Hoe ontloop je
de politie?
Roddeltje
Azijn helpt een beetje
tamagossie
Panevezys
krijgt
ballen
Laat je
slepen
in een
bootje
in de kijker
Kuziëtöcti bellen
Bouwplaats
bijna afgevoerd
Gedachte
Zelfportret
in een
vissen oog
,,Zuc.t zijn, hoor! Horen jullie me? Jullie
kleintjes, cloen wat Dieey zegt. Hebben jul
lie het gehoordDat was het laatste wat
de kinderen Tillerman hun moeder die
zaterdag in juni hoorden zeggen. En daar
mee begint een van de spannendste
jeugdromans van dc laatste jaren: Onder
de blote Hemel van Cynthia Voigt.
Het boek verscheen in 1985 in het Neder
lands en werd gevolgd door Samen onder
dak en Het verhaal van Dicey.
De drie boeken zijn nu door Querido op
nieuw uitgegeven in één band, een pil van
570 pagina's met de titel De Tillermans
(f29,90).
De Tillermans zijn Dicey van dertien, Ja
mes van tien, Maybeth van negen en
Sammy van zes. Met hun viertjes staan
ze moederziel alleen op oen parkeerplaats
in een vreemde stad. Middenin de nacht
waren ze door hun moeder uit bed ge
haald en in de auto gezet op weg naar
tante Cilia in Bridgeport. Dicey had dat
nogal gek gevonden, maai' ook weer niet
zo. Haar moeder deed de laatste tijd wel
meer vreemde dingen, en tante Cilia was
de enige -had ze gezegd- die haar en haar
kinderen kon helpen,
Nu ze door hun moeder in de steek zijn
gelaten, zit er voor Dicey, haar broertjes
en zusje niets anders op dan die tante
Cilla op te zoeken.
Maar hoe kom je zonder geld in Bridge
port? En vooral: hoe blijf'je op zo'n lange
reis uit handen van de politie en uit een
weeshuis, of nog erger ieder apart in een
pleeggezin?
De Tillermans is een fantastisch boek
voor de vakantie: drie boeken in één voor
de prijs van één plus een beetje.
Jan Smeekens
Bèh bèh bèh bèh.
Bèh. Boe? Bèh!
-Bèboebè...hè?
Bébèbèbèbèh.
Bèhbèh. Boe!
-Bèbèboe?....nou moe!
Marina van den Boogaart
Is het straks vakantie, kun je eindelijk
naar het strand, en wat vind je daar
dan?
..Kwallen'',vertelt Ko Verschure van het
NIOO (onderzoek! instituut). „Hét
Kruiskutalleije komt het meest voor. Die
zijn vrij ongevaarlijk. Gevaarlijker zijn
de Haarkwallen, die zijn groter,
gekleurd, en kunnen gemeen steken."
En dan? „Veel kun je er niet aan doen
als je eenmaal gestoken bent," zegt
meneer Deij van de EHBO. „Zorg dat je
huid niet uitdroogt. Azaron, azijn, en
ammoniak verzachten de pijn."
Ook in het bos ben jé niet veilig. Dieren
arts Mosselman: „Daar heb je teken. Ze
bijten zich vast in dé huid van een mens
of dier om bloed op te zuigen. Sommige
zijn besmet en kunnen een akelige ziek
te (van Lyme) overbrengen. Dat doen ze
pas een dag nadat ze zich vastgebeten
hebben. Als je besmet bent, krijg je een
week tot een maand erna een rode plek
rond de beet. Dan moetje wel even naar
de dokter, want je weet maar nooit.
Maar geen paniek, meestal is zo'n beet
alleen maar lastig. Dokter Mosselman
adviseert wel om de teek eruit te (laten)
halen: „Mijn advies is om iemand op te
zoeken die hem deskundig kan verwijde
ren met een tekenpincet. Niet eerst met
alcohol of olie, want. dat stimuleert de
teek om zijn maag te legen. Wat dan
weer de kans op dat nare Lyme
verhoogt."
Stephanie: knuffel moet overal mee.
Op de meest vervelen
de momenten kan hij
gaan piepen, 's Nachts,
onder het eten, tijdens
een leuke Film of op school. Het Japanse knuffel
computertje, de Tamagotchi, laat horen wanneer
hij honger heeft, verschoond moet worden of wil
spelen. Als je het kuikentje niet goed verzorgt,
gaat hij dood.
Dat is Stéphanie Slabbekoorn (10) twee keer
overkomen. De eerste keer had ze hem nog maar
een weekje. „Tijdens een oefendictee op school
begon hij opeens hard te piepen omdat hij honger
had. Toen moest ik hem voor straf aan de mees
tor geven."
Omdat de Tamagotchi maar oen halve dag zon
der verzorging kan, ging hij dood. Stéphanie
vond het zo zielig dat ze moest huilen. „Het is
geen echt huisdier dat dood gaat, maar het voelt
wel een beetje zo."
Gelukkig kreeg Stéphanie hem na twee dagen
terug. Ze startte de Tamagotchi weer op en er
foto Ruben Oreel
werd een nieuw kui
kentje geboren.
Een paar dagen later
was ze van plan om
naar het strand te gaan en wilde ze hem niet
meenemen omdat hij dan vies zou worden. Toen
ging hij weer dood, maar Stéphanie vond het de
ze keer niet zo erg.
„Toen de meester hem afpakte, kon ik er niet
meer voor zorgen, nu had ik het zelf gedaan."
Volgens Stéphanie is het best moeilijk om voor
een Tamagotchi te zorgen. Je moet er altijd reke
ning mee houden en hem overal mee naar toe
nemen.
„Ik had een keer de tijd verkeerd ingesteld en
toen begon hij 's nachts te piepen. Gelukkig had
ik hem heel veel te eten gegeven zodat hij niet
doodging."
Stéphanie's derde kuikentje heet Dop en is nu
zes jaar oud en weegt 99 kilo. Ze neemt hem nog
steeds mee naar school, maar ze zet het geluid
van de Tamagotchi zo zacht dat de meester het
niet hoort als hij lawaai gaat schoppen.
De bal is rond. Het gras
is groen en Stop!
In Panevezys, een
middelgrote stad in
Litouwen is dat mooie
groene gras ver te
zoeken, Het voetbalveld
lijkt meer op een grote
zandbak. En voor elke
groep van twintig voet
ballertjes is er zegge en
schrijve precies één bal.
„Te gek voor woorden,"
zegt: Hans Vereist
namens voetbalclub
Kloetinge. „Wij vinden,
dat daar iets aan ge
daan moet worden. Ze
hebben niet eens fat
soenlijke shirts om in te
spelen. Niet echt goed
voor de voetbalbeleving.
En omdat Panevezys
een zusterstad van Goes
is gaan wij zorgen voor
materiaal. Ballen,
shirts, pylonen en alles
wat je als voetballer
nodig hebt tijdens een
training of een wed
strijd."
Dankzij de hulp van
sponsors kunnen de
Kloetingeleden voor een
tientje een fraai T-,shirt
op de kop tikken. Twee
honderd zijn er al ver
kocht. Kassa! Elk nieuw
reclamebord langs het
veld levert 50 piek op.
„Bovendien willen we
tijdens een drukbezoch
te wedstrijd een collecte
houden," zegt Hans.
„Ook een sponsorloop
behoort tot de mogelijk
heden. Maar dat moeten
we nog bekijken."
De kassa rinkelt voor
de voetballers van
Panevezys. Volgend jaar
mei mogen de Kloeting-
sé-leden ter plekke
hopelijk een volle bus
voetbalspullen uitladen
Michael Brand laai
rubberboot trekken
door eigen sleepboot
foto Ruben Oreel
Als je bij Michael Brand (10) binnen
komt zie je meteen waar het bij hem
thuis om draait: scheeps-modelbouw.
Op de kast staan twee sleepboten; één
boot is bijna klaar, van de andere is
alleen nog de romp en de stuurhut te
zien. Er hangen foto's van schepen aan
de wand er er staat een tafel vol hout,
lijm, snoertjes en doosjes.
„Mijn vader," vertelt Michael trots,
„maakt deze boten zelf'. We gaan naar
de haven van Vlissingen en soms naar
Rotterdam om de sleepboten goed te
bekijken. We
maken ook foto's
om de kleine
dingen precies
zo na te kunnen
maken als in het
echt. Ik help
mijn vader bij
het bouwen,
vooral met zoe
ken naar kleine
onderdelen,
want die raken
snel kwijt op
zo'n tafel vol
spullen."
Michael is het
jongste lid van
de Scheepsmodel
bouwvereniging
Vlissingen. Het bouwen en varen met
modellen is een serieuze hobby.
Een model is kostbaar; het kost geld om
onderdeeltjes te kopen, maar vooral ook
tijd en werk om een schip helemaal
echt te maken. Duizend gulden is dan
niks. Toch mag Michael varen met de
sleepboten. Als het droog is en de wind
niet te hard waait, varen de modelboten
's zondags op de vijver van Der Boede.
Met een flinke zender waarop grote en
kleine schakelaars zitten kan zo'n
kleine sleepboot alles wat een grote
sleepboot ook kan.
„Hij kan vooruit en achteruit en opzij
varen en de motor is zo sterk dat je in
een rubberboot kan gaan zitten met je
zender en je kan laten trekken door je
eigen sleepboot. We zullen' dat zeker
doen deze zomer. De eerste boot die ik
ga bouwen wordt de Singaporeeen
grote sleepboot met veel functies: een
sirene, een toeter, een scheepsbel en
bluskanonnen waar je echte model-
branden moe kan blussen."
Volgend weekeinde gaat de hele familie
Brand mee op een stoomsleper. „Lijkt
me wel leuk," glundert Michael.
Annct, Mui en Marriët: je kunt meer niet foto's doen.
„Je kunt veel meer met
een fototoestel dan al
leen maar foto's maken."
Dankzij het project
Al kijkend door een zoeker hebben de kinderen
van de basisschool in Cadzand de afgelopen
weken veel over fotografie geleerd. Annet (12),
Mai (11) en Marriët (11) vertellen namens groep
6, 7 en 8: „We hebben geleerd dat een camera
meer ziet dan wij bedoelen. Als je b.v. naar die bal
kijkt, dan ziet de camera de hele omgeving erbij.
Voor een foto moet je dan wat dichterbij gaan
staan. Van te voren moet je daarover nadenken."
Ook is het verrassend om eens vanuit een andere
stand een foto te nemen: Van bovenaf of onderaf
of schuin."
Behalve hoe je met een camera om moet gaan
leerden de kinderen ook wat je nog meer met
foto's kunt doen: „We hebben onze foto's geko-
foto Peter Nicolai
pieerd en toen veranderd
door er in te knippen, te
plakken en te tekenen. Ook
hebben we de omgeving
veranderd voordat er foto's van gemaakt werden."
Dat is duidelijk zichtbaar op de tentoongestelde
foto's, waarop een fiets in het klimrek hangt of
een lijmpotje midden in het lokaal bungelt...
Het project werd uitgevoerd met hulp van twee
docenten van de kunstzinnige vorming: „Dat is
wel leuk, anders is altijd alles hetzelfde op school."
De kinderen hebben ook nog wel wat tips voor als
je op vakantie een fototoestel meeneemt:
„Kijk eerst wat je wilt fotograferen en kijk goed
door de zoeker.
Let op dat het niet te donker is!
Probeer foto's te maken van de mooiste dingen en
maak vooral een beetje blije foto's."
Ze zijn allebei dertien en ze komen
„allebei uit Yerseke en ze zijn al
vriendinnen met elkaar vanaf de
kleuterschool: Michelle Schot en
Danouta van de Water.
Ze zijn eigenlijk wel hartsvriefgdin-
nen, maar ook eigenlijk weer niet.
Michelle: „We hebben allebei ook
nog andere vriendinnen, maar wij
zijn zo,goed bevriend omdat we dat
al zo lang zijn en.dat heb je met die
anderen niet."
Ze bellen elkaar elke dag en meest
al belt Danouta naar Michelle.
„Altijd tussen vijf en zeven uur 's
avonds, daar kan je vast op
rekenen," lacht Danouta.
Elk weekend
Ze zijn elk weekend bij elkaar.
Meestal slaapt Danouta bij Michel
le. „Dat is zo'n beetje m'n tweede
huis geworden!"
Over kleding en muziek hebben ze
wel ^dezelfde smaak, maar over
jongens niet. Gelukkig maar!
Ze lachen samen ontzettend veel,
maar samen- praten gaat ook heel
goed.
En ruzie?
Michelle: „Nooit erge, allemaal, van
die onzinnige ruzietjes.
Danouta: „Wo zullen altijd contact
met elkaar blijven houden!"
„Ik zou nog wel komen, want spelletjes
doen vind ik ook leuk, maar het zou niet
meer hetzelfde zijn," zegt Thijs van
Berge (11) uit Middelburg. „Hutten bou
wen is toch het leukst."
Guido Houtepen (10) vult hem aan: „Met
een groep een zo groot mogelijke hut ma
ken, dat is het toch wel. Met spulletjes
van thuis, vloerbedekking, plastic en zo,
maken we de hut mooi. En als het regent
kunnen we in de hut kaarten of een spel
letje doen."
Hoge kosten
Toch was dit jaar de bouwspeelplaats aan
de Nassaulaan in Middelburg bijna niet
doorgegaan. Astrid Nieste is van het
project Mooi zo, Goed zo.
Astrid: „Sinds twee jaar mag er geen
kampvuur meer worden gestookt. De kos
ten van het afvoeren van het hout van de
bouwspeelplaatsen zijn mede daardoor
met twintig procent gestegen. Dat bete
kent dat er steeds minder geld over is
voor de activiteiten op de bouwspeel
plaatsen. Dit jaar zelfs zo weinig dat al
leen het Meiveld maar door kon gaan."
„En dat is te gek voor woorden vinden
wij," gaat Anja Scheepers door. Anja is
bestuurslid van de wijkvereniging Nieuw
Middelburg en vrijwilligster op de bouw
speelplaats.
„Toen hebben wc een brief naar de
gemeente gestuurd. Met als resultaat dat
zij onze tekorten tot tienduizend gulden
zullen aanvullen. Voor volgend jaar is nog
niets zeker, maar wij gaan door met de
strijd voor onze bouwspeelplaats!"
Hoe zou een inktvis HET nou doen?
Begint 't met zo'n kleffe plakzoen
en omarming in de hoop
dat het niet eindigt in een knoop?
En als ze HET niet wil, zo'n vrouwtje
laat ze hem letterlijk een blauwtje?
Marina van den Boogaart
Mijnheer Beerens, kunt u
even naar beneden komen
De Krullebak wil u wat
vragen."
„Kom jij maar naar boven.
Ik heb geen tijd, mijn schilde
ring moet over zes weken
klaar zijn, want dan komt de
silo vol met graan."
„Maar mijnheer Beerens, dat
is wel 28 meter hoog dat u
daar zit te werken en de
Krullebak heeft last van
hoogtevrees!"
„Dat went vanzelf, bovendien
heb je hier een prachtig
uitzicht over Breskens en bij
helder weer kun je bijna tot
in Antwerpen kijken.
Trouwens, je mag wel Johnny
zeggen, hoor."
O ja, Johnny dus. Je bent op
een geribbelde muur een
schilderij aan het- maken van
22 meter hoog en 20 meter
breed, dat is dus ongeveer
500 ni'. Dat is toch wel vrese
lijk moeilijk?"
„Gaat wel, ik doe het graag.
Hiervoor heb ik de waterto
ren in Oostburg beschilderd.
Dat was moeilijker, want die
was rond en nog veel hoger."
„Je bent dus vijf broden en
twee vissen aan het schilde
ren, die staan en liggen in een
kast. Dat heeft natuurlijk met
de visserij en die graansilo te
maken?"
„Ja, maar ook met de ge
schiedenis van Christus en
de wonderbaarlijke spijzi
ging."
„O ja, nu wat jij doet vindt de
Krullebak ook wonderbaar
lijk, Johnny. Zo'n vis is wel
19 meter lang! Als je dat aan
het schilderen bent zie je toch
niet wat je doet?"
„Nee, dat is waar. Je ziet al
leen maar losse vlekken en
vegen, vooral bij de broden.
Maar van een afstand, aan
de overkant van de haven,
zie je het geheel. En vanuit
het Visserijmuseüm, daar
staat ook nog een verrekijker.
Daardoor kun je zelfs het
zelfportret zien, wat ik in het
oog van een van de vissen ga
schilderen!"
„Je hoeft niet sterk te zijn om paard te
rijden. Eerder slim. Als je stei'k bent,
heb je er niet zoveel aan als je niet slim
bent!" Dat zegt de negenjarige Ilona
Schroevers uit Veere. Van jongs af aan
kreeg ze het omgaan met paarden er
met de paplepel ingegoten.
Ilona: „Wij hebben thuis een stalhoude
rij en een hoefs
mederij."
Haar moeder rijdt
met de paarden
tram in Veere en in
Middelburg met
twee paarden
ervoor.
„Ik heb zelf twee
pony's," zegt Ilona.
„Eveline kreeg ik
toen ik zes jaar was
en Clara op m'n
negende."
Na een paar lesjes
van pa en ma is
Ilona op rijles ge
gaan. Dat doet ze
elke maandag en
woensdag op de
ponyclub van Oran
jezon in Vrouwen
polder.
Ilona praat altijd
tegen haar pony's. Als ze braaf zijn,
maar ook als ze vervelend zijn. En
soms fluistert ze een geheim in de oren.
„Ik kan er niks van zeggen, want het
is geheim! Maar ik heb niet zoveel
geheimen," lacht Ilona.
Ze rijdt meer op Clara, dan op Eveline.
Ze leert twee dingen: dressuur en sprin
gen. „Als je het paard goed naar de
hindernis toestuurt, dan springt het
vanzelf," vindt Ilona. Ze heeft intussen
al aan heel wat wedstrijden meegedaan.
En daarmee heeft ze al veertien bekers
en vijfentwintig rozetten gewonnen.
Ook met de verzorging van de pony's
houdt Ilona zich bezig.
„Ik doe alles zelf," zegt ze. „Ik poets ze,
spoel de benen schoon met water, tuig
ze op en af en zorg dat ze genoeg te eten
krijgen,"
Ilona hoort nog bij de B van beginners.
Straks hoopt ze naar de L van licht
door te kunnen
Ilona: „Maar dan moet je wel kunnen
wijken, achterwaarts, doorzitten en
middendraf kunnen."
Natuurlijk weet Ilona al, wat ze later
worden wil: Ry-instructrice!