Migranten zorgen voor ander politiek accent Het leven op de compound is zo slecht nog niet Allochtonen in de Tweede Kamer reportage 25 zaterdag 1 november 1997 De Tweede Kamer lelt zeven allochtone politici. Gezien het aantal migranten in Nederland roept dit om uitbreiding. „Met weinig tot geen migranten op de kieslijsten zouden grote groepen kiezers zich wel eens van de politiek kunnen afkeren", stelt Ilhan Akel, directeur van het Nederlands Centrum Buitenlanders. Maar het is best lastig om erbij te horen, zo hebben de politieke 'buitenlanders' gemerkt. Hubert Fermina, Tweede-Kamerlid voor D66, grijnst van oor tot oor als hij het verschil probeert aan te geven tus sen een 'gewoon' Nederlands Kamerlid en een politicus wiens wieg in een ander land heeft gestaan. „De manier waarop alloch tonen zich uiten, kan wel eens vraagte kens oproepen. Tenminste dat merk ik bij collega's. Wij barsten geregeld in lachen uit, of leggen de klemtoon verkeerd. Kort om, we reageren net even anders als onze buurmannen. Die zie je dan opeens opkij ken in de trant van: wat is hier aan de hand? In mijn fractie heb ik nooit proble men. Die weten dat het bij mij hoort en ac cepteren het." „Voor de rest zie ik niet veel verschillen", aldus de Democraat. Zijn GroenLinkse- collega Tara Oedayraj Singh Varma kan ook niet zo gauw bedenken, waarin ze verschilt van de rest. „Toen ik hier begon waren de anderen wel nieuwsgierig, maar niet in negatieve zin. Het was meer van: wat zal ze er van maken en hoe zit ze in el kaar? Gestoord heeft dat me absoluut niet. Ik ben zelf ook heel nieuwsgierig naar zaken die ver van mijn bed staan. Mijn fascinatie geldt de klein-christelijke partijen. Hun idealen en belevingswereld staan zover af van de mijne, daar wil ik gewoon meer van weten. Ik herinner me bijvoorbeeld nog een discussie over or gaandonatie in de Kamer. GPV, RPF en SGP hadden het constant over de weder opstanding. Wat het precies was, wist ik niet. Op een gegeven moment ben ik naar GPV'er Eimert van Middelkoop gegaan en heb hem gevraagd of hij het over reïn carnatie had. Ik ben religieus hindoe en een begrip als de hemel zegt me helemaal niets. Het gezicht van Van Middelkoop toen ik hem die vraag stelde, vergeet ik nooit meer. Hij lag echt in een deuk." Gedogen Thanasis Apostolou, sinds 1989 lid van de Tweede Kamer, kost het minder moeite om de verschillen aan te geven. Zelfs na 27 jaar in Nederland voelt de PvdA'er zich nog steeds 'anders'. „Zegedogen ons 'bui tenlanders' wel, maar of we er voor hon derd procent bijhoren? Nee dat gevoel heb ik niet. Dat ligt niet alléén aan de Neder landers", haast Apostolou zich te zeggen. „Hoe je het ook wendt of keert: mijn op voeding en scholing vonden plaats in Griekenland. Dat raak ik nooit meer kwijt. Over sommige zaken denk ik ge woon anders. Ik vind dat absoluut niet verkeerd. Het is eerder een venij king voor het politieke debat." Apostolou geeft toe dat het 'anders zijn' niet door iedereen positief wordt beoor deeld. „Tijdens de laatste kabinetsforma tie heb ik me voor de camera's van de NOS laten ontvallen, dat staatssecretarissen en ministers niet langer door de koningin zouden moeten worden beëdigd. Wat me toen overkwam, zal ik niet snel vergeten. Opeens kreeg ik allerlei brieven van Ne derlanders die boos meedeelden, dat ik me 'met mijn eigen zaken moest bemoei en'. Natuurlijk besefte ik dat deze gelui den altijd uit een bepaalde hoek komen, maar het gaf toch een ongemakkelijk ge voel." „Ik herinner me ook nog een aanvaring met Janmaat toen ik het woord moest voe ren over de Wet op het Nederlanderschap In de Kamer beet hij me toe het onbegrij pelijk te vinden 'dat uitgerekend een bui tenlander' over de wet sprak. De Kamer voorzitter heeft Janmaat toen tot de orde geroepen." Struikelblok Doorvragen bij Fermina leert dat hij meer hinder van zijn afkomst ondervindt, dan De kamerleden Thanasis Apostolou (links) van de PvdA en Tara Singh Oedayraj Varma van GroenLinks: Ze gedogen ons buitenlanders wel, maar of we er voor honderd procent bij horen? hij in eerste instantie doet voorkomen. „De taal kan een struikelblok vormen. Als allochtonen fouten maken met 'de' en 'het' en ze gaan je daar op aanvallen in de Kamer, ja dan kost het sommige van mijn collega's moeite om goed uit de verf te ko men. Zelf blijf ik er vrij laconiek onder. Een ander probleem is onze emotionali teit. Ik merk dat wij sneller geëmotio neerd zijn en verliezen daardoor wel eens de draad tijdens een betoog. Dat kan best lastig zijn." „Wat ik ook als een extra druk ervaar, is de voorbeeldfunctie die wij vervullen. Als er in de media over allochtonen wordt ge schreven of gesproken, gebeurt dat negen van de tien keer in negatieve zin. Ik vind het daarom van het grootste belang dat wij positief overkomen. Een allochtoon in de politiek is een bewijs dat wij ook wat kunnen bereiken. Niets lijkt me daarom erger dan een mislukte allochtone politi cus. Dat zal hem of haar veel zwaarder worden aangerekend. Ook de achterban zal daar de dupe van worden. Een alloch toon met politieke ambities die de stap naar de Kamer waagt, heeft de morele plicht om het zo goed mogelijk te doen." Ilhan Akel, directeur van het Nederlands Centrum Buitenlanders (NCB), is het met met Fermina eens. Voor hem zijn alle mensen, en dus ook politici, gelijk. „Iede re politicus vervult een voorbeeldfunctie en heeft daarom de plicht zich zo netjes mogelijk te gedragen. De afkomst doet daarbij niet ter zake. Als Harnid Houda, het Marokkaanse PvdA-Kamerlid, on zorgvuldig heeft geopereerd dóór zijn bij verdiensten niet te melden, wordt hij door de media - terecht - hard aangepakt. Maar hetzelfde overkwam oud-staatssecretaris Evenhuis en WD-leider Bolkestein met zijn'Beste Els'-briefje aan minister Borst. Ik geloof niet dat mensen negatiever over allochtone politici zijn gaan denken na de affaïre-Houda." V oorkeursbeleid Om meer migranten in de Tweede Kamer te krijgen, voeren diverse politieke partij en een voorkeursbeleid. Fermina is geen voorstander van zulke 'duwtjes in de rug'. Politici moeten op eigen kracht een zetel in de Tweede Kamer bemachtigen, aldus de D66'er. „Partijen moeten geen vrou wen, allochtonen of andere minderheden gaan ronselen. Je moet je plek zelf verdie nen. Bij ons bepalen de leden hoe hoog je op de lijst komt en niet de partijleiding Ik heb mijn twijfels bij kandidatenlijsten die zo worden samengesteld, dat bij de eerste twintig minimaal twee allochtonen staan Op welke basis verovert zo'n persoon een zetel? Op zijn deskundigheid of zijn huidskleur? Ik mag hopen op basis van de eerste eigenschap, want daar dient het in mijn ogen om te draaien. Een volksverte genwoordiger wordt gekozen door en voor het hele volk. Niet alleen voor een specifieke groep." Apostolou en Akel hebben geen enkel probleem met een voorkeursbeleid. D66-kamerlid Hubert Fermina: We leggen de klemtoon wel eens werkeerd. foto's CeesZorn „Waarom zou ik geen gebruik mogen ma ken van mijn buitenlanderschap?", vraagt Apostolou zich hardop af. „De po litiek wil toch een goede afspiegeling zijn van de maatschappij? Dat houdt in dat kandidatenlijsten aan een bepaald profiel moeten voldoen. De samenleving bestaat uit meer groepen dan mannelijke ambte naren. En nog iets: de CDA'ers Mateman en Lansink die nu de Kamer moeten ver laten, beroepen zich toch ook op hun her komst? Alleen gaat het in hun geval om een bepaalde streek. Vertel mij wat het verschil is. Hetzelfde geldt voor vrouwen op een kieslijst." Pijlers Oedayraj Singh Varma stelt dat binnen GroenLinks het bewust naar voren schui ven van allochtonen 'helemaal geen item is'. „De partij heeft drie pijlers, waarvan de multiculturele samenleving er één is. Dat dit geen loze kreet is mag blijken uit de fractie. Met drie vrouwen en twee al lochtonen - op een totaal van vij f perso nen - is die ideaal samengesteld. "Inde ei gen partij hoeft Oedayraj Singh Varma dan wel geen zendingswerk meer te ver lachten, in andere partijen is nog een we reld te winnen. „Dat doe ik dan ook", be kent ze. „Sinds ik in Nederland woon, geef ik politieke trainingen aan allochto ne en migrantenvrouwen. Na afloop pro beer ik ze over te halen om lid te worden van een politieke partij. Natuurlijk vind ik het prettig als ze voor GroenLinks kie zen, maar we zijn nu eenmaal niet alle maal hetzelfde." Ook vrouwen die zich bij andere partijen aansluiten, kunnen op steun van Oeday raj Singh Varma rekenen. „Sommigen be geleid ik tijdens hun stage. Niemand vindt dat gek. En waarom ook? Het stelt me tevens in staat om groeperingen op ta lentvolle migranten binnen de eigen gele deren te wijzen. Die Turkse jongen, Cö- ruz, die nu op de 29ste plek van de CDA- lijst staat, is bijvoorbeeld héél erg goed. Die moet gewoon in de Tweede Kamer." De tegenwerping dat het CDA zo verlegen zit om een allochtone stemmentrekker, dat zelfs een moslim tot de lijst wordt toe gelaten, doet Oedayraj Singh Varma op veren. „Ik vind dat helemaal niet gek. Het CDA zegt een religieuze partij te zijn en Cöruz voelt zich daar thuis. Wie ben ik om dat te veroordelen?" Akel heeft wél moei te met Cöruz' keuze, maar houdt zich op de vlakte. „Of het kan, moet Cöruz zelf maar beant woorden, met name omdat hij zijn mos lim-achtergrond prominent aanwezig laat zijn. Op mij komt het nogal vreemd over. De PvdA hoeft volgens professor Dun ning, voorzitter van de kandidatencom- missie, 'absoluut geen rare sprongen' te maken om met goede allochtone kandida ten op de proppen te komen. „Ik heb echt het idee dat veel allochtone partijgenoten zich in sneltreinvaart omhoog hebben ge werkt. Feitelijk is een nieuwe elite ont staan, waaruit we makkelijk kunnen selecteren." De vraag of Dunning bij het beoordelen van minderheden andere maatstaven aanlegt, beantwoordt hij bij na beledigd met 'nee'. „Voor alle aspirant Kamerleden hanteren we dezelfde maat. Als we daarvan zouden afwijken, loopt het automatisch op een teleurstelling uit. Voor beide partijen." Grijze Wolven Recent is in de media flinke opschudding ontstaan over infiltratiepogingen van de Turkse Grijze Wolven in Nederlandse po litiek partijen. Volgens de schrij fster Stel la Braam en Mehmet USlger heeft de rechts-extremistische groepering al heel veel successen geboekt. Akel denkt dat de macht en invloed van de Grijze Wolven sterk wordt overdreven. Hij ziet daarom ook niets in het voorstel om allochtone kandidaten te laten 'screenen' door de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD), voordat ze een plek op de uiteindelijke kieslijst krijgen. „Welk onderzoek je ook doet, je zult nooit achter de hele waarheid komen. Mijn tweede motief is dat kandi daten geen toevallige voorbijgangers zijn. De partijen weten met wie ze te doen heb ben. Voordat je op een verkiesbare plek staat, ben je heel wat jaren verder. Mijn laatste bezwaar is dat autochtone kandi daten met rust worden gelaten. Wie ga randeert mij dat er onder de Nederlandse PvdA-kandidaten geen ex-Centrumde mocraten zitten?" Te weinig Ondanks zijn kritische kanttekeningen is Akel helemaal niet ongelukkig met de al lochtone vertegenwoordiging in de Ne derlandse politiek. „Getalsmatig zitten er nog steeds te weinig allochtonen in de Tweede Kamer. Dat geef ik gelijk toe. Het neemt echter niet weg dat we in Neder land veel verder zijn dan in de ons omrin gende landen. In Duitsland, met zijn ge weldige hoeveelheid buitenlanders, zit in het veel grotere parlement, zegge en schrijve één allochtoon. In België en Frankrijk is de situatie niet beter. Daar wordt nog volop gediscussieerd over de vraag óf er wel allochtonen in de politiek moeten worden toegelaten. Die discussie hebben wij allang achter de rug. Wij pra ten over de hoeveelheid allochtone kandi daten en hun plek op de lijst." Leo Roggeveen notitiea nan een acMeMijvm Jerom van Dam (22) vertrok eind september als BBT-er (Be roepsmilitair voor Bepaalde Tijd) naar Bosnië. Zijn vader - PZC-verslaggever Willem van Dam - houdt als achterblijver een dagboek bij, dat één keer in de twee weken in de PZC ver schijnt. Vandaag de derde afle vering Ha die pa! Of we in de HEMA een dekbed voor hem willen kopen. In Busovaca is de eerste sneeuw gevallen en het kan 's nachts al knap koud zijn. Hij mist zijn dekbedje - die dienstdekens zijn niks, veel te stoffig en ze kriebelen zo. Jerom belt tegenwoordig vanuit een groe ne PTT-cel, waai-van er drie op de com pound zijn geplaatst. Ze hebben er een bordje in geschroefd; „Wij wensen u een goed gesprek", staat daarop. Jerom meldt opgewekt dat hij chauffeur van de majoor is geworden. Hij moet hem overal heem-ij den, naar vergaderingen en dergelijke. En als de majoor geen vervoer behoeft, is Jerom 'chauffeur van dienst'; de post ophalen, tolken wegbrengen - dat soort dingen. Hij moest al een paar keer 'vol in de an kers'. Wat ze voor zijn vertrek naar Bosnië hadden gezegd over het rijgedrag van de plaatselijke bevolking, daarvan is geen woord gelogen. Ze trekken zich daar wer kelijk nergens iets van aan. Stelletje weg- piraten zijn het. Vorige week is hij naar Zagreb geweest om een paar verlofgangers weg te bren gen. Alles normaal daar. Ze hoefden zelfs geen wapens bij zich te dragen. Lekker de stad in geweest om een pizzaatje te eten. Maar wat hij op weg naar Zagreb zag, stemde hem minder vrolijk; een kapot ge schoten olieraffinaderij, platgebrande dorpen. „Moet je je voorstellen pa, een dorp zo groot als Wolphaartsdijk - helemaal uit geroeid, alles aan gort." In Travnik, een kilometertje of wat van Busovaca, was een protestdemonstratie van oorlogsweduwen; die schijnen al een hele tijd geen geld te hebben gehad. Hij was er zelf niet bij. Maar wat hij ervan hoorde; best zielig voor die vrouwen. Voorhoeve ('die mag zich wel eens sche ren') is op bezoek geweest. Wat-ie precies kwam doen, Jerom heeft eigenlijk geen idee. „Gewoon, effe kijken, denk ik." Was trouwens een heel gedoe en geregel met 'al die bewakers en helikopters'. De hele compound moest worden schoonge maakt. Men ging daarbij zeer grondig te werk; geen sigarettenpeuk over het hoofd gezien. Wèl gelachen om al die poppenkast. Lie ten ze voor die Voorhoeve helemaal uit Split een bus aanrukken. En wat denk je? Hadden ze die zorgvuldig opgepoetste bus vanuit dat verre Split ('wel zeven uur rijden') ter vermijding van ontsierende modderspatten per oplegger naar Buso vaca getransporteerd; crisisgebied of geen crisisgebied, een bewindsman stopt men nu eenmaal niet graag in een be smeurd voertuig. Over geldsmijterij gesproken - hebben we al gehoord van de campagne waarmee de legerleiding de manschappen tot goed ge drag wil aanspox-en? Jerom mag plak plaatjes plakken met tekstjes als 'ik pro beer het beste uit mijzelf te halen en ben bereid van mijn fouten te leren'. Als hij maar genoeg van dat soort stickertjes heeft verzameld en in de juiste volgorde heeft opgeplakt wint hij misschien een prijs: een videocamera of - wie weet - mag hij dan zelfs meewerken aan 'een span nende documentaii-e'. Wat is dat voor een idioterie. Dat geintje kost maar liefst acht ton, heeft hij vernomen. Maar ach, defen sie, daar kijken ze niet op een paar centen. Zie zij n salarisstrook. Jei-om heeft z'n eer ste betaling als Bosniëganger binnen: 5200 gulden netto. Daar kan hij wél vrede mee hebben. Het leven op de compound is zo slecht nog niet. Er kan veel worden gesport: voetbal, volleybal, tennis, basketbal, fitness. En 's avonds is er de bar in de bunker, waar een pilsje ('je mag er maar twee op een avond') slechts een Mark kost. De brieven en ansichtkaarten die hij stuurt zij n blijmoedig van toon. Over alle daagse dingen gaan ze; dat hij overal En gels moet praten ('ik heb al een beetje zo'n accent, weet je ioel'); dat hij ook al een paar woorden ('kako ste?') Servokroa- tisch spreekt en dat hij inde Tax Freeshop een CD van Metallica heeft gekocht. In zijn brieven geen woord over de spannen de tijden - binnenkort, zijn er weer verkie zingen - dié mogelijk aanbreken; over de komst van nog eens vijftig mariniers die bedreven zijn in het in toom houden van roerige menigten. Door de telefoon heeft hij het daar één keer over gehad. Maar dat doet hij op zijn bekende geruststellende toontje; ach, het zal allemaal wel loslo pen. Van de week weer een kaart van hem ont vangen; „Ik zit naar het nieuws te kijken, er is geen reet gebeurd. Het PS'je dat hij daaraan heeft toege voegd, maakt ons even stil: „Ik mis jullie." Willem van Dam

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1997 | | pagina 25