Fluisteren voor de schreeuw PZC Faith No More Vijftig jaar Nederpop in De Kosmos kunst cultuur 22 Walkabouts met violen cd vrijdag 20 juni 1997 Het jaar 1997 Is nog lang niet ten einde. Maar de 'plaat van het jaar' is reeds verschenen. Tenminste als je Faith No More al te serieus neemt. Want het vijftal uit San Francisco noemde zijn zevende album Album of the year. Je moet er maar opkomen. Niettemin is het voor hen de plaat van het jaar. Want zoveel albums maken ze nu ook weer niet jaarlijks. De musici hebben het druk genoeg, met het spelen in andere bands en met toeren bijvoorbeeld. Het leiden van een normaal be staan schiet er nog wel eens bij in als je in een succesrijke rock band als Faith No More speelt. Zanger Mike Patton: „Toch heb ben we geprobeerd om in de laat ste twee jaar zoveel mogelijk als gewone mensen te leven. In plaats van als ratten. Want dat doe je als je op tournee bent. We hebben ver der onze gitarist buiten de band gezet. En getoerd. Maar niet zo veel als vroeger. We wilden dit maal stoppen met toeren op het moment dat we nog wat hersens over hadden en in staat waren om een nieuwe plaat op te nemen. Op Album of the year slaat Faith No More geen nieuwe wegen in. Sterke ballades en agressieve rock bepalen de grenzen van het werk terrein. Gitarist Jon Hudson (ex- Systems Collaps) maakt op het al bum zijn debuut. „Persoonlijk konden we goed overweg met de vorige gitarist, maar hij leverde geen bijdrage aan het creatieve proces. Artistiek klikte het niet", zegt Patton. Smakeloosheid In de tiende editie van Oor's Popencyclopedie staat Faith No More te boek als 'meesters van de smakeloosheid'. Leuk vinden ze Faith No More: We scheppen e sfeertje en helpen dat acuut de vernieling in. dat niet. Patton: „Mensen zeggen zoiets als ze niets anders meer over ons weten te melden." Toetsenist Roddy Bottum: „Er zijn mensen die vinden dat we belachelijke co vers spelen. Die songs zijn zo a-ty pisch voor de stijl van Faith No More, dat ze menen dat het cove ren van dergelijke nummers ge tuigt van slechte smaak. Ik vind dat we het goed doen. Ook de eigen nummers zijn meer dan oké. Aantrekkelijk aan Faith No More is de dynamiek waarmee de band opereert en de veelzijdigheid van de muziek. Bottum: „We werken veel met contrasten. We scheppen een bepaald sfeertje en helpen dat acuut de vernieling in. Of we ma ken er eerst een puinhoop van en komen dan met iets moois. Een dergelijke werkwijze heeft iets shockerends." Patton: „Elk nummer heeft zijn ei gen stemming. Als je constant aan het schreeuwen bent, kom je ner gens. Het is aardig om iets te reduceren tot gefluister, zodat je geschreeuw nog meer als ge schreeuw klinkt. Een dergelijke manier van werken is relevant voor ons." Negen jaar terug gaf Faith No Mo re zijn eerste concert in Neder land. De toenmalige zanger Chuck Mosely sleepte een koffer met pruiken en brillen met zich mee. „Ja, Chuck hield wel van ver kleedpartijen. Het was een fijne tijd. Het heeft iets moois, als nie mand j e kent en niemand weet wat hij kan verwachten en je jezelf moet bewijzen. Puurder wordt het nooit meer voor een band", meent Bottum. Mosely staat bekend als een poli tiek geëngageerd persoon. Patton is nauwelijks inpolitiek geïnteres seerd. Wil er ook niet over praten. Was hij een politiek dier geweest, dan had hij niet in een rockband gezeten. Patton: „Als ik iets over politiek wil weten, ga ik geen rock rollblad lezen. Voor mij is de combinatie van muziek en poli tiek iets belachelijks." Bottum zet even wat recht. Chuck was geen activist, die zich daadwerkelijk voor een bepaalde zaak inzette. Hij was niet politiek ingesteld. Mensen denken dat hij het wel was omdat hij het nummer 'We care a lot' zong. Maar ik was het die de tekst schreef van dat lied. En ik ben ook niet politiek be wust, al stem ik wel." Humor In Nederland scoorde Faith No More enkele hitjes. Een van de successen was 'Easy', een compo sitie van Lionel Richie. De band stond in de grote Nederlandse hal len en in 1995 op het Pinkpop Fes tival. In de Verenigde Staten is Faith No More relatief minder be kend dan in Europa. Het blijft voor Patton en Bottum gissen naar de oorzaak. Bottum gooit het maar op de beperkte interesse van Amerikanen. „Elke keer als we in de VS een cd uitbrengen, moeten we ons zelf opnieuw bewijzen en moeten we een plaatsje verwerven. Telkens worden we gezien als een nieuwe band. Maar misschien zijn we met onze muziek voor Amerikaanse begrippen niet eenduidig genoeg" aldus Bottum. De reacties op de cd-titel zijn wis selend. Niet veel mensen zien er de humor van in. Patton: „Ze vinden het maar een arrogante titel. Jullie moeten wel erg zelfverzekerd zijn om j e plaat zo te noemen, kri j g j e te horen. Is het voor jullie echt de plaat van het jaar? vragen ze dan. Natuurlijk is dat zo. Het is de enige plaat die we dit jaar maken. Hu mor is een rode draad in de lange carrière van Faith No More. Als we geen humor zouden hebben, wa ren we al lang gek geworden. Als je om je zelf kunt lachen, voel je je comfortabeler." Bottum: „Maar niet,iedere band beschikt over grappige humor. Die lui van The Presidents Of The Uni ted States bijvoorbeeld danken dat ze grappig zijn. Ik word ziek van zo'n band. Het zijn slappe clowns met domme humor. De hu mor van Faith No More is donker der, cynischer en bitterder." Pattons gevoel voor humor komt tot uiting in het nummer 'Naked in front of the computer'. De titel heeft helemaal niets te maken met de tekst. Patton: „Het is de naam van een sex website op Internet. En het is een fantastische titel. Je hebt veel van dat soort websites. Heel specifieke ook. Over politie en sex enzoHet bezoeken van zo'n website is zoiets als een bezoek aan een 'darkroom'. Het is alle maal gebaseerd op fantasie en dat is zelfs wilder dan de realiteit." Bené Megens Album of the year van Faith No More is afgelopen week verschenen. De nieuwe plaat van The Walkabouts uit Seattle laat veel violen horen. Veel or kestrale arrangementen. „Maar daar is absoluut nooit een groot masterplan aan voor afgegaan", zegt Chris Eckman, songschrijver en boegbeeld van de groep. Eckman: „Op ons vorige al bum, Devil's Road', stonden al een paar nummers met strij kersarrangementen. En we hadden het veel eerder ook al een paar keer gedaan, zoals in het nummer 'Last Train to Mer cy' van het album 'Scavenger' uit 1991. Het is een aanpak die mij altijd gefascineerd heeft.". Ze begonnen in 1984 als folk- rockgroep in Seattle - waar destijds het woord grunge nog lang niet uitgevonden was. Folkrock is een term waar Chris zich wel in kan vinden als het door Europeanen gebruikt wordt, die daarmee doelen op de traditie van pakweg The Byrds en Gram Parsons. De Amerikaanse interpretatie, met referenties naar bijvoor beeld John Denver, veraf schuwt hij. Vanaf het prilste begin zijn Chris Eckman en zangeres/gitariste Carla Torgerson de enige constanten in de groep die in 1989 voor het eerst opgemerkt wordt als het tweede album 'Cataract' ver schijnt. De doorbraak in het al ternatieve circuit komt twee jaar later met 'Scavenger', in middels een klassieker in het een dozijn albums tellende oeuvre van Chris en Carla. Chris Eckman maakt naam als een man die prachtige liedjes schrijft waarin de vinger op tal van zieke plekken in de Ameri kaanse samenleving gelegd wordt. Geen expressie van de diepste persoonlijke emotie, maar songs als korte verhalen die bevolkt worden door ty pisch Amerikaanse freaks die niet zelden het spoor bijster zijn geraakt in de steeds sneller rondtollende welvaartsmaat schappij. Opmerkelijk genoeg zijn de ka rakters op de nieuwe Walka- bouts-plaat r Nighttown terug gekeerd naar de stad. 'As the nightsky hits the town, the nightbirds stumble in.„Ik be-- gon nieuwe songs te schrijven en op een gegeven moment bleek er gewoon een lijn in te zitten", zegt Eckman. „Het werd mijzelf ook al snel duide lijk dat het niet langer over woestijnen en eindeloze wegen ging. En dat is prima, want daarmee w,ordt het vooroordeel doorbroken dat ik over niets anders schrijf. Tegelijk sluit het naadloos aan bij onze eerdere platen, want 'the road' houdt eens op. Ook reizigers settelen zich uiteindelijk ergens. Ze hu ren een kamer in de stad en pro beren de droom waar te maken die ze zolang nagejaagd heb ben." Peter Bruyn Concert The Walkabouts: Vandaag (vrijdag) in Paradiso Amsterdam. Chris Eckman, Walkabouts-boegbeeld. foto Lex van Rossen Over anderhalf j aar is het zover, dan heeft Nederland zijn mediacentrum voor popmuziek. Vijftig jaar Nederpop is vanaf dat moment te horen én te zien in De Kosmos in Amsterdam. Van Peter Koelewijn tot Jantje Smit, van The Motions en Golden Earring(s) tot de Urban Dance Squad - ja, van alle Nederlandse popartiesten die wat hebben betekend, kan de bezoeker aan het Nationaal Pop Instituut de grootste hits beluisteren. En de videoclips zien die zijn gemaakt om de singles onder de aandacht te brengen. Maar dat niet alleen. In het Da tabestand Nederlandse Pop muziek vindt de liefhebber ook een overzicht van de belangrijkste discografie, een groot aantal knip sels over, en geluids- en beeldfrag menten van de artiesten. Daarnaast komt in de publieks ruimte op de begane grond van De Kosmos aan de Prins Hendrikka de ook een bibliotheek, waarin de bijna complete collectie muziek bladen van het Nederlands Popar chief is opgenomen. Zowel de al lereerste legale Tuney Tunes, verschenen vlak na de bevrijding van Eindhoven waar het eerste popblad van Nederland werd ge drukt, als de volledige jaargangen van het legendarische Aloha en Hitweek liggen daar ter inzage. Ook wil het Poparchief komen tot het inrichten van een permanente tentoonstelling. Want, hoewel de memorabilia van de Nederpop in principe niet worden verzameld, wil het Poparchief wel iets doen met de kleine collectie die het al in bezit heeft. Zo is het 'schatbe waarder' van alle fanmail die Doe Maar, de populairste Nederlandse groep aller tijden ooit ontving. Wat precies tentoongesteld wordt, weet het Poparchief nog niet, zegt archivaris Gert Verbeek. Voor concrete expositieplannen ligt de openstelling van het Nationaal Pop Instituut nog te ver weg. Op 1 november verhuist de Stichting Popmuziek Nederland (SPN), waar het archief deel van uit maakt, naar De Kosmos. Dan duurt het nog een j aar voor het ge bouw gereed is om publiek te ont vangen. Sinds de oprichting in 1990 is ja renlang gezocht naar geschikte De popgroep Tee Set was in de jaren zeventig razend populair. ruimte om de collectie onder te brengen. Maar steeds liepen de plannen spaak. Diverse voorgeno men verhuizingen ketsten af, voordat de SPN in 1994 het leeg staande gebouw van het voorma lig spiritueel centrum De Kosmos vond. Een gebouw ook met een vleugje popgeschiedenis: in de ja ren zestig huisvestte het 't magisch muziekcentrum Fantasio. „Als de verhuizing eenmaal ach ter de rug is en wij zijn geopend, komt eindelijk onze droom uit", meent Verbeek (30). De collectie van 1039 tijdschrifttitels, 16.446 cd's, platen, demo's en video's en ruim 4000 foto's kan dan 'einde lijk' worden ontsloten. Nu ligt de collectie grotendeels in dozen op de zolder van de Beurs van Berlage en bij een verhuisbedrijf, ontoe gankelijk voor publiek. Slechts het kleine deel dat Ver beek op zijn kantoor aan de Wi- bautstraat bewaart, is nu al in te zien. „Alleen datgene waar veel naar wordt gevraagd, heb ik hier", zegt Verbeek terwijl hij wijst naai de verhuisdozen achter hem, waarin hij stapels belangrijke popbladen bewaart als Muziek Express, Oor en Vinyl. De ruimte is beperkt. Dat betekent ook één bezoeker tegelijk. Op afspraak, uiteraard. „Wij willen graag voor iedereen openstaan, tot aan scholieren toe die een spreekbeurt over Total Touch willen houden", laat Ver beek weten. Maar, nu moet hij er niet aan denken dat scholieren massaal naar het poparchief ko men. Hij zou de toeloop niet aan kunnen. Het is belangrijk voor het Popar chief dat iedere Nederlandse groep die zichzelf serieus neemt, exemplaren van zijn nieuwe al bum of eerste demo, naar de Wi- bautstraat stuurt. Zo houdt het archief automatisch bij wat er nieuw verschijnt. Voor de poptijd schriften geldt hetzelfde. Veel bla den sturen automatisch hun nieuwste nummer naar het Popar chief. De collectie groeit uitslui tend door schenkingen van pop journalisten, en via erfenissen. Alleen op een enkel klein blad dat het financieel niet breed heeft, is het Poparchief geabonneerd. Het gevolg van dat beleid is, dat het archief nog verre van compleet is. Met name in de vroegste perio de van de indo-rock, van de Blue Diamonds en de Tielman Bro thers, zitten grote lacunes. „Het probleem is dat veel waardevol materiaal uit deze periode circu leert in het circuit van privé-ver- zamelaars. Een bijzonder single tjevan de Blue Diamonds doet dan al gauw 150 gulden. Daarvoor hebben wij niet de middelen", legt Verbeek uit. GPD (Advertentie) EXPOSITIE Zeeuwse impressies olieverfschilderijen van MIRA PETERS De expositie loopt t/m 4/7 in Galerie de Hoekweide op Nazareth 4 te Wolphaartsdijk. Geopend: do., vr., za. van 13,00 t/m 17.00 uur en na tel.afspr. 0113-581153 Nazareth 4 4471 AC Wolphaartsdijk Radiohead nestelt zich stevig aan de top Radiohead, werd daar ten tijde van Creep niet van gezegd dat dat weer zo'n one-hit-wonder was? Al weer zo'n Brits bandje waar je na een leuk singletje en dito album niks meer van hoort? Creep, dat is nou pre cies vier jaar geleden. En het aardige is dat Radiohead sindsdien uitgegroeid is tot een van de grootste bands van Engeland, alle Oasis- en Blur-klonen ten spijt. De eerste cd 'Pablo Honey' (met daarop Creep) blijkt slechts een vingeroefening te zijn geweest voor datgene dat het viertal uit Oxford nog in petto had. 'The Bends' was al een hele verrassing, maar het nieuwe, derde album OK Computer (Parlophone/E- MI) schaart Radiohead defi nitief onder de groten. En dat met een gedurfde mix van alternatieve pop en bij na industrieel aandoende experimenteerdrift. OK Computer laat de twee ge zichten van Radiohead zien: tegenover de lieflijke, door Thom Yorke met veel harts tocht gezongen liedjes ('Exit Music (For A Film)', 'No Surprises' en het hartver scheurende 'Lucky') staan de harde, compromisloze en avontuurlijke geluidsexpe- rimenten in bijvoorbeeld 'Electioneering' of de ge durfde single 'Paranoid An droid', met z'n gelaagde op bouw. Twee uiteenlopende kunstvormen, ieder met hun eigen artistieke waarde en ieder met. hun eigen emotie. Met daartussenin nummers, die van beide iets hebben: de opener 'Airbag' bijvoor beeld, met z'n intrigerende baslijn, of het mysterieuze 'Karma Police'. Van de tek sten begrijp ik niet veel, maar die komen dan ook uit het eigen(aardige) wereldje van Yorke. Van de muziek des te meer. Omèlat 'ie zo hoorbaar met het hart is gemaakt. Dat maakt Radio head avontuurlijk en breek baar. Maar vooral mooi. Hanson Nee, er zit geen meisje in Hanson, zoals iedereen schijnt te denken. D at ventj e achter de toetsen heeft ge woon de baard nog niet in de keel, Tja, 11-, 13 en 16 jaar zijn ze ook nog maar, de broertjes Hanson uit Tulsa, Oklahoma. Maar ondertus sen hebben ze met 'MMM- Bop' wel de vrolijkste zomerhit van het jaar ge maakt. 'MMMBop' werdbo- vendien door de jongens zelf geschreven, net als 'Thin king Of Youhet sterke ope ningsnummer van de de- buut-cd Middle Of The Noiohere (Mercury). Beide nummers werden geprodu ceerd door de Dust. Brothers en vormen de onweerstaan bare hoogtepunten van het debuut. Hanson glijdt daar na soms wat af naar middle- of-the-road en sixties-soul met een hoog Jacksons-ge halte, een vergelijking die gezien de prille stemmetjes voor de hand ligt. Maar ge zien hun leeftijd en gegeven het feit dat ze al heel goed in staat zijn instant-popsongs te schrijven met een heerlijk refrein (luister ook naar 'Where's The Love', 'A Mi nute Without You' en de bonustrack 'Man From Mil waukee') ben ik ervan over tuigd dat deze jongens de wereld nog eens echt ver steld doen staan. Monaco Over onweerstaanbare zo merhits gesproken: 'What Do You Want From Me?' van Monaco is er ook zo eentje. Kruising van de vrolijke muziekjes van The Human League en New Order en dat is geen toeval. Bassist van Monaco is namelijk Peter Hook, dezelfde als die van New Order, als die band nog bestaat tenminste. Op de cd Music For Pleasure (Polv- dor) doen Hook en de zijnen precies wat de titel belooft. 'What Do You Want From Me', de discokraker 'Sweet Lips' en 'Buzz Gum' vinden we wel in de hitlijsten terug. Wet Sprocket De bekendheid van Toad The Wet Sprocket, is in Ne derland beperkt gebleven tot het bescheiden hitje 'Walk On The Ocean', waar van bovendien mag worden aangenomen dat half Ne derland dacht dat het hier om een nummer van Crow ded House ging. Ook in ei gen land heeft Toad The Wet Sprocket het moeilijk ge noeg. Het is nog maar de vraag of Coil (Columbia/So ny Music) daar verandering in brengt, want het blijft collegerock met een tame lijk hoog zeurgehalte. Gert Meijer

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 1997 | | pagina 22