Pascale Roze
was bang
in het donker
Elk woord heeft een eigen verhaal
PZC
Jager Zero
Gedachten
van Pascal
voor eerst
vertaald
-K
kunst cultuur
19
jeugdboek
Dit is het
Vroop midden in de
zijnlekkere warme
sloop hij de
Jf-
Hij glipte zachtjes de
rJÊëifétk) j-
en het
in. Eerst zag hij
vond dat wel leuk.
Toen kwam hij een
vrijdag 20 juni 1997
Na één toneelstuk en één verhalenbundel schreef de Franse auteur Pascale Roze
(1957) een roman over gekte en obsessie die haar meteen de eeuwige roem van
Frankrijks belangrijkste literaire onderscheiding opleverde: voor haar
romandebuut Jager Zero kreeg ze de Prix Goncourt. Aan de basis van de ronkende
gekte van Jager Zero staan de obsessies van de schrijfster zelf: „Het is een
verzonnen verhaal, maar tegelijkertijd is het wel iets wat ik uit mijn eigen nacht, uit
mijn eigen niets haal. En ik structureer mezelf door te proberen dat verhaal op te
schrijven."
De jury die haar vorig jaar de Prix
Goncourt uitreikte vergeleek haar
roman 'met het geluid dat een mitrailleur
voortbrengt' en haar critici riepen om
strijd dat er een mooie film in zat. En in
derdaad, Pascale Rozes Jager Zero, waar
in een Japanse kamikazevlieger het leven
van een opgroeiend meisje gaat beheer
sen, munt met name uit in beeld en geluid.
„Ik weet niet of dat 'nieuw' is, ik ben te
veel debutante om daar iets over te kun
nen zeggen. Maar ik kan niet schrijven
zonder sterke beelden. Daar gaat het me
om bij het schrijven: om sterke beelden."
Het zijn beelden die ze uit zichzelf haalt.
Voor Pascale Roze geldt de uitspraak dat
een schrijver vooral over zichzelf schrijft.
„De eigenlijke oorsprong was dat ik als
klein meisje bang was in het donker, ik
werd 's nachts soms bevangen door een
gevoel van paniek, angst voor de dood.
Dat soort angsten is een beetje de basis ge
weest voor dit boek."
Eén en ander leidde tot een gecompri
meerd psychologisch drama over een
meisje dat opgroeit in een zwijgende, lief
deloze omgeving. Ze is zelf ook niet in
staat zich te uiten en kan daardoor geen
normale relatie aangaan. Haar behoefte
aan liefde projecteert ze op het spook
beeld van een Japanse kamikazevlieger.
In korte en droge zinnen worden angst,
gekte en obsessie gestalte gegeven in de fi
guur van Laura Carlson: „In Laura heb ik
twee menselijke oerangsten verenigd. In
de eerste plaats de oerangst voor de dood
en ten tweede die angst om abnormaal te
lijken. Het is een soort krampachtige
hang naar normaliteit waardoor wat je
binnen hebt, wat in je hoofd zit, onbekend
moet blijven. Dat is eigenlijk ook een on
derdeel van de gekte, maar dat mag niet
naar buiten komen. Vandaar dus die
spanning tussen buiten en binnen in de fi
guur van Laura
Naargeestig
Dat die spanning in de roman niet echt
voelbaar wordt is het enige wat er op het
knap geconstrueerde verhaal valt aan te
merken - een gevolg van de afstandelijk
heid waarmee de hoofdpersoon zichzelf
beschrijft.
Al op de eerste pagina wordt de toon gezet
in een tweetal korte, koel registrerende
zinnen die haar sombere jeugd samenvat
ten: 'Mijn kinderjaren waren naargeestig.
Het appartement was naargeestig, mijn
grootouders waren naargeestig en mam
ma verschanste zich in een naargeestig
stilzwijgen'. Wanneer ze op zoek gaat
naar haar vader, een marineofficier die in
1945 bij een Japanse kamikazeaanval om
het leven kwam, raakt ze steeds meer ge
obsedeerd door de persoon van de zelf
moordpiloot die hem om het leven bracht.
Met het geronk van zijn 'jager Zero' in
haar oren raakt ze geleidelijk aan ver
strikt in een gevecht op leven en dood met
de moordenaar van haar vader. Het zijn
deze bezeten, koortsachtige passages,
waaraan Jager Zero zijn kracht dankt: in
plaats van te verdwijnen groeien de in de
kinderjaren opgedane angsten en frustra
ties in Rozes debuutroman uit tot een oor
verdovende obsessie met de dood.
Roze heeft iets met obsessies. Haar roman
is ontstaan vanuit haar eigen fascinatie
met angst en menselijk onvermogen.
„Ik had toen ik eraan begon nog geen
vooropgezet plan. alleen maar een idee. Ik
ging gewoon schrijven vanuit de kinde
rangsten van een klein meisje. Er was
niets van tevoren gepland: dat het zoeken
naar de vader in de roman uitloopt op het
zoeken naar de moordenaar, dat gebeurde
al schrijvend. En die kamikaze die door
het grootste deel van de roman ronkt, die
is er eigenlijk bij toeval in beland. Terwijl
ik aan het schrijven was diende hij zich
aan. Het toeval is heel belangrijk voor
mij."
Verbeelding
Roze wijst op de 'verdiensten' van het toe
val in het artistieke scheppingsproces.
„Als ik een verhaal helemaal van tevoren
zou uitstippelen zou het zeker minder rijk
zijn. Een schrijver die bezig is aan een ver
haal moet op een bepaalde manier ont
vankelijk zijn voor ideeën van buitenaf.
Dat geldt zeker voor mij omdat ik niet zo
veel verbeelding heb. Als ik iets helemaal
zou moeten bedenken, dan zou me dat
waarschijnlijk gaan vervelen. Ik schrijf
wel uit mijzelf maar de ideeën komen voor
een deel vanuit mijn onderbewustzijn. Ik
sta ervoor open."
En zolang de deur naar haar onderbe
wustzijn op een kier staat, zullen Rozes ei
gen obsessies altijd in het verhaal doorsij
pelen: „Thema's als het gebrek aan liefde
en het onvermogen liefde te kunnen de
len, dat soort dingen, en die angsten, die
waren vanaf het begin in mijn roman aan
wezig. En het moet blijkbaar zo zijn, want
ze zitten ook in ruime mate in mijn korte
verhalen. Sterker nog: ik vraag me wel
eens angstig af of ik wel over iets anders
kan schrijven. Het zit blijkbaar nogal
diep."
„Toen ik aan mijn 'Histoires dérangées'
schreef (een verhalenbundel van Roze uit
1994) had ik echt de wil om het over iets
anders te hebben. Terwijl ik schreef had ik
ook echt het idee dat ik daadwerkelijk
met iets anders bezig was. Maar als ik de
verhalen dan later herlas moest ik erken
nen dat het toch weer over hetzelfde
ging."
Het is dan ook niet verwonderlijk dat Ro
ze zich verwant voelt met Marguerite Du-
ras, ook een auteur die in directe, krachti
ge beelden sprak. Op een andere manier
voelt Roze zich verwant aan Flaubert: „In
zijn bundel 'Trois Contes' staat het ver
haal 'Un coeur simple', een simpele ziel.
Wat ik daarin bewonder is de bondigheid
van de vertelstijl en ook de afstand, de po
sitie van de verteller: je komt er niet ach
ter of hij nu mee lijdt met zijn personages.
ofwel op afstand met een koel observe
rend oog toeziet. Er zit een zekere hard
heid in zijn toon, maar tegelijkertijd
wordt er ook deelname gesuggereerd.
Maar dat wordt niet met zoveel woorden
gezegd, en juist dat maakt hem tot zo'n
knap verteller."
„Eén van de rijkste mogelijkheden van de
roman, vooral nu er geen vaste vorm meer
is en de roman alle kanten op kan, is de po
sitie van de verteller ten opzichte van zijn
vertelling. De mogelijkheid om juist een
grote afstand te scheppen of integendeel
om zich helemaal in zijn verhaal te projec
teren en daar een deel van te worden. En
de mogelijkheid om die twee standpunten
af te wisselen, met elkaar te vermengen.
Dat blijft voor mij één van de boeiende
dingen van de roman."
Roze is inmiddels bezig met een tweede
roman. Ze vindt dat je met een Prix Gon-
court op zak niet op je lauweren mag gaan
rusten. „Ik voel de noodzaak om snel weer
met iets te komen. Ook al om voor mezelf
te bewijzen dat het geen toeval was."
Minke Muilwijk
Pascale Roze: Jager Zero - uitgeverij De Geus
Breda, 32,90.
In het Etymologisch looordenboek voor
beginners vertelt Gerbrand Bakker
over de lotgevallen van ruim negenhon
derd Nederlandse woorden. Hoe opwin
dend taal kan zijn blijkt ook uit Taai-
Verhaal, een pop-up boek van Jenny
Maizels en Kate Petty.
Marlies Philippa schrijft in haar voor
woord bij het Etymologisch woorden
boek voor beginners van Gerbrand
Bakker: 'Bijna niets is zo leuk als etymo
logie.' Ze is historisch taalkundige aan
de Universiteit van Amsterdam en leid
de de auteur op in een wetenschap die tot
doel heeft 'na te gaan wat de oudste vorm
en de oudste betekenis van een woord
was en hoe zo'n woord zich daarna heeft
ontwikkeld. En natuurlijk ook waar
door die ontwikkeling beïnvloed is.'
Over de herkomst en de geschiedenis van
woorden wordt in etymologische woor
denboeken meestal verslag gedaan in
een geheimtaal die door een algemeen
publiek moeilijk te ontcijferen valt en in
ieder geval niet weet te begeesteren: 'As
sepoester: Die in het vuur blaast;
vgl.mnl.assevijster,de.Askefis, dat bij de
groep van veest behoort.(J. de Vries en E
De Tollenaere, 1986).
op glazen schoentjes loopt, laat hij
vreemd genoeg onvermeld).
De verrassende oorsprong van interes
sante erfwoorden uit het Germaans ('le
pel' van 'lap' is 'slurpen'), leenwoorden
uit niet-Germaanse talen ('jojo' van het
Franse 'joujou' is 'speeltje') en nieuw
vormingen ('chipknip' is 'elektronische
portemonnee') levert vooral bij eponie
men boeiende verhaaltjes op. Woorden
als badminton, bikini, bintje, boycot,
dahlia, frisbee, hamburger, krent, rugby,
tompoes, trijntje (aardappelras) en Yan
kee zijn allemaal ontstaan uit een eigen
naam.
Een woord waarvan de herkomst pas een
jaar geleden ontdekt werd, is 'kiekje': 'Er
was ooit een fotograaf in Leiden. Hij
leefde van 1811 tot 1899 en zijn naam
was David Israël Kiek. In die tijd was de
fotografie nog maar net uitgevonden en
omdat die meneer Kiek zich als een van
de weinigen met foto's maken bezig
hield, was hij een min of meer beroemde
man. Blijkbaar zo beroemd dat wij nog
steeds het woord kiekje gebruiken als we
het over een foto hebben.'
Heel wat meer aandacht krijgt het arme
knappe meisje van Gerbrand Bakker. Hij
verklaart haar naam, vertelt hoe ze in het
Engels en Frans heet, vat het sprookje in
enkele zinnen samen, en dist na dat alles
nog een extraatje op: 'Het schijnt dat ie
mand het sprookje uit het Frans vertaald
heeft. Niet vanuit een boek. maar al luis
terend naar een verhaal. Toen het muil
tje van Assepoester ter sprake kwam,
had de Franse verteller het over een
'pantouQe de vair'. De Nederlandse ver
taler verstond toen 'pantoufle de verre'.
En zodoende is Assepoester aan haar be
roemde glazen muiltje gekomen. 'Verre'
betekent namelijk 'glas'. Terwijl 'vaire'
'grijswit bont' betekent. Assepoester
droeg in de Franse versie bontmuiltjes.'
(Dat ze in het Frans tegenwoordig toch
Illustratie van Jennv Maizels in Taai-Verhaal.
Voor etymologie bestaat de laatste jaren
een brede belangstelling. Nogal wat
kranten en tijdschrijften hebben een
taaihoekje, en populair-wetenschappe-
lijke boekjes met woordgeschiedenissen
zijn een veel gekocht gelegenheidsca
deautje. In Gerbrand Bakkers selectie
komen dan ook tamelijk wat woorden
voor die elders al beschreven werden.
'Mannequin' natuurlijk en 'hangmat',
'beschuit', 'grijsaard', 'luipaard',
Maar niet eerder werd een etymologisch
woordenboek samengesteld voor lezers
vanaf een jaar of twaalf, dat in verhalen
de vorm verslag doet van de geschiedenis
van een woord. Dat maakt het speciaal.
01' uniek, dat afgeleid is van het Latijnse
'unus' wat 'enig' (in z'n soort) betekent.
Taai-Verhaal
Een van de begeesterendste taalboeken
ooit verschenen is Taai-Verhaal van Jen
nie Maizels en Kate Petty. Met dit pop-
upboek over de grammaticale functies
van woorden moet het iets-van-niets
zijn om kinderen in de bovenbouw van
het basisonderwijs warm te doen lopen
voor een schoolvak waar de meesten
maar weinig vertier in kunnen vinden.
Met behulp van flapjes, draaischijfjes,
trekstrookjes, stand-ups, een harlekina
de en een spiegeltje leren ze spelender
wijs en op hun slofjes zelfstandige
naamwoorden, werkwoorden, bijvoeg
lijke naamwoorden, bijwoorden, voor
zetsels en voegwoorden onderscheiden.
Een zijpaadje vormen de pagina's over
meervoudsvorming en leestekens Wie
met dit grappig geïllustreerde boek in
vrolijke kleuren liefhebberend en 'van
zelf' leert ontleden, haalt voorde 'repeti
tie' op de laatste pagina vlot een tien.
Jan Smeekens
Gerbrand Bakker: Etymologisch woorden
boek voor beginners/Of hoe het mannetje
mannequin werd - Piramide, Amsterdam; 263
pag.; integraalband f29,90 gebonden
f 39,90.
Jenny Maizels en Kate Petty: Taai-Verhaal
Het ontleed-leed geleden. Vertaling Kien See-
bregts; Zirkoon, Amsterdam; 37,50.
Sceptici hebben meestal het ge
lijk aan hun kant. Toch is er één
gelovige waar ze bewondering voor
hebben of die op zijn minst intri
geert: de wiskundige en filosoof
Blaise Pascal. Van zijn Gedachten is
ruim driehonderd jaar na de eerste
publicatie daarvan de eerste volle
dige Nederlandse vertaling ver
schenen.
Het is de vraag of er een vergelijk
baar werk als dat van Pascal be
staat, Het is het werk van een genie
die zijn sporen meer dan verdiend
heeft op het terrein van de wiskun
de en de kansberekening en die in de
laatste tien jaar van zijn korte
bestaan zich afmatte om voortge
dreven door maar een-enkele harts
tocht de essentie van het bestaan sa
men te vatten. En dat, naar hij zijn
vrienden en familieleden vertelde,
moest uitmonden in een apologie
van het christelijk geloven.
Werk van soortgelijke aard valt
meestal door de mand op grond van
voorspelbaarheid of conformisme.
Pascals Gedachten worden daaren
tegen voortgedreven door een ra
zende intelligentie. Pascals onder
neming lijkt op de verovering van
een berg die op de meest uiteenlo
pende manieren wordt beklommen
zonder dat de top wordt bereikt: De
vergezichten, soms duizelingwek
kend, zijn er, maar het sluitstuk ont
breekt. Hoe Pascal zich zijn werk in
definitieve vorm voorstelde valt
niet te zeggen. Hij overleed aan de
inspanningen en de ascese die hij
zich tijdens het schrijven oplegde.
Strengheid
Pascal (1623-1662) leefde in een tijd
waarin de ontdekkingen van de we
tenschap het zo harmonisch ogende
wereldbeeld ingrijpend aan het ver
storen waren. Een God die het hele
universum bestiert is voor het eerst
niet langer vanzelfsprekend of
denkbaar. Bovendien is de reputatie
van de religie aangetast door de ver
woestende godsdienstoorlogen en
de slappe moraal van de kerkelijke
bedienaren. Pascal treedt toe tot het
klooster van Port Royal dat het ide
aal van kloosterlijke vex-volmaking
in alle strengheid opnieuw wil reali
seren. Pascal begrijpt dat de gods
dienst niet langer met zuiver ratio
nele argumenten te verdedigen valt.
Een eeuw voordat Kant de Middel
eeuwse Godsbewijzen als ontoerei
kend zou afwijzen, is Pascal al zo
ver.
Pascals originaliteit is hierin gele
gen dat hij in een tijd waarin de rede
aan een grote vlucht begint de be
perktheid van die rede wil laten
zien. Hij bestrijdt haar algemene
geldigheid met haar eigen midde
len. Dat uitgangspunt wordt ge
symboliseerd in de beroemde uit
spraak dat 'het hart zijn redenen
heeft die de rede niet kent'.
Vertaler Frank de Graaf merkt zeer
juist op dat als Pascals teksten tot
op vandaag hun zeggingskracht
niet verloren hebben, dit komt om
dat zij niet slechts getuigen van een
ervaring, maar omdat zij in de
meest letterlijke zin van het woord
ervaring zijn. Dat is het wat ze on
ontkoombaar maaktDat sluit twij
fel geenszins uit. Betogen waarin
een onwankelbaar geloof wordt be
leden wisselen af met het beroemde
fragment waarin de noodzaak
wordt genoemd om te wedden op
God. Hier komt men feitelijk bij de
kern van het pascaliaanse geloven.
Dat kent geen definitieve zekerhe
den maar wil de tegenstrijdigheden
de baas worden met de wilsact van
het geloven.
Fragmenten
Pascal liet zoals gezegd geen afge
rond werk na. Bij zijn dood vond
men een kleine duizend naar om
vang zeer sterk verschillende frag
menten. Het probleem waar de
erfgenamen van Pascal mee wor
stelden geldt daarom onverminderd
voor de huidige tekstbezorgers. In
een welhaast religieuze ijver zijn in
de afgelopen eeuwen keer op keer
nieuwe ordeningen van het materi
aal verschenen die achteraf steeds
weer vergeefs als de definitieve wa
ren bestempeld.
De opmerkingen die Pascals neef
Etienne Perier in de zogenaamde
Port Royal editie, de eerste uitgave,
maakte, zijn nog steeds het overwe
gen waard. Kritiekloze uitgave van
alle fragmenten zou de bedoelingen
(die Pascal tegenover Perier wél
duidelijk had uitgesproken) alleen
maar vertroebelen. Omdat recon
structie van het werk volgens die
bedoelingen een onmogelijkheid
bleek, beslisten Pascals erfgena
men tot uitgave van slechts die frag
menten die samenhang enbetekenis
vertoonden.
De tekstkritische edities die sinds
de vorige eeuw norm zijn geworden,
verklaren de tekst heilig, ongeacht
wat gezegd wordt. Al Pascals moei
zaam ontcijferde krabbels, ook die
welke slechts als geheugensteun
dieritien voor zijn project, worden
dan opgenomen. Zo ook in de nu
voorliggende Nederlandse uitgave.
Zij maakt daarom soms de indruk
van een verzameling losse stenen
Dat is een behoorlijk euvel van deze
overigens schitterende editie. Dat
wreekt zich des te meer omdat een
exposé als dat van Perrier waarin de
grote lijn van Pascals bedoelingen
wordt geschetst ontbreekt.
Paul van Velthoven
Blaise Pascal: Gedachten - vertaling
Frank de Graaff - Uitgave Boom, Am
sterdam, f 69,50
lc\fctana«
at,.,®*005
^tverhaal staan er plaatjes op de plaats van de zelfstandige naamwoord
/<^_w zelfstandig naamwoord gceft""~\
u mand »f ic,s ocn "mra'Allc de woordcn'
alle lietwoorden en alle eigennamen J
zijn zelfstandige naamwoorden. Eigen- j
namen beginnen met een hoofdletter, j
bijvoorbeeld Ben, Zita, Amsterdam.
Jouw naam is ook een eigennaam.
.Stiekei
af naar beneden.
nit. Die stoute
v-y
tegen.