De boormachine geeft geen kik Hond is geen kind met een vachtje PZC reportage 27 Werk ligt stil bij Heinenoordtunnel zaterdag 20 september 1997 En weer staat het werk aan de Tweede Heinenoordtunnel stil. De boormachine geeft geen kik. Eigenlijk zou de eerste buis van Barendrecht naar Heinenoord al af moeten zijn. Nederlands eerste boortunnel kampt met aanhoudende pech - er wordt wel érg veel geleerd. Het schiet maar niet op met Neder lands eerste geboorde tunnel. Een meter of tien onder de bodem van de Oude Maas - en circa 25 meter beneden het Nor maal Amsterdams Peil - zitten dezer da gen Nederlandse en Duitse technici in een cabine te staren naar kleurige grafieken op computerschermen. Wat is er nu toch weer mis in de Tweede Heinenoordtunnel - of beter: hoe lossen we het op en komen we ooit aan de overkant met onze mooie tunnelboormachine? De machine, in Duitsland gebouwd voor 17 miljoen gulden, bevindt zich verderop in de tunnelbuis en heeft de vorm van een reusachtig soort conservenblik. Aan de voorkant van een stalen schild zit een snijwiel dat de aarde loswoelt. De grond wordt vervolgens gemengd met een vloei stof, bentoniet genaamd, raakt pappig en kan zo worden weggepompt. Op die ma nier wordt van de Barendrechtse naar de Heinenoordse rivieroever een ronde buis geboord van 8,30 meter doorsnee. Als de boormachine aan de overkant is keert men het gevaarte in twee maanden om. Dan begint - van Heinenoord naar Baren drecht - het boren van de tweede buis door de rivierbodem. Samen vormen de twee buizen de Tweede Heinenoordtunnel die voorjaar 1999 in gebruik moet komen. Tegenslagen Maar om zover te geraken moet het eerst wel afgelopen zijn met de tegenslagen die de ingenieurs van Rijkswaterstaat en de aannemers van de Tunnelcombinatie Heinenoord tot dusver ondervinden. Mo menteel is het op wat gezoem van electro- nica en geblaas van de luchtverversing na stil in de tunnelbuis. De boormachine geeft geen kik. Van de 950 meter buis is 525 meter gegraven. Zoals het er midden deze week uitzag duurt het misschien wel tot half november voor het snijwiel weer kan gaan draaien. Men had eigenlijk al aan de overkant moeten zijn. Maar in mei was er een lek in de tunnel dat tot staking van de werk zaamheden dwong en nu dreigt er weel een trechtervormig gat in de rivierbodem boven de boormachine. Een leek zou er moedeloos van worden. Maar bij de boormachine in de tunnel noch op de bovengrondse bouwplaats en in de directiekeet heersen verslagenheid of paniek. Ing. Freek Wermer, projectlei der namens Rijkswaterstaat, zegt: „We doen er beslist niet lacherig over. Maar we lopen er ook niet verslagen bijEr zijn hier immers geen doden of gewonden gevallen - evenmin is het bevel gekomen om maar met de tunnel op te houden of een andere te bouwen. De problemen die we tot dus ver zijn tegengekomen zijn allemaal op losbaar. We betalen leergeld en daar pro beren we het maximale rendement uit te halen." Langzaam verkeer De Tweede Heinenoordtunnel is begroot op 256 miljoen gulden. Hij dient ter aan vulling van de sinds 1969 bestaande Hei nenoordtunnel in de Rotterdam met Zee land verbindende rijksweg A29. De Tweede Heinenoordtunnel is nadruk kelijk niet voor snelverkeer bestemd. Dat moet zich met de oude tunnel blijven be- helpen. Daar wordt het overigens wel wat ruimer voor de personen- en vrachtauto's want de nieuwe tunnel ontlast de oude van allerlei langzaam verkeer. Van de twee buizen van de nieuwe tunnel is er een bestemd voor het landbouwver- keer tussen Hoekse Waard en IJsselmonde en mag de andere alleen door fietsers, bromfietsers en voetgangers worden ge bruikt. Dit vriendelij k aspect van de nieu we tunnel wordt verder versterkt door de overzichtelijke en veilige toegang en de waterpartijen rondom, waarmee de tun nel aan het oeverlandschap wordt aange past. De nieuwe oeververbinding is de eerste boortunnel van Nederland. Tot dusver achtte men de grond van ons land te slap om in te kunnen boren. Bovendien ont brak de noodzaak. Tunnels in rivieren werden steeds gebouwd met de zoge naamde afzinkmethode: geprefabriceer de buizen die in de opengebaggerde ri vierbodem worden neergelaten. Het is een bouwmethode waarmee Nederland we reldfaam heeft verworven. Met boren in zulke slappe grond als de on ze is wereldwijd weinig ervaring; alleen in Japan zijn hier en daar tunnels geboord in een bodem met een vergelijkbare struc tuur als onder en naast de Oude Maas: slappe klei- en veenlagen en veel zand. Het boren van een tunnel is ook aanzien lijk duurder. „We hadden hier voor aan merkelijk minder geld met een zinktunnel aan de slag kunnen gaan", zegt Freek Wermer, de projectleider en tunnelbouw- deskundige van de Hoofdafdeling Droge Infrastructuur van de Bouwdienst van Rijkswaterstaat. „Voor het boren was no dig dat er extra geld kwam van de minis teries van verkeer en waterstaat, van vrom en economische zaken. Alle drie mi nisteries hadden er wel wat voor over dat wij ervaring opdoen met ondergronds bouwen: verkeer en waterstaat vanwege de kennisuitbreiding, vrom omdat onder gronds bouwen de bovengrondse natuur kan sparen en economische zaken omdat de opgedane kennis misschien een ex portartikel kan worden." Ondergronds Ing. Wermer legt uit dat er in Nederland een kentering gaande is ten aanzien van het ondergronds bouwen. De methodiek wordt meer en meer bij infrastructurele projecten toegepast. De Betuweroute gaat weliswaar niet ondergronds zoals sommigen gewild hadden, maar krijgt wel een booitunnel tussen Kijfhoeken Al- blasserdam. Verder zal straks de Hoge snelheidslijn met een geboorde tunnel on der het Groene Hart gaan. Zo gaat het ook met bijna vier kilometer van de noord- zuidlijn van de Amsterdamse metro, de Westerscheldetimnel en de spoortunnel onder de Botlek. „De reden omin stedelijke gebieden tebo- ren is dat het daar ondiep onder het op pervlak over het algemeen stampvol bui zen en leidingen zit", aldus Wermer. „Het openbreken van de grond gaat daardoor met allerlei complicaties gepaard, nog af gezien van de verkeerschaos en ander on gemak door opengebroken straten en pleinen in een drukke stad. Rotterdam be taalt er al sinds begin jaren zestig zijn tol aan en Den Haag beleeft de chaos momen teel in de binnenstad door de aanleg van de tramtunnel." In Amsterdam echter zullen ze er straks boven de grond bijna niks van merken dat de noordzuid-buis van de metro wordt ge- Foto boven: minister Jorritsma van verkeer en waterstaat gaf begin dit jaar het officiële startsein voor het boren van de Tweede Heinenoordtunnel foto Niels van der Hoeven Foto rechts: het acht ineter brede en veertig ton wegende snijrad van de boormachine voor de nieuwe Heinenoordtunnel. foto Ingrid van Beek legd. Wermer: „Hier en daar zal je een paar bouwputjes zien omdat je toch ér- gens de grond in moet, maar sleuven door de stad of panden die opzij of gesloopt moeten, dat hoeft allemaal niet. In Am sterdam zal men met de tunnel zelfs ónder huizen door kunnen boren zonder dat ze daar boven iets van merken. Als je gaat uitrekenen wat voor economische schade een opengebroken stad aanricht, dan is het nog maar de vraag of het boren van tunnels inderdaad duurder is dan afzin ken". Ervaring Voor al die aanstaande boortunnel-pro- jecten wil men bij de Tweede Heinenoord tunnel ervaring opdoen. De tunnel en ook de later te bouwen Botlekspoortunnel zijn bestempeld tot praktijkprojecten. Het is de bedoeling dat heel bouwend Ne derland profijt trekt van wat bij het boren van de twee tunnels wordt geleerd. De co ördinatie van vergaring en overdracht van kennis van het boren in een slappe bo dem ligt bij het Centrum Ondergronds Bouwen (COB). Vooral de Amsterdamse metro-bouwers zijn leergierig. Ze hebben op de Baren drechtse rivieroever een meetveld voor het houden van proeven. Op het terrein dat precies boven de boortunnel ligt, zijn veertig houten en betonnen palen gesla gen. Ook is bovengronds met gestapelde containers een aantal Amsterdamse hui zen nagebootst. Meetapparatuur regi streert het effect dat het geboor in de grond op de palen en de huizen heeft. Maar het lijkt er op dat de Tweede Hei nenoordtunnel in de eerste plaats een praktijkproject voor zichzelf is. Er zijn immers nogal wat tegenslagen en hoewel in de zogenaamde risico-analyse met vrij wel alles rekening is gehouden, moeten steeds nieuwe dingen worden bedacht. De speciaal voor de Tweede Heinenoordtun nel gebouwde boormachine werkt als een groot conservenblik dat opschuift. Steeds als er anderhalve meter is geboord houdt de machine even stil en wordt er in de ge boorde holte met geprefabriceerde beto nelementen een tunnelsegment opge bouwd, anderhalve meter lang en 35 cm dik. Op de plaats waar de ene betonnen ring tegen de andere wordt gemonteerd komt een afdichtingsprofiel van hard rubber. Vervolgens wordt de ruimte aan de bui tenkant, tussen tunnelwand en de bodem, volgespoten met een betonmengsel. Met dat al moet de tunnel honderd procent waterdicht zijn en bestand tegen alle druk van de omgeving. Niettemin ging het op 29 mei mis. De boortunnel was tot op ongeveer vijfhon derd meter gevorderd en had juist het diepste punt bereikt - circa 30 meter on der het rivierpeil - toen opeens een meng sel van water en aarde uit de st aartaf dich ting spoot. De tunnel lekte! „We hadden die dag juist een persbericht de deur uitgedaan over het diepste punt. En toen ging 's' nachts de telefoon bij me: het was mis in de tunnel," vertelt Freek Wermer. Hij schrok maar panikeerde niet. Want bij de risico-analyses hoorde ook deze calamiteit. Vandaar dat na de mel ding van het lek, rond het afdichtingspro fiel een al aanwezige rubberen ring werd opgeblazen. Wermer: „Een soort fiets band dus; als we dié voorziening niet had den gehad was de tunnel waarschijnlijk helemaal volgelopen." Nu bleef het bij een ondiepe plas op het diepste punt van de tunnelbuis. Het werk lag bijna drie maanden stil. Op 18 augus tus ging de boor weer draaien. Er was een nieuwe staartafdichting uitgedacht van stalen borstels. In rap tempo schoof de boormachine naar voren en werden 22 tunnelsegmenten van anderhalve meter gebouwd dat schoot op; nog 425 meter en men was aan de overkant. Maar op 2 8 augustus was het weer mis. Nu ontstond er opeens een instabiel boor- front. De boorkop ondervond geen weer stand in de bodem en dreigde dol te draai en. Het werken werd gestaakt. De vermoedelijke oorzaak is een trechter die van het boorfront omhoog loopt naai de rivierbodem. Maar helemaal zeker is dat nog niet, zodat men ook nog geen defi nitieve oplossing heeft kunnen bedenken voor het instabiele boorfront. Tijdverlies Freek Wermer was op vakantie toen op 28 augustus het boorfront uit zijn doen raak te. Hij werd dus niet, als bij het lek eind mei, uit zijn bed gebeld. „Ik zou wel even geschrokken zijn", vermoedt hij, „maar uitsluitend om de tegenslag en het waar schijnlijke tijdverlies. Niet vanwege het gevaar. Dat is, net als bij de eerdere storin gen, geen moment aanwezig geweest in de tunnel." Wermer schat dat tussen nu en twee we ken duidelijk is hoe het boren kan worden hei-vat. „We kijken niet op een week. Het moet een echt goede oplossing zijn. Er wordt zelfs gedacht om de grond vanuit de boormachine te bevriezen zodat de boor zich door de dan harde bodem kan wer ken. Maar welke oplossi ng ook, alles moet eerst nog verder worden uitgewerkt. We zijn misschien wel twee maanden verder voor we echt door kunnen gaan." Wordt erbij de Tweede Heinenoordtunnel al met al met te veel leergeld betaald? „Daar kun je verschillend over denken", aldus de projectleider. „Als alles van meet af aan goed was gegaan en we bij wijze van spreken met de boortunnel fluitend de overkant hadden gehaald, hadden we misschien pas écht een probleem gehad. Want we hebben hier nadrukkelijk een project waar lessen geleerd moeten wor den. Maar vertragingen zoals tot dusver zijn opgetreden hebben we niet voorzien. Maar als het nu toch zo is, laten we de te genslag dan positief benaderen en er het maximale van opsteken. Met het geleerde kan dan straks bij andere projecten wel licht grote schade worden voorkomen. Alle ervaring van de Tweede Heinenoord tunnel stellen we beschikbaar aan de BV Nederland." Wermer zucht. „Maar dat is ook wel eens een druk hoor." Aad Wagenaar Elk jaar moeten 17.000 mensen zich voor een hondenbeet in het zieken huis laten behandelen. In bijna de helft van de gevallen betreft het kinderen be neden de tien jaar. Dat blijkt uit vorige week gepubliceerde cijfers van Stichting Consumenten en Veiligheid. De hond krijgt altijd de schuld, maar meestal ligt de oorzaak van het probleem bij de baas, zo stellen de deskundigen. Meestal is de reactie: „Dat doet-ie anders nóóit!" Weinig hondenbezitters zullen toegeven dat hun hond niet honderd pro cent te vertrouwen is. En dat terwijl in één op de drie gevallen het baasje zelf de gebe- tene is. De baas van een hond loopt bijna net zoveel risico op een beet als een wild vreemde. Agressief gedrag bij honden is bijna altijd de schuld van de baas, stelt B. Knol, die renarts aan de faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht en gespeciali seerd in gedragsproblemen..Mensen rea liseren zich meestal niet dat ze met een hond eigenlijk een wolf in huis halen. Bij ten maakt bij honden onderdeel uit van een sociaal regelmechanisme. Via agres sie maken honden ui t wie de baas is en wie ondergeschikt." Geen benul Volgens Knol hebben de meeste bazen geen flauw benul van de manier waarop ze met him dieren zouden moeten commu niceren. „Tachtig procent van de honden eigenaren gaat niet goed met de hond om. Mensen doen met fle hond alsof het een kind met een vachtje is, maar dat is hele maal verkeerd. Een baas moet afdalen tot het niveau van de hond om de gezagsver houdingen duidelij k te kunnen stellen. De manier waarop honden onderling met el kaar om gaan moet bij de opvoeding de norm zijn. Wie goed wil zijn voor zijn hond moet hem dus letterlijk een honden leven geven." Een hond heeft altijd een leider nodig die hem aanspreekt in de taal die hij begrijpt. Leg je bijvoorbeeld bij een hond je hand over zijn snuit, of in zijn nek, dan begrijpt Kinderen trekken vaak met honden op, zonder het besef dat honden volgens deskundigen niets van hen begrijpen, foto Cees Mooij een hond precies de bedoeling. Bij honden rang. Ook als een mens dat doet, is het den, hoger op de ladder te klimmen. Een voortaan de leider is. Hij zal dan vervol- onderling legt de hoogste baas ook zijn voor de hond overduidelijk wie de baas is. hond gaat dan bijvoorbeeld grommen bij gens steeds een stapje verder gaan in zijn kop in de nek van de ondergeschikte, of Net als wolven proberen ook honden, ze- de voederbak. Als zijn baas daar niets aan agressieve gedrag, tot zijn baas hem echt sluit zijnbek over de snuit van de lagere in ker als ze geslachtsrijp beginnen te wor- doet, is het voor de hond duidelijk dat hij niet meer in de hand heeft. Iets anders waar honden volgens gedrags deskundige Knol maar weinig van begrij pen zijn kinderen. „Niet voor niets wor den die zo vaak gebeten. Kinderen zijn vaak van alles aan het uitproberen. Ze prikken met hun vingertjes in ogen, trek ken aan haren en zijn uit op een reactie. Mensen begrijpen dat en lachen er wat om, maar een hond raakt daar helemaal van in de war. Al is het maar omdat in zijn taal de leider nooit naar de ondergeschik te komt, maar altijd andersom Meestal waarschuwt een hond eerst door te grom men of weg te vluchten, maar als dat niet helpt wil hij wel bijten. Puur uit angst meestal." Het is volgens Krol dan ook erg belangrij k dat ouders hun kinderen nooit alleen la- t$n met een hond en dat ze hen leren dat ze het dier met rust moeten laten.,Net zoals je een kind kunt leren dat een stopcontact gevaarlijk is en dat het zijn kleine zusje of broertje niet mag pesten, kan je ook leren dat het niet aan een hond mag komen." Jong Niet alleen de slachtoffers van hondenbe ten zijn vaak erg jong bijna de helft van de gebetenen is jonger dan tien jaar ook de daders zijn meestal nog niet zo oud. Art sen van de eerste hulp van het Tilburgse St.'Elisabethziekenhuis turfden een aan tal jaren geleden twee jaar achtereen het aantal bijtwonden en informeerden daar bij naar de leeftijd, ras en geslacht van de hond. In die twee jaar beten de gezamen lijke Tilburgse honden 372 Tilburgse bur gers het ziekenhuis in. De hond was bijna altijd jonger dan drie jaar en drie keer va ker een reu dan een teef. Op de Tilburgse lijst van bij tgrage honden staat de Duitse herder met stip bovenaan, op de voet gevolgd door de bouvier en het vuilnisbakkenras. Van de gebeten Tilbur- gers was dertig procent te pakken geno men door een herdershond, terwijl dit ras slechts veertien procent van het Neder landse hondenbestand uitmaakt. Nathalie Strijker

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1997 | | pagina 27