Programmamakers staan
magere jaren te wachten
Publieke omroepen kleden producenten uit
PZC reportage zaterdag 14 juni 1997 31
Spanning
en vrees
binnen
het Bestel
Televisie- en filmproducenten worden in toenemende mate
geconfronteerd met wurgcontracten, die zij door publieke
omroepen krijgen voorgelegd. Het gaat om contracten, waarin
producenten afstand moeten doen van vrijwel alle rechten.
Producentenorganisaties zijnhierover inrep en roer en dringen
bij staatssecretaris Aad Nuis aan op waarborgen (zoals afna-
mequota) om hun belangen zeker te stellen.
In de strijd om het bestaan trekken publieke omroepen steeds
meer naar zich toe bij de onderhandelingen over de productie
van nieuwe programma's. Zij eisen onder meer dat de produ
cent een groot deel van de kosten zelf voorfinanciert. Boven
dien moeten de makers in veel gevallen alle productierisico's
zelf dragen. Daarbij schieten zij er soms voor tienduizenden
guldens bij in.
Producent Bob Entrop: „Als je bedenkt dat een gewone drama
serie gemiddeld zo'n drie tot vier ton per aflevering kost, kun je
wel uitrekenen hoeveel je zelf moet bijdragen. En dan draag je
nog alle risico als er iets mis gaat. Dat gaat gewoon niet."
Andries Overste, directeur van de Vereniging van Onafhanke
lijke Televisie Producenten (OTP), staat versteld van de ver
gaande eisen die omroepen stellen. Publieke omroepen hante
ren sinds kort snoeiharde drukmiddelen in navolging van hun
commerciële broeders. Een ervan is de zogeheten 'exposure',
waarbij tegen de producent wordt gezegd: 'Wij zenden je pro
gramma uit, dat levert je naamsbekendheid op en daar willen
wij iets voor terugontvangen'.
Roek Lips, eindredacteur amusement van de NCRV, bevestigt
die trend. In de moderne standaardcontracten claimen de om
roepen de rechten op de programma's inclusief herhalingen en
alle denkbare publiciteitsuitingen. 'Tot in de eeuwigheid', is de
term die daarbij wordt gebruikt. Educatieve uitgaven, publi
caties op CD-rom. boekuitgaven, video's of cd's. de omroep eist
- als het even kan - alle inkomsten van een programma dat door
een ander is bedacht.
De zakelijke houding van omroepen wordt ingegeven door ge
brek aan visie in Den Haag, ook de technologische ontwikke
lingen nopen Hilversum tot een keiharde opstelling. Roek Lips:
„Het wordt in de huidige tijd steeds minder belangrijk wie een
programma uitzendt, het gaat erom wie de rechten ervan be
zit."
De Tweede Kamer praat
volgende week over een
ingrijpende verandering van het
publieke bestel. De omroepen
wachten vol spanning en vooral
vrees af hoe de toekomst eruit gaat
zien. De tv-producenten horen de
doodsklokken in de verte al luiden
en hebben bij staatssecretaris Nuis
(media) gepleit voor invoering van
een afnameverplichting voor
publieke omroepen. Want na vele
vette jaren is schraalhans nu
keukenmeester bij de 480
productiebedrijven in ons land.
Niet alleen Harry de Winters ID-tv,
maar ook alle andere tv-makers
worden gekweld door teruglopende
opdrachten.
„De branche wordt eindelijk
volwassen", constateert de één
nuchter.
„We worden uitgeknepen door de
omroepen", vinden veel anderen.
„Het einde van een hele bedrijfstak
is nabij."
In de jaren zeventig maakte Bob Entrop
'kritiese' films voor jongeren. Met zijn
educatieve discussiefilms over sociaal
maatschappelijke onderwerpen reisde hij
met zijn busje en een goedkope projector
buurthuizen en scholen af„De films wer
den gemaakt voor een stuiver, soms was er
wat geld, dan weer niet." Inmiddels is zijn
bedrijf Sol-Films volwassen geworden.
Jongerenproducties als De andere kant
van de Tunnelde driedelige documentai
re Ik hou van lawaai of zijn befaamde
IKON-reeks Tussen Eten en Afwas wer
den geroemd en meermalen internatio
naal onderscheiden. Desondanks bestaat
Tussen Eten en Afwas niet meer. Wegens
financiële problemen moest de IKON de
serie waarin kinderen hun ouders inter
viewen, schrappen.
Op dit moment werkt Entrop aan de acht-
delige dramaserie Graffiti voor de EO. De
reeks wordt in 1998 op het scherm ge
bracht.
„Voor een schijntje", aldus Entrop.
Graffiti kost 185.000 gulden per afleve
ring.
Te duur voor de EO. Zelf heeft Entrop
daarom maandenlang bij allerlei fondsen
'gecollecteerd', zodat er toch voldoende
geld was om de reeks te maken. „Van ar
tistiek filmer word je collectant"sombert
hij. „Op het huidige beleid kun je je be
drijf niet draaiende houden. Gelukkig
zijn we een klein en dus flexibel bedrijf,
van vroeger uit gewend goedkoop te wer
ken. Dat is ons voordeel", zegt Entrop.
Malaise
Entrop heeft het moeilijk, maar verwacht
dat zijn bedrijfje zal overleven. Voor veel
van zijn collega's is de situatie echter kri
tiek. Onderzoek van het Commissariaat
voor de Media wijst uit dat tegen de twin-
tig procent van de publieke programma's
wordt gemaakt door onafhankelijke Ne
derlandse producenten. Twee jaar gele
den was dit nog 27 procent. Het aantal op
drachten aan externe producenten
vermindert dus in aanzienlijk tempo.
„Als de politiek niets doet om deze be
drijfstak te redden is het gedaan met ons",
verzucht Entrop.
Op zichzelf is het een logische marktont
wikkeling. Jarenlang leek het immers als
of het universum van de tv-producenten
tot de hemel reikte. Vooral sinds de komst
van de commerciële tv in '89 was de au
diovisuele sector een 'booming business'
waarin je razendsnel steenrijk kon wor
den. Productiebedrijfjes schoten als pad
destoelen uit de grond. Inmiddels telt de
jonge bedrijfstak 480 bedrijven met in to
taal 2000 werknemers.
Het tij is echter gekeerd. IDtv luidde on
langs als eerste de noodklok. Minimaal
veertig mensen moeten vertrekken bij het
bedrijf dat onder leiding van Harry de
Winter in sneltreinvaart uitgroeide tot
kwelgeest van marktleider Endemol.
Diens buikcontract met de Holland Me
dia Groep - levering van programma's
voor 1'40 miljoen gulden per jaar-is IDtv-
eigenaar VNU - tevens grootaandeelhou
der van RTL - een doorn in het oog
IDtv laat dus niet na om te ageren tegen
zijn grote concurrent.
Hoewel veel collega-producenten Harry
de Winter mismanagement verwijten,
geeft IDtv de omroepen de schuld van de
slechte financiële situatie van het bedrijf.
In afwachting van een nieuwe Mediawet
vrezen zij dat ze hun zeggenschap over de
Om hun toekomst veilig te stellen als zelf
standige ondernemingen zijn de omroe
pen bereid tot het randje van de wet te
gaan. Zo heeft de TROS een innige band
aangeknoopt met producent GBTV met
het oogmerk deze op den duur over te ne
men. Het Commissariaat onderzoekt de
omstreden constructie. Gerard Baars, op
richter van het bedrijf, is alvast bij de
TROS ingelijfd als programmaleider. De
NOS wil het bedrijf van René Stokvis
overnemen. Beide overnames zijn echter
niet toegestaan volgens de Mediawet.
Schade
pen zijn niet alleen onzeker over de toe
komst die de politiek voor hen uitstippelt,
ook twijfels over de technologische ont
wikkelingen nopen hen tot een keiharde
opstelling. Zorg dat je pakt wat je pakken
kan, je weet immers niet of je het later nog
nodig hebt.
Lips: „Ik durf hardop te beweren dat Taxi
een NCRV-programma is. Plet wordt in de
huidige tijd steeds minder belangrijk wie
een programma uitzendt, het gaat erom
wie de rechten exvan-bezit. Nu hebben we
nog dertig tv-kanalen, straks is het aantal
onbeperkt groot geworden. En dan maakt
het helemaal niet meer uit wie iets uit
zendt. Het gaat om de zeggenschap over
het product. Vandaar dat we steeds meer
naar ons toetrekken."
De gouden tijd voor de productiebedrij
ven is definitief voorbij, dat moge duide
lijk zijn. Grote bedrijven zien zich ge
dwongen mensen te ontslaan en zoeken
angstvallig naar buitenlandse partners
met geld, de 'kleine' producenten teren op
hun goedkope werkwijze of brengen
moeilijke tijden door onder de hoede van
de sociale dienst. Producent Han Peekei
explodeert bijkans van woede als je hem
aanspreekt over de actuele ontwikkelin
gen in de mediamarkt. De man die furore
maakte met het cartoonprogramma
Wordt Vervolgd heeft de problemen eer
der zien aankomen. Zijn bedrijf Han Pee
kei Productions kende enkele zware
jaren. Hij gooide bijtijds het roer om. In
tussen werkt hij ook voor de Duitse tv-
markt.
Peekei spreekt over een 'kille sanering'.
„Sommige producenten hebben het heel
moeilijk, sommigen zijn verdwenen uit de
markt. Het is een groot gevecht om het be
staan geworden. We zijn in een bizarre si
tuatie beland, waarin niet meer wordt ge
let op de kwaliteit van het bestel en de
mooie programma's, maar waarin mensen
voortdurend bezig zijn met het rondpom
pen van grote hoeveelheden geld. De
constructie TROS/GBTV is je reinste con
currentievervalsing. Hier kunnen onaf
hankelijke producenten niet tegenop
werken. We worden feitelijk met gemeen
schapsgeld uit de markt gewerkt." Over
deze zaak had Peekei recent een gesprek
met Harry Kramer, media-ambtenaar
van staatssecretaris Aad Nuis. „Bij hem
hebben we de kat de bel aangebonden."
Paniekvoetbal
Daar, in Den Haag, ligt de kern van alle
problemen, zo vindt Andries Overste. Tot
het jaar 2000 beschikken de publieke om
roepen over een zendvergunning en weten
zij waar ze aan toe zijn. Wat er daarna
gebeurt, is volkomen duister. Door het
ontbreken van een toekomstvisie is een
vacuüm ontstaan waarin Hilversum pa
niekvoetbal speelt.
Overste spreekt van 'Verelendung': het
rijk laat het bestel zozeer versloffen dat
het zichzelf de nek omdraait. Vervolgens
komt er vanzelf weer iets anders voor in
de plaats. Een typerende gang van zaken,
zo meent hij: „Alle belangrijke ontwikke
lingen in ons medialandschap zijn van
buitenaf afgedwongen door voormalige
piraten. Met de komst van de TROS wer
den kijkcijfers belangrijk. Veronica leid
de tot Hilversum 3. RTL Véronique intro
duceerde via Luxemburg commerciële
omroep in Nederland. Nuis heeft nu de
kans zich onsterfelijk te maken door wel
iets te doen."
Overste vindt dat Nuis de huidige omroe
pen overeind moet houden, net zoals hij
toneelverenigingen in stand houdt. In
kort bestek: „Omroepen behoren tot de
Nederlandse cultuur. Zoals het Concert
gebouw orkesten contracteert en
daarmee een veelkleurig programma sa
menstelt, zo exploiteert de omroep de tv-
zenders en sluiten zij contracten af met
programmaleveranciers."Overste en Bu-
eters hebben bovendien in Den Haag ge
pleit voor de invoering van een regeling
die de publieke omroepen verplicht een
bepaald deel van hun programmering van
Nederlandse buitenproducenten te be
trekken. Deze zogeheten quota kunnen de
bedrijfstak redden, zo menen zij.
Het tweetal is ervan overtuigd dat de om
roepen niet zonder onafhankelijke
producenten kunnen voortbestaan. Om
roepen hebben veel van hun kennis en
creativiteit de deur uitgedaan. Bij de pro
ducenten is die volop te vinden, aldus Bu-
eters. „Onze leden werken met hart enziel
aan hun producties. Je kunt niet vanuit
een je positie als omroepbons een werke
lijk creatief, cultureel programma op de
rails zetten. Zoiets vereist betrokkenheid
en artisticiteit. Een goed programma
heeft te maken met emoties en is geen zak
aardappelen. Goede programma's moe
ten gemaakt blijven worden omdat dat
een stukje cultuur is, en daar hechten we
in deze samenleving gelukkig nog steeds
belang aan. We moeten er voor vechten
om dat te behouden."
Jaap Timmers
en Monique Brandt
De omroepbazen geven de producenten steeds minder middelen om de programma's te maken. tekening GPD/Edith Buenen
netten kwijtraken en zich moeten omvor
men tot productiehuizen die him pro
gramma's aan de verschillende zenders
aanbieden. Er zijn overigens meer oorza
ken voor de nijpende situatie in de bran
che. Door de versnippering op televisie
haken adverteerders af, en dat betekent
minder reclame-inkomsten. Daarnaast is
de concurrentie tussen de verschillende
zenders sterk toegenomen. Het is voor de
omroepen dus van levensbelang gewor
den om op de cent efficiënt te werken. En
met al die sombere vooruitzichten beste
den de omroepen steeds minder uit of
maken programma's in coproductie
waardoor ze maximale zeggenschap be
houden. De ene producent past ervoor om
'zijn ziel te verkopen', de ander ziet het als
een uitdaging. Ruud Koornstra van D
&D/K&B Producties: „Werk samen met
de omroep, zodat ieders knowhow tot zijn
recht komt."
In de tang
„De producenten zitten in de tang", vindt
Gerard Bueters, producent en voorzitter
van de SKOP, de overkoepelende organi
satie van 30 kleinere onafhankelijke film
en televisieproducenten. „Vooral het
laatste jaar is de strop steeds meer aange
trokken. Je kunt met je plannen bijna ner
gens meer terecht. Ik ken producenten die
al twintig jaar voor een bepaalde omroep
werken en nu een koel drieregelig afwij
zingsbriefje krijgen. Als je wel voet aan de
grond krijgt wordt het vel je over de oren
getrokken."
Leo de Haas, produceren presentator van
het NCRV's kijkcijfertopper Blik op de
Weg kan deze uitspraak alleen maar on
derschrijven. Wegens een conflict over
onder meer de vraag wie de rechtenkrijgt,
staat het populaire verkeersprogramma
Het schrijversteam van de succesvolle dramaserie Pleidooi: v.l.n.r Pieter van de Water
beemd, Maria Goos en Hugo Heinen. Een dergelijke dramaserie kost per aflevering al
snel drie tot vier ton. foto Miriam Philippsborn
nu op de helling. „De omroep vindt dat ik
dankbaar moet zijn dat ik het programma
mag maken", zegt De Haas. „En daar pas
ik voor."
Voor met name de kleinere producenten
die wel creatief maar niet altijd even za
kelijk zijn, is het haast onmogelijk om het
hoofd boven water te houden in de kei
harde onderhandelingen met de omroe
pen. De omroep wil rechten en zeggen
schap, de producent draagt de financiële
risico's, zo gaat het steeds vaker, klagen
producenten. Dat de gevolgen ernstig
kunnen zijn ondervond een producent die
in oorlogsgebied een documentaire zou
filmen. Tijdens een levensgevaarlijke
missie raakte hij een groot deel van zijn
materiaal kwijt. De omroep met wie hij
een contract had gesloten, stelde hem vol
ledig aansprakelijk. De producent schoot
er uiteindelijk bij na een ton bij in. Ook ei
sen de omroepen dat de producent zoveel
mogelijk eigen geld in een project steken.
„Als je bedenkt dat een gewone drama^fe-
rie gemiddeld zo'n drie tot vier ton per af
levering kost, kun je wel uitrekenen hoe
veel je zelf moet bijdragen. Dat gaat
gewoon niet", aldus Entrop.
Drukmiddelen
Voormalig topambtenaar Andries Over
ste, tegenwoordig directeur van de Ver
eniging van Onafhankelijke Televisie
Producenten (OTP), staat soms versteld
van de vergaande eisen die publieke om
roepen stellen. Ze hanteren sinds kort, in
navolging van hun commerciële broeders,
snoeiharde drukmiddelen. Zoals het 'ex-
posure fee'. Dit betekent in rond Hollands
dat tegen de producent wordt gezegd: 'Wij
zenden je pi-ogramma uit, dat levert je
naamsbekendheid op en daar willen wij
iets voor terugontvangen'.
Roek Lips, eindredacteur amusement van
de NCRV, bevestigt dit. „Wij spreken van
exposure". Hij noemt het voorbeeld van
IDtv's succesnummer Taxi. „Het was een
uitgekiend programma-idee van IDtv.
Het is dan logisch dat de producent een
deel van de rechten behoudt, zoals die op
de verkoop aan het buitenland. Maar
doordat wij er ook menskracht in steken,
behoort een deel van de rechten bij ons."
Volgens Bueters is de strijd om de rechten
de strijd om het voortbestaan. De omroe