Kabila's militairen lachen niet
PÜ
PZC reportage zaterdag 31 mei 1997 33
Signalen uit Congo zorgwekkend
""llff 5
Laurent-Désiré
Kabila
i \e signalen lijken zorgwekkend. Soldaten van Laurent-Désiré Kabila
en verhinderen demonstraties, zij knippen broekspijpen af van vrouwen omdat
cxj dergelijke kleding niet deugdelijk zou zijn. En bovendien lachen de militairen niet.
Op de radio wordt de haat tegen Libanezen aangewakkerd, omdat die het land
n zouden hebben 'uitgebuit'. Helemaal schrikken was het toen deze week politieke
n activiteiten werden verboden. Krijgt het voormalig Zaïre opnieuw een dictator? De
geplaagde inwoners van het straatarme Kinshasa, hoofdstad van de nieuwe
16 Democratische Republiek Congo, wachten afZij willen voorlopig vooral hun hoop
koesteren.
maar de man naar buiten moest komen.
Die leende me een kleed. Ik heb op school
dat jaar alle kinderen van militairen laten
zakken. Nu zou ik zoiets niet meer doen.
Die kinderen konden het niet helpen."
Dode stad
De bij na zes miljoen inwoners van de stad
zien tot dusver vooral profijt van de nieu
we machthebbers. De angst voor de eigen
politie, de militairen en alle andere amb
tenaren is weg. Mobutu betaalde nie
mand, zodat corruptie het systeem werd.
Overheidsdienaren leefden van roven en
stelen. Professor Nkulu: „Onrecht was in
dit land gewoon. Er was niemand die er
voor zorgde dat recht werd gedaan." De
bevolking verzette zich er tegen met een
variant die typisch Zaïrees is: de 'Ville
Mort', dode stad. Niemand verliet zijn
huis, de straten bleven leeg, uit protest te
gen Mobutu en diens bewind.
De afgelopen week wilde Etienne Tshise-
kedi, ex-premier van Zaïre en verklaard
tegenstander van Mobutu, een "Ville
Mort' tegen Kabila houden. De politicus
van de oude orde mag dan populair zijn in
bepaalde delen van Kinshasa, die dag zat
hij vermoedelijk als enige thuis. De senti
menten tégen Kabila worden in Kinshasa
momenteel via Tshisekedi gespeeld. Af
gelopen woensdag hield hij een demon
stratie die weliswaar werd gehinderd
door de militairen, maar geschoten werd
er niet. De opkomst viel tegen.
„Niemand wil demonstreren. De mensen
worden met meer beroofd door de politie,
ze zijn juist blij dat Kabila er is", zegt een
krantenverkoper langs de 25 kilometer
weg naar het vliegveld. Armen leggen die
afstand te voet af, iets rijkeren worden als
sardines verpakt in de meest onmogelijke
volkswagenbusjes waarvan het oor
spronkelijke model amper herkenbaar is.
Aan deze weg ligt het oude fabriekscom
plex van General Motors waar ooit 1000
mensen werkten.
In 1993 werd de fabriek ontmanteld, na
dat de stad voor de tweede keer in korte
tijd aan plunderingen door het leger ten
prooi was gevallen. Op het terrein van het
ooit zo trotse complex staan slechts de
metalen funderingen overeind. De rest,
tot de laatste dakpan of leiding toe, is
door armen weggehaald en eldex-s nuttig
gemaakt.
Aids
Waar Papa Moise zijn familie nog een
beetje op de been heeft, en in ieder geval
geen sterfte onder zijn kinderen ziet, is
papa Leonard Luano er minder goed aan
toe. Hij is 66 jaar oud, maar wacht alleen
nog maar op de dood, zegt-ie. Van zijn ne
gen kinderen zijn twee dochters die zich
prostitueerden overleden aan aids. De
schoonfamilie van een van die twee,
kwam Leonard op zijn lazer geven en mo
lesteerde het huis dat ook langs de weg
naar het vliegveld ligt. Leonard behoort
tot de armsten van Kinshasa, waarvan de
stad er een paar miljoen rijk is.
Met 60 'familieleden' woont Leonard op
zijn 'compound'. In de wijk Kimbanseke,
waar de vrouwen op maandag, woensdag
en vrijdag eten en de mannen op de andere
dagen, is sores de gewoonste zaak van de
wereld. Leonard neemt niet meer de
moeite te kijken als een van zijn andere
dochters met een 'klant' thuiskomt en in
de enige slaapkamer haar diensten ver
koopt. Leonard heeft geen stroom, geen
water en zijn danig geurende toilet be
staat uit een in de grond gegraven gat.
Een van zijn zonen is ziek, woog 80 kilo en
nu nog maar 50. Welke ziekte? Leonard
weet het niet. „Ik bemoei me er niet meer
mee. Hoop alleen maar dat mijn kleinkin
deren het beter zullen krijgen. Ik heb veel
gebeden, maar God wilde me niet helpen.
Waarom zou Hij een oude man nu alsnog
helpen?"
Professor Nkulu legt ui t waarom de inwo
ners yan Kinshasa heden ten dage zoveel
het woord 'Logic' in de mond nemen. Vol
gens hem is het een teken van hoop. „Dit
land is een school waar je alles leert te
doen met niets. De mensen hier zijn onder
Mobutu hun eer kwijtgeraakt. Ze deden
en doen alles om te overleven. Ook dingen
waarvan ze weten dat ze onethisch zijn.
Zoals prostitutie, diefstal, bedelen.... het
maakt niet. Maar de moraal, en het besef
van goed en kwaad, komt terug. Daarom
hebben ze het zo veel over 'logic', een
Frans woord dat daar overgaat. Ze willen
hun 'logic' terug. Tot voor kort hoorde je
het woord maar op één manier, vooral na
dat je iemand op zijn falen wees: Ik hoef
jouw'logic'niet."
Hans Leber
De soldaten die de stad binnenvielen
worden nog steeds 'bevrijders' ge
noemd. Maar vooral de Tutsi's onder hen.
afkomstig uit het Oosten van Zaïre, la
chen amper. Zij kijken streng en strak. En
dat valt op in een stad waar de mensen
zelfs in zeer moeilijke tijden plezier ma
ken. Waar in de wijken Basa Congo en
Bandundu de fameuze Rumba-muziek
wordt gespeeld, hét exportproduct van
Kinshasa waar heel Afrika van houdt. Zal
Kabila er een einde aan maken?
Murw geslagen
De murw geslagen bevolking van Kinsha
sa houdt zich er amper mee bezig en
zwaait nog steeds naar de militairen.
Twee weken na de inname van Kinshasa is
het vertrouwen onverminderd. De straat
arme inwoners, wonend tussen imposan
te maar vervallen wolkenkrabbers, wor
den in ieder geval niet meer op iedere hoek
van de straat overvallen. Er is maar één
ding dat werkelijk telt, en dat is de dage
lijkse zorg om een hap eten. Veruit de
meeste gezinnen leven onder de meest ar
moedige omstandigheden waarbij verge
leken Westerse minima schatrijk zijn.
Papa Moise Mvukulu (51) is wat je noemt
een echte vader. Hij kookt wat bladeren
van een aardappelplant. Vanochtend is
hij voor niets de Congo overgestoken in
zijn Pirogue, een uitgeholde boomstam.
De tweedehands autobanden die hij aan
de overkant, in het andere Congo, wilde
verkopen, moest hij weer mee terug ne
men. „Geeft niet. Ik werk omdat ik graag
iets te doen heb, die banden leveren toch
bijna niets op."
Schoolgeld
Volgens de gebruiken van het land is papa
Moise ook de vader van de kinderen van
zijn broers. Hij staat aan het hoofd van
een familie met 25 monden. Zijn jongste,
Grace, is een paar maanden oud en
schreeuwt honderduit in de barak die als
huis dienst doet. De vrouwen zijn op de
markt en proberen daar gedroogde vis
aan de man te brengen. Heel normaal, ook
voor papa Moise. „Ze moeten er goed in
zijn, anders hebben de kinderen 's avonds
geen eten."
Drie eenden verplaatsen zich snaterend
over papa's binnenplaatsje, de meisjes ve
gen onophoudelijk de vloer... er is immers
bezoek. Bovendien, naar school hoeven ze
toch niet. Het schoolgeld van 35 gulden
per drie maanden is een onoverbrugbaar
kapitaal en zou direct ten koste van het
eten gaan.
De revolutie is een beetje langs Moises fa
milie heen gegaan. Ze bleven aanvanke
lijk thuis toen de soldaten de stad inkwa
men, maar hebben later langs de weg
staan zwaaien. Het gezin is allang weer
tot de orde van de dag overgegaan. Papa's
broers gingen vanochtend naar hun werk,
maar kwamen onverrichterzake terug.
De beide 'administrateurs' worden al
maanden niet betaald, en veel zou het so
wieso niet zijn: omgerekend een halve
dollar per maand.
Of ze een beetje vertrouwen hebben in de
nieuwe man, Kabila? „Dat weet ik nog
niet. Maar de bevrijding is een goede
zaakNu nog ni eu we banen en meer geld.
Papa praat amper, hij lacht alleen trots
omdat hij een 'Mundela' (blanke) op be
zoek heeft.
Lachen is echter een verraderlijke aange
legenheid in dit deel van Afrika. Het staat
voor plezier, maar ook voor wanhoop. Als
op de markt geen prijs overeengekomen
kan worden, beginnen beide partijen te
lachen. Een gezegde in het voormalige
Zaïre luidt: Als je de hand die je slaat niet
kunt binden, dan kus je 'm. Wie tegenover
iemand staat die groter en sterker is, gaat
lachen als-ie 'm niet kan bevechten. Het is
een overlevingsstrategie.
Mama Yenio
Wie hier ziek wordt, gaat al gauw dood.
Bij een bezoek aan het staatsziekenhuis
van Kinshasa blijken de patiënten hard
getroffen door de armoede. Enkelen heb
ben de luxe van een bed. De meeste pati
ënten liggen in de zon op een rieten kleed.
Families brengen het eten. verzorgen de
patiënten, terwijl de artsen met minimale
middelen trachten de ziekten aan te pak
ken. In een van de gangen van het voor
malige Mama Yemo (De naam van Mobu
tu's moeder is er maar snel afgehaald na
diens vertrek) hangt op een deur van een
kamertje een papiertje met daarop de
naam van 'dr. Sondji'.
De chef van de chirurgen werkte hier tot
dat hij enkele dagen geleden door Kabila
werd aangezocht voor het ministerschap.
Op het bureau ligt nog een dichtgeslagen
medisch boek, 'Aesculaap' getiteld.
Baptiste Sondji is nu minister van Volks
gezondheid en Sociale zaken. Hij weiger
de zijn levenlang in een van de rijke privé-
ziekenhuizen van Kinshasa te gaan
werken. „De armen lijden massaal aan
slaapziekte. Zij kunnen geen privékliniek
betalen."
De rustige blik van de dokter wordt ver
beten, als hij zijn ergernis over het regime
van Mobutu vertolkt. „Vijfendertig jaar
geleden had dit land de beste ziekenhui
zen en de beste dokters van Afrika. Het
budget voor gezondheidszorg was elf pro
cent van de begroting. Nu is het nog geen
procent, minder dan twee kwartjes per
jaar per inwoner. Dat is dus niets.
Sondji, die zich als politicus van de oppo
sitie in Kinshasa al verzette tegen Mobu
tu, sprak een paar minuten met Kabila.
Hij hoopt dat zijn ministerie de prioriteit
krijgt. „Maar ik maak me daar geen zor
gen over." Hij wil vijf ziekenhuizen in het
hele land aanpakken. „Nu moeten de pa
tiënten de medicijnen zelf ergens kopen.
Die hebben we niet in de ziekenhuizen.
Als iemand geopereerd moet worden, zal
hij zelf voor de steriele handschoenen van
de chirurg moeten zorgen en ook voor de
spullen voor anesthesie."
Soldaten van Kabila in de straten van Kinshasa, na afkondiging van het demonstratieverbod. foto AP/David Gutenfelder
Malaria
Het land heeft goede artsen, vindt Sondji.
„We zullen het allemaal op eigen kracht
moeten doen. Onze dokters in het buiten
land komen vanzelf terug als ze zien dat ze
hier weer goed kunnen werken. Het hele
staatsapparaat moet opnieuw worden
opgebouwd. Een enorme klus die niet van
vandaag op morgen is geklaard." In het
Kinshasa zonder werkende riolen, zonder
reinigingsdiensten en met straten als af
valbergen, heersen de gevreesde tropi
sche ziekten malaria, tbc, de slaapziekte,
hepatitus B en de gele koorts.
Acht procent van de totale bevolking is
Hl V-positief, soldaten (12 procent) en
prostituées (50 procent) zijn er erger aan
toe. „Een situatie als in 1930."Deman die
toegeeft al sinds december „geheim
agent" voor Kabila in Kinshasa geweest
te zijn kan zijn woede nauwelijks de baas.
„We hebben de kans zaken te verbeteren.
Moeilijk? Het is al dertig jaar moeilijk,
daar lopen we niet voor weg hier.
Sondji komt uit Kinshasa, maar veel van
zijn collega's in de nieuwe regering zijn de
bevolking van Congo geheel onbekend.
Een ambtelijke delegatie van deEux-opese
Commissie kwam begin deze week naar
Papa Moise met zijn kleinkinderen....veel monden om te voeden....
Congo om kennis te maken. De pleitbe
zorgers van democratie waren amper in
Congo gearriveerd toen de regering de
monstraties en politieke activiteiten ver
bood. Korte rokjes bleken ook taboe. Een
lid van de delegatie liet zich ontvallen dat
de Congolese regering weliswaar een mo
derne samenleving wil opbouwen, maar
dat enkele ministers er nogal ouderwetse,
tamelijk marxistische denkbeelden op na
houden.
Geweld
En de minister van buitenlandse zaken
die op zaterdag zegt dat demonstraties
toegestaan zijn („We hebben iederéén hier
bevrijd") blijkt op zondag weinig conse
quent: „Demonstraties zijn verboden, het
gebruik van geweld ertegen is gerecht
vaardigd." Brussel blijft, behalve wat
hand- en spandiensten aan Kabila, dus
nog maar eventjes gereserveerd. Ook
Sondji ontkent het probleem niet. „We
hebben liberale en conservatieve minis
ters in de regering. Ik ken mijn collega's
niet goed. De komende tijd proberen we
op een lijn te komen."
Onder de bevolking van Kinshasa spelen
de etnische kwesties sterk, zoals overi
gens in heel Centraal Afrika. Professor
Kebuye Nkulu van het Kinshasa Langua
ge Centre ziet dit als een probleem. „La
ten we proberen samen te leven. Hoezo
geen echte Zaïrees of Congolees? De wet
heeft velen uit alle delen van de binnen
landen Übrmeel toegelaten. Laten ze maar
bewijzen dat de minister van buitenland
se zaken, Karaha, geen Zaïrees is, zoals
veel wordt gezegd. Het is sowieso alle
maal onzin: Burundi, Gabon, Chad,
Ruanda, Angola, Guinee, Tanzania, Con
go... alles samenvoegen! We hebben ge
meenschappelijke belangen."
Nkulu etaleert vooral hoop als het onder
werp Kabila ter tafel komt. Volgens hem
hebben zeven jaar van demonstreren en in
de kiem gesmoorde pogingen tot demo
cratie niet geholpen. ..Deze mensen heb-
foto Claude Mayele
ben het grondig gedaan. We zijn bevrijd
van Mobutu." Maar de professor houdt
een oordeel over Kabila's politiek nog
even achterwege.
Ook de 'revolutie' die op sommige fronten
de tijd in Kinshasa dertig jaar terugzet,
veroordeelt hij nog niet. „We kennen de
smaak van Kabila niet, want zijn pudding
hebben we nog niet gegeten. We weten al
leen dat we niet meer door onze politie
worden overvallen en beroofd."
Voorheen eisten de politie en de mi litairen
van Mobutu op iedere hoek van de straat
geld van passanten. Jean bijvoorbeeld,
een jonge leraar uit Kinshasa, haalde ooit
geld van bedrijven van zijn moeder op. Hij
werd vlak voor het vallen van de avond
met het hele bedrag op zak aangehouden.
Jean weigerde zijn tas af te geven, moest
mee naar het politiebureau en stond pas
's ochtends, geheel naakt, weer op straat.
„Waarom ik wel sokken had en zij niet,
vroegen ze. Ik heb bij een huis in de buurt
aangebeld en geroepen dat niet de vrouw.
Professor Kebuye Nkulu
«i® ><T-: ENTlohfri
Een demonstratie van de oppositie tegen Laurent Kabilla werd deze week na korte tijd door ingrijpen van soldaten beëindigd.
AP/David Guttenfelder