kunst cultuur Sfeq hoopt de tijd even stil te zetten wmm 13 15/16 vrijdag 10 april 1998 BOX DDS iSFEö UTBi-.VOLa—-- \PROBUCE» B¥-SFM Hoewel de muzikanten van de Amsterdamse groep Sfeq weinig op hebben met het traditionele jazzwereldje en volop grasduinen in genres als hiphop, funk en wereldmuziek, beseffen ze dat hun muziek in wezen alles van doen heeft met jazz. Want het draait om de improvisatie, het is altijd muziek die op het moment van spelen wordt gemaakt. „We moeten het waarmaken on the spot", bevestigt saxofonist Bart Suèr. „Jazzmuzikanten zijn net als sporters. Je kunt erover ouwehoeren tot je erbij neervalt, en ervoor oefenen wat je wilt, maar de prestatie moet geleverd worden binnen de tijd die staat voor een wedstrijd of een concert." Onlangs verscheen op het eigen label DOX het vijfde album van de groep: Sfeq United Volume 2. Het is de helft van een tweeluik. Eind vorig jaar verscheen Sfeq Uni ted Volume 1. Voor beide albums maakte de groep, tijdelijk omge doopt tot Sfeq Extended, gebruik van een keur aan gastmuzikanten uit binnen- en buitenland, waaron der zangeres Lilian Vieira, de jonge stergitarist Jesse van Ruller, de Cu baanse zanger Alexi Zayas Rosabal en de Indiase pakhawaj-speler Pandit Manik Munde. De opnamen voor beide cd's zijn gemaakt in de cember 1996 en juli 1997. Heftiger Er is bewust voor gekozen de over vloed aan materiaal op twee ver schillende albums uit te brengen. Toch zijn ze niet los van elkaar te zien, al is de muziek op Volume 2 wat heftiger en ogenschijnlijk meer geënt op wereldmuziek. Op beide albums brengt Sfeq een mix van jazz, funk en hiphop. Drummer Stefan Kruger en DJ Git Hyper zor gen voor een stuwende en bonken de beat, bassist Peter Bergman en gitarist Jesse van Ruller leggen daar inventieve akkoordenreeksen overheen en van klarinettist Maar ten Ornstein en altsaxofonist Bart Suèr komen prachtige, bezwerende melodieën, soms elkaar aanvul lend, dan weer lijnrecht tegen el kaar ingespeeld. Anders dan bij veel jazzgroepen, probeert bij Sfeq niemand de show te stelen. Het groepsgeluid is hecht en organisch. Minstens zo opvallend als de mu ziek is de vormgeving van de cd- hoesjes. Sfeq lijkt daarmee haar onafhankelijkheid van zowel jazz- als popwereld te willen onderstre pen. De groep heeft een eigen pla tenlabel, DOX Records (waarop ook solo-albums van DJ Git Hyper uitkomen), zodat de bandleden kunnen doen en laten wat ze zelf willen. „Iedereen kan bij ons zijn eigen idee uitdragen, zonder dat het eerst door een molen van com promissen gaat", bevestigt Suèr. „Dat lijkt ons zinvoller. Van goede ideeën willen we niet de scherpe kantjes afvlakken en -gummen." „Een label is een woordje, een eti ket. Net als op een spijkerbroek van Levi's. Mensen kopen die vanwege dat rode labeltje, terwijl de broek hetzelfde is als de meeste andere spijkerbroeken. Muziek is nu een maal niet te verkopen als een rijtje noten. Er zit een context van asso ciaties omheen. Met dat label en de cd-hoezen maken wij een beeld taal. We hebben het idee laten va ren dat die correspondeert met de muziek. Wat wel heel erg bij Sfeq hoort, is dat iets funky moet zijn, viezig, direct, ongestileerd. Verder hebben beeld en muziek weinig met elkaar te maken. Toch zijn ze ver bonden omdat ze allebei tegelijk bij mensen op de harde schijf worden opgeslagen. Denk maar aan die ty pische Blue Note-hoezen om de platen van Horace Silver. Die mu ziek en die beelden kun je nooit meer los van elkaar zien. De manier waarop platenmaat schappijen de muziek van Sfeq aan de man probeerden te brengen was 'tenenkrommend', vertelt Suèr. Vandaar dat tot oprichting van een eigen label werd besloten. „Men noemde het jazzdance maar dan weer zonder dit of dat en fusion maar dan niet zoals Spyro Gyra. Enzovoort. Ze waren gewoon niet in staat zo'n bandje als wij goed te verkopen. Dat is ook wel logisch. Een platenmaatschappij wil bin nen één jaar een investering terug krijgen. Hun doel is nietmuziek on dersteunen, maar winst maken. Als zij vijf jaar Sfeq promoten zonder veel succes, gaan ze failliet. Wij niet. Wij denken op de lange ter mijn. Het gaat ons om de muziek. Met ons eigen label kunnen we heel relaxed mooie plannen maken en onze muziek met eèn ander praatje verkopen. Het liefst trouwens zon der praatje. Het is wat het is en het heet tension. Zo simpel willen we het eigenlijk houden." Tekst en uitleg Praten over muziek is een noodza kelijk kwaad, beseft Suèr. Tijdens de schoolconcerten die Sfeq regel matig geeft, heeft hij gemerkt dat dertienjarigen de muziek zonder meer accepteren, maar ouderen hebben tekst en uitleg nodig. „We leven in een verbale wereld. Al pratend kom je verder. Mensen ver trouwen een andere vorm van com municatie niet. Muziek is een emo tionele ervaring, de intuïtie speelt daarin een belangrijke rol. Dat wordt toch altijd als inferieur be schouwd ten opzichte van verbale communicatie. Recensenten wor stelen ook met dat probleem. Wie bepaalt nu of drums zoet klinken of juist ruig? Dat is de associatie van iemand, niet meer dan dat. Muziek is als water. Als je het vast wil pak ken, loopt het tussen je vingers weg." „Ik moet vaak aan twee verschil lendekamers denken. Er is een mu zikale kamer en die ligt naast de verbale kamer. Daartussen zit een raam. Vanuit de verbale kamer kun je in de muzikale kamer kijken. Je kunt zeggen: 'Kijk, daar zie ik dat liggen en daar zie ik dit liggen', maar je kunt er niet in. Alleen als je muziek maakt, of echt ondergaat, sta je in die muzikale kamer. Bij op tredens dringt dat beeld zich ook op. Tijdens de concerten doe ik de aankondigingen. Ik merk dat die nodig zijn, omdat bij sommige mensen anders de aandacht ver-, Bart Suèr (op de voorgrond): Wat heel erg bij Sfeq hoort, is dat iets funky moet zijn, viezig, direct, ongestileerd. foto Frans Schellekens slapt. Alsof ik met de saxofoon niet dat contact heb dat ik met woorden heb. Als je het spelen onderbreekt om even te praten, hebben mensen het idee dat ze weer even in die ver bale kamer zijn. Dat is kennelijk geruststellend. Alsof we alleen sa men zijn als we praten. „Maar het gaat om het gevoel dat je krijgt in die muzikale kamer. Slaagt de muzikale communicatie, dan staat de tijd even stil. Dat is echt een geweldig gevoel van ver lichting. Het heeft even geduurd om te beseffen dat dat het is waar voor we het allemaal doen." Daarom heeft de muziek van Sfeq alles met jazz te maken. Dat Sfeq ook tal van invloeden ondergaat uit andere muzikale genres, vindt Suèr niet meer dan logisch. „Op de dj na zijn we allemaal conservatorium klanten. We zijn heel diep in de tra ditie van de jazz gedoken. Dat is een muziekvorm die je op acade misch niveau kunt bestuderen. Daarnaast zijn we kinderen van onze eigen tijd. Charlie Parker was al dood toen wij werden geboren. Wij zijn opgegroeid met de Top 40. Maar jazzmuzikanten hebben al tijd een spiegel willen ophouden te genover de jukebox. Charlie Par ker en Miles Davis reageerden op populaire muziek uit hun eigen tijd. Vlak voor zijn dood maakte Miles nog eigen interpretaties op nummers van Prince en Cindy Lau- per." Waarheid „Populaire muziek is altijd een we zenlijk onderdeel van de jazz ge weest. Ik heb moeite met het idee dat jazz iets is voor de happy few, een muziekstijl die als een raket de ruimte in wordt geschoten en geen binding meer heeft met de wereld, alleen met zichzelf. Ik maak geen onderscheid tussen de muziek van Charlie Parker en James Brown, tussen die van Ornette Coleman en Stevie Wonder, of tussen die van Prince en Anthony Braxton. Het oude cliché dat er alleen goede en slechte muziek bestaat, blijft een waarheid van heb ik jou daar." „Het ligt voor de hand dat ook de wereldmuziek ons beïnvloedt. Ik hoef hier in Amsterdam maar op mij n fiets te springen en binnen een half uur kom ik thuis met muziek uit welk deel van de wex-eld dan ook. Dat is een ongelofelijk besef. In al die muziek zoeken wij naar overeenkomsten. We willen het we zen van muziek benaderen. Iri*elke hoek van de wereld zie je dezelfde elementen terugkeren. Melodie bijvoorbeeld, is een universeel ele ment. Zelfs vogeltjes fluiten melo dieën. Ritme kom je ook overal te gen. Maar harmonie niet. Dat is een gekunsteld principe. Een Westerse uitvinding, hoe prachtig dan ook. Zo komen we tot een paar pijlers waarop de muziek steunt. Aan de ritmes van James Brown merk je dat hij eigenlijk een Afrikaanse muzikant is. Een Indiase percussi onist kan klinken als een Ameri kaanse jazzdrummer. Zo denken wij daarover." De leden van Sfeq voelen zich met veel muzikanten verwant, maar Suèr betwijfelt of hun muziek makkelijk met die van anderen kan worden vergeleken. „Er is meestal verwantschap in het concept, in de aanpak, maar nooit in het resul taat, de output. We zijn geen kopi eerapparaat. Over Miles Davis bestaan hondex'd verschillende me ningen. De één vindt de Miles van die periode goed, de ander Miles tussen het jaar zoveel en zoveel of met dit of dat kwintet. Bij mij kan Miles niets vei'keerd doen. Ik heb bewondexfng voor de man Miles, voor zijn verhaal, niet voor zijn output in een bepaalde pei'iode. Hij durfde zich te vernieuwen en dan ging er wel eens iets xnis." ,Het is dezelfde reden dat Ajax veel doelpunten tegen krijgt. Dat komt omdat ze volgens een aanvallend concept spelen. Die tegendoelpun ten kunnen mij geen kloot schelen, zolang ze zelf proberen doelpunten te maken. Je moet kijken naar wat iemand wel doet, niet naar wat ie mand niet doet." Ernst Jan Rozendaal Sfeq is komende maanden zowel in als buiten Nederland te beluisteren; een se lectievan de concerten: 1 I mei Meander Amsterdam, 16 mei SJU huis Utrecht, 8 juni Meander Amsterdam, 10 juli Be- Leuvenissen Leuven (B), 1 aug Garden of England Jazzfestival Londen, 16 aug Racism Beat It Amsterdam. Abessijnse Kronieken van Moses Isegawa Aldra Yoshimura verdient vertaling Gabriele d'Annunzio in eau-de-vie Dialecten stoeien met namen Ted van Lieshout, kunstenaar voor kinderen Kunstgras: de klank van rugby Festival Cultui'eel Gekleurd, met Ernst Jansz, Ljoedmila Oelitskaja, Sonia Herman Dolz

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1998 | | pagina 11