De gemeenteraad komt
mensen aan het lijf
Wie gaat er nou op zo'n zetel zitten?
Beheerder van
het lokale
huishoudboekje
21
gemeenteraadsverkiezingen
4 maart
donderdag 26 februari 1998
Wie is het hoofd van de
gemeente? Op die vraag
wordt in dit land meestal een fout
antwoord gegeven. Nee, dat is niet
de burgemeester. Die heeft het
opperbevel bij brand, wordt geacht
toezicht te houden op openbare
samenkomsten en
vermakelijkheden en kan
maatregelen treffen in geval van
oproerige beweging en andere
ernstige wanordelijkheden. Maar
het hoofd van de gemeente, dat is de
raad.
Die bepaalt hoe het huishouden van de
gemeente gerund wordt, waar bouw
plannen worden uitgevoerd, hoe hoog de
belastingen zijn, hoe verordeningen er
moeten uitzien en wat moet woren aange
vangen met de openbare ruünte. Dat zijn
schone taken, die de burger direct raken.
In de portemonnee en in de straat. Hoe
hoog vallen de reinigingsrechten uit en de
onroerend goedbelasting? Komen er nou
verkeersremmers of komen die er niet?
Ziet de woonplaats er een beetje groen
Drs. Huib Eversdijk, oud-raadslid van de
gemeente Borsele, oud-lid van Provincia
le Staten in Zeeland, oud-lid van de Twee
de Kamer en lid van de Senaat.
uit? Zijn de straten veilig genoeg om de
kindertjes op de step naar school te kun
nen laten gaan?
„Ik moet oppassen dat ik me niet laat lei
den door nostalgie", zegt clrs. Huib Evers-
dijk, oud-raadslid van de gemeente Bor
sele, oud-lid van de provinciale Staten
van Zeeland, oud-lid van de Tweede Ka
mer en lid van de Senaat, als hij nadenkt
over de vraag in welke bestuurslaag hij
zich het aangenaamst genesteld voelde.
„Hoe verder je teruggaat in de tijd, des te
meer heb je de neiging om de idealiseren.
Maar los daarvan, ik heb wel het gevoel
dat in het gemeentebestuur de lijnen het
kortst waren. Je bent altij d bezig met con
crete dingen waar de mensen je op straat
over aanspreken. Het gaat om dingen die
de mensen aan het lijf komen. Ik heb in de
raad het vak geleerd; ook dat verklaart
dat ik er met heel veel plezier aan terug
denk."
In het begin van de jaren zeventig, toen
Eversdijk fractievoorzitter van de CHU
was in de raad van Borsele, regeerden de
confessionelen. Er was ook een socialisti
sche fractie, gevormd door een roemrucht
duo: I.A van Royen en H. Fransen. Het
tweetal opereerde als een kleine verzets
groep, zag doorlopend en overal list en be
drog op grote schaal en diende bezwaar
schriften in tegen alles wat bewoog. „Het
hield je wel scherp", erkent Eversdijk. „Je
wordt in de politiek nu. eenmaal afgere
kend op wat er fout loopt en niet op al die
onopvallende dingen die normaal en goed
verlopen. Zij voerden een soort oppositie
die maakt dat je wel oplet. Maar aan de
andere kant, in de Gemeenteraad en de
Provinciale Staten moet je het spel niet
naspelen zoals het op landelijk niveau
verloopt. In de lagere bestuurslagen heb
je geen regering en oppositie. Vaak wordt
een afspiegelingscollege nagestreefd
waardoor een zo groot mogelijk deel van
de raad zich in het college van burgemees
ter en wethouders herkent. Ik vind dat een
raad zoveel moet zien te werken als een
eenheid, waarbij de burgemeester een
heel belangrijke rol speelt. In kleinere ge
meenten is hij meestal de enige full time
bestuurder."
Wettelijke taken
In grotere gemeenten groeit de tendens
dat de burgemeester zo min mogelijk por
tefeuilles worden toegeschoven. Gekozen
politici willen zich profileren en hebben
het liefst dat de door de Kroon benoemde
man zich beperkt tot zijn wetteüjke ta-
wordt bij de benoeming van de burge
meester. Hij trekt een parallel met de be
noeming van de dijkgraaf van een water
schap waarbij een vertrouwenscommissie
uit het dagelijks bestuur aan de algemene
vergadering een aanbeveling stuurt. Die
bepaalt een keuze waarvan de Kroon zel
den afwijkt. „Dat is minder vrijblijvend
dan wanneer je maar moet afwachten wie
door de Commissaris van de Koningin
wordt doorgestuurd. Met een dergelijke
constructie committeer je de raad van het
begin af aan"zegt Eversdij kOp dit mo-
ken, die vooral op het terrein van de open
bare orde liggen.
„Datis geen gunstige ontwikkeling", oor
deelt Eversdijk.Je kunt de burgemeester
het beleid laten coördineren. Het is ver
standig hem toch ook wat van de porte
feuilles te geven. Je ziet het met zo'n
Spahr van der Hoek in Middelburg. Hij
was daar nog maar een paar maanden
bui'gemeester en toen begon hij al over
een nieuwe gemeentelijke herindeling op
Walcheren. D.at komt ervan als je niks te
doen hebt."
Hij erkent dat de verantwoordingsplicht
voor gekozen en benoemde bestuurders
verschillend geregeld is. Dat versterkt de
neiging om de burgemeester buitenspel te
zetten. Eversdijk zou wel wat zien in een
procedure waarbij de raad yan meet af
aan, meer dan nu het geval is, betrokken
ment kan de raad achteraf reageren. „Als
een burgemeester het vertrouwen van een
groot deel van de raad verliest, kan hij
niet meer functioneren. Ik denk dat je te
voren de risico's kunt verminderen door
de raad al meer bij de benoeming te be
trekken."
Ten tijde van Eversdijks raadslidmaat
schap in Borsele waren daar de traditio
nele partijen vertegenwoordigd: AR,
CHU, KVP, PPR, PvdA SGP en WD. Re
delijk helder. Maar het kon ook anders. In
de jaren zeventig bij voorbeeld had de
raad van Hontenisse een voor de buiten
staander volstrekt niet te doorgronden
samenstelling. Daar waren de lijsten
Bruggeman, Algemeen Belang I, Alge
meen Belang II en Gemeentebelangen. En
op enig moment stond L.L.AM. Mangnus
tegenover P.J. Mangus, ieder met een ei
gen fractie. In de ene periode vertegen
woordigde AP.J. Roctus het volk via de
Lijst Bruggeman, maar later dook hij op
voor Algemeen Belang. „Toch was het een
mooie tijd", meldt men vanuit Zeeuws-
Vlaanderen. „De vergaderingen duurder
nooit lang en na afloop werden er nog za
ken gedaan bij Toine Raas, in de horeca
gelegenheid De Linde tegenover het ge
meentehuis in Kloosterzande waar men
na afloop van de grote dorst afraakte. De
politiek stond dicht bij de mensen en de
lmrgemeester was wel degelijk het hoofd
van de gemeente. Tenminste, zo gedroeg
hij zich. En niet alleen in Hontenisse."
Dialect
Niemand begreep precies hóe het bestuur
werkte, maar het werkte. Net als in Brui-
nisse, waar de vergaderingen, ver voordat
Commissaris van de Koningin Van Gelder
in Zeeland arriveerde, geheel in het dia
lect werden afgewerkt en waar men geen
Toine Raas nodig had om iets te gaan drin
ken. Daar werd al vroeg in de avond een
vracht drank binnengereden, hetgeen tot
verheffing der stemmen leidde. De burge
meester, die van buiten kwam, moest er
eens om wenen, zo gingen ze er tekeer. En
dan kon hij nog niet eens verstaan wat ze
eigenlijk zeiden
Te Ovezande, waar N.W.M. Mooyman
eind jaren zestig de ambten van burge
meester en secretaris combineerde, deed
men het met slechts twee partijen: de KVP
en de Prot. Partij. Dat lijkt overzichtelijk,
maar dat was het niet, aangezien de ka
tholieken zich vertegenwoordigd zagen
door onder anderen de heren M.J. de Jon
ge, J. de Jonge en L.P. de Jonge en die
waren verrekte moeilijk uit elkaar te hou
den, ook al omdat ze niet steeds op dezelf
de plek gingen zitten.
Eversdijk ziet het graag een beetje regu
lier en doorzichtig. Plaatselijke partijen,
opgetrokken rond een persoon of een en
kel belang, daar heeft hij het niet op. Hij
ziet wel dat de geschiedenis zich herhaalt
en dat het fenomeen opnieuw opduikt.
„Het geeft een warrig beeld. Het gaat om
partijen waar niet of nauwelijks aan ka
dervorming wordt gedaan. Raden moeten
niet de grote politiek gaan nadoen, maar
naar mijn idee is het toch beter ook op lo
kaal niveau te werken vanuit bepaalde
idealen en opvattingen. Een poltieke par
tij die eigenlijk maar één of twee items
heeft, daar schiet je niet veel mee op. Die
wordt niet gevoed. Als is bereikt wat werd
nagestreefd, is het op. Dan blijft er niets
meer over om je mee te profileren. En dat
moet je nu eenmaal wel als politicus, ook
plaatselijk. Ook al gaat het dan niet vaak
om principiële vraagstukken als abortus
en euthanasie, je laat vanuit een overtui
ging zien wie je bent."
Nostalgie
Hij kan moeiteloos cle beste momenten,
die hij in de drie bestuurslagen had. op
noemen. In de Tweede Kamer voelde hij
zich zeer senang als vice-voorzitter en
voorzitter Dolman wist dat. „Hij gaf me
geregeld de kans en daar heb ik zeer van
genoten."
In de Zeeuwse Staten waren de dagen van
de algemene beschouwingen de mooiste.
„Grote lijnen aangeven en goed onder
bouwen wat je voor ogen hebt. Da t deed ik
graag. Ik vond de leefbaarheid van het
platteland een prachtig, belangwekkend
onderwerp."
In de plattelandsgemeente Borsele zette
hij zijn eerste politieke stappen, in 1969.
„Wat mij vooral bezighield, was het be
houd van de kleine kernen. Een raad heeft
natuurlijk te maken met ontwikkelingen
die je op plaatselijk niveau niet tegen
houdt. Maar je kunt toch wel het een en
ander. Iets in de sfeer van de woningbouw,
je inzetten voor de fanfare. Het is nostal
gie, dat weetik. Maar iedereen was zo kort
bijje had bij de oplossing van problemen
de mensen die het betrof voor ogen. Zo ge
zien is volksvertegenwoordiging in een
gemeenteraad toch het mooiste."
Als Eversdijk en de kiezers te Reimers-
waal zouden willen, kan hij op 4 maart in
de raad van die gemeente gekozen wor
den. Voor het CDA duwt de senator, als de
Regilio Tuur van Rilland, de lijst. Hij staat
op de vijftiende plaats. Maar Eversdijk
wil niet in de raad van Reimerswaal, zelfs
niet als hij een overweldigend aantal
voorkeurstemmen zou krijgen.
„Zó nostalgisch ben ik nu ook weer niet
ingesteld."
AJ. Snel
met de politiek te gaan bemoeien. Ze staat
als nieuwkomer nummer 3 op cle lijst van
de PvdA voor de verkiezingen in de ge
meente Oostburg. „Ik wil het al jaren en
het lijkt mij enig. Toen ze mij vroegen,
dacht ik: „Ik kan toch geen nee blijven
zeggen.Bovendien vindt ze dat vrouwen
hun verantwoordelijkheid moeten op
pakken. Van huis uit is ze geen socialiste.
Ze is zelfs na de voor de PvdA bijzonder
pijnlijke wao-kwestie uit de partij ge
stapt, maar vorig jaar keerde ze weer te
rug op het nest.
K. van de Ketterij (63, timmerman-in-de-
vut) uit Middelharnis heeft zijn raadslid
maatschap tot een redelijk drukke poli
tieke loopbaan uitgebouwd. In 1954, hij
woonde toen nog in Arnemuiden, werd hij
lid van de SGP. „Als je een politieke over
tuiging hebt, vind ik dat je je moet aan-
sluitenbij de partij waarmee je je verwant
voelt." Zijn verhuizing naar Middelhar
nis in 1957 bracht hem in contact, met de
lokale politiek. „Ze zochten voor de lijst
iemand van de Nederlands-Hervormde
kerk." In 1961 kwam hij na het overlijden
van een raadslid in de raad. Daar heeft hij,
met een onderbreking van vier jaar, steeds
een zetel bezet gehouden. Hij werd ook
Zuid-Hollands Statenlid voor de SGP en
is op landelijk gebied lid van de raad van
advies van zijn partij
L. Schoor (37) uit Heinkenszancl heeft
eveneens ambitie om door te gaan in de
politiek, al ligt de lokale politiek na aan
zijn hart. De provincie trekt de medewer
ker van het Zeeuws Landschap niet: „De
gemeente staat wat mij betreft al te ver
van de burger af. Laat staan de provin
cie." Niet de ideologie maar de manier van
denken en werken was voor Schoor de re
den zich bij D66 aan te sluiten. En die ma
nier van werken zorgde ei-voor dat hij al
snel op allerlei niveaus van het politieke
bedrijf kon proeven. „En zo rol je er snel
in. Vier jaar geleden werd ik in de raad ge
kozen." Wethouder zou hij best willen
worden. Achter de collegetafel heb je nu
eenmaal meer invloed dan als eenvoudig
raadslid.
Theo Giele
Onder de dertig is zeker hij niet. Meestal
heeft hij betaald werk en heeft hij zijn
sporen verdiend in het sociale leven in zijn
gemeente. Al jaren betaalt hij trouw contributie
aan de kas van de partij bij wie hij zich thuis
voelt. Het Grote Ideaal gloeit hooguit als een
waakvlamnietje op de achtergrond, hij voelt
zich toch vooral aangetrokken tot het
praktische werk voor de gemeenschap. En
ambities richting Middelburg, laat staan Den
Haag koestert hij zelden. Althans, je hoort hem
er niet over. Wethouder, dat zou wel mooi zijn.
Maar ach we moeten reëel zijn, de kiezer beslist.
Op de kandidatenlijsten voor de
gemeenteraadsverkiezingen zijn
vrouwen ondervertegenwoordigd. 65-
plussers, jongeren, allochtonen en uitke
ringstrekkers moet je met een lampje te
zoeken. Maar wie het portret van de ge
middelde Kandidaat voor de gemeente
raad wil schilderen komt hooguit tot een
met grove streken geschilderd impressio
nistisch werkje. Wie een meer gedetail
leerd beeld wil zou een groepsportret
moeten schilderen. De Kandidaat die po
litiek actief is geworden vanuit het werk
voor de middenstandsvereniging, vak
bond of een andere belangenorganisatie
staat erop. Net als De Kandidaat die van
uit verbondenheid met een landelijke
partij de lokale politiek in is gerold. En
dan zijn er nog enkelen die met een kwade
kop uit hun oude partij zijn gestapt om
zich te verenigen tot een nieuwe partij of
om een coalitie te vormen met een andere.
Vooral in Zeeuws-Vlaanderen lopen nog
al wat lokale politieke doe-'t-zelvers
rond.
Zoals Axelaar T.F. Marfeyn (56). Jaren Lid
geweest van de VVDAls detailhandelaar
stond het liberale gedachtengoed hem na.
„Mijn betrokkenheid bij de politiek komt
voort uit mijn bestuurlijke activiteiten
voor het midden- en kleinbedrijf. In Axel
liep ik tegen zaken aan die ik veranderd
wilde zien. De WD vroeg mij toen me bij
de partij aan te sluiten." In de jaren tach
tig was hij zelf acht jaar lang lid van de ge
meenteraad voor de WD. Maar eind vo
rig jaar was het uit met de liefde vóór de
lokale afdeling. Volgens hem werd hij te
gen de afspraak te laag op de kandidaten
lijst gezet. Met een lotgenoot richtte hij
zijn eigen Lijst 7 op. Net op tijd, in janua
ri, meldde de partij zich aan.
V oorkeursstemmen
Ontevreden was ook M. Weststrate (48)
uit Yerseke toen hij met een groepje men
sen de lokale partij Bewoners Belangen
Reimerswaal oprichtte. De fruitteeltme
dewerker was (en is) actief in het vereni
gingsleven - 'ik ben altijd langs de lijn te
vinden' -maar had zich tot 1986 nooit eer
der tot een politieke richting bekeerd.
„Veel zaken liepen niet goed bij de ge
meente. De zittende, landelijke partijen
waren wat ingedommeld." BBR wilde de
zaak wakker schudden. Weststrate werd
voorzitter van de partij en volgde de com
missie- en raadsvergadering vanaf de pu
blieke tribune op de voet. In 1994 kwam
hij/tot zijnspijt, watlaagop delijst,maar
dankzij 419 voorkeursstemmen verover-
de hij een plaatsjein de gemeenteraad van
Reimerswaal.
Die lokale binding bezorgde J. Steijaert
(54) uit Graauw ook een plaats in de raad.
In een ver verleden was hij al lid van de
raad. van de oude gemeente Graauw. Hij
koos 15 jaar geleden voor het CDA omdat
het een christelijke én een gróte partij is.
Want je moet groot zijn wil je enige in
vloed kunnen uitoefenen is Steijaerts me
ning. Om de CD A-lijst een Graauws tintje
te geven verzocht het bestuur hem kandi
daat te worden. Dankzij veel Graauwse
voorkeurstemmen werd hij, tot zijn eigen
verbazing, gekozen. Moeite met het
raadswerk heeft hij niet gehad. Als lid van
het dagelijks bestuur van waterschap
Hulster Ambacht en bestuurslid van de
NCB wist hij wat vergaderen was.
L. Willemsen (41) uit Terneuzen kanali
seert zijn ongenoegen over de gemeente
lijke politiek via GroenLinks. „De eerste
partij waar ik op stemde was de PSP. Ik
heb altijd in de linkse hoek gezeten en dat
is zo gebleven." Hij is pas een jaar lid van
de partij Vanuit die partij werd hem ge
vraagd als tweede op de lijst te gaan
staan. „Na lang wikken en wegen heb ik ja
gezegd." Ervaring met lokaal bestuur
heeft hij niet, met lokale bestuurders des
te meer. De voor zijn werk afgekeurde
timmerman onderhandelde als bestuur
der van j ongerencentrum Kalashnikov en
lid van de bewonerscommissie van zijn
wijk regelmatig met wethouders. Of hij
ambities heeft om verder te gaan? „Eerst
maar eens zien of ik gekozen word."
In Vlissingen treedt de SP in het strijd
perk. Voor beveiligingsbeambte P. de Jon
ge (37) blijft het raadslidmaatschap een
noodzakelijk kwaad. „Voor ons blijft het
werk buiten de raad het voornaamste. De
SP wil dicht bij de mensen staan. Daarom
werd ik drie jaar geleden ook lid. Nie
mand stond bij ons te trappelen om de
raad in te gaan, maar als bestuurslid moet
je toch je verantwoordelijkheid nemen.
Ex-WD'erJ. KollaarduitHeilleispas44,
maar trekt wel de kar voor AOV/Unie 5 5+
in de gemeente Sluis/Aardenburg. Toen
zes jaar geleden het AOV werd opgericht,
meldde hij zich als lid. „De eerlijkheid ge
biedt mij wel te zeggen dat ze mij vroegen.
Ze hadden politiek kader nodig." De hele
kwestie rond de AOW gaf voor hem de
doorslag om ja te zeggen. Op lokaal ni
veau zijn er nog genoeg zaken die beter
geregeld kunnen worden voor ouderen.
„Ouderen worden nog te vaak onmondig
gemaakt."
Praktijk
Sommigen krijgen hun politieke kleur
van huis uit mee. Voorbeeld is M. van
Heugten-van den Burg (45) uit Goes.
Sinds 1990 zit deze huisvrouw in de ge
meenteraad. „Toen we in 1977 naar Goes
verhuisden ben ik lid van de PvdA gewor
den. Ook om sociale contacten op te doen.
Ik werd actief in het vrouwenwerk en de
vakbond." Om echt invloed uit te kunnen
oefenen besloot ze acht jaar geleden zich
kandidaat te stellen voor de gemeente
raad. „In de praktijk bleek het tegen te
vallen om zaken van de een op de andere
dag te veranderen. Ik heb geleerd dat
sommige dingen tijd nodig hebben, dat
ideeën moeten rijpen." De Goese lokale
politiek zal ze trouw blijven: „Het plaat
selijke niveau vind ik toch het leukst."
Landbouwer C. van der Weele (44) uit Co-
li jnsplaat zet een familietraditie voort,
Zijn grootvader en vader zaten al in de ge
meenteraad voor de Christelijk Histori
sche Unie. „Het was vrij logisch dat ik op
mijn achttiende ook lid werd van de CHU.
Toen die partij opging in het CDA werd ik
van die partij lid." Als politiek bewuste
landbo uwer werd hi j actief binnen het be
stuur van de landbouworganisatie, de Ra
bobank en een zorgverzekeringsmaat
schappij. Een paar jaar geleden zette hij
de volgende stap in de voetsporen van zijn
voorvaders. Hij kandideerde zich voor de
gemeenteraad van de nieuwe gemeente
Noord-Beveland. Zich willen inzetten
voor zijn eiland, noemt hij als motivatie.
„Voor het geld hoef je het zeker niet te
doen."
J. Herselman (29) uit Kapelle werd op zijn
negentiende al lid van de partij van zijn
ouderlijk huis. De lijsttrekker van de WD
voelt zich bij het liberalisme echt thuis:
„Uitgangspunt is dat iedereen zich een
plekje op deze wereld moet kunnen ver-
weiven." Voor een accountant als Hersel
man had de afdeling al snel een voor hem
geknipte plaats achter de bestuurstafel
gevonden: hij werd penningmeester. Ver
volgens kwam de vraag zich kandidaat te
stellen en dat deed hijOp zijn 25e werd
hij gekozen. Met zijn 29 jaar is hij een van
de jongste lijsttrekkers in Zeeland. Een
stap naar de provinciale politiek ziet hij
zich nog niet maken. En landelijk? „Voor
lopig nog niet, maar wie weet hoe ik er op
mijn 39e over denk."
Nieuwsgierig
Oi'anje-blauw waren ook de politieke
kleuren van huize Kievit. Al halverwege
de jaren vijftig werd J. Huizinga-Kievit
(60) in Vlissingen lid van de VVD. „Niet
dat ik het overal mee eens was, maar de
VVD vormde voor mij de grootste gemene
deler. Pas in 1986 ben ik actief geworden
in de politiek. Daarvoor had ik er gewoon
geen tijd voor," Nieuwsgierigheid was een
voorname reden om ja te zeggen toen het
afdelingsbestuur haar vroeg een plaatsje
op de lijst in te nemen. „Het leek me erg
boeiend om vele kanten van het sociale
gebeuren te zien."
M. van 't Land (57, lerares) uit Groede zegt
nu eindelijk tijd te hebben om zich actief