de behoefte
om er ook heen te gaan. Ik ken
mensen die daar heel erg bang
voor zijn, die er absoluut niet heen
willen, misschien wel uit angst
voor de confrontatie met een land
dat even vreemd of misschien wel
nog vreemder is dan dit land. Dat
is de tragiek van heel veel Indische
mensen en Molukse mensen heb
ben daar nog directer mee te ma
ken, omdat zij onvrijwillig uit hun
land zijn weggegaan en niet zo
maar kunnen terugkeren. Dat
maakt het ideaal van het land van
herkomst nog veel sterker"
De reis wordt, zoals in veel geval
len, een desillusie. Bij het vertrek
schrijft de zoon: Goed, de een
zaamheid gaat over (hoewel nooit
helemaal). Maar er is iets anders.
Opgevoed worden met iets van die
andere wereld. Meer dan een
sprankje tederheid. Meer dan een
glimp van begrip: respect. Dingen
die je met je meedraagt. Ze laten je
nooit meer los. Dat is het. En dan
blijkt dat die andere wereld te ver
weg is, onbereikbaar. De afstand is
nooit meer te overbruggen. Je ont
dekt overeenkomsten, raakvlak
ken, en het maakt alles alleen nog
maar triester, verder weg. Je blijft
in de lucht hangen. Ergens tussen
Jakarta en Amsterdam. Los van de
grond. Met een tas vol souvenirs.
Ernst Jansz: „Inmiddels ben ik er
vier keer geweest. Elke keer voel
ik me meer thuis. Elke keer is het
vertrouwder en mooier."
Paradox
In augustus wordt hij vijftig, de
leeftijd waarop zijn vader stierf.
„Het zal een heel vreemd en ge
denkwaardig moment zijn wan
neer ik mijn vader in leeftijd voor
bij ga. Ik ben ooit aan een derde
boek begonnen. Daarin stel ik me
zelf voor als een man van in de ze
ventig die nog steeds droomt over
zijn vader, terwijl zijn vader
slechts vijftig - twintig jaar jonger
dus - is geworden. Dat is een heel
mooie paradox. Met dat boek ben
ik opgehouden omdat ik het niet
goed genoeg vond. Maar nog
steeds ben ik er in mijn hoofd mee
bezig."
Na De overkant heeft Ernst Jansz
niets meer gepubliceerd en ook
van het schrijven is weinig te
rechtgekomen. „De boeken die ik
geschreven heb in de luwte na de
storm van Doe Maar waren een ze
gen voor mij. Het was heerlijk om
in alle rust te schrijven. Ik heb
daarna wel geprobeerd het accent
te leggen op mijn schrijverschap,
maar dat is helaas niet gelukt. In
middels heb ik een gezin met jonge
kinderen en van die rust en die te
ruggetrokken levensstijl die ik
toch nodig heb om een boek te
schrijven is nu weinig over."
Bovendien, zegt hij, is hij gaan
zoeken naar een onderwerp, ter
wijl De overkant een boek was dat
geschreven móest worden, een
boek over het centrale thema van
zijn leven. „Het is eigenlijk al ge
schreven. Het is al gezegd."
Rolf Bosboom
Ljoedmila Oelitskaja
Ernst Jansz: „Schrijven in de luwte van de storm na Doe Maar was een zegen."
De wasserette in liet asielzoekerscentrum waar Veronica uit Angola wacht op de uitkomst van haar asielaan
vraag. fotoAstaBiezeman
De oorlog bereikte ook Moga
dishu. „Op 5 januari 1991
drongen 12 gewapende mannen
naar ons huis binnen. Het was 7
uur 's ochtends." Het zijn de woor
den van Asha uit Somalië in de fo
totentoonstelling 'Ik wens mij een
toekomst' - kijken naar de wereld
door de ogen van vluchtelingen
vrouwen. Een modern opgezette
tentoonstelling, die de kijker be
trekt bij het lot van de vijf vrou
wen wier levensverhaal hier wordt
verteld.
Ze zijn niet zielig. De bezoeker
van de tentoonstelling moet
na afloop niet overlopen van me
delijden, maar respect hebben
voor de kracht van de vrouwen.
Dat is de boodschap die de organi
satoren van de expositie over wil
len brengen. Twintig miljoen
vluchtelingen zijn er op de wereld.
Tweederde daarvan zijn vrouwen
en meisjes. Zij moeten een nieuw
leven opbouwen en dat lukt ze ook.
Daar wordt de nadruk op gelegd.
Ze putten kracht uit elkaar.
„Ons doel was om meer betrok
kenheid te creëren bij verschillen
de groepen. Zo'n tentoonstelling
kan bijvoorbeeld een buurthuis
overhalen om iets met vluchtelin
genvrouwen te doen", legt Yvonne
Heijgele van het COS Rijnmond in
Rotterdam uit. „Een andere be
doeling was om een breed publiek
een genuanceerder beeld te geven
van vluchtelingenvrouwen. Ze
zijn niet zielig. Ze hebben een stuk
geschiedenis bij zich. Wij willen
laten zien hoe ze vroeger leefden.
De vrouwen voelen zich vaak ge
kwetst door de manier waarop ze
hier behandeld worden."
Als voorbeeld haalt ze aan dat de
installateur van een koelkast op
een kinderachtige toon uitlegt dat
het lampje van de koelkast aan
springt als de deur open gaat.
„Maar thuis had die vrouw mis
schien wel drie koelkasten. De
mensen die in de mogelijkheid zijn
om hier naartoe te vluchten zijn
meestal hoog opgeleid. Ze zitten
daardoor vaak ook in het verzet,
waardoor ze moeten vluchten.
Mensen komen hier niet omdat ze
denken dat Nederland een leuk
land is, ze vluchten voor hun le
ven."
Ik Wens Mij Een Toekomst is een
initiatief van COS Rijnmond,
Vluchtelingenwerk Rijnmond en
het Emancipatiebureau in Rotter
dam. Naar aanleiding van de
Vrouwenconferentie van de Ver
enigde Naties in Beijing in 1995
ontstond het idee ontstaan meer
aandacht te besteden aan de posi
tie van vluchtelingenvrouwen in
ons land. In 1996 was de tentoon
stelling compleet. Er is zoveel be
langstelling voor dat de expositie
op dit moment in drievoud in om
loop is.
Verhaal
De tentoonstelling bestaat uit vijf
onderdelen van elk vijf panelen.
Elk onderdeel vertelt het verhaal
van een vluchtelingenvrouw: uit
Somalië, uit Iraaks Koerdistan,
uit voormalig Joegoslavië uit An
gola en uit Iran. De tentoonstel
ling gaat over het leven dat zij
leidden voor hun vlucht, over de
reden van hun vlucht en het leven
dat ze nu leiden in Nederland.
Er is veel gebruik gemaakt van fo
to's. De foto's van de vrouwen in
Nederland heeft freelance foto
grafe Asta Biezeman gemaakt en
de rest komt van journalisten, In
ternet of uit privé-collecties van
vluchtelingen. „Door de privéfo-
to's hebben we nu uniek materi
aal", legt Yvonne Heijgele uit.
De schokkendste foto van de ten
toonstelling is ook afkomstig uit
een privé-collectie. Het is een af
beelding van een j ongetj e dat dood
in het gras ligt. Je ziet alleen zijn
gezicht, dat zwaar verminkt is.
Heijgele: „Deze foto is genomen
tijdens de gifbombardementen in
Irak door Saddam Hoessein. Na
veel vijven en zessen hebben we
toch besloten hem mee te nemen.
De mensen die erbij betrokken
waren hebben gezegd 'laat maar
zien, zo is het gebeurd
In het kader van het Zeeuwse Fes
tival Cultureel Gekleurd is de ten
toonstelling vanaf 14 april te zien
in het gemeentehuis van Vlissin
gen. „De problematiek van vluch
telingenvrouwen is belangrijk en
past in het kader van het festival",
vertelt Marga Koster van het COS
Zeeland. De tentoonstelling gaat
over vrouwen in de omgeving van
Rotterdam. Twee vluchtelingen
vrouwen uit Zeeland vertellen hun
verhaal tijdens de opening van de
expositie.
Het openingsverhaal is van Shiva
Sjojaei, een vluchtelinge uit Iran,
die nu in Middelburg woont. „Zij
vertelt haar eigen verhaal. Ook
praat ze over de positie van vrou
wen in Iran en hun gevechten te
gen het bewind", vertelt Marga
Koster. Shiva Sjojaei probeert om
voor cle opening een videoband te,
pakken te krijgen die het verzet
van Iranese vrouwen illustreert.
Koster: „Vrouwen werden twintig
jaar geleden verplicht een hoofd
doek te gaan dragen. Op de band
staan gevechten die vrouwen in
Iran toen tegen de invoering van
die regel voerden."
Emancipatie
De tweede vluchtelingenvrouw
komt uit Rusland. „Svetlana Konr
stantinovskaja woont in Vlissin
gen en is lid van de Emancipatie-
raad. Ze vertelt over haar
ervaringen met het emancipatie
beleid in Nederland. Men denkt
vaak dat Nederland heel ver is met
emancipatie. Maar dan komen
vluchtelingenvrouwen hier en
merken dat die hier veel minder
ver gevorderd is dan in het land
waar ze vandaan komen", aldus
Marga Koster. „Ze vertelt bijvoor
beeld dat het voor vrouwen erg
moeilijk is om hier werk te krijgen.
Als gescheiden vrouw ben je bijna
verplicht om te werkenmaar als j e
getrouwd bent en een gezin hebt
wordt er toch van je vernacht dat
je thuis blijft en voor de kinderen
zorgt. Dan krijg je ook weinig hulp
van de verschillende instanties bij
het zoeken naar een baan."
Aan de opening werken verder
twee Molukse vrouwen uit Oost-
Souburg mee, die zorgen voor een
muzikaal intermezzo. Gabbie
Wierenga van de Stichting Vast
(Vrouwen Advies Steunpunt) uit
Den Bosch zorgt voor een algeme
ne inleiding. Zij begeleidt vluchte
lingenvrouwen die uitgeproce
deerd zijn.
Alle vrouwen die aan de fototen
toonstelling hebben meegewerkt
hebben politiek asiel gekregen,
behalve Veronica uit Angola. „Het
is voor mensen uit Angola sowieso
moeilijk om een vergunning te
krijgen. Dat hebben we ook ge
merkt toen we met dit project be
zig waren. Van de ene op de andere
dag waren alle Angolese vrouwen
verdwenen. Ze waren allemaal
Nederland uitgezet", vertelt
Yvonne Heijgele. Veronica zit
voorlopig nog in een asielzoekers
centrum in de buurt van Rotter
dam.
Anouk Momraer
De tentoonstelling 'Ik Wens Mij Een
Toekomst - kijken naar de wereld door
de ogen van vluchtelingenvrouiven is
vanaf 15 tot en met 29 april op elke
werkdag zien in de hal van het gemeen
tehuis van Vlissingen. De opening
vindt plaats op 14 april van 19.00 tot
22.00 uur in het Van Doesburgcentrum
aan de Brouwenaarstraat 2 in Vlissin
gen.